Stichting Houtense Hodoniemen

Onderzoekt straatnamen, boerderijen, onroerend goed en adellijke families in Houten en omgeving

Familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen
Bunnik en Vechten - Vast- en Onroerend goed
Familiewapen Strick van Linschoten van Rhijnauwen Bunnik en Vechten, Abstede en Wittevrouwen, Nieuw-Helvoet - De Quack, Vlooswijk, Hekendorp, Snelrewaard, Mastwijk, Polanen, Schagen, Den Engh, Kattenbroek, Lange Linschoten en IJsselvere. Bron: Wikipedia. Familiewapen Strick van Linschoten van Rhijnauwen Bunnik en Vechten, Abstede en Wittevrouwen, Nieuw-Helvoet - De Quack, Vlooswijk, Hekendorp, Snelrewaard, Mastwijk, Polanen, Schagen, Den Engh, Kattenbroek, Lange Linschoten en IJsselvere. Bron: Wikipedia.



De N.H. Kerk van Bunnik in 1727. Bron: Geheugen.delpher.nl. De N.H. Kerk van Bunnik in 1727. Bron: Geheugen.delpher.nl.



Huize Rhijnauwen omstreeks 1915, destijds nog bewoond door jhr. Strick van Linschoten en zijn gezin. Onder het middelste raam van het gebouw bevond zich de toegang naar de keuken in het basement. Huize Rhijnauwen omstreeks 1915, destijds nog bewoond door jhr. Strick van Linschoten en zijn gezin. Onder het middelste raam van het gebouw bevond zich de toegang naar de keuken in het basement.



Kromme Nieuwegracht 6 - Nobelstraat G399 (1) en G400 (3) 


Overgenomen en deels aangepast uit het tijdschrift Steengoed van het Utrechtse Monumenten Fonds, Nr 38, augustus 2004. Naar een tekst en onderzoek van J. van der Molen.


Huis aan de Kromme Nieuwegracht 6. Bron: Wikimedia Commons. Huis aan de Kromme Nieuwegracht 6. Bron: Wikimedia Commons.



Het pand aan de Kromme Nieuwegracht 6 werd in 1697 gebouwd.
In de eerste helft van de achttiende eeuw was Benjamin de Guy eigenaar van het pand aan de Kromme Nieuwegracht 6. De Guy overleed op 12 januari 1755 waarop zijn echtgenote tot 1774 er bleef wonen. Zij verkocht haar huis op 25 februari van dat jaar met tuin en koetshuis aan de gezusters Strick van Linschoten:  Elisabeth Christina, Josepha Christina Clara en Johanna Maria Elisabeth.


Utrecht binnenstad sectie B, Den Dom in oktober 1832. Percelen binnen de dikke blauwe lijn was van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Huis en binnenplaats met koetshuis aan de Kromme Nieuwegracht 6 en Nobelstraat 1 en 3. Bron: HISGIS Utrecht. Utrecht binnenstad sectie B, Den Dom in oktober 1832. Percelen binnen de dikke blauwe lijn was van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Huis en binnenplaats met koetshuis aan de Kromme Nieuwegracht 6 en Nobelstraat 1 en 3. Bron: HISGIS Utrecht.



De dames Strick van Linschoten, bewoners-eigenaren.

e dames Strick van Linschoten gebruikten het huis waarschijnlijk vooral als winterhuis. Hun broer Jan Balthasar kocht namelijk in 1733 de ridderhofstad Rhijnauwen. Gezien de sterke familiebanden (in Utrecht woonden de diverse familieleden in de buurt van de Kromme Nieuwegracht en Drift) zullen zij de Utrechtse woning in de zomer vaak hebben verlaten voor een verblijf op deze buitenplaats. Rhijnauwen is tot de verkoop aan de gemeente Utrecht in 1919 in het bezit van de familie Strick van Linschoten gebleven. Elisabeth Christina heeft van de genoemde drie zusters het langst geleefd.

ij testamentaire beschikking van 22 mei 1803 heeft zij het huis Kromme Nieuwegracht, dat al die jaren door hen drieën (en het nodige personeel)  was bewoond met koetshuis en stal, alsmede de hele inboedel en al haar persoonlijke  bezittingen  gelegateerd  aan  twee  dochters  van  de  eerder genoemde  broer  Jan  Balthasar.  Deze  dochters  waren:  Isabella  Susanna (1770-1818) en Suze Christina Strick van Linschoten (1772-1823).


Interieur van de Crediet- en Effectenbank (Kromme Nieuwegracht 4-12) te Utrecht: de op de begane grond van Kromme Nieuwegracht 6 gelegen directiekamer (de zgn Interieur van de Crediet- en Effectenbank (Kromme Nieuwegracht 4-12) te Utrecht: de op de begane grond van Kromme Nieuwegracht 6 gelegen directiekamer (de zgn "rode kamer"), grenzend met de raamzijde (rechts) aan de Kromme Nieuwegracht in september 1983. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 61013.



De  twee  zusters  Isabella  en  Suze  bewoonden  het  huis  Kromme  Nieuwegracht  6  na  het  overlijden  van  hun tante Elisabeth (1804). In oktober 1808 kochten zij van Arie de Haart een huis met  ‘kameren’,  erf  en  grond  aan  de Nobelstraat.

eze ‘kameren’ (kleine woningen  van  anderhalve  bouwlaag, die  vaak  niet  veel  meer  bevatten dan één vertrek met stookgelegenheid, een bedstede en mogelijk een halletje bij de voordeur) alsmede  het  vermelde  huis  stonden achter het erf van de weduwe van Jan Willem van der Voort, de buurvrouw op nummer 8.

Het “huis” was het eerder genoemde oostelijk deel van de herberg De Zon. Na  de  aankoop  door  de  twee  zusters is  een  deel  van  de  opstallen verwijderd  en  het  erf  gevoegd  bij  dat  van Kromme Nieuwegracht 6.


Gezicht in de Nobelstraat te Utrecht in de periode 1920-1940. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 1172. Gezicht in de Nobelstraat te Utrecht in de periode 1920-1940. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 1172.



Twee huizen bleven blijkens een verklaring in een akte van 15 oktober 1812 bestaan. Waarschijnlijk is met verwijdering van een deel van de opstallen toen de afbraak van het overblijvende deel van de oorspronkelijke herberg De Zon bedoeld.

et erf van Kromme Nieuwegracht 6 was met de aankoop ongeveer gebracht op de oorspronkelijke grootte van het erf genoemd Lockhorst. De akte van 15 oktober 1812 was opgemaakt, omdat Suze Christina in verband met haar huwelijk met de hoogleraar Dethmer Huisman het huis aan de Kromme Nieuwegracht verliet en zij haar aandeel, de helft in het huis aan de Kromme Nieuwegracht met tuin, stal en koetshuis en daarnaast in  de  twee  laatstgenoemde  woningen  aan  haar  zuster  Isabella  Suzanna verkocht.


Gezicht op de voorgevel van het huis Kromme Nieuwegracht 6 te Utrecht in de periode 1930-1940. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 129302. Gezicht op de voorgevel van het huis Kromme Nieuwegracht 6 te Utrecht in de periode 1930-1940. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 129302.



Isabella Susanna was nu alleen eigenaresse. Zij maakte op 14 oktober 1814  haar testament. Daarbij wees zij haar zwager Cyprian Gerard van Hengst aan als executeur-testamentair. Van Hengst was de man van weer een andere zus Strick (Charlotte, 1778-1850). Dit paar woonde aan de Drift ten noorden van de Nobelstraat. Zij benoemde haar vader Jan Balthasar Strick van Linschoten tot haar enige en algemene erfgenaam.

an Jan Carel Wendel Strick van Linschoten, haar broer ‘van halve bedde’ - zoon van haar vader en diens tweede vrouw Petronella Johanna Godin (1753-1791) - legateerde zij haar huis aan de Kromme Nieuwegracht met stalling en koetshuis aan de Nobelstraat, genummerd G 399 en G 400.

an Carel aanvaardde na haar overlijden op 12 september 1818 het hem toegekende legaat. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten is tot zijn overlijden in februari 1850 eigenaar geweest van Kromme Nieuwegracht 6. Hij woonde met zijn gezin  (zijn  vrouw, vijf  zonen en twee dochters)  het  grootste  deel  van  het jaar op Rhijnauwen.

Daar is hij ook overleden. Aan zijn weduwe, Paulina Gerarda  Sibylla Poelman is bij  de daarop  volgende  boedelscheiding  het huis Kromme Nieuwegracht 6 met tuin, stalling en koetshuis toegewezen, alsmede de daarbij behorende woningen met erf in de Nobelstraat. Later, in oktober 1853, heeft zij het huis op de hoek van Drift en Nobelstraat, het meer genoemde Groot Luchtenstein, aangekocht


Op woensdag 4 augustus 1830 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren een zakelijk belang plaats waarbij jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen de Jacobus Chemet, makelaar te Amsterdam de opdracht gaf om in zijn machtiging de aandelen te doen overdragen en register bij de Nederlandse Handelsmaatschappij. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3273, aktenummer: 6537. Op woensdag 4 augustus 1830 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren een zakelijk belang plaats waarbij jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen de Jacobus Chemet, makelaar te Amsterdam de opdracht gaf om in zijn machtiging de aandelen te doen overdragen en register bij de Nederlandse Handelsmaatschappij. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3273, aktenummer: 6537.



Julien Wolbers, eigenaar-bewoner.

Wolbers werd in juli 1819 in Heemstede geboren. Hij werkte in het schildersbedrijf van zijn vader en heeft dat bedrijf na diens overlijden in 1843 samen met zijn broer voortgezet. In 1856 verkochten hij en zijn broer het bedrijf. Julien vertrok met zijn vrouw Albertina Stoffels naar Utrecht.

Daar kon  hij  zijn  al  lang  bestaande  wens  vervullen  om  meer  tijd  te  besteden aan studeren en schrijven. Zij woonden eerst aan het begin van de Catharijnesingel waar inmiddels de situatie door de bouw van Hoog-Catharijne totaal gewijzigd is. Julien Wolbers kocht op 1 november 1865 het huis aan de Kromme Nieuwegracht van Paulina Gerarda Sibylla Poelman, weduwe van Jonkheer Jan Carel Wendel Strick van Linschoten.

In de aankoop van het huis waren begrepen de zonneblinden aan de gevels. De  vaste  spiegels  in  het  huis  konden  worden  overgenomen  na  een  door twee deskundigen uitgebrachte schatting. Wolbers kocht niet de stal en het koetshuis met de beide daarboven gelegen woningen aan de Nobelstraat. Deze bleven aan de verkoopster. Hij had aan die stal geen behoefte, want


Afbeelding van de optocht ter gelegenheid van het 25-jarig regeringsjubileum van Koningin Wilhelmina in de Nobelstraat te Utrecht, met twee praalwagens van de vereniging Afbeelding van de optocht ter gelegenheid van het 25-jarig regeringsjubileum van Koningin Wilhelmina in de Nobelstraat te Utrecht, met twee praalwagens van de vereniging "Het Oranjepark". Op de achtergrond de huizen Nobelstraat 1 (rechts) -hoger op maandag 3 september 1923. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 220489.



Hij bezat geen rijtuig en geen paarden. Wolbers had ook geen buitenhuis, waar hij ’s zomers naartoe ging. Voor zijn studies over de geschiedenis van de overzeese gebieden deed hij onderzoek in archieven buiten Utrecht. Ook ging hij ’s zomers met zijn vrouw voor een aantal weken naar familie in Leeuwarden, naar een van zijn zusters en naar de ouders van zijn vrouw.

Daarvoor nam hij de trein.In een op gemeenschappelijke kosten opgerichte scheidsmuur tussen zijn erf en dat van de woningen en het koetshuis aan de Nobelstraat werd een deur aangebracht. Hierdoor had Wolbers toegang tot de Nobelstraat voor o.a. het aan- en afvoeren van zijn tuinmaterialen.  Wolbers ging inderdaad studeren en schrijven: hij schreef een geschiedenis van het toenmalige Nederlands Oost-Indie en een geschiedenis van Suri-name.

Voor deze geschiedenis van Suriname kreeg hij van Koning Willem III - die tevens Groothertog van Luxemburg was - in 1862 de Luxemburgse onderscheiding Ridder in de Orde van de Eikenkroon. Velerlei initiatieven zijn door hem genomen. In Utrecht heeft hij onder meer in oktober 1864, in navolging van Rotterdam, een werkinrichting voor blinden opgericht (eerst gevestigd aan de Neude, later Achter St.Pieter).

Het was de bedoeling de blinden  het  brailleschrift  te  leren  en  bezigheden  te  verschaffen  door  het vlechten en weven van matten. Door de verkoop daarvan zouden zij minder afhankelijk worden van de bedeling. Hij richtte ook een militair tehuis op. Zo’n tehuis vond hij in een garnizoensstad als Utrecht heel belangrijk. De beter gesitueerde ouders konden de dienstplicht voor hun zoons afkopen door het stellen van een vervanger.

Het waren dus voornamelijk de financieel zwaksten die militair werden. Verveling bracht hen vaak naar de kroeg met alle negatieve gevolgen. Het Militair Tehuis zou een goede vervanging van het ouderlijk huis moeten zijn. Daarnaast was hij oprichter van een weekblad ‘De Werkmansvriend’, bedoeld als een contactorgaan tussen de verenigingen voor werklieden.

In 1876 werd dit blad het orgaan van het mede door hem opgerichte werkliedenverbond Patrimonium. Wolbers had door deze activiteiten zijn contacten niet alleen in Utrecht, maar ook daar-buiten.In januari 1866 verzocht Wolbers toestemming aan burgemeester en wethouders van Utrecht om voor zijn huis een hardstenen stoep aan te leggen, ‘gelijk strekkende’ met het bestaande bordes en daarop een ijzeren hek te plaatsen gelijk aan het bestaande hek op het bordes.

Het college van B en W antwoordde geen bezwaar te hebben tegen het plaatsen van een hardstenen stoep. Wel maakten zij bezwaar tegen het afsluiten van de stoep met een hek. Aangezien de straat niet breed was, kwam hen de versmalling van de straat niet wenselijk voor.
Zij meenden dat voorbijgangers voor zijn woning ruimte moesten hebben om uit te wijken  voor  rijtuigen.  Het  verzoek  tot afsluiting van de stoep kon daarom niet worden ingewilligd.


Afbeelding van de historisch-allegorische optocht ter gelegenheid van het 25-jarig regeringsjubileum van H.M. Koningin Wilhelmina, in de Nobelstraat te Utrecht; rechts de huizen Nobelstraat 1 (Dameskapper Maison Louis)- hoger op maandag 3 september 1923. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 300943. Afbeelding van de historisch-allegorische optocht ter gelegenheid van het 25-jarig regeringsjubileum van H.M. Koningin Wilhelmina, in de Nobelstraat te Utrecht; rechts de huizen Nobelstraat 1 (Dameskapper Maison Louis)- hoger op maandag 3 september 1923. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 300943.



In oktober 1875 kocht Wolbers alsnog de stal met erf van Jan Carel Strick van Linschoten , burgemeester van Maarssen, zoon van de vroegere eigenaren van Kromme Nieuwegracht 6: Jan Carel Wendel Strick van Linschoten en Paulina Gerarda Sybilla Poelman. Wolbers liet deze stal afbreken en op die plek twee huizen bouwen met een afzonderlijke opgang naar de bovenwoning. De huizen kregen resp. de nummers G 399 a en b en G 399 c en d.


Zicht op het Hek 'Koe zoekt stier' bij de vroegere oprijlaan naar boerderij Numeri die lang geleden is afgebroken gezien vanaf de Rhijnauwenselaan in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Zicht op het Hek 'Koe zoekt stier' bij de vroegere oprijlaan naar boerderij Numeri die lang geleden is afgebroken gezien vanaf de Rhijnauwenselaan in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



De latere nummering werd Nobelstraat 1 en 3 met bovenwoningen. Deze woningen zijn in 1925 geofferd aan de verbreding van de Nobelstraat.Wolbers viel als rentenier niet uit de toon in vergelijking tot andere bewoners van de grote huizen in die buurt, maar hij sprong er wel uit door zijn talrijke activiteiten ten behoeve van de hulpbehoevende medeburger. Hij overleed 22 september 1889.


Zicht op het Hek 'Koe zoekt stier' (rechts) bij de vroegere oprijlaan naar boerderij Numeri die lang geleden is afgebroken gezien vanaf de Rhijnauwenselaan in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Zicht op het Hek 'Koe zoekt stier' (rechts) bij de vroegere oprijlaan naar boerderij Numeri die lang geleden is afgebroken gezien vanaf de Rhijnauwenselaan in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


     

     Boerderijen van familie Strick van Linschoten
van Rhijnauwen in de gemeente Houten
 

In geel gearceerd de gronden behorend bij boerderij Dijkhoeve, De Geer en Reumsthofstede, Klein Wulven of het St. Hubertsgerecht. Behorend als pachtboerderij bij het landgoed Rhijnauwen sinds 1840 in het bezit van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. Opvallend is het langgerekte perceel aan de oostkant van de Lobbendijk en de Geergrond (met de zuidwestelijke bocht) wat van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen is geweest. Waar heden woon- winkelgebied Het Kant en Het Rond op zijn gebouwd. Bron: HISGIS Utrecht. In geel gearceerd de gronden behorend bij boerderij Dijkhoeve, De Geer en Reumsthofstede, Klein Wulven of het St. Hubertsgerecht. Behorend als pachtboerderij bij het landgoed Rhijnauwen sinds 1840 in het bezit van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. Opvallend is het langgerekte perceel aan de oostkant van de Lobbendijk en de Geergrond (met de zuidwestelijke bocht) wat van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen is geweest. Waar heden woon- winkelgebied Het Kant en Het Rond op zijn gebouwd. Bron: HISGIS Utrecht.



Boerderij Dijkhoeve, De Geer of Reumsthofstede, St. Huberts of Klein Wulven aan de Lobbendijk

Boerderij de Dijkhoeve fotogalerij (1946-1998)


        


       

Panoramafoto met zicht vanaf het Imkerseind met links de kruising met de Lobbendijk met daarnaast het appartementengebouw Koningslinde (genoemd naar de voorstaande bomen), op deze plek stond ooit boerderij Dijkhoeve. Rechts het appartementengebouw De Imker met verderop rechts Het Haltna Huis op zaterdagavond 17 april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Panoramafoto met zicht vanaf het Imkerseind met links de kruising met de Lobbendijk met daarnaast het appartementengebouw Koningslinde (genoemd naar de voorstaande bomen), op deze plek stond ooit boerderij Dijkhoeve. Rechts het appartementengebouw De Imker met verderop rechts Het Haltna Huis op zaterdagavond 17 april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Zicht vanaf het Imkerspark op de waterpartij van de vroegere Geersloot met midden vooraan een kunstwerk in het water. Op de achtergrond het appartementengebouw Koningslinde waar eens ooit de boerderij Dijkhoeve stond. Foto zaterdagavond 17 april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Zicht vanaf het Imkerspark op de waterpartij van de vroegere Geersloot met midden vooraan een kunstwerk in het water. Op de achtergrond het appartementengebouw Koningslinde waar eens ooit de boerderij Dijkhoeve stond. Foto zaterdagavond 17 april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Zicht op het Imkerseind richting het westen. Net buiten het gebied waar een ooit de ambachtsheerlijkheid De Geer of Reumsthofstede (Dijkhoeve) stond. Foto genomen op zaterdagavond 17 april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Zicht op het Imkerseind richting het westen. Net buiten het gebied waar een ooit de ambachtsheerlijkheid De Geer of Reumsthofstede (Dijkhoeve) stond. Foto genomen op zaterdagavond 17 april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Zicht vanaf de groenzone Imkerspark met links het appartementengebouw De Imker, midden het Imkerseind en rechts Het Haltna Huis. Foto genomen op zaterdagavond 17 apri 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Zicht vanaf de groenzone Imkerspark met links het appartementengebouw De Imker, midden het Imkerseind en rechts Het Haltna Huis. Foto genomen op zaterdagavond 17 apri 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Zicht vanaf het Imkerseind in noordelijke richting met op de achtergrond appartementengebouw Koningslinde waar eens boerderij Dijkhoeve stond. Foto op zaterdagavond 17 april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Zicht vanaf het Imkerseind in noordelijke richting met op de achtergrond appartementengebouw Koningslinde waar eens boerderij Dijkhoeve stond. Foto op zaterdagavond 17 april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Zicht op het Imkerspark met links de voorgevel van het appartementencomplex Koningslinde. Rechts de Koningslinde bomen die ooit onderdeel uitmaakte van het boerderijterrein van Dijkhoeve. Met rechts de Lobbendijk. Foto genomen op zaterdagavond 17 april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Zicht op het Imkerspark met links de voorgevel van het appartementencomplex Koningslinde. Rechts de Koningslinde bomen die ooit onderdeel uitmaakte van het boerderijterrein van Dijkhoeve. Met rechts de Lobbendijk. Foto genomen op zaterdagavond 17 april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


      

Verkoopadvertentie van boerderij de Dijkhoeve uit december 1839. Verkocht op 16 januari 1840 aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen 1/2. Bron: Delpher.nl. Verkoopadvertentie van boerderij de Dijkhoeve uit december 1839. Verkocht op 16 januari 1840 aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen 1/2. Bron: Delpher.nl.


Verkoopadvertentie van boerderij de Dijkhoeve uit december 1839. Verkocht op 16 januari 1840 aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen 2/2. Bron: Delpher.nl. Verkoopadvertentie van boerderij de Dijkhoeve uit december 1839. Verkocht op 16 januari 1840 aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen 2/2. Bron: Delpher.nl.


      

Verkoopadvertentie van boerderij de Dijkhoeve uit december 1839. Verkocht op 16 januari 1840 aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Dit gebeurde ten overstaan van de notaris C.E. van Strijen uit Wijk bij Duurstede. Bron: Delpher.nl. Verkoopadvertentie van boerderij de Dijkhoeve uit december 1839. Verkocht op 16 januari 1840 aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Dit gebeurde ten overstaan van de notaris C.E. van Strijen uit Wijk bij Duurstede. Bron: Delpher.nl.


De leilinde op de hoek van de Lobbendijk met de Dijkhoeve die in ca. 1830 door de familie Van Schaik zijn neergezet de toenmalige eigenaren van de Dijkhoeve. Beeld uit ca. 1990. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. De leilinde op de hoek van de Lobbendijk met de Dijkhoeve die in ca. 1830 door de familie Van Schaik zijn neergezet de toenmalige eigenaren van de Dijkhoeve. Beeld uit ca. 1990. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


Het tweede huis van de vroegere boerderij Dijkhoeve in ca. 1984 waar destijds familie Van Nifterik woonde. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Het tweede huis van de vroegere boerderij Dijkhoeve in ca. 1984 waar destijds familie Van Nifterik woonde. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


Krantenbericht over de verkoop van boerderij de Dijkhoeve door de familie Van Dijk in 1932 ten overstaan de Houtense notaris A.L. Buurma die werd gekocht door Hendrick Picard. Bron: Delpher.nl. Krantenbericht over de verkoop van boerderij de Dijkhoeve door de familie Van Dijk in 1932 ten overstaan de Houtense notaris A.L. Buurma die werd gekocht door Hendrick Picard. Bron: Delpher.nl.


    

Het minigerecht De Geer of Reumsthofstede

Op donderdag 16 januari 1840 kocht (handtekening bovenaan) Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen ten overstaan van notaris Strijen te Wijk bij Duurstede de hofstede de Dijkhoeve of De Geer of Reumsthofstede aan voor f. 18.000-, gulden van de familie Van Schaik die er al vele de eigenaar vand e hofstede was geweest. Bron: Regionaal Archef Zuid-Utrecht (RAZU), 353 en 063. Op donderdag 16 januari 1840 kocht (handtekening bovenaan) Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen ten overstaan van notaris Strijen te Wijk bij Duurstede de hofstede de Dijkhoeve of De Geer of Reumsthofstede aan voor f. 18.000-, gulden van de familie Van Schaik die er al vele de eigenaar vand e hofstede was geweest. Bron: Regionaal Archef Zuid-Utrecht (RAZU), 353 en 063.



Cleijn Wulven wordt voor het eerst genoemd in een brief uit 1304 betreffende de waterhuishouding in het Vechter en Oudwulverbroek. Als begrenzing voor het gerechtje werd een kade in het Oudwulverbroek genoemd en de Lobbendijk.

Hoe groot dit minigerecht was vinden we in een acte uit 1382 als Dirk van Wulven in leen heeft: 24 morgen land met het dagelijks gerecht, met de tijns en de tiende gelegen in de Parochie Houten geheten zijnde die Geer De naam Cleijn Wulven wordt dan al niet meer gebruikt.

In 1474 komt het in bezit van Gerrit Aertszoon Kosijns die ook nog als achternaam Van Reumst had.


In 1840 kocht Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen boerderij de Dijkhoeve. Voor 1811 de ambachtsheerlijkheid De Geer of Reumsthofstede geheten. Op deze kaart worden diverse gronden van familie Strick gekocht door de Staatspoorwegen voor de aanleg van Staatslijn H in de periode 1865-1868. In 1865 waren de diverse gronden nog eigendom van twee van zijn zonen en kleindochter. Een groot gedeelte van de gronden ten oosten van de spoorweg waar nu het centrumgebied Het Rond en Station Houten is gebouwd was tot 1929 van familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: Het Utrechts Archief 954 112. In 1840 kocht Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen boerderij de Dijkhoeve. Voor 1811 de ambachtsheerlijkheid De Geer of Reumsthofstede geheten. Op deze kaart worden diverse gronden van familie Strick gekocht door de Staatspoorwegen voor de aanleg van Staatslijn H in de periode 1865-1868. In 1865 waren de diverse gronden nog eigendom van twee van zijn zonen en kleindochter. Een groot gedeelte van de gronden ten oosten van de spoorweg waar nu het centrumgebied Het Rond en Station Houten is gebouwd was tot 1929 van familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: Het Utrechts Archief 954 112.



Zijn familie blijft lange tijd de bezitters van het gerechtje en we vinden dan ook in 1575 dat er een naam aan toegevoegd is; vanaf dan wordt het De Geer of Reumsthofstede genoemd. In 1578 komen we nog een andere naam van het gerechtje tegen in de rekeningen van de Lekdijk Bovendams, namelijk Huijberts gerecht van Wulven; dit is de oorspronkelijke naam, ten tijde van de verdeling van het gerecht van Wulven.


Zicht op de Lobbendijk in 1960 met links een boomgaard en d egrond die ooit van familie Strick van Linschoten is geweest. Net als de oostelijke helft van de Lobbendijk zelf. Op de achtergrond het Oude Dorp met de N.H. Kerktoren aan de Lobbendijk 1. Foto: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Zicht op de Lobbendijk in 1960 met links een boomgaard en d egrond die ooit van familie Strick van Linschoten is geweest. Net als de oostelijke helft van de Lobbendijk zelf. Op de achtergrond het Oude Dorp met de N.H. Kerktoren aan de Lobbendijk 1. Foto: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



In de 13e eeuw zal een zekere Huijberts van Wulven deze 24 morgen (is ruim 20 ha.) hebben gekregen. Dat dit kleine gebiedje een zelfstandig gerecht werd, was een bijzonder recht dat vermoedelijk al in de 13e eeuw door de bisschop van Utrecht bij de verdeling van de gronden van Wulven aan de voornoemde Huijbert van Wulven was verleend.


Ambachtsheerlijkheid De Geer of Reumsthofstede in het centrumgebied van Houten. Het Kant, Het Rond en Station Houten vallen onder het oude gerecht van voor het jaar 1795. Gebied binnen de rode lijn is het vroegere gerecht wat tot 1921 van familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen is geweest. Luchtfoto uit 2018. Bron: Google Maps. Ambachtsheerlijkheid De Geer of Reumsthofstede in het centrumgebied van Houten. Het Kant, Het Rond en Station Houten vallen onder het oude gerecht van voor het jaar 1795. Gebied binnen de rode lijn is het vroegere gerecht wat tot 1921 van familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen is geweest. Luchtfoto uit 2018. Bron: Google Maps.



Het hield in dat hij deze 24 morgen land geheel vrij bezat en vrij was van allerlei soorten belasting en zelf de lage rechtsmacht had. Dat deze rechten door de eeuwen heen niets van hun waarde hadden verloren blijkt, als in 1662 Johan van Mansvelt, eigenaar van het minigerecht, procedeert bij het Hof van Utrecht tegen Frans van Linden de schout van Houten, omdat deze laatste het gerechtje had aangeslagen voor de Lek- en dijklasten en de Dorps- en huurlasten.


Zicht op de Lobbedijk richting het noorden in 1960. Met rechts de grond die ooit van familie Strick van Linschoten is geweest. Foto: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Zicht op de Lobbedijk richting het noorden in 1960. Met rechts de grond die ooit van familie Strick van Linschoten is geweest. Foto: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



Het hield in dat hij deze 24 morgen land geheel vrij bezat en vrij was van allerlei soorten belasting en zelf de lage rechtsmacht had. Dat deze rechten door de eeuwen heen niets van hun waarde hadden verloren blijkt, als in 1662 Johan van Mansvelt, eigenaar van het minigerecht, procedeert bij het Hof van Utrecht tegen Frans van Linden de schout van Houten, omdat deze laatste het gerechtje had aangeslagen voor de Lek- en dijklasten en de Dorps- en huurlasten.


Detail van een kadasterkaart van Houten Sectie A met daarop het vroegere mini gerecht Klein Wulven, St. Huberts Gerecht, De Geer of Reumsthofstede of Dijkhoeve vanaf 1832. Bron: Regionaal archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353, 45948. Detail van een kadasterkaart van Houten Sectie A met daarop het vroegere mini gerecht Klein Wulven, St. Huberts Gerecht, De Geer of Reumsthofstede of Dijkhoeve vanaf 1832. Bron: Regionaal archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353, 45948.



Uiteindelijk werden in 1795 de heerlijke rechten opgeheven, zo ook die van het gerechtje De Geer of Reumsthofstede. Op 13 maart 1840 vindt er een verkoop plaats van een hofstede, bestaande uit een boerenwoning, een bakhuis, een schuur, twee hooibergen, een duivenhok met erve en landerijen en beplantingen zijnde het voormalige Huberts gerecht van Wulven. Sinds die tijd voert de enige boerderij die binnen dit gerechtje stond de naam Dijkhoeve.


Zicht op de Lobbendijk in de periode van 1950-1955 . Rechtsonder de Fruitveiling van Houten daar waar heden de Kostersgang is. In het midden op de achtergrond de Johannes Bogerman school met richting het noorden lopend de Lobbendijk. Grond aan de oostkant van de Lobbendijk behoorde ooit bij het onroerend goed van familie Strick van Linschoten. Foto: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Zicht op de Lobbendijk in de periode van 1950-1955 . Rechtsonder de Fruitveiling van Houten daar waar heden de Kostersgang is. In het midden op de achtergrond de Johannes Bogerman school met richting het noorden lopend de Lobbendijk. Grond aan de oostkant van de Lobbendijk behoorde ooit bij het onroerend goed van familie Strick van Linschoten. Foto: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


       

De eigenaren van de Dijkhoeve, De Geer of Reumsthofstede,
St. Huberts of Klein Wulven


Thans ligt op de 24 morgen het centrum van Houten.
Lijst van de eigenaars van "XXIIII mergen lands mitgerecht, mit tijns, mit tienden also als sij gelegen
sijn in den kerspel van Houten ende geheten sijn die Gheer’’.
1.   Dyrc van Wulven 1394 - 1396
2.   Wouter van Wulven 1396 - 1397
3.   Braem uter Coernmarct 1397 - 1434
4.   Gouden, Johan van Valkendael’s echtgenote
na de dood van haar vader Braem Uter
Korenmarct 1434 - 1440
5.   Braem uuter Koermarckt 1440 - 1457
6.   Claes Johans van Valkendaell 1457 - 1474
7.   Gerijt Aernt Kosijns. 1474 - 1484
8.   Johan Geryt Aernt Cosijns. 1484 - 1494
9.   Aernt Gerijts. 1494 - 1518
10.   Gerijt Aertsz. 1518 - 1557
11.   Aert Gerrits. 1557 - 1570
12.   Gerrit Aerts van Reumsthoffstede 1570 - 1634
In 1570 luid de omschrijving; ’’Vierende twintich mergen lants mitten gherichte, thins
ende thienden gelegen in den kerspel van Houten die gheheeten sijn die Gheer ofte Ruemst hofstede mitten huysinghe bongaerts ende bepotinge daerop staende”.
13.   Aart van Reumst 1634 - 1642
14.   Johan van Toll 1642 - 1653
15.   Johan van Toll 1653 - 1653
16.   Johan van Mansvelt 1653 - 1674
17.   Hendrick van Mansvelt 1674 - 1733
18.   Maria van Mansvelt 1733 - 1735
19.   Christina van Mansvelt 1735 - 1763
20.   Wouter Rudolph van Senden 1763 - 1763
21.   Catharina Geertruyd van Senden 1763 - 1768
22.   Arien Elisz. van Schaijk 1768 - 1780
23.   Jacobus Ariensz. van Schaijk 1780 - 1787
24.   Jan Aertsz. van Schaik 1787 - 1823
25.   Aletta van Schaik wed. van Jan Aertsz. 1823 - 1840 (11)
26.   Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen 1840 - 1843
27.   Jan Balthazar Strick van Linschoten 1843 - 1890
28.   Ottolina Maria Strick van Linschoten 1890 - 1900
29.   Jan Balthazar de Meester en consorten 1900 - 1921
30.   Willem van Dijk 1921 - 1928
31.   Jochem van Dijk 1928 - 1932
32.   Hendrick Picard 1932 - 1951
33.   Frederik Carel Jan Picard 1951 - 1965
34.   B.V. Nifterik 1965 - 1973
35.   De gemeente Houten 1973 - heden

Enkele pachters: Ariaen van Oostrom en Jan Cornelis Knapschinkel; voor 1694 Jacob Dircks Clock; 1694 Arien Elisse van Schaijck en zijn broer Jan Elisse van Schaijck; 1731.


Krantenbericht over de aankoop door Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen van de Dijkhoeve of De Geer of Reumsthofstede in 1840. Aletta van Schaik wed. van Jan Aertsz. moest de Dijkhoeve in 1840 verkopen door tehoog opgelopen schulden. De deurwaarde en de Amersfoortse rechtbank bedongen de verkoop. Door te klikken op de afbeelding kunt u het artikel downloaden. Bron: Delpher.nl. Utrechtsche Courant 13-03-1840. Krantenbericht over de aankoop door Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen van de Dijkhoeve of De Geer of Reumsthofstede in 1840. Aletta van Schaik wed. van Jan Aertsz. moest de Dijkhoeve in 1840 verkopen door tehoog opgelopen schulden. De deurwaarde en de Amersfoortse rechtbank bedongen de verkoop. Door te klikken op de afbeelding kunt u het artikel downloaden. Bron: Delpher.nl. Utrechtsche Courant 13-03-1840.


 

De oorspronkelijke bebouwing

Acte van overdracht van een streep land van de buitenplaats Zorgvlied met de halve sloot, gelegen onder het gerecht Schonauwen aan Jan Peek door Pieter de Goey van 14 oktober 1809. Bron: Het Utrechts Archief, 207, 105. Acte van overdracht van een streep land van de buitenplaats Zorgvlied met de halve sloot, gelegen onder het gerecht Schonauwen aan Jan Peek door Pieter de Goey van 14 oktober 1809. Bron: Het Utrechts Archief, 207, 105.



Als het gerecht in het jaar 1304 wordt genoemd, mogen we aannemen dat daar toen ook al een gebouw stond waar de eigenaar of de pachter van de grond op woonde. Van dit gebouw zijn geen afbeeldingen bekend. Het stond vermoedelijk op het omgrachte terreintje dat we op de kadastrale kaart onder nr. 16 nog terug vinden.

Deze gracht is pas in 1967 door de toenmalige eigenaar gedempt. Binnen deze gracht stond de woning en de daarbij behorende gebouwen voor het vee en de opslag van de oogst, oftewel een omgrachte boerderij met als toegang vermoedelijk een poortgebouw die de bewoners veiligheid bood tegen rondtrekkende roversbenden etc. Binnen de gemeente Houten lagen nog meerdere van dergelijke omgrachte boerderijen, enkele voorbeelden zijn: Overdam, Rietdijk 5; Ter Weide, Waalseweg 33 en boerderij De Steenen Poort.


Binnen de oranje lijnen de ambachtsheerlijkheid De Geer of Reumsthofstede in Houten. Rechts ten oosten van de spoorweg heden het centrumgebied Het Rond en Station Houten. Bron: Fragment van kaart P.27.4 (054577), beeldbank Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), Wijk bij Duurstede. Binnen de oranje lijnen de ambachtsheerlijkheid De Geer of Reumsthofstede in Houten. Rechts ten oosten van de spoorweg heden het centrumgebied Het Rond en Station Houten. Bron: Fragment van kaart P.27.4 (054577), beeldbank Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), Wijk bij Duurstede.



Pas in 1659 krijgen we meer inzicht in de bebouwing op Ruemsthofstede, namelijk uit een bestek voor de bouw van een nieuwe woning; "Bestek en conditie waer naer de heer Johan van Mansvelt scheepen ende raet inde Vroedschap der stad Utrecht wil besteeden het maecken en leeveren en stellen van een huijs op de hofsteede tot Houten van ouds genaemt Rumps hofsteede in vorme alst volcht op sijne kost ende dranck vrachten en al".

Op 1 augustus 1659 moest de boerderij worden opgeleverd. Het werk werd aangenomen door Frans van Reumelaer voor de som van f 588,  met de toevoeging dat de opdrachtgever enkele bouwmaterialen beschikbaar stelde, o.a. oude kruiskozijnen, stijgerdelen, enig ijzerwerk en nog wat afgebrand werk.


Luchtfoto uit 1973 van boerderij Dijkhoeve aan de Lobbendijk (linksonder) en de daarbij behorende landerijen aan weerskanten van de spoorlijn. Bron: 'De Geer of de Reumsthofstede, Leen de Keijzer, Peter Koch, Otto Wttewaall, 1988, Houten'. Luchtfoto uit 1973 van boerderij Dijkhoeve aan de Lobbendijk (linksonder) en de daarbij behorende landerijen aan weerskanten van de spoorlijn. Bron: 'De Geer of de Reumsthofstede, Leen de Keijzer, Peter Koch, Otto Wttewaall, 1988, Houten'.


                

Op donderdag 2 april van het jaar 1970 ten overstaan van de Houtense notaris J.A. Bremer verkocht mevrouw J.W. Bos geb. Van Dijk de Johannes Willem Hoeve met 17.59 ha. grond aan de gemeente Houten ƒ. 450.000,-. Op de percelen werd ruim twaalf jaar later het oostelijke centrumgebied ontwikkeld, waaronder de straten het Onderdoor, Het Rond, Schoneneburgsiend, Kookkerseind en Wernaarseind, Land behoorde ooit eens bij het vastgoed eigendom van het huis Rhijnauwen van de familie Strick van Linschoten. Voorkant van eigendomsakte. Brpn: RAZU, 005. Op donderdag 2 april van het jaar 1970 ten overstaan van de Houtense notaris J.A. Bremer verkocht mevrouw J.W. Bos geb. Van Dijk de Johannes Willem Hoeve met 17.59 ha. grond aan de gemeente Houten ƒ. 450.000,-. Op de percelen werd ruim twaalf jaar later het oostelijke centrumgebied ontwikkeld, waaronder de straten het Onderdoor, Het Rond, Schoneneburgsiend, Kookkerseind en Wernaarseind, Land behoorde ooit eens bij het vastgoed eigendom van het huis Rhijnauwen van de familie Strick van Linschoten. Voorkant van eigendomsakte. Brpn: RAZU, 005.


Op donderdag 2 april van het jaar 1970 ten overstaan van de Houtense notaris J.A. Bremer verkocht mevrouw J.W. Bos geb. Van Dijk de Johannes Willem Hoeve met 17.59 ha. grond aan de gemeente Houten ƒ. 450.000,-. Op de percelen werd ruim twaalf jaar later het oostelijke centrumgebied ontwikkeld, waaronder de straten het Onderdoor, Het Rond, Schoneneburgsiend, Kookkerseind en Wernaarseind, Land behoorde ooit eens bij het vastgoed eigendom van het huis Rhijnauwen van de familie Strick van Linschoten. Beschrijving van eigendomsakte. Brpn: RAZU, 005. Op donderdag 2 april van het jaar 1970 ten overstaan van de Houtense notaris J.A. Bremer verkocht mevrouw J.W. Bos geb. Van Dijk de Johannes Willem Hoeve met 17.59 ha. grond aan de gemeente Houten ƒ. 450.000,-. Op de percelen werd ruim twaalf jaar later het oostelijke centrumgebied ontwikkeld, waaronder de straten het Onderdoor, Het Rond, Schoneneburgsiend, Kookkerseind en Wernaarseind, Land behoorde ooit eens bij het vastgoed eigendom van het huis Rhijnauwen van de familie Strick van Linschoten. Beschrijving van eigendomsakte. Brpn: RAZU, 005.


Op donderdag 2 april van het jaar 1970 ten overstaan van de Houtense notaris J.A. Bremer verkocht mevrouw J.W. Bos geb. Van Dijk de Johannes Willem Hoeve met 17.59 ha. grond aan de gemeente Houten ƒ. 450.000,-. Op de percelen werd ruim twaalf jaar later het oostelijke centrumgebied ontwikkeld, waaronder de straten het Onderdoor, Het Rond, Schoneneburgsiend, Kookkerseind en Wernaarseind, Land behoorde ooit eens bij het vastgoed eigendom van het huis Rhijnauwen van de familie Strick van Linschoten. Bijbehorende kadasterkaart met binnen de rodevlijn de gronden toebehorend aan de gemeente Houten. Bron: RAZU, 005. Op donderdag 2 april van het jaar 1970 ten overstaan van de Houtense notaris J.A. Bremer verkocht mevrouw J.W. Bos geb. Van Dijk de Johannes Willem Hoeve met 17.59 ha. grond aan de gemeente Houten ƒ. 450.000,-. Op de percelen werd ruim twaalf jaar later het oostelijke centrumgebied ontwikkeld, waaronder de straten het Onderdoor, Het Rond, Schoneneburgsiend, Kookkerseind en Wernaarseind, Land behoorde ooit eens bij het vastgoed eigendom van het huis Rhijnauwen van de familie Strick van Linschoten. Bijbehorende kadasterkaart met binnen de rodevlijn de gronden toebehorend aan de gemeente Houten. Bron: RAZU, 005.
Raadsbesluit van de gemeente Houten van 29 augustus 1974 waarbij de twee percelen aangekocht werden van mevrouw J.J. Sturkenboom-Oostveen, wonende op boerderij Zorgvliet aan de Van Tiellandtweg 5 met een oppervlakte van 8.79.05 ha. voor een aankoopsom van ƒ. 376.000,-. Bron: RAZU, 005. Raadsbesluit van de gemeente Houten van 29 augustus 1974 waarbij de twee percelen aangekocht werden van mevrouw J.J. Sturkenboom-Oostveen, wonende op boerderij Zorgvliet aan de Van Tiellandtweg 5 met een oppervlakte van 8.79.05 ha. voor een aankoopsom van ƒ. 376.000,-. Bron: RAZU, 005.

                

Op vrijdag 28 februari 1975 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Peter Thomas Tjabbes de verkoop plaats van 2 percelen weiland, gelegen aan de Veerwagenweg en de Odijkseweg, in bezit geweest van mevrouw Sturkenboom-Oostveen. De gemeente Houten kocht de twee percelen aan voor ƒ. 376.000,-. Bijbehorende kadasterkaart van het perceel langs de Odijkseweg, met over het perceel lopend de ontsluiting voor het huis Zuidermaat (Rademakersgilde nr. 2). Ooit een pad door de polder Vechter- en Oudwulverbroek, in de achttiende eeuw, Wiersdijk in 't Wolvegat geheten. Bron: RAZU, 005. Op vrijdag 28 februari 1975 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Peter Thomas Tjabbes de verkoop plaats van 2 percelen weiland, gelegen aan de Veerwagenweg en de Odijkseweg, in bezit geweest van mevrouw Sturkenboom-Oostveen. De gemeente Houten kocht de twee percelen aan voor ƒ. 376.000,-. Bijbehorende kadasterkaart van het perceel langs de Odijkseweg, met over het perceel lopend de ontsluiting voor het huis Zuidermaat (Rademakersgilde nr. 2). Ooit een pad door de polder Vechter- en Oudwulverbroek, in de achttiende eeuw, Wiersdijk in 't Wolvegat geheten. Bron: RAZU, 005.


Op vrijdag 28 februari 1975 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Peter Thomas Tjabbes de verkoop plaats van 2 percelen weiland, gelegen aan de Veerwagenweg en de Odijkseweg, in bezit geweest van mevrouw Sturkenboom-Oostveen. De gemeente Houten kocht de twee percelen aan voor ƒ. 376.000,-. Bijbehorende kadasterkaart van het perceel liggend naast boerderij Zorgvliet en naast de Veerwagenweg, heden De Brug. Bron: RAZU, 005. Op vrijdag 28 februari 1975 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Peter Thomas Tjabbes de verkoop plaats van 2 percelen weiland, gelegen aan de Veerwagenweg en de Odijkseweg, in bezit geweest van mevrouw Sturkenboom-Oostveen. De gemeente Houten kocht de twee percelen aan voor ƒ. 376.000,-. Bijbehorende kadasterkaart van het perceel liggend naast boerderij Zorgvliet en naast de Veerwagenweg, heden De Brug. Bron: RAZU, 005.


Op vrijdag 28 februari 1975 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Peter Thomas Tjabbes de verkoop plaats van 2 percelen weiland, gelegen aan de Veerwagenweg en de Odijkseweg, in bezit geweest van mevrouw Sturkenboom-Oostveen. De gemeente Houten kocht de twee percelen aan voor ƒ376.000,-. Begin beschrijving van akte. Bron: RAZU, 005. Op vrijdag 28 februari 1975 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Peter Thomas Tjabbes de verkoop plaats van 2 percelen weiland, gelegen aan de Veerwagenweg en de Odijkseweg, in bezit geweest van mevrouw Sturkenboom-Oostveen. De gemeente Houten kocht de twee percelen aan voor ƒ376.000,-. Begin beschrijving van akte. Bron: RAZU, 005.


Waarde taxatierapport van 9 januari 1970 van de boerderij Zorgvliet door taxateur R. Plomp. ter waarde van ƒ. 143.750,-. Bron: RAZU, 005. Waarde taxatierapport van 9 januari 1970 van de boerderij Zorgvliet door taxateur R. Plomp. ter waarde van ƒ. 143.750,-. Bron: RAZU, 005.


 


Reconstructie tekening van de Dijkhoeve in 1659

                   


Waarschijnlijk was een brand de aanleiding tot de nieuwbouw. Volgens het bestek kreeg het gebouw een afmeting van 44 x 41 voet (13,81 x 12,87 m.). Het voorhuis 41 x 17,5 voet (12,87 x 5,49 m.) en het achterhuis 41 x 23,5 voet (12,87 x 7,38 m.).

Het voorhuis had een grote woonkamer met een schoorsteen en een bedstede, naast de voorkamer was een kelder en een zijkamer met nog een bedstede. De kelder was 2 voet diep en had een oppervlakte van 9x9 voet. In de woonkamer moest een plavuizen vloer komen, het zijkamertje, de kelder en ook de kamplaats kregen een stenen vloer.

De voorgevel van het woonhuis werd gemetseld in kalkspecie met nieuwe stenen. De zijgevels van het voorhuis en de muur tussen het voorhuis en de koestal werden gemetseld met savereerd (gezuiverde aarde) met gebruikte stenen. De zijmuur en de tussen muur werden aan beide kanten bepleisterd met kalk en de voorgevel werd aan de buitenkant gevoegd.

Verder vermeld het bestek een ingang in de voorgevel met een boven- en onderdeur en boven het deurkozijn twee ramen. In het voorhuis kwamen ook twee kruiskozijnen en een half kruiskozijn die waarschijnlijk in het zijkamertje kwam. Over het gehele voorhuis kwam een balklaag met een planken vloer.

Het achterhuis ofwel de koestal had een fundering die een voet boven het maaiveld uitstak. Daarop kwam een sloof (een balk) met 15 staande palen met daarop de muurplaat. die even hoog kwam als bij het voorhuis. Ook de achtergevel werd in hout uitgevoerd met daarin opgenomen de hoofddeur en de staldeuren.

De buitenwanden werden bekleed met planken, de een over de ander. Het hout voor de palen werd door de aanbesteder beschikbaar gesteld van appelbomen die op de hofstede aanwezig waren. Het gehele dak van de boerderij werd gekapt met goede geschilde sparren en gedekt met riet.


De Lobbendijk en Weegbreehof in 1976-1977, midden op de achtergrond boerderij Dijkhoeve met links daarvan het hoofdhuis. Foto: Jos Schalkwijk. De Lobbendijk en Weegbreehof in 1976-1977, midden op de achtergrond boerderij Dijkhoeve met links daarvan het hoofdhuis. Foto: Jos Schalkwijk.



Het gehele bestek voor de bouw omvatte 34 artikelen waarin de voorwaarden stonden waarnaar het werk moest worden uitgevoerd. De betaling van het werkgeschiede in vijf termijnen:
Ie termijn 16 julij 1659 113 - 0-0
2e termijn 27 julij 1659 300 - 0-0
3e termijn 19 september 1659 45-10-0
4e termijn 2 maart 1660 45-10-0

Bij de laatste termijn betaling wordt vermeld: "Ontvangen uijt handen voorschr. de somme van acht ende tachtich gulden waar mede onder begrepen is het maecken van vijf blieken (overzichts rekeningen) soo dat ick bekennen in alles voldaen te sijn van mijn aengenomen besteck van het maecken van het nieuwe huijs op Huijbrecht Gerecht van Wulven actum den 7e maij 1660". Frans van Reumelaer.


Fragment uit de hypotheek4 van woensdag 24 augustus 1921 over de verkoop van boerderij Dijkhoeve in familie De Meester. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7071 (571), 1921 aug. 8-1921 okt. 20 571 61. Fragment uit de hypotheek4 van woensdag 24 augustus 1921 over de verkoop van boerderij Dijkhoeve in familie De Meester. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7071 (571), 1921 aug. 8-1921 okt. 20 571 61.



Door middel van dit bestek is het mogelijk om het gebouw op enkele centimeters na nauwkeurig uit te tekenen, alleen over de plaats waar het gestaan heeft wordt niets vermeld, maar het zal vermoedelijk wel op het omgrachte terreintje zijn geweest.

Pas na de opmeting door het kadaster in 1830 is er wat bekend over de plaats van de bebouwing, alsmede de grote en de vorm van het voormalige minigerecht. Maar de afmeting van de boerderij zoals die op de kadasterkaart zijn aangegeven, beantwoorden niet meer aan die van de bouw in 1660, zodat we moeten aannemen dat deze alweer door een nieuw gebouw is opgevolgt.

In 1830 staat de boerderij direct langs de Lobbendijk en op het omgrachte terreintje staan geen gebouwen meer, maar het doet dienst als boomgaard.


Fragment uit de hypotheek4 van woensdag 24 augustus 1921 over de verkoop van boerderij Dijkhoeve in familie De Meester. Begin van beschrijving van artikel 23 met het onroerend goed van boerderij de Dijkhoeve. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7071 (571), 1921 aug. 8-1921 okt. 20 571 61. Fragment uit de hypotheek4 van woensdag 24 augustus 1921 over de verkoop van boerderij Dijkhoeve in familie De Meester. Begin van beschrijving van artikel 23 met het onroerend goed van boerderij de Dijkhoeve. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7071 (571), 1921 aug. 8-1921 okt. 20 571 61.


               

Zicht op het boerderijterrein van de Dijkhoeve in 1983-1985 aan de Lobbendijk waar familie Van Nifterik woonde. Foto: Jos Schalkwijk. Zicht op het boerderijterrein van de Dijkhoeve in 1983-1985 aan de Lobbendijk waar familie Van Nifterik woonde. Foto: Jos Schalkwijk.


Foto genomen vanaf de N.H. Kerktoren in noordelijke richting met op de achtergrond de boerderij de Dijkhoeve. Links de buurt Den Oord I in aanbouw in 1974-1975. Collectie Hans Schemmekes. Foto genomen vanaf de N.H. Kerktoren in noordelijke richting met op de achtergrond de boerderij de Dijkhoeve. Links de buurt Den Oord I in aanbouw in 1974-1975. Collectie Hans Schemmekes.


Zicht vanaf het weiland op de westelijke gevel van boerderij de Dijkhoeve in 19830184. Foto: Jos Schalkwijk. Zicht vanaf het weiland op de westelijke gevel van boerderij de Dijkhoeve in 19830184. Foto: Jos Schalkwijk.


        

Op 16 januari 1840 verkoopt Aletta van Schaik de boerderij met de daarbij behorende landerijen aan Jan Carel Wendel Strick van Linschoten voor de som van f 18.100,—

De beschrijving van de gebouwen en landerijen luidt alsvolgt: "Een hofstede bestaande in een huizinge of boerenwoning, bakhuis, schuur, twee bergen, een duifhok met erve grond en tuin bepotinge en beplantingen met aanhorige boomgaard bouw en weilanden, alle tiendvrij te samen groot 20 bunders 31 roeden en 40 ellen zijnde het voormalige Huberts Gerecht van Wulven genaamd 'de Geer"'. Vanaf 1840 tot 1929 is de Dijkhoeve in het bezit van de opeenvolgende generaties Strick van Linschoten.

Het Kadaster. Overgenomen uit: De Geer of de Reumsthofstede, Leen de Keijzer, Peter Koch, Otto Wttewaall, 1988, Houten. Het Kadaster. Overgenomen uit: De Geer of de Reumsthofstede, Leen de Keijzer, Peter Koch, Otto Wttewaall, 1988, Houten.


           

Boedelscheiding van onroerend goed in de familie Strick van Linschoten - De Meester en diverse goederen en boerderij de Dijkhoeve aan de Lobbendijk. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6786 (286), 1889 nov. 23-1890 mrt. 19 286 47. Boedelscheiding van onroerend goed in de familie Strick van Linschoten - De Meester en diverse goederen en boerderij de Dijkhoeve aan de Lobbendijk. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6786 (286), 1889 nov. 23-1890 mrt. 19 286 47.



De boerderij en het land was in gebruik bij pachters. In 1866 vind de aanleg plaats van de spoorweglijn Utrecht - 's-Hertogenbosch. Het spoor verdeeld de 24 morgen land in twee complexen, de boerderij met ongeveer de helft van het land aan de westkant van het spoor en de andere helft van het land aan de oostkant.


Boedelscheiding van onroerend goed in de familie Strick van Linschoten - De Meester en diverse goederen en boerderij Zorgvliet aan de De Poort vroeger de Prinsenbuurt en de Prinsenweg geheten. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6786 (286), 1889 nov. 23-1890 mrt. 19 286 47. Boedelscheiding van onroerend goed in de familie Strick van Linschoten - De Meester en diverse goederen en boerderij Zorgvliet aan de De Poort vroeger de Prinsenbuurt en de Prinsenweg geheten. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6786 (286), 1889 nov. 23-1890 mrt. 19 286 47.



In de jaren 1884-1886 vermeldt het kadaster een verbouwing: het bouwen van een bijgebouw en het bouwen van een schuur. Dit bijgebouw is waarschijnlijk het in 1986 afgebroken bakzomerhuis. In 1921 wordt door koop, Dijkhoeve eigendom van Willem van Dijk, een veehouder die er zelf op woonde. Als in 1928 Jochem van Dijk eigenaar is geworden, verhuurdt deze de boerderij aan Jan Veen. In 1932 komt er een einde aan het bestaan van de 24 morgen.


Boedelscheiding van onroerend goed in de familie Strick van Linschoten - De Meester en diverse goederen en boerderij Zorgvliet en de Huisjes van Estoppey aan de Pr. Bernhardweg vroeger de Prinsenbuurt en de Molenweg geheten. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6786 (286), 1889 nov. 23-1890 mrt. 19 286 47. Boedelscheiding van onroerend goed in de familie Strick van Linschoten - De Meester en diverse goederen en boerderij Zorgvliet en de Huisjes van Estoppey aan de Pr. Bernhardweg vroeger de Prinsenbuurt en de Molenweg geheten. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6786 (286), 1889 nov. 23-1890 mrt. 19 286 47.



Jochem van Dijk verkoopt de boerderij met de grond aan de westkant van het spoor aan H.Picard, koopman te Utrecht, de grond aan de oostkant van het spoor wordt gekocht door Reyer van Dijk die ze toevoegd aan zijn boerderij aan de Odijkseweg.

H. Picard laat de Dijkhoeve bewonen door een van zijn personeelsleden de heer Steven van Oostrom, die het bakzomerhuis bewoonde. De Dijkhoeve zelf verkeert dan in slechte staat en wordt niet meer bewoond. Picard laat het woongedeelte inrichten als paardenstal en het achterhuis als bergruimte.


Het Kadaster. Overgenomen uit: De Geer of de Reumsthofstede, Leen de Keijzer, Peter Koch, Otto Wttewaall, 1988, Houten. Het Kadaster. Overgenomen uit: De Geer of de Reumsthofstede, Leen de Keijzer, Peter Koch, Otto Wttewaall, 1988, Houten.



In 1951 werd zijn zoon F.C.J. Picard eigenaar die al vanaf 1941 bakzomerhuis bewoonde. In een gesprek met de heer Picard (dd. 15-7-88), kon deze zich nog goed herinneren dat er naast het bakzomerhuis een terreintje was, dat hoger lag dan zijn omgeving met, zoals de heer Picard het verwoordde, omgeven door een sloot die breder en dieper was dan de andere perceelssloten (dit was het terreintje van de voormalige omgrachte boerderij).

Het duifhok dat in 1840 bij een verkoop werd vermeld is bij zijn komst op de boerderij al verdwenen wel waren er nog drie hooibergen waarvan er al kort daarna twee gesloopt werden.

In 1965 koopt B.V. Nifterik Dijkhoeve. Hij laat in 1967 de oude fruitboomgaard op het omgrachte terreintje rooien, het perceel egaliseren en de grachten dempen Het geheel wordt daarna ingepoot  met een struiken-boomgaard. Tenslotte laat hij in 1969 een nieuwe schuur bouwen, deze schuur werd in 1980 door de gemeente verbouwd tot het sociaal cultureel centrum Dijkhoeve.

Op 29 oktober 1973 verkoopt B.V. Nifterik de Dijkhoeve met de bijgebouwen en de aanliggende gronden aan de gemeente Houten ten behoeve van de uitbreiding van het dorp. In 1980 laat de gemeente de boerderij en de hooiberg slopen en in 1986 ondergaat het bakzomerhuis hetzelfde lot.

En nog in 1988 zal de tot sociaal cultureel centrum verbouwde schuur eveneens worden gesloopt.

Binnen enkele jaren zal het na sloop vrijgekomen oude woonperceel met zijn rijke geschiedenis door de nieuwbouw van Houten zijn bedekt.


Boerderij Dijkhoeve aan de Lobbendijk omstreeks 1975. Bron: fragment foto Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), beeldbank. Boerderij Dijkhoeve aan de Lobbendijk omstreeks 1975. Bron: fragment foto Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), beeldbank.



Overgenomen uit: 'De Geer of de Reumsthofstede, Leen de Keijzer, Peter Koch, Otto Wttewaall, 1988, Houten'.


          

Op woensdag 24 augustus van het jaar 1921 vond ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink de verkoop plaats van boerderij de Dijkhoeve waarbij de familie De Meester uit Middelburg (Prov. Zeeland) nazaten van familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Veehouder Willem van Dijk kocht de boerderij ter waarde f. 92.000,-. Begin beschrijving van hypotheek4 akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7071 (571), 1921 aug. 8-1921 okt. 20 571 61. Op woensdag 24 augustus van het jaar 1921 vond ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink de verkoop plaats van boerderij de Dijkhoeve waarbij de familie De Meester uit Middelburg (Prov. Zeeland) nazaten van familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Veehouder Willem van Dijk kocht de boerderij ter waarde f. 92.000,-. Begin beschrijving van hypotheek4 akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7071 (571), 1921 aug. 8-1921 okt. 20 571 61.


Op woensdag 24 augustus van het jaar 1921 vond ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink de verkoop plaats van boerderij de Dijkhoeve waarbij de familie De Meester uit Middelburg (Prov. Zeeland) nazaten van familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Veehouder Willem van Dijk kocht de boerderij ter waarde f. 92.000,-. Beschrijving van percelen met perceelnummers. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7071 (571), 1921 aug. 8-1921 okt. 20 571 61. Op woensdag 24 augustus van het jaar 1921 vond ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink de verkoop plaats van boerderij de Dijkhoeve waarbij de familie De Meester uit Middelburg (Prov. Zeeland) nazaten van familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Veehouder Willem van Dijk kocht de boerderij ter waarde f. 92.000,-. Beschrijving van percelen met perceelnummers. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7071 (571), 1921 aug. 8-1921 okt. 20 571 61.


Op woensdag 24 augustus van het jaar 1921 vond ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink de verkoop plaats van boerderij de Dijkhoeve waarbij de familie De Meester uit Middelburg (Prov. Zeeland) nazaten van familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Veehouder Willem van Dijk kocht de boerderij ter waarde f. 92.000,-. Beschrijving van koopsom. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7071 (571), 1921 aug. 8-1921 okt. 20 571 61. Op woensdag 24 augustus van het jaar 1921 vond ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink de verkoop plaats van boerderij de Dijkhoeve waarbij de familie De Meester uit Middelburg (Prov. Zeeland) nazaten van familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Veehouder Willem van Dijk kocht de boerderij ter waarde f. 92.000,-. Beschrijving van koopsom. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7071 (571), 1921 aug. 8-1921 okt. 20 571 61.


Op dinsdag 7 februari van het jaar 1928 vond ten overstaan van de Houtense notaris Richard Jalon Monbijn, cadidaath notaris als vervanger Hendrik Arnold Margareeth Immink waarbij veehouder Willem van Dijk boerderij De Dijkhoeve verkocht aan Jochem van Dijk voor f. 57.000,-. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7179 (679), 1928 jan. 31-1928 mei 4 679 93. Op dinsdag 7 februari van het jaar 1928 vond ten overstaan van de Houtense notaris Richard Jalon Monbijn, cadidaath notaris als vervanger Hendrik Arnold Margareeth Immink waarbij veehouder Willem van Dijk boerderij De Dijkhoeve verkocht aan Jochem van Dijk voor f. 57.000,-. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7179 (679), 1928 jan. 31-1928 mei 4 679 93.


Op dinsdag 7 februari van het jaar 1928 vond ten overstaan van de Houtense notaris Richard Jalon Monbijn, cadidaath notaris als vervanger Hendrik Arnold Margareeth Immink waarbij veehouder Willem van Dijk boerderij De Dijkhoeve verkocht aan Jochem van Dijk voor f. 57.000,-. Vermelding van de verkoopsom. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7179 (679), 1928 jan. 31-1928 mei 4 679 93. Op dinsdag 7 februari van het jaar 1928 vond ten overstaan van de Houtense notaris Richard Jalon Monbijn, cadidaath notaris als vervanger Hendrik Arnold Margareeth Immink waarbij veehouder Willem van Dijk boerderij De Dijkhoeve verkocht aan Jochem van Dijk voor f. 57.000,-. Vermelding van de verkoopsom. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7179 (679), 1928 jan. 31-1928 mei 4 679 93.


Op woensdag 27 januari 1932 ten overstaan van de Houtense notaris Aaldrik Lambertus Buurma verkocht mejuffrouw Hendrika Verweij een woonhuis met schuur aan de (D512) Waijensedijk voor f. 2.600,- aan Frederik Carel Jan Picard, koopman, wonende te Utrecht. Begin beschrijving van hypotheek4 akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7247 (747), 1931 dec. 19-1932 april 4 747 106. Op woensdag 27 januari 1932 ten overstaan van de Houtense notaris Aaldrik Lambertus Buurma verkocht mejuffrouw Hendrika Verweij een woonhuis met schuur aan de (D512) Waijensedijk voor f. 2.600,- aan Frederik Carel Jan Picard, koopman, wonende te Utrecht. Begin beschrijving van hypotheek4 akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7247 (747), 1931 dec. 19-1932 april 4 747 106.


Op woensdag 27 januari 1932 ten overstaan van de Houtense notaris Aaldrik Lambertus Buurma verkocht mejuffrouw Hendrika Verweij een woonhuis met schuur aan de (D512) Waijensedijk voor f. 2.600,- aan Frederik Carel Jan Picard, koopman, wonende te Utrecht. Vermelding van de aankoopsom. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7247 (747), 1931 dec. 19-1932 april 4 747 106. Op woensdag 27 januari 1932 ten overstaan van de Houtense notaris Aaldrik Lambertus Buurma verkocht mejuffrouw Hendrika Verweij een woonhuis met schuur aan de (D512) Waijensedijk voor f. 2.600,- aan Frederik Carel Jan Picard, koopman, wonende te Utrecht. Vermelding van de aankoopsom. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7247 (747), 1931 dec. 19-1932 april 4 747 106.


Op dinsdag 26 juli van her jaar 1932 vond ten overstaan van de Houtense notaris Buurma in logement De Engel aan de Burg. Wallerweg 2 de veiling plaats van boerderij de Dijkhoeve. Veehoudjer Jochem van Dijk verkocht aan Hendrik Picard, koopman en wonende te Utrecht de boerderij voor de verkoopsom van f. 15.500,- gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7256 (756), 1932 juli 20-1932 okt. 29 756 130. Op dinsdag 26 juli van her jaar 1932 vond ten overstaan van de Houtense notaris Buurma in logement De Engel aan de Burg. Wallerweg 2 de veiling plaats van boerderij de Dijkhoeve. Veehoudjer Jochem van Dijk verkocht aan Hendrik Picard, koopman en wonende te Utrecht de boerderij voor de verkoopsom van f. 15.500,- gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7256 (756), 1932 juli 20-1932 okt. 29 756 130.


Groepsportret (fragment) van de leden van het uitvoerend comité van de Vee- en Slagersvaktentoonstelling in de nieuwe Veemarkthal (Croeselaan) te Utrecht: met het portret van Hendrik Picard (1875-1950), eigenaar van de Dijkhoeve. Portret uit oktober 1928. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 99043. Groepsportret (fragment) van de leden van het uitvoerend comité van de Vee- en Slagersvaktentoonstelling in de nieuwe Veemarkthal (Croeselaan) te Utrecht: met het portret van Hendrik Picard (1875-1950), eigenaar van de Dijkhoeve. Portret uit oktober 1928. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 99043.


Op dinsdag 26 juli van her jaar 1932 vond ten overstaan van de Houtense notaris Buurma in logement De Engel aan de Burg. Wallerweg 2 de veiling plaats van boerderij de Dijkhoeve. Veehoudjer Jochem van Dijk verkocht aan Hendrik Picard, koopman en wonende te Utrecht de boerderij voor de verkoopsom van f. 15.500,- gulden. Benoeming van verkoopkavels met bieding. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7256 (756), 1932 juli 20-1932 okt. 29 756 130. Op dinsdag 26 juli van her jaar 1932 vond ten overstaan van de Houtense notaris Buurma in logement De Engel aan de Burg. Wallerweg 2 de veiling plaats van boerderij de Dijkhoeve. Veehoudjer Jochem van Dijk verkocht aan Hendrik Picard, koopman en wonende te Utrecht de boerderij voor de verkoopsom van f. 15.500,- gulden. Benoeming van verkoopkavels met bieding. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7256 (756), 1932 juli 20-1932 okt. 29 756 130.


Boerderij Dijkhoeve aan de Lobbendijk tot 1973 in het bezit geweest van de familie Van Nifterik. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Boerderij Dijkhoeve aan de Lobbendijk tot 1973 in het bezit geweest van de familie Van Nifterik. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


Boerderij Dijkhoeve aan de Lobbendijk tot 1973 in het bezit geweest van de familie Van Nifterik. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Boerderij Dijkhoeve aan de Lobbendijk tot 1973 in het bezit geweest van de familie Van Nifterik. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


Boerderij Dijkhoeve aan de Lobbendijk tot 1973 in het bezit geweest van de familie Van Nifterik. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Boerderij Dijkhoeve aan de Lobbendijk tot 1973 in het bezit geweest van de familie Van Nifterik. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


Op 7 februari van het jaar 1951 ten overstaan van de Utrechtse notaris Christiaan Leendert Hecker, Maria Christin Wilhelmina van Woudenbergh, weduwe van Hendrik Picard. Waarbij na het overlijden van Hendrik Picard de boerderij Dijkhoeve toe kwam aan zijn zoon Frederik Carel Jan Picard, fruitteler. Begin beschrijving van hypotheek4 akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9451 (1051), 1951 jan. 23-1951 febr. 14 1051 112. Op 7 februari van het jaar 1951 ten overstaan van de Utrechtse notaris Christiaan Leendert Hecker, Maria Christin Wilhelmina van Woudenbergh, weduwe van Hendrik Picard. Waarbij na het overlijden van Hendrik Picard de boerderij Dijkhoeve toe kwam aan zijn zoon Frederik Carel Jan Picard, fruitteler. Begin beschrijving van hypotheek4 akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9451 (1051), 1951 jan. 23-1951 febr. 14 1051 112.


Op 19 december 1963 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Haaije Minnema, kadidaat-noaris als plaatsvervanger van Joost Hofstede, notaris waarbij verscheen Frederik Carel Jan Picard en Hendrik Willem Frederik Picard waarbij werd overgaan tot een boedelscheiding. Waarbij ook boerderij Dijkhoeve werd in de boedel werd beschreven. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9766 (1366), 1963 dec. 19-1963 dec. 24 1366 8. Op 19 december 1963 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Haaije Minnema, kadidaat-noaris als plaatsvervanger van Joost Hofstede, notaris waarbij verscheen Frederik Carel Jan Picard en Hendrik Willem Frederik Picard waarbij werd overgaan tot een boedelscheiding. Waarbij ook boerderij Dijkhoeve werd in de boedel werd beschreven. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9766 (1366), 1963 dec. 19-1963 dec. 24 1366 8.


Op 19 december 1963 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Haaije Minnema, kadidaat-noaris als plaatsvervanger van Joost Hofstede, notaris waarbij verscheen Frederik Carel Jan Picard en Hendrik Willem Frederik Picard waarbij werd overgaan tot een boedelscheiding. Waarbij ook boerderij Dijkhoeve werd in de boedel werd beschreven. Beschrijving van vast- en onroerend goed. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9766 (1366), 1963 dec. 19-1963 dec. 24 1366 8. Op 19 december 1963 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Haaije Minnema, kadidaat-noaris als plaatsvervanger van Joost Hofstede, notaris waarbij verscheen Frederik Carel Jan Picard en Hendrik Willem Frederik Picard waarbij werd overgaan tot een boedelscheiding. Waarbij ook boerderij Dijkhoeve werd in de boedel werd beschreven. Beschrijving van vast- en onroerend goed. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9766 (1366), 1963 dec. 19-1963 dec. 24 1366 8.


Op 19 december 1963 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Haaije Minnema, kadidaat-noaris als plaatsvervanger van Joost Hofstede, notaris waarbij verscheen Frederik Carel Jan Picard en Hendrik Willem Frederik Picard waarbij werd overgaan tot een boedelscheiding. Waarbij ook boerderij Dijkhoeve werd in de boedel werd beschreven. Beschrijving van eerdere vast- en onroerend goed verkrijging. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9766 (1366), 1963 dec. 19-1963 dec. 24 1366 8. Op 19 december 1963 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Haaije Minnema, kadidaat-noaris als plaatsvervanger van Joost Hofstede, notaris waarbij verscheen Frederik Carel Jan Picard en Hendrik Willem Frederik Picard waarbij werd overgaan tot een boedelscheiding. Waarbij ook boerderij Dijkhoeve werd in de boedel werd beschreven. Beschrijving van eerdere vast- en onroerend goed verkrijging. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9766 (1366), 1963 dec. 19-1963 dec. 24 1366 8.


Op 29 december van het jaar 1965 verschenen over de Houtense notaris Johannes Alexander Bremer Frederik Carel Jan Picard, fruitkweker van beroep en Barend van Nifterik, melkhandelaar, wonende te De Bilt. Waarbij de heer Picard de boerderij de Dijkhoeve aan Van Nifterik verkocht voor de verkoopsom van ƒ. 150.000,- gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 8075 (1875), 1965 dec. 30-1965 dec. 31 1875 112. Op 29 december van het jaar 1965 verschenen over de Houtense notaris Johannes Alexander Bremer Frederik Carel Jan Picard, fruitkweker van beroep en Barend van Nifterik, melkhandelaar, wonende te De Bilt. Waarbij de heer Picard de boerderij de Dijkhoeve aan Van Nifterik verkocht voor de verkoopsom van ƒ. 150.000,- gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 8075 (1875), 1965 dec. 30-1965 dec. 31 1875 112.


Op 29 december van het jaar 1965 verschenen over de Houtense notaris Johannes Alexander Bremer Frederik Carel Jan Picard, fruitkweker van beroep en Barend van Nifterik, melkhandelaar, wonende te De Bilt. Waarbij de heer Picard de boerderij de Dijkhoeve aan Van Nifterik verkocht voor de verkoopsom van ƒ. 150.000,- gulden. Beschrijving van eerdere verkrijging van het vastgoed. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 8075 (1875), 1965 dec. 30-1965 dec. 31 1875 112. Op 29 december van het jaar 1965 verschenen over de Houtense notaris Johannes Alexander Bremer Frederik Carel Jan Picard, fruitkweker van beroep en Barend van Nifterik, melkhandelaar, wonende te De Bilt. Waarbij de heer Picard de boerderij de Dijkhoeve aan Van Nifterik verkocht voor de verkoopsom van ƒ. 150.000,- gulden. Beschrijving van eerdere verkrijging van het vastgoed. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 8075 (1875), 1965 dec. 30-1965 dec. 31 1875 112.


Op 29 november van het jaar 1973 ten overstaan van notaris Haiko Smid te Waardenburg verkocht Barend van Nifterik de boerderij de Dijkhoeve aan de gemeente Houten voor de verkoopsom ƒ. 487.000,- gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 8885 (2685), 1973 nov. 30-1973 nov. 30 2685 24. Op 29 november van het jaar 1973 ten overstaan van notaris Haiko Smid te Waardenburg verkocht Barend van Nifterik de boerderij de Dijkhoeve aan de gemeente Houten voor de verkoopsom ƒ. 487.000,- gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 8885 (2685), 1973 nov. 30-1973 nov. 30 2685 24.


Plattegrond in grijs gearceerd met ruitenmotief de gronden die Barend van Nifterik aan de gemeente Houten verkocht in 1973. Links de Lobbendijk en rechts de spoorbaan Utrecht-'s-Hertogenbosch. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 005. Plattegrond in grijs gearceerd met ruitenmotief de gronden die Barend van Nifterik aan de gemeente Houten verkocht in 1973. Links de Lobbendijk en rechts de spoorbaan Utrecht-'s-Hertogenbosch. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 005.


Boerderij de Dijkhoeve aan de Lobbendijk eind jaren zeventig van de vorige eeuw. Kort voor de afbraak van het linker hoofdgebouw. Collectie Hans Schemmekes RAZU, 353. Boerderij de Dijkhoeve aan de Lobbendijk eind jaren zeventig van de vorige eeuw. Kort voor de afbraak van het linker hoofdgebouw. Collectie Hans Schemmekes RAZU, 353.


De afbraak van het hoofdgebouw van de boerderij de Dijkhoeve begin jaren tachtig van de vorige eeuw. Zicht vanaf de Lobbendijk. Collectie: Hans Schemmekes RAZU, 353. De afbraak van het hoofdgebouw van de boerderij de Dijkhoeve begin jaren tachtig van de vorige eeuw. Zicht vanaf de Lobbendijk. Collectie: Hans Schemmekes RAZU, 353.


Het net afgebroken hoofdgebouw van boerderij de Dijkhoeve gezien vanaf de Lobbendijk. De familie Van Nifterik woonde nog enkele jaren tot 1985 in het bijhuis van het boerderijterrein. Collectie Hans Schemmekes RAZU, 353. Het net afgebroken hoofdgebouw van boerderij de Dijkhoeve gezien vanaf de Lobbendijk. De familie Van Nifterik woonde nog enkele jaren tot 1985 in het bijhuis van het boerderijterrein. Collectie Hans Schemmekes RAZU, 353.


Plattegrond van het nieuwe centrumgebied van Houten uit ca. 1980 met globaal ingetekend de gebouwen die nog gerealiseerd moest gaan worden. Bron: Het Utrechts Archief, 941 72. Plattegrond van het nieuwe centrumgebied van Houten uit ca. 1980 met globaal ingetekend de gebouwen die nog gerealiseerd moest gaan worden. Bron: Het Utrechts Archief, 941 72.


Besluit van de gemeenteraad van Houten uit 1985 waarbij in september 1986 boerderij de Dijkhoeve gesloopt zou gaan worden door sloopbedrijf Van Winkel ter waarde van ƒ. 6.000,- gulden. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 005. Besluit van de gemeenteraad van Houten uit 1985 waarbij in september 1986 boerderij de Dijkhoeve gesloopt zou gaan worden door sloopbedrijf Van Winkel ter waarde van ƒ. 6.000,- gulden. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 005.


Besluit van 19 december 2000 van de secretaris H. Overbosch en de voorzitter J. Westra van de gemeente Houten om circa 1451 m2 vierkante meter te verkopen met de verkoopsom van ƒ. 1.722.659,21-, aan Altus Advies Ontwikkeling B.V.. De grond was eerder de plek waar boerderij de Dijkhoeve stond. Bron: RAZU, 005. Besluit van 19 december 2000 van de secretaris H. Overbosch en de voorzitter J. Westra van de gemeente Houten om circa 1451 m2 vierkante meter te verkopen met de verkoopsom van ƒ. 1.722.659,21-, aan Altus Advies Ontwikkeling B.V.. De grond was eerder de plek waar boerderij de Dijkhoeve stond. Bron: RAZU, 005.


Besluit van 19 december 2000 van de secretaris H. Overbosch en de voorzitter J. Westra van de gemeente Houten om circa 1451 m2 vierkante meter te verkopen met de verkoopsom van ƒ. 1.722.659,21-, aan Altus Advies Ontwikkeling B.V.. Verkoopakte van zaterdag 22 januari 2000 ten overstaan van notaris Marnix Hendrik Laurens Langeveld. Bron: RAZU, 005. Besluit van 19 december 2000 van de secretaris H. Overbosch en de voorzitter J. Westra van de gemeente Houten om circa 1451 m2 vierkante meter te verkopen met de verkoopsom van ƒ. 1.722.659,21-, aan Altus Advies Ontwikkeling B.V.. Verkoopakte van zaterdag 22 januari 2000 ten overstaan van notaris Marnix Hendrik Laurens Langeveld. Bron: RAZU, 005.


Besluit van 19 december 2000 van de secretaris H. Overbosch en de voorzitter J. Westra van de gemeente Houten om circa 1451 m2 vierkante meter te verkopen met de verkoopsom van ƒ. 1.722.659,21-, aan Altus Advies Ontwikkeling B.V.. Verkoopakte van zaterdag 22 januari 2000 ten overstaan van notaris Marnix Hendrik Laurens Langeveld. Bijbehorende plattegrond bij het dossier met links in raster gearceerd het toekomstige gebouw de Koningslinde waar eens eerder boerderij de Dijkhoeve stond. Bron: RAZU, 005. Besluit van 19 december 2000 van de secretaris H. Overbosch en de voorzitter J. Westra van de gemeente Houten om circa 1451 m2 vierkante meter te verkopen met de verkoopsom van ƒ. 1.722.659,21-, aan Altus Advies Ontwikkeling B.V.. Verkoopakte van zaterdag 22 januari 2000 ten overstaan van notaris Marnix Hendrik Laurens Langeveld. Bijbehorende plattegrond bij het dossier met links in raster gearceerd het toekomstige gebouw de Koningslinde waar eens eerder boerderij de Dijkhoeve stond. Bron: RAZU, 005.


Besluit van 19 december 2000 van de secretaris H. Overbosch en de voorzitter J. Westra van de gemeente Houten om circa 1451 m2 vierkante meter te verkopen met de verkoopsom van ƒ. 1.722.659,21-, aan Altus Advies Ontwikkeling B.V.. Verkoopakte van zaterdag 22 januari 2000 ten overstaan van notaris Marnix Hendrik Laurens Langeveld met benoemiong van de verkoopsom. Bron: RAZU, 005. Besluit van 19 december 2000 van de secretaris H. Overbosch en de voorzitter J. Westra van de gemeente Houten om circa 1451 m2 vierkante meter te verkopen met de verkoopsom van ƒ. 1.722.659,21-, aan Altus Advies Ontwikkeling B.V.. Verkoopakte van zaterdag 22 januari 2000 ten overstaan van notaris Marnix Hendrik Laurens Langeveld met benoemiong van de verkoopsom. Bron: RAZU, 005.


 

Aankoop landbouwgrond van landbouwer Jan van Schaik

Op zaterdag 2 augustus 1834 in het bijzijn van notaris H.J. van Mariënhoff op huize Rhijnauwen verkocht landbouwer Jan van Schaik aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Onder de getuigenis van Jan Maatman en Jan Middelman drie percelen landbouw grond kadastrale gemeente Houten sectie A27, A34 en A44 voor een bedrag van f. 1.000- , gulden. Landerijen gelegen tussen de Geersloot en de Vliersteeg, achter de Algemene Begraafplaats van Houten, heden Pr. Ireneweg. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1817 02-08-1834 aktenummer: 2564. Op zaterdag 2 augustus 1834 in het bijzijn van notaris H.J. van Mariënhoff op huize Rhijnauwen verkocht landbouwer Jan van Schaik aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Onder de getuigenis van Jan Maatman en Jan Middelman drie percelen landbouw grond kadastrale gemeente Houten sectie A27, A34 en A44 voor een bedrag van f. 1.000- , gulden. Landerijen gelegen tussen de Geersloot en de Vliersteeg, achter de Algemene Begraafplaats van Houten, heden Pr. Ireneweg. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1817 02-08-1834 aktenummer: 2564.


Kadastrale kaart van de gemeente Houten van 1 oktober 1832 in geel gearceerd met rode rand sectie A, perceelnummer 27 die landbouwer Jan van Schaik tezamen met drie andere percelen verkocht voor f. 1.000- , gulden aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen ten overstaan van de Wijk bij Duurstedense notaris H.J. van Mariënhoff op zaterdag 2 augustus 1834 op huizen Rhijnauwen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1817 02-08-1834 aktenummer: 2564. Kadastrale kaart van de gemeente Houten van 1 oktober 1832 in geel gearceerd met rode rand sectie A, perceelnummer 27 die landbouwer Jan van Schaik tezamen met drie andere percelen verkocht voor f. 1.000- , gulden aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen ten overstaan van de Wijk bij Duurstedense notaris H.J. van Mariënhoff op zaterdag 2 augustus 1834 op huizen Rhijnauwen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1817 02-08-1834 aktenummer: 2564.


'Gedaan en gepasseerd op den Huizen Rijnauwen voornoemd in tegenwoordigheid van Jan Maatman zonder beroep en Jan Middelman Landbouwer beide wonende in de gemeente Rijnauwen Getuigen ten deze verzocht den tweede Augustus achttien honderd vier en dertig _ En na gedanen voorlezing heeft Jan van Schaik verklaard niet te kunnen schrijven noch zijnen naam teekenen, waarvan de Heer Kooper met ons Notaris en Getuigen de Minute der tegenwoordige hebben geteekend. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1817 02-08-1834 aktenummer: 2564. 'Gedaan en gepasseerd op den Huizen Rijnauwen voornoemd in tegenwoordigheid van Jan Maatman zonder beroep en Jan Middelman Landbouwer beide wonende in de gemeente Rijnauwen Getuigen ten deze verzocht den tweede Augustus achttien honderd vier en dertig _ En na gedanen voorlezing heeft Jan van Schaik verklaard niet te kunnen schrijven noch zijnen naam teekenen, waarvan de Heer Kooper met ons Notaris en Getuigen de Minute der tegenwoordige hebben geteekend. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1817 02-08-1834 aktenummer: 2564.


Kadastrale kaart van de gemeente Houten van 1 oktober 1832 in geel gearceerd met rode rand sectie A, perceelnummer 34 die landbouwer Jan van Schaik tezamen met drie andere percelen verkocht voor f. 1.000- , gulden aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen ten overstaan van de Wijk bij Duurstedense notaris H.J. van Mariënhoff op zaterdag 2 augustus 1834 op huizen Rhijnauwen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1817 02-08-1834 aktenummer: 2564. Kadastrale kaart van de gemeente Houten van 1 oktober 1832 in geel gearceerd met rode rand sectie A, perceelnummer 34 die landbouwer Jan van Schaik tezamen met drie andere percelen verkocht voor f. 1.000- , gulden aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen ten overstaan van de Wijk bij Duurstedense notaris H.J. van Mariënhoff op zaterdag 2 augustus 1834 op huizen Rhijnauwen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1817 02-08-1834 aktenummer: 2564.


Handtekening van jhr. J.C.W. Strick van Linschoten van Rhijnauwen, en getuigen Jan Maatman en Jan Middelman, en de Wijk bij Duurstedense notaris H.J. van Mariënhoff. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1817 02-08-1834 aktenummer: 2564. Handtekening van jhr. J.C.W. Strick van Linschoten van Rhijnauwen, en getuigen Jan Maatman en Jan Middelman, en de Wijk bij Duurstedense notaris H.J. van Mariënhoff. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1817 02-08-1834 aktenummer: 2564.


Kadastrale kaart van de gemeente Houten van 1 oktober 1832 in geel gearceerd met rode rand sectie A, perceelnummer 44 die landbouwer Jan van Schaik tezamen met drie andere percelen verkocht voor f. 1.000- , gulden aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen ten overstaan van de Wijk bij Duurstedense notaris H.J. van Mariënhoff op zaterdag 2 augustus 1834 op huizen Rhijnauwen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1817 02-08-1834 aktenummer: 2564. Kadastrale kaart van de gemeente Houten van 1 oktober 1832 in geel gearceerd met rode rand sectie A, perceelnummer 44 die landbouwer Jan van Schaik tezamen met drie andere percelen verkocht voor f. 1.000- , gulden aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen ten overstaan van de Wijk bij Duurstedense notaris H.J. van Mariënhoff op zaterdag 2 augustus 1834 op huizen Rhijnauwen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1817 02-08-1834 aktenummer: 2564.



Boerderij 'Zorgvliet'
gelegen aan De Poort 8, 10, 10A en Suevenpoort 16

In geel gearceerd de gronden ingetekend in de kadasterkaart van 1832 tot 1840 ten zuidwesten van het Oude Dorp Houten die in het eigendom van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Rechts in geel boerderij Zorgvliet met daarbij niet in geel gearceerd de Estoppey huisje en de Molenweg die ook van Jan Carel Wendel Strick van Linschoten waren. De gronden in geel gearceerd (middenlinks) zijn de boerderij aan de Houtensewetering 19 (boerderij rechts (oost)). Boerderij aan de de westkant behoorde niet bij het bezit van de jonkheer Strick. Bron: HISGIS Utrecht. In geel gearceerd de gronden ingetekend in de kadasterkaart van 1832 tot 1840 ten zuidwesten van het Oude Dorp Houten die in het eigendom van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Rechts in geel boerderij Zorgvliet met daarbij niet in geel gearceerd de Estoppey huisje en de Molenweg die ook van Jan Carel Wendel Strick van Linschoten waren. De gronden in geel gearceerd (middenlinks) zijn de boerderij aan de Houtensewetering 19 (boerderij rechts (oost)). Boerderij aan de de westkant behoorde niet bij het bezit van de jonkheer Strick. Bron: HISGIS Utrecht.


Boerderij Zorgvliet aan De Poort 8 en 10 in 1989. Foto: O.J. Wttewaall. Bron: RAZU, 033. Boerderij Zorgvliet aan De Poort 8 en 10 in 1989. Foto: O.J. Wttewaall. Bron: RAZU, 033.


Op donderdag 5 juni 1834 verkocht Cornelia Schalkwijk, weduwe van Jan Peek boerderij Zorgvliet en de boerderij aan Houtensewetering 19 aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: Utrechtsche Courant 21-05-1834, Delpher.nl.Op donderdag 5 juni 1834 verkocht Cornelia Schalkwijk, weduwe van Jan Peek boerderij Zorgvliet en de boerderij aan Houtensewetering 19 aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: Utrechtsche Courant 21-05-1834, Delpher.nl. Op donderdag 5 juni 1834 verkocht Cornelia Schalkwijk, weduwe van Jan Peek boerderij Zorgvliet en de boerderij aan Houtensewetering 19 aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: Utrechtsche Courant 21-05-1834, Delpher.nl.


  • Voorgevel van boerderij Zorgvliet aan De Poort 8 en 10 in juli 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Achtergevel van boerderij Zorgvliet aan De Poort 8 en 10 in juli 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Tuin en prieel van boerderij Zorgvliet aan De Poort 8 en 10 in juli 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Naambord van boerderij Zorgvliet aan De Poort 8 en 10 in juli 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Voorgevel van boerderij Zorgvliet aan De Poort 8 en 10 in juli 2023. (2) Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Toegangsdeur en hal van boerderij Zorvliet in juli 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Zijgevel van boerderij Zorgvliet aan De Poort 8 en 10 in juli 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Eerste steen gelegd door Maria Oostveen op 25 maart 1926. Steen zit naast de voordeur van boerderij Zorgvliet. Foto: Sander van Scherpenzeel.


          


 

Geschiedenis boerderij Zorgvliet

In geel gearceerd de gronden ingetekend in het kadasterkaart van 1832 rondom het Oude Dorp die tussen dat jaar en 1840 in het bezit kwamen van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Links boerderij Zorgvliet. Midden boven een stuk grond ten oosten van de begraafplaast aan de Vliersteeg (Vlierweg). En langwerpige percelen gelegen tussen de Vlierweg en de Loerikseweg. Bron: HISGIS Utrecht. In geel gearceerd de gronden ingetekend in het kadasterkaart van 1832 rondom het Oude Dorp die tussen dat jaar en 1840 in het bezit kwamen van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Links boerderij Zorgvliet. Midden boven een stuk grond ten oosten van de begraafplaast aan de Vliersteeg (Vlierweg). En langwerpige percelen gelegen tussen de Vlierweg en de Loerikseweg. Bron: HISGIS Utrecht.



‘Zorgvliet’ was de naam van een zeventiende-eeuwse buitenplaats die tot in het begin van de negentiende eeuw ten zuidwesten van de huidige langhuisboerderij lag. Deze is in 1926 in opdracht van M. Oostveen gebouwd, ter vervanging van een oudere boerderij, die ooit deel uitmaakte van de buitenplaats.

Het ontwerp was van architect G.J. Brinkhof uit De Meern. Een gevelsteen vermeldt: ‘Deze steen/ is gesteld/ door/ Maria Oostveen/ 25 Maart 1926’. De voorgevel heeft een risalerende middenpartij waartegen een rondbogig portiek met balkon is geplaatst. Links van de portiek bevindt zich een grote serre.

Opvallend zijn de halfronde roeden bovenlichten van de balkondeuren en vensters op de verdieping. Beide zijgevels hebben eveneens rivalerende middenpartijen onder steekkappen in de vorm van wolfdaken. Terracotta pirons bekronen de nokvorsten.

In 1964 is het voorhuis in twee woningen gesplitst. Links van het hoofdgebouw staat nog een schuur uit 1908, die door een aanbouw met de boerderij is verbonden.

Overgenomen uit: Houten Historische Bebouwing. O.J. Wttewaall en J.A.M. Smits 1991.

De Naam Zorgvliet betekend: 'De geweken zorgen' of 'De verdwenen zorgen'.


Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517. Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517.


Publieke verkoop van de hofstede Zorgvliet door familie Van Notten - Strick van Linschoten gehouden op woensdag 19 april 1905 ten overstaan van de Houtense notaris H.A.M. Immink en de Utrechtse notaris E. van Beusekom Ez. Bron: krantenbank, RAZU, De Vijfheerenlanden 25-03-1905. Publieke verkoop van de hofstede Zorgvliet door familie Van Notten - Strick van Linschoten gehouden op woensdag 19 april 1905 ten overstaan van de Houtense notaris H.A.M. Immink en de Utrechtse notaris E. van Beusekom Ez. Bron: krantenbank, RAZU, De Vijfheerenlanden 25-03-1905.


Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517. Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517.


In het vroege voorjaar In het vroege voorjaar van 1925 (winter) werd boerderij Zorgvliet verkocht door Jan Cornelis Schinkel bij veiling door de Houtense notaris H.A.M. Immink. Jan was de daarop volgende eigenaar voordat familie Strick van Linschoten de boerderij aan Van Schinkel in 1905 verkocht hadden. De boerderij en de Molensteeg werden gekocht door C.G. Oostveen voor f. 424.000, - gulden. Bron: krantenbank, RAZU, Het Nieuws, Vr. 30-01-1925.an 1925 (winter) werd boerderij Zorgvliet verkocht door familie Strick van Linschoten bij veiling door de Houtense notaris H.A.M. Immink. De boerderij en de Molensteeg werden gekocht door C.G. Oostveen voor f. 424.000, - gulden. Bron: krantenbank, RAZU, Het Nieuws, Vr. 30-01-1925. In het vroege voorjaar van 1925 (winter) werd boerderij Zorgvliet verkocht door Jan Cornelis Schinkel bij veiling door de Houtense notaris H.A.M. Immink. Jan was de daarop volgende eigenaar voordat familie Strick van Linschoten de boerderij aan Van Schinkel in 1905 verkocht hadden. De boerderij en de Molensteeg werden gekocht door C.G. Oostveen voor f. 424.000, - gulden. Bron: krantenbank, RAZU, Het Nieuws, Vr. 30-01-1925.


Op donderdag 8 november 1917 in het dorpscafé Dorpszicht werd de veiling gehouden ten overstaan van Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth de veiling gehouden waarbij de Huisjes van Estoppey aan de Molenweg en boerderij Zorgvliet verkocht. Familie Van Schaik verkocht de boerderij die zij eerder van de familie Strick van Linschoten kocht. Jan Schinkel kocht de huisjes en de boerderij aan voor f. 8.000,- gulden. Bij een eerdere verkoping van Jan Schinkel ook betrokken als belanghebbende. Beschrijving van verkochte percelen met persoonsnamen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU0, 063. 468, aktenummer: 2953. Op donderdag 8 november 1917 in het dorpscafé Dorpszicht werd de veiling gehouden ten overstaan van Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth de veiling gehouden waarbij de Huisjes van Estoppey aan de Molenweg en boerderij Zorgvliet verkocht. Familie Van Schaik verkocht de boerderij die zij eerder van de familie Strick van Linschoten kocht. Jan Schinkel kocht de huisjes en de boerderij aan voor f. 8.000,- gulden. Bij een eerdere verkoping van Jan Schinkel ook betrokken als belanghebbende. Beschrijving van verkochte percelen met persoonsnamen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU0, 063. 468, aktenummer: 2953.


Op donderdag 8 november 1917 in het dorpscafé Dorpszicht werd de veiling gehouden ten overstaan van Houtense notarisHendrik Arnold Margareeth de veiling gehouden waarbij de Huisjes van Estoppey aan de Molenweg en boerderij Zorgvliet verkocht. Familie Van Schaik verkocht de boerderij die zij eerder van de familie Strick van Linschoten kochte. Jan Schinkel kocht de huisjes en de boerderij aan voor f. 8.000,- gulden. Bij een eerdere verkoping van Jan Schinkel ook betrokken als belanghebbende. Beschrijving van perceel drie en vier. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU0, 063. 468, aktenummer: 2953. Op donderdag 8 november 1917 in het dorpscafé Dorpszicht werd de veiling gehouden ten overstaan van Houtense notarisHendrik Arnold Margareeth de veiling gehouden waarbij de Huisjes van Estoppey aan de Molenweg en boerderij Zorgvliet verkocht. Familie Van Schaik verkocht de boerderij die zij eerder van de familie Strick van Linschoten kochte. Jan Schinkel kocht de huisjes en de boerderij aan voor f. 8.000,- gulden. Bij een eerdere verkoping van Jan Schinkel ook betrokken als belanghebbende. Beschrijving van perceel drie en vier. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU0, 063. 468, aktenummer: 2953.


Op donderdag 8 november 1917 in het dorpscafé Dorpszicht werd de veiling gehouden ten overstaan van Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth de veiling gehouden waarbij de Huisjes van Estoppey aan de Molenweg en boerderij Zorgvliet verkocht. Familie Van Schaik verkocht de boerderij die zij eerder van de familie Strick van Linschoten kocht. Jan Schinkel kocht de huisjes en de boerderij aan voor f. 8.000,- gulden. Bij een eerdere verkoping van Jan Schinkel ook betrokken als belanghebbende. Beschrijving van perceel één en twee. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU0, 063. 468, aktenummer: 2953. Op donderdag 8 november 1917 in het dorpscafé Dorpszicht werd de veiling gehouden ten overstaan van Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth de veiling gehouden waarbij de Huisjes van Estoppey aan de Molenweg en boerderij Zorgvliet verkocht. Familie Van Schaik verkocht de boerderij die zij eerder van de familie Strick van Linschoten kocht. Jan Schinkel kocht de huisjes en de boerderij aan voor f. 8.000,- gulden. Bij een eerdere verkoping van Jan Schinkel ook betrokken als belanghebbende. Beschrijving van perceel één en twee. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU0, 063. 468, aktenummer: 2953.


Op donderdag 8 november 1917 in het dorpscafé Dorpszicht werd de veiling gehouden ten overstaan van Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth de veiling gehouden waarbij de Huisjes van Estoppey aan de Molenweg en boerderij Zorgvliet verkocht. Familie Van Schaik verkocht de boerderij die zij eerder van de familie Strick van Linschoten kocht. Jan Schinkel kocht de huisjes en de boerderij aan voor f. 8.000,- gulden. Bij een eerdere verkoping van Jan Schinkel ook betrokken als belanghebbende. Handtekeningen van familieleden Van Schaik. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU0, 063. 468, aktenummer: 2953. Op donderdag 8 november 1917 in het dorpscafé Dorpszicht werd de veiling gehouden ten overstaan van Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth de veiling gehouden waarbij de Huisjes van Estoppey aan de Molenweg en boerderij Zorgvliet verkocht. Familie Van Schaik verkocht de boerderij die zij eerder van de familie Strick van Linschoten kocht. Jan Schinkel kocht de huisjes en de boerderij aan voor f. 8.000,- gulden. Bij een eerdere verkoping van Jan Schinkel ook betrokken als belanghebbende. Handtekeningen van familieleden Van Schaik. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU0, 063. 468, aktenummer: 2953.


Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff. Hierop werden de twee percelen voor de twee keer overboden en gemijnd door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor een bedrag van f. 19.450, - gulden. Waarop de boerderijen in handen van Jan Carel Wendel Stricks bezit kwamen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517. Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff. Hierop werden de twee percelen voor de twee keer overboden en gemijnd door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor een bedrag van f. 19.450, - gulden. Waarop de boerderijen in handen van Jan Carel Wendel Stricks bezit kwamen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517.


Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Voor f. 4.500, - gulden werd ingezet op de veiling door R. van 't Hoenderdaal op boerderij Zorvliet aan De Poort 8 en 10 te Houten. Boerderij Zorgvliet werd toch gemijnd door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen om er nog eens f. 1.400, - gulden er boven op te gooien. Waarop Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen boerderij Zorvliet voor f. 5.900, - gulden wist te verwerven voor zijn onroerend goed. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517. Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Voor f. 4.500, - gulden werd ingezet op de veiling door R. van 't Hoenderdaal op boerderij Zorgvliet aan De Poort 8 en 10 te Houten. Boerderij Zorgvliet werd toch gemijnd door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen om er nog eens f. 1.400, - gulden er boven op te gooien. Waarop Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen boerderij Zorvliet voor f. 5.900, - gulden wist te verwerven voor zijn onroerend goed. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517.


 

De Bouwgeschiedenis van Zorgvliet    


De eerste bouwperiode

Binnen de bouwgeschiedenis onderscheiden we twee bouwperioden.
De oudste van de twee bouwperioden heeft sporen achtergelaten aan de zuidzijde van het opgravingsvlak.
Funderingen van een gebouw bevinden zich bijna geheel onder de daar gelegen geluidswal en zijn niet opgegraven.

Het gedeelte van het fundament dat maar voor een klein deel in het opgravingsvlak was gelegen, direct naast de geluidswal, was afgedekt door een brandlaag van as, stro en houtresten.

Onder deze brandlaag werden scherven gevonden van blauwgrijs aardewerk en steengoed, stammende uit het einde van de 15de eeuw.

Deze vondsten geven aan dat het gebouw in het begin van de 16de eeuw moet zijn afgebrand. Het steenformaat dat voor de funderingen gebruikt is, is 29 x 14x7 cm, een formaat dat bekend is onder de naam ’kloostermop’.

Deze kloostermoppen werden al in de 14de eeuw gebruikt. Doordat de funderingen van het gebouw niet geheel opgegraven konden worden, is het onmogelijk een juiste datering voor deze bouwperiode te geven.

In ieder geval kunnen we de aanwezigheid van een gebouw in de 16de eeuw bevestigen.


Kadasterkaart naar de situatie van 1832 waar voor die tijd het Landgoed Zorgvliet ooit gelegen was. Bron: Zorgvliet Archeologische vondsten Kadasterkaart naar de situatie van 1832 waar voor die tijd het Landgoed Zorgvliet ooit gelegen was. Bron: Zorgvliet Archeologische vondsten "van een bijzonder wel gelegene buitenplaats bij den dorpe van Houten", 1992, uitgave Archeologische Werkgroep 'Leen de Keijzer'.



Op de opgravingstekening zijn een groot aantal funderingen getekend, aangegeven met A t/m I, die ons een beeld geven van de bouwgeschiedenis van het huis Zorgvliet en van het
huis dat eerder op dezelfde plek stond.


De opgravingstekening van de gevonden funderingsresten van Zorgvliet (tek. R.O.B.). Werktekening archeologische opgraving van het voormalige landhuis Zorgvliet op het terrein Tielland te Houten in 1987. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), beeldbank, identificatienummer: P.28.1 (bovenop) (105115). De opgravingstekening van de gevonden funderingsresten van Zorgvliet (tek. R.O.B.). Werktekening archeologische opgraving van het voormalige landhuis Zorgvliet op het terrein Tielland te Houten in 1987. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), beeldbank, identificatienummer: P.28.1 (bovenop) (105115).



Tussen het vondstmateriaal van deze bouwperiode bevindt zich een interessante bijzonderheid, namelijk leemresten die door de hoge temperaturen tijdens de brand en van de nagloeiende aslaag tot vaste brokken zijn gebakken.

Onderzoek wees uit dat de leem afkomstig is van de vlechtwerkwanden, die ter isolatie met deze grondstof bestreken waren. In de vaste brokken zijn de uitsparingen nog zichtbaar van het weggebrande vlechtwerk.

We kunnen dus op grond van deze vondsten concluderen dat het gebouw uit de oudste bouwperiode moet zijn opgetrokken uit gemetselde muren en houten vlechtwerk wanden.

In het opgravingsvlak bevindt zich nog een aantal funderingen van andere gebouwen uit de oudste bouwperiode. Deze funderingen zijn op de opgravingstekening aangegeven met A t/m D.

A    Een gedeelte van een ovaal keldertje met een diepte van 90 cm en een stenen
vloer. De afmeting van de stenen is 29 x 14 x 7 cm.

B    Een fundering met de afmeting 2,30 x 2,30 m. Vermoedelijk is dit het
fundament van een duiventoren. De afmeting van de stenen is 29 x 14x7 cm.

C    De funderingen van een gebouw, die onder de geluidswal verder lopen. De afmeting van de stenen is 29 x 14 x 7cm.

Op de vloer liggen geel geglazuurde plavuizen met de afmeting 16,2 x 16,2 x 3,2 cm.

D    Een keldertje met de afmetingen 2,20 x 2,05 x 0,80 m. Het keldertje heeft een stenen vloer. De stenen hebben de afmeting 29 x 14 x 7cm. In het keldertje lag een laag verkoold hooi en stro van 30 cm dik.



De tweede bouwperiode

Portret van jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889) op oudere leeftijd huwde op 12 juli 1855 te Amsterdam met Ottolina Maria Strick van Linschoten - Van Notten (1831-1904) met. Eigenaar van o.a. boerderij de Dijkhoeve, Zorgvliet en de huisjes van Estoppey. Bron: Het Utrechts Archief, 412, 58. Portret van jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889) op oudere leeftijd huwde op 12 juli 1855 te Amsterdam met Ottolina Maria Strick van Linschoten - Van Notten (1831-1904) met. Eigenaar van o.a. boerderij de Dijkhoeve, Zorgvliet en de huisjes van Estoppey. Bron: Het Utrechts Archief, 412, 58.



Na de brand, die aan het begin van de 16de eeuw de gebouwen uit de eerste bouwperiode verwoestte, is aan de noordkant van het terrein een nieuw gebouw opgetrokken. De opgegraven en gedetermineerde bouwmaterialen, aardewerkscherven en glasscherven tonen aan dat deze woning rond 1650 gebouwd moet zijn. Het gebouw was vrij groot en had vele voorzieningen. Deze zijn op de opgravingstekening aangegeven met E t/m I.

E    Een grote kelder met de afmetingen 4,30 x 3,30 m. De toegang tot de kelder werd verschaft door een gemetselde, stenen trap. De stenen hebben de afmetingen 22 x 11 x 4 cm en 23 x 11,5 x 4,5 cm. De vloer van de kelder was belegd met lichtbruin geglazuurde plavuizen met de afmetingen 22 x 22 x 2,5 cm. F Een regenwaterbak met de afmetingen 1,70 x 6,55 m. De bak was opgebouwd met stenen met de afmetingen 22 x 10 x 4 cm en 23 x 10,5 x 4 cm.


Portret van Ottolina Maria Strick van Linschoten - Van Notten (1831-1904) op wat oudere leeftijd. Zij huwde op 12 juli 1855 te Amsterdam met jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889). Eigenaresse van o.a. boerderij de Dijkhoeve, Zorgvliet en de huisjes van Estoppey. Bron: Het Utrechts Archief, 412, 58. Portret van Ottolina Maria Strick van Linschoten - Van Notten (1831-1904) op wat oudere leeftijd. Zij huwde op 12 juli 1855 te Amsterdam met jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889). Eigenaresse van o.a. boerderij de Dijkhoeve, Zorgvliet en de huisjes van Estoppey. Bron: Het Utrechts Archief, 412, 58.



De bak was aan de binnenkant bekleed met ongeglazuurde, blauwgrijze plavuizen met de afmetingen 22 x 22 x 2,5 cm. De waterbak werd afgesloten met een overkluizing waarin een opening voor een pompbuis was uitgespaard. De bak bevond zich geheel onder de grond, afgedekt door een dikke laag aarde. Op deze wijze werd het regenwater stofvrij, koel en vorstvrij bewaard. Het regenwater diende als drinkwater en voor het gebruik in de keuken.

Voordat de waterbak gebouwd werd is eerst een laag eiken boomstammetjes op de grond gelegd ter grootte van de bak. Hierop werd een vloer gelegd uit 3 cm dikke planken. Op deze vloer werd de regenwaterbak gemetseld. Dit vloertje was noodzakelijk voor de gelijke verdeling van het gewicht van de bak. Bij ongelijke gewichtsverdeling zou de bak door verzakking kunnen gaan scheuren en lekken.


Fragment van de akte waarbij jkvr. Ottolina Strick van Linschoten - Van Notten boerderij Zorgvliet op woensdag 19 april 1905 bij veiling verkocht aan Jan Schinkel ten overstaan van de Houtense notaris H.A.M. Immink voor f. 16.800, - gulden verkocht. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 455 aktenummer: 422. Fragment van de akte waarbij jkvr. Ottolina Strick van Linschoten - Van Notten boerderij Zorgvliet op woensdag 19 april 1905 bij veiling verkocht aan Jan Schinkel ten overstaan van de Houtense notaris H.A.M. Immink voor f. 16.800, - gulden verkocht. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 455 aktenummer: 422.



G    Voor de afvoer van de gootsteen etc. zijn een aantal gemetselde goten aangebracht die het water in overkluisde zinkputten loosden.

H    Een pompput, gestapeld op een houten wagenwiel, met een gemetselde kluis waarin een opening voor de zuigbuis van een pomp was aangebracht. Over de functie van het wagenwiel kunt u uitvoerig lezen in het hoofdstuk HOUT.

I    Een beerput met een gestapelde onderkant die rust op een planken raamwerk. De kluis van de put was tijdens de sloop al verwijderd. Over de indeling van het gebouw worden we uitvoerig ingelicht door een beschrijving die gegeven werd bij de verkoop van het huis op 12 augustus 1808.1 Aangezien de tekst een zeer gedetailleerde weergave van het gebouw geeft, is er voor gekozen de tekst geheel over te nemen.


Fragment van de akte woensdag 28 januari 1925 na een gerechtelijk uitspraak tegen Jan Schinkel nadat hij persoonlijk failliet was verklaard en hij boerderij Zorgvliet moest verkopen aan C.G. Oostveen voor f. 12.500, - gulden ten overstaan van de Houtense notaris H.A.M. Immink. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 488, aktenummer: 4994. Fragment van de akte woensdag 28 januari 1925 na een gerechtelijk uitspraak tegen Jan Schinkel nadat hij persoonlijk failliet was verklaard en hij boerderij Zorgvliet moest verkopen aan C.G. Oostveen voor f. 12.500, - gulden ten overstaan van de Houtense notaris H.A.M. Immink. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 488, aktenummer: 4994.



12 augustus 1808

Een bijzonder tot de jagt wel gelegene buitenplaats genaamd Zorgvlied gelegen bij den dorpe van Houten, een uur van de stad Utrecht, bestaande in een heeren huizinge, waar van de gang bij ’t inkomen in 't voorhuis met wit marmere steen belegd ende huizinge voorzien is aan de een zijde van drie kamers.

De eerste behangen met geschilderd doek en een fraaije schoorsteen. De tweede met dito behange schoorsteen, de derde zijnde een zeer groote kamer met een beschildert behang en zeerfraaije schoorsteen met een schilderstuk penant spiegel en verguld penant tafeltje met een marmer blad, aan de andere zijde eerst een gemakkelijke trap daar aan volgende een met zes trappe opgaande fraaije behangen kamer met een schoorsteen en secreet en onder dezelve kamer een schoone overkluisde wijn en bier kelder, daar naast een kleine kamer waar aan een tweede gemak ofsecreet, dan een grootere behangen kamer, item ruime keuken metfournuisen 1 put en regenwaterpomp en daarbij een overkluisde prooisiekelder, boven die kelder een domistique kamer en hierbij een tweede trap.

Boven twee logeerkamers een prooisie kamer en nog een domistique kamer en groote zolders, een spatieuse koetshuis en ten weder zijden stallinge ieder voor zes paarden waar van de eene met een steene krib, koetsiers kamer en extra groote hooi zolder, ter zijde een schuur voor turf als anders, groote menagerie, welaangelegde tuinen met schuttinge met persiken en andere vruchtboomen, als mede eene steene muur gegarneerd met persiken, abricosen boomen en wijngaarden, aan 't begin van dezelfde een put waters pomp, en agter die muur een groote loots tot berging van brandhout en 7 geene de tuinen betreft, voortsfransche boomgaard allerhande verdere fijne exquise vruchtdragende boomen, lanen van ijpe ijke en beukeboomen, slinger en andere boschen te zamen groot ruim vier en een halve mergen.


Portret van jkvr. Johanna Carolina Strick van Linschoten (1857-1880). Dochter van jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten en Ottolina Maria van Notten. Bron: Het Utrechts Archief, 412, 58. Portret van jkvr. Johanna Carolina Strick van Linschoten (1857-1880). Dochter van jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten en Ottolina Maria van Notten. Bron: Het Utrechts Archief, 412, 58.



Bron: in 1988 nog Rijksarchief Utrecht, Protocollen van transporten 1682- 1810. Rechteliike archieven. Wulven nr. 1291. Heden te vinden in het archief 64 Dorpsgerechten, Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), Wijk Bij Duurstede.


Op vrijdag 29 september 1809 verkocht Pieter de Goey ten overstaan van de Utrechtse notaris G.J. van Spall een streep land behorend bij boerderij Zorgvliet aan Jan Peek. 'streep land van de buitenplaats Zorgvlied; oprit-laan of binnen-weg'. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2376, aktenummer: 71. Op vrijdag 29 september 1809 verkocht Pieter de Goey ten overstaan van de Utrechtse notaris G.J. van Spall een streep land behorend bij boerderij Zorgvliet aan Jan Peek. 'streep land van de buitenplaats Zorgvlied; oprit-laan of binnen-weg'. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2376, aktenummer: 71.



De buitenplaats, zoals Zorgvliet in de verkoopbeschrijving wordt genoemd, wordt gekocht door Pieter de Goey voor de som van ƒ. 7800,-.
Pieter de Goey is na 1796 de vierde koper van Zorgvliet.


Op vrijdag 29 september 1809 verkocht Pieter de Goey ten overstaan van de Utrechtse notaris G.J. van Spall een streep land behorend bij boerderij Zorgvliet aan Jan Peek. 'streep land van de buitenplaats Zorgvlied; oprit-laan of binnen-weg'. (handtekeningen) Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2376, aktenummer: 71. Op vrijdag 29 september 1809 verkocht Pieter de Goey ten overstaan van de Utrechtse notaris G.J. van Spall een streep land behorend bij boerderij Zorgvliet aan Jan Peek. 'streep land van de buitenplaats Zorgvlied; oprit-laan of binnen-weg'. (handtekeningen) Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2376, aktenummer: 71.



Eigenaren en bewoners van Zorgvliet

Portret van jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889) op jongere leeftijd huwde op 12 juli 1855 te Amsterdam met Ottolina Maria Strick van Linschoten - Van Notten (1831-1904) met. Eigenaar van o.a. boerderij de Dijkhoeve, Zorgvliet en de huisjes van Estoppey. Bron: Het Utrechts Archief, 412, 58. Portret van jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889) op jongere leeftijd huwde op 12 juli 1855 te Amsterdam met Ottolina Maria Strick van Linschoten - Van Notten (1831-1904) met. Eigenaar van o.a. boerderij de Dijkhoeve, Zorgvliet en de huisjes van Estoppey. Bron: Het Utrechts Archief, 412, 58.



Bewonerslijst

1.   1599 Wouter Frederikse van Bemont (OSG)
2.   1667 Steven van Sijll? (Consumptiegeld 1667) ca 1669-ca 1685 Jhr. Paulus van Soudenbalch (vertr. naar IJsselstein)
3.   1686 Staat leeg
4.   1690 Frans van Linden en/of Steven van Sijll
(vermoedelijk was Steven van Sijl in 1667, 1690 boer)
5.   1691 Adriaan Claasz. Frans van Linden en/of Jasper van Linden en/of
6.   1692-1711 Jasper van Linden (tot 1700 oudschout, daarna schout)
7.   1699 Jan Willemsz. Bosch
8.   1711-1714 Jasper Scheurwater
9.   1714-1731 Jasper van Lynden en Digna Elisabeth Booth
10.   1731 Staat leeg
11.   1731-1740     ?
12.   1740-1759 Evert Cornelis van der Capellen, heer van Mijdrecht
13.   1759-1796 Daniel Cornelis van der Capellen. heer van Mijdrecht
14.   na 1796 Staat leeg?


Portret van Ottolina Maria Strick van Linschoten - Van Notten (1831-1904) op wat jongere leeftijd. Zij huwde op 12 juli 1855 te Amsterdam met jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889). Eigenaresse van o.a. boerderij de Dijkhoeve, Zorgvliet en de huisjes van Estoppey. Bron: Het Utrechts Archief, 412, 58. Portret van Ottolina Maria Strick van Linschoten - Van Notten (1831-1904) op wat jongere leeftijd. Zij huwde op 12 juli 1855 te Amsterdam met jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889). Eigenaresse van o.a. boerderij de Dijkhoeve, Zorgvliet en de huisjes van Estoppey. Bron: Het Utrechts Archief, 412, 58.



Eigendomsstructuren van Zorgvliet


OSG 1536     Jan Dirksz. te Utrecht 4m + hoff.
OSG 1599 Huisvrouw van Adriaan Bemont, bruyker Wouter Frederikse (van Bemont).

OSG 1691 Nu eigendom wed. Mr. Ploos van Amstel te Utrecht a/d Strosteeg br. Adriaan Claesz. won Houten. Ploos van Amstel of Zoudenbalch? Frans van Linden en Judith van Rheenen.

-1690 1/2 Frans van Linden, 1/2 erven Judith van Rheenen. (1M)

1690-1692 1/3 Jasper van Linden, 1/3 Dirk van Linden en 1/3 Anthonetta van Linden gehuwd met Hendrik Roeck.

1692-1709 Jasper van Lynden.

1709-1711   Jasper van Lynden en Digna Elisabeth Booth, bewoners.

1711-1714   Jasper Scheurwater pander van Jasper van Lynden, bewoner.

1714-1731   Jasper van Lynden en Digna Elisabeth Booth, bewoners

1731- 1732   Digna Elisabeth Booth, woonde te Utrecht.

1732- 1734  Gerlach Frederik-, Alexander Hendrik- en Evert Comelis van der Capellen en Jasper Scheurwater.

1734 Gerlach Frederik-, Alexander Hendrik- en Evert Corned van der
Capellen.

1734-1740   Alexander Hendrik van der Capellen.

1740-1759   Evert Cornelis van der Capellen, heer van Mijdrecht, bewoner.

1759-1796   Daniel Cornelis van der Capellen, heer van Mijdrecht, bewoner.

1796 (1) 20 juni 1796, Daniel Cornelis van der Capellen, heer van Mijdrecht draagt over aan Jan Kol (de buitenplaats Zorgvliet, de naam wordt niet vermeld) alsmede de boerderij 14 januari 1796 ten overstaan van notaris Willem Dop gepasserd.

1803 (2) 20 oktober 1803, Jan Kol draagt over aan Cornelis Frederik d’ Hangest d’Yvoy de  buitenplaats Zorgvliet en de boerderij. 20 mei 1803 ten overstaan van notaris Jan de Wijs gepasseerd.

1806 (3) 1 juli 1806, Cornelis Frederik d’ Hangest d’Yvoy verkoopt publiek de buitenplaats Zorgvliet en de boerderij aan Jean Gossiaux.

1809 (4) 13 september 1809, Jean Gossiaux verkoopt aan Pieter de Goey wonende onder de Gerechte van Schonauwen de buitenplaats Zorgvliet 12 augustus 1809 ten overstaan van notaris Willem Voorsteegh publiek verkocht te Houten.

1809 (5) 2 oktober 1809, Jean Gossiaux verkoopt aan Jan Peek de boerderij behorende bij de buitenplaats Zorgvliet met landerijen 12 augustus 1809 ten overstaan van notaris Willem Voorsteegh publiek verkocht.

1819 (6) Nr. der woning: 5. Buitenplaats gedeeltelijke geamoveerd. 1821 geheel geamoveerd Pieter de Goey.


         


Overgomen uit: Zorgvliet Archeologische vondsten "van een bijzonder wel gelegene buitenplaats bij den dorpe van Houten", 1992, uitgave Archeologische Werkgroep 'Leen de Keijzer'.


   

Eigenaren van boerderij Zorgvliet van 1 oktober 1832 tot 1987 

Portret van Ottolina Marie Strick van Linschoten en jkvr. Paulina Strick van Linschoten. Bron: Het Utrechts Archief, 412, 58. Portret van Ottolina Marie Strick van Linschoten en jkvr. Paulina Strick van Linschoten. Bron: Het Utrechts Archief, 412, 58.



1.   (weduwe) Jan Peek   (... - 1829)

2.   Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen   (1829 - 1850)

3.   Jhr. Jan Balthazar Strick van Linschoten (zoon)   (1850 - 1890)

4.   Ottolina Maria van Notten - Strick van Linschoten (echtgenote)    (1890 - 1905)

5.   Jan Cornelis Schinkel   (1905 - 1925)

6.   Cornelis Oostveen, weduwe Anthonia Agatha de Wit   (1925 - 1943)

7.   Wilhelmus Franciscus Gerardus Sturkenboom   (1943 - 1952)

8.   Wilhelmus Franciscus Gerardus Sturkenboom,
weduwe Josephina Jacoba Oostveen   (1952 - 1965)

9.   Gemeente Houten   (1966 - 1987)

Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987


Portret van Ottolina Maria Strick van Linschoten - Van Notten (1831-1904) op oudere leeftijd. Zij huwde op 12 juli 1855 te Amsterdam met jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889). Eigenaresse van o.a. boerderij de Dijkhoeve, Zorgvliet en de huisjes van Estoppey. Bron: Het Utrechts Archief, 412, 58. Portret van Ottolina Maria Strick van Linschoten - Van Notten (1831-1904) op oudere leeftijd. Zij huwde op 12 juli 1855 te Amsterdam met jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889). Eigenaresse van o.a. boerderij de Dijkhoeve, Zorgvliet en de huisjes van Estoppey. Bron: Het Utrechts Archief, 412, 58.


  

Houtensewetering 19

Boerderij Houtensewetering 19 in het jaar 2000. Is ooit aangekocht door Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen in 1840 van de weduwe van Jan Peek. Bron: O.J. Wttewaall, Rondom de Leedijk, 2003 ... Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), beelbank, identificatienummer: doos19 (042896). Boerderij Houtensewetering 19 in het jaar 2000. Is ooit aangekocht door Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen in 1840 van de weduwe van Jan Peek. Bron: O.J. Wttewaall, Rondom de Leedijk, 2003 ... Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), beelbank, identificatienummer: doos19 (042896).



In 1720 maakt deze boerderij deel uit van de bezittingen van het Utrechts Convent van Oudwijck. Aan het einde van die eeuw wordt hij verkocht aan Jan Peek, die daarvoor pachter van de boerderij was. De weduwe van Jan Peek verkoopt de boerderij omstreeks 1840 aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen.

Circa 30 jaar later koopt Elisabeth Nieuwendijk de boerderij, zij was de weduwe van Cornelis Vernooij. Hierna blijft hij in bezit van de familie Vernooij. In 1928 werd een nieuwe boerderij gebouwd, hierin bevindt zich nog de kelder met tongewelf van zijn voorganger. De boerderij werd gebouwd in opdracht van J. Vernooij door de Houtense aannemer S. A. de Graaf.


In geel gearceerd de gronden voor 1832 van Jan Peek. Op (bijna) alle gele gronden na, behalve de boerderij ten westen van Houtensewetering 19, waren de gronden vanaf 1840 van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhinauwen. Gronden in het geel rechtsboven is boerderij Zorgvliet. In 1838 kocht Jan Carel Wendel Strick van Linschoten de 'huisjes van Estoppey'. Gelegen naast Zorgvliet aan. Vanaf 1850 gelegen in de Houtense Prinsenbuurt. Bij de aankoop van de huisjes behoorde ook de Molenweg (De Brug). Bron: HISGIS Utrecht. In geel gearceerd de gronden voor 1832 van Jan Peek. Op (bijna) alle gele gronden na, behalve de boerderij ten westen van Houtensewetering 19, waren de gronden vanaf 1840 van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhinauwen. Gronden in het geel rechtsboven is boerderij Zorgvliet. In 1838 kocht Jan Carel Wendel Strick van Linschoten de 'huisjes van Estoppey'. Gelegen naast Zorgvliet aan. Vanaf 1850 gelegen in de Houtense Prinsenbuurt. Bij de aankoop van de huisjes behoorde ook de Molenweg (De Brug). Bron: HISGIS Utrecht.



Bron: O.J. Wttewaall, Rondom de Leedijk, 2003.


Op donderdag 5 juni 1834 verkocht Cornelia Schalkwijk, weduwe van Jan Peek boerderij Zorgvliet en de boerderij aan Houtensewetering 19 aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: Utrechtsche Courant 21-05-1834, Delpher.nl. Op donderdag 5 juni 1834 verkocht Cornelia Schalkwijk, weduwe van Jan Peek boerderij Zorgvliet en de boerderij aan Houtensewetering 19 aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: Utrechtsche Courant 21-05-1834, Delpher.nl.



Eigenaren boerderij Houtensewetering 19

1832 - 1834 wed. Jan Peek
1834 - 1851 jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten
1851 - 1868 jhr. Willem Strick van Linschoten
1861 - 1880 Elizabeth Nieuwendijk
1880 - 1951 Johannes Vernooij
1951 - 1987 Cornelis Anthonius Hermanus Vernooij


Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517. Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517.


Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517. Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517.


Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff. Hierop werden de twee percelen voor de twee keer overboden en gemijnd door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor een bedrag van f. 19.450, - gulden. Waarop de boerderijen in handen van Jan Carel Wendel Stricks bezit kwamen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517. Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff. Hierop werden de twee percelen voor de twee keer overboden en gemijnd door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor een bedrag van f. 19.450, - gulden. Waarop de boerderijen in handen van Jan Carel Wendel Stricks bezit kwamen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517.


Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Voor f. 4.500, - gulden werd ingezet op de veiling door R. van 't Hoenderdaal op boerderij Zorgvliet aan De Poort 8 en 10 te Houten. Boerderij Zorgvliet werd toch gemijnd door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen om er nog eens f. 1.400, - gulden er boven op te gooien. Waarop Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen boerderij Zorvliet voor f. 5.900, - gulden wist te verwerven voor zijn onroerend goed. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517. Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Voor f. 4.500, - gulden werd ingezet op de veiling door R. van 't Hoenderdaal op boerderij Zorgvliet aan De Poort 8 en 10 te Houten. Boerderij Zorgvliet werd toch gemijnd door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen om er nog eens f. 1.400, - gulden er boven op te gooien. Waarop Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen boerderij Zorvliet voor f. 5.900, - gulden wist te verwerven voor zijn onroerend goed. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517.


Fragment uit de akte van verkoop van de boerderijen aan de Houtensewetering 19 op woensdag 30 september 1868 ten overstaan van de Houtense notaris Hanzo Lenstra van Buma voor jhr. Willem Strick van Linschoten, zoon van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 414, aktenummer: 275. Fragment uit de akte van verkoop van de boerderijen aan de Houtensewetering 19 op woensdag 30 september 1868 ten overstaan van de Houtense notaris Hanzo Lenstra van Buma voor jhr. Willem Strick van Linschoten, zoon van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 414, aktenummer: 275.


Fragment uit de akte van verkoop van de boerderijen aan de Houtensewetering 19 op woensdag 30 september 1868 ten overstaan van de Houtense notaris Hanzo Lenstra van Buma voor jhr. Willem Strick van Linschoten, zoon van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. Beschrijving van eigendom. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 414, aktenummer: 275. Fragment uit de akte van verkoop van de boerderijen aan de Houtensewetering 19 op woensdag 30 september 1868 ten overstaan van de Houtense notaris Hanzo Lenstra van Buma voor jhr. Willem Strick van Linschoten, zoon van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. Beschrijving van eigendom. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 414, aktenummer: 275.


Fragment uit de akte van verkoop van de boerderijen aan de Houtensewetering 19 op woensdag 30 september 1868 ten overstaan van de Houtense notaris Hanzo Lenstra van Buma voor jhr. Willem Strick van Linschoten, zoon van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. Perceel 1 is de boerderij Houtensewetering 19, perceel 2 is de Houtensewetering 29. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 414, aktenummer: 275. Fragment uit de akte van verkoop van de boerderijen aan de Houtensewetering 19 op woensdag 30 september 1868 ten overstaan van de Houtense notaris Hanzo Lenstra van Buma voor jhr. Willem Strick van Linschoten, zoon van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. Perceel 1 is de boerderij Houtensewetering 19, perceel 2 is de Houtensewetering 29. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 414, aktenummer: 275.


Fragment uit de akte van verkoop van de boerderijen aan de Houtensewetering 19 op woensdag 30 september 1868 ten overstaan van de Houtense notaris Hanzo Lenstra van Buma voor jhr. Willem Strick van Linschoten, zoon van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. Ondertekening door jhr. Willem Strick van Linschoten en mevrouw NIeuwendijk. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 414, aktenummer: 275. Fragment uit de akte van verkoop van de boerderijen aan de Houtensewetering 19 op woensdag 30 september 1868 ten overstaan van de Houtense notaris Hanzo Lenstra van Buma voor jhr. Willem Strick van Linschoten, zoon van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. Ondertekening door jhr. Willem Strick van Linschoten en mevrouw NIeuwendijk. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 414, aktenummer: 275.


Vlak voor de verkoop van de boerderijen aan de Houtensewetering 19 in 1868 verhuurd jhr. Willem Stick van Linschoten één van de boerderijen aan H.G. van Hal. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 414, aktenummer: ... . Vlak voor de verkoop van de boerderijen aan de Houtensewetering 19 in 1868 verhuurd jhr. Willem Stick van Linschoten één van de boerderijen aan H.G. van Hal. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 414, aktenummer: ... .



Houtensewetering 29

Boerderij Houtensewetering 29 in het jaar 2000. Ooit aangekocht door Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen in 1838 van Willem Lagerweij. Boerderij bleef in de familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen tot het jaar 1890. Willem Lagerweij is de verre voorvader van de Nederlands schrijfster Nelleke Noordervliet. Bron: O.J. Wttewaall, Rondom de Leedijk, 2003 ... Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), beelbank, identificatienummer: doos19 (042907). Boerderij Houtensewetering 29 in het jaar 2000. Ooit aangekocht door Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen in 1838 van Willem Lagerweij. Boerderij bleef in de familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen tot het jaar 1890. Willem Lagerweij is de verre voorvader van de Nederlands schrijfster Nelleke Noordervliet. Bron: O.J. Wttewaall, Rondom de Leedijk, 2003 ... Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), beelbank, identificatienummer: doos19 (042907).



Volgens de kaart uit 1720 is deze boerderij op dat moment eigendom van dr. Molenaer. Deze dr. Molenaer heeft hier niet gewoond maar verpachtte hem. Ook de volgende eigenaren verpachtten de boerderij.

Evenals boerderij Houtensewetering 27 koopt in 1735 Catharina van Heusden, weduwe van J. F. Mamouchet, deze boerderij. De verkoopster was de weduwe van dr. Johan Molenaer. De omschrijving in de akte luidt: ’een huijsinge of hofstede met bergen schuer en duijfhuijs, mitsgaders omtrent sestien mergen soo bouw weij als boomgaerď.


Boerderij aan de Houtensewetering 29 van van 1834 tot 1890 van familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen geweest. In geel gearceerd de gronden gelegen in de toenmalige gemeente Schonauwen (polder Groot Vuylcoop). Bron: HISGIS Utrecht. Boerderij aan de Houtensewetering 29 van van 1834 tot 1890 van familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen geweest. In geel gearceerd de gronden gelegen in de toenmalige gemeente Schonauwen (polder Groot Vuylcoop). Bron: HISGIS Utrecht.



Eigenaren boerderij Houtensewetering 29

1832 - 1834 Willem (Evertje) Lagerweij
1834 - 1851 Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten
1851 - 1890 Jhr. Willem Strick van Linschoten
1890 - 1897 Willem Sturkenboom
1897 - 1915 Johanna Vernooij wed. Willem Sturkenboom
1915 - 1940 Adrianus Franciscus Nicolaas Sturkenboom
1940 - 1976  Jhr. Simon Pierre François Meijer
1976 - 1987 Jhr. Hubert Alexander Maurits van de Brandeler


Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517. Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517.



In 1832 blijkt de boerderij in bezit te zijn van Willem Lagerweij, die hem op donderdag 5 juni 1834 verkoopt aan J. C. W. Strick van Linschoten van Rhijnauwen.

De boerderij blijft in bezit van de familie Strick van Linschoten tot 1890, als hij verkocht wordt aan W. Sturkenboom. Zijn weduwe, Johanna Vernooij, laat omstreeks 1910 op de plaats van de oude boerderij een nieuwe bouwen.

De familie Sturkenboom blijft tot op heden eigenaar. In de achtergevel van de schuur rechts naast de boerderij zijn duivennissen aangebracht. Dit is een overblijfsel van het gebruik van vele boeren om duiven te houden, zoals blijkt uit het veelvuldig voorkomen van een ’duijfhuijs’ in zeventiende- en achttiende-eeuwse overdrachtsakten van boerderijen.

Bron: O.J. Wttewaall, Rondom de Leedijk, 2003.


Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517. Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517.


Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff. Hierop werden de twee percelen voor de twee keer overboden en gemijnd door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor een bedrag van f. 19.450, - gulden. Waarop de boerderijen in handen van Jan Carel Wendel Stricks bezit kwamen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517. Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Boerderij Houtensewetering 19 en 29 werd op de veiling als perceel 1 voor de eerste keer geboden voor f. 18.200, - gulden door dokter Gerard Munnicks van Cleeff. Hierop werden de twee percelen voor de twee keer overboden en gemijnd door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor een bedrag van f. 19.450, - gulden. Waarop de boerderijen in handen van Jan Carel Wendel Stricks bezit kwamen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517.


Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Voor f. 4.500, - gulden werd ingezet op de veiling door R. van 't Hoenderdaal op boerderij Zorgvliet aan De Poort 8 en 10 te Houten. Boerderij Zorgvliet werd toch gemijnd door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen om er nog eens f. 1.400, - gulden er boven op te gooien. Waarop Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen boerderij Zorvliet voor f. 5.900, - gulden wist te verwerven voor zijn onroerend goed. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517. Op donderdag 5 juni 1834 vond ten overstaande van notaris H.J. van Mariënhoff verkoop van drie boerderijen plaats door de weduwe van de heer Peek waaronder de boerderijen Houtensewetering 19 en 29. Voor f. 4.500, - gulden werd ingezet op de veiling door R. van 't Hoenderdaal op boerderij Zorgvliet aan De Poort 8 en 10 te Houten. Boerderij Zorgvliet werd toch gemijnd door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen om er nog eens f. 1.400, - gulden er boven op te gooien. Waarop Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen boerderij Zorvliet voor f. 5.900, - gulden wist te verwerven voor zijn onroerend goed. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1816 1834 jan.-juni 05-06-1834 nr. 2517.


       

Op zaterdag 16 november van het jaar 1889 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Joannes Gijsbertus Brouwer Nijhoff de verkoop plaats van de boerderij aan de Houtensewetering nr. 29 waarbij Vrouwe jkvr. Detje Cecilia Agatha Strick van Linschoten, echtgenote van Cornelis Egbert Perk aan Willem Sturkenboom waarbij Willem Sturkenboom de boerderij kocht voor de koopsom van ƒ. 22.000-, gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: het Utrechts Archief, 34-4 3150, aktenummer: 217. Op zaterdag 16 november van het jaar 1889 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Joannes Gijsbertus Brouwer Nijhoff de verkoop plaats van de boerderij aan de Houtensewetering nr. 29 waarbij Vrouwe jkvr. Detje Cecilia Agatha Strick van Linschoten, echtgenote van Cornelis Egbert Perk aan Willem Sturkenboom waarbij Willem Sturkenboom de boerderij kocht voor de koopsom van ƒ. 22.000-, gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: het Utrechts Archief, 34-4 3150, aktenummer: 217.


Op zaterdag 16 november van het jaar 1889 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Joannes Gijsbertus Brouwer Nijhoff de verkoop plaats van de boerderij aan de Houtensewetering nr. 29 waarbij Vrouwe jkvr. Detje Cecilia Agatha Strick van Linschoten, echtgenote van Cornelis Egbert Perk aan Willem Sturkenboom waarbij Willem Sturkenboom de boerderij kocht voor de koopsom van ƒ. 22.000-, gulden. Beschrijving van ket met perceelnummers en de grote van 14 ha.. Bron: het Utrechts Archief, 34-4 3150, aktenummer: 217. Op zaterdag 16 november van het jaar 1889 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Joannes Gijsbertus Brouwer Nijhoff de verkoop plaats van de boerderij aan de Houtensewetering nr. 29 waarbij Vrouwe jkvr. Detje Cecilia Agatha Strick van Linschoten, echtgenote van Cornelis Egbert Perk aan Willem Sturkenboom waarbij Willem Sturkenboom de boerderij kocht voor de koopsom van ƒ. 22.000-, gulden. Beschrijving van ket met perceelnummers en de grote van 14 ha.. Bron: het Utrechts Archief, 34-4 3150, aktenummer: 217.


Op zaterdag 16 november van het jaar 1889 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Joannes Gijsbertus Brouwer Nijhoff de verkoop plaats van de boerderij aan de Houtensewetering nr. 29 waarbij Vrouwe jkvr. Detje Cecilia Agatha Strick van Linschoten, echtgenote van Cornelis Egbert Perk aan Willem Sturkenboom waarbij Willem Sturkenboom de boerderij kocht voor de koopsom van ƒ. 22.000-, gulden. Beschrijving van volmacht. Bron: het Utrechts Archief, 34-4 3150, aktenummer: 217. Op zaterdag 16 november van het jaar 1889 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Joannes Gijsbertus Brouwer Nijhoff de verkoop plaats van de boerderij aan de Houtensewetering nr. 29 waarbij Vrouwe jkvr. Detje Cecilia Agatha Strick van Linschoten, echtgenote van Cornelis Egbert Perk aan Willem Sturkenboom waarbij Willem Sturkenboom de boerderij kocht voor de koopsom van ƒ. 22.000-, gulden. Beschrijving van volmacht. Bron: het Utrechts Archief, 34-4 3150, aktenummer: 217.


Op zaterdag 16 november van het jaar 1889 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Joannes Gijsbertus Brouwer Nijhoff de verkoop plaats van de boerderij aan de Houtensewetering nr. 29 waarbij Vrouwe jkvr. Detje Cecilia Agatha Strick van Linschoten, echtgenote van Cornelis Egbert Perk aan Willem Sturkenboom waarbij Willem Sturkenboom de boerderij kocht voor de koopsom van ƒ. 22.000-, gulden. Einde van akte met handtekeningen. Bron: het Utrechts Archief, 34-4 3150, aktenummer: 217. Op zaterdag 16 november van het jaar 1889 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Joannes Gijsbertus Brouwer Nijhoff de verkoop plaats van de boerderij aan de Houtensewetering nr. 29 waarbij Vrouwe jkvr. Detje Cecilia Agatha Strick van Linschoten, echtgenote van Cornelis Egbert Perk aan Willem Sturkenboom waarbij Willem Sturkenboom de boerderij kocht voor de koopsom van ƒ. 22.000-, gulden. Einde van akte met handtekeningen. Bron: het Utrechts Archief, 34-4 3150, aktenummer: 217.



Boerderij De Staart aan de Hoofdveste 21

Boerderij De Staart in de periode 1900 - 1920 gezien vanaf de Koedijk met links de Houtensewetering en de ophaalbrug die in eerdere tijden werd gebruikt om de beurtschippers van Houten naar Utrecht doorgang te geven. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Boerderij De Staart in de periode 1900 - 1920 gezien vanaf de Koedijk met links de Houtensewetering en de ophaalbrug die in eerdere tijden werd gebruikt om de beurtschippers van Houten naar Utrecht doorgang te geven. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



Geschiedenis boerderij De Staart

De aan het einde van de Koedijk gelegen langhuisboerderij dateert in haarhuidige vorm uit de achttiende eeuw. In een akte uit 1796 wordt de boerderijomschreven als een 'huijzinge bakhuijs en berg waar in de tapperij word geexerceert'.

De exploitatie van een tapperij hing nauw samen met een andere functievan de eigenaar, namelijk die van brugwachter van de nabijgelegen ophaalbrugover de Houtensewetering, die de Koedijk met de Hoonkade verbond.

De gedeeltelijk witgepleisterde boerderij ligt onder een rieten afgewolfd zadeldak.De voorgevel heeft vier zesruits schuifvensters, waarvan de luiken inmiddels zijn verdwenen. In de woonkamer is nog een tegeltableau uit de tweede helft van de achttiende eeuw aanwezig.

Van het achterhuis verdient de lemen vloer apartevermelding. De twee leilinden vóór het pand staan op de plaats van het aan heteind van de vorige eeuw gesloopte bakhuis.


Kaart uit ca. 1675 behorend bij het familiearchief 'Slot Zuylen, Tuyll van Serooskerken'. Hierop staat de boerderij, toen nog een hofstede ingetekend als 'hofstede De Start'. Met ten zuidoosten van De Staart aan de Hoonkade een boerderij waarvan ons de naam onbekend is. Bron: Het Utrechts Archief, 76. Kaart uit ca. 1675 behorend bij het familiearchief 'Slot Zuylen, Tuyll van Serooskerken'. Hierop staat de boerderij, toen nog een hofstede ingetekend als 'hofstede De Start'. Met ten zuidoosten van De Staart aan de Hoonkade een boerderij waarvan ons de naam onbekend is. Bron: Het Utrechts Archief, 76.



Overgenomen uit: Houten Historische Bebouwing. O.J. Wttewaall en J.A.M. Smits 1991.


De Bouwman wacht van 's Heeren Hand veel milden zegen op het land. Tegeltableau te vinden in boerderij De Staart. Foto: Cor Witjes, FB Oud Houten. De Bouwman wacht van 's Heeren Hand veel milden zegen op het land. Tegeltableau te vinden in boerderij De Staart. Foto: Cor Witjes, FB Oud Houten.



Eigenaren boerderij De Staart (1832-1987)

1832 - 1833 Jan Schimmel
1833 - 1851 Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten
1850 - 1850 Jhr. Willem Strick van Linschoten
1850 - 1852 Hermanus van Oostrom
1852 - 1906 Gerarda Elskamp
1906 - 1962 Johannes de Goey
1962 - 1976 Adrianus Maria Witjes
1976 - 1987 Wilhelmus Maria Witjes


De ophaalbrug bij de Koedijk met de kruising van de Hoonkade rond de periode van 1930-1950. Met op de achtergrond boerderij De Staart (Hoofdveste 21). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. De ophaalbrug bij de Koedijk met de kruising van de Hoonkade rond de periode van 1930-1950. Met op de achtergrond boerderij De Staart (Hoofdveste 21). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


Voorkant van de aankoopakte van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van woensdag 16 oktober 1833 van de hofstede De Staart van Maria Koetsier, weduwe van Jan Schimmel. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022. Voorkant van de aankoopakte van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van woensdag 16 oktober 1833 van de hofstede De Staart van Maria Koetsier, weduwe van Jan Schimmel. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022.


In geel gearceerd boerderij De Staart met landerijen in 1832-1833 nog van Maria Koetsier weduwe van Jan Schimmel. In oktober 1833 aangekocht door Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Gelegen in de kadastrale gemeente Oud-Wulven. Dit waren de enige percelen die behoorden in Oud-Wulven bij het pachtgoed van Rhijnauwen. Bron: HISGIS Utrecht. In geel gearceerd boerderij De Staart met landerijen in 1832-1833 nog van Maria Koetsier weduwe van Jan Schimmel. In oktober 1833 aangekocht door Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Gelegen in de kadastrale gemeente Oud-Wulven. Dit waren de enige percelen die behoorden in Oud-Wulven bij het pachtgoed van Rhijnauwen. Bron: HISGIS Utrecht.


Handtekening van Maria Koetsier, weduwe van Jan Schimmel bewoonster van boerderij De Staart aan de Houtensewetering. Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen kocht de boerderij in 1833 voor f. 1.200-, van Koetsier. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063. Handtekening van Maria Koetsier, weduwe van Jan Schimmel bewoonster van boerderij De Staart aan de Houtensewetering. Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen kocht de boerderij in 1833 voor f. 1.200-, van Koetsier. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063.


Brug over de Houtensewetering met rechts de Koedijk (heden het Heemsteedsepad). Links de huizen aan de Houtensewetering 1-9, genaamd het buurtschap Leijenburg. Gezien in de periode 1980-1985. Foto: Collectie Cees Verhoef. Brug over de Houtensewetering met rechts de Koedijk (heden het Heemsteedsepad). Links de huizen aan de Houtensewetering 1-9, genaamd het buurtschap Leijenburg. Gezien in de periode 1980-1985. Foto: Collectie Cees Verhoef.


          

Tegeltableau te vinden in boerderij De Staart 'boer met stier'. Bron: Cor Witjes FB Oud Houten. Tegeltableau te vinden in boerderij De Staart 'boer met stier'. Bron: Cor Witjes FB Oud Houten.


Tegeltableau te vinden in boerderij De Staart 'boer met paard'. Bron: Cor Witjes FB Oud Houten. Tegeltableau te vinden in boerderij De Staart 'boer met paard'. Bron: Cor Witjes FB Oud Houten.


       

  • Boerderij De Staart rond 1985 van familie Witjes gezien vanuit het oosten met links buiten beeld de Koedijk. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353, 42888.
  • Boerderij De Staart in de periode 1997-2000 tijdens de verbreding van de gelijknamige weg en de ontwikkeling van bedrijventerrein Het Rondeel vanaf 1996. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353, 48283.
  • Boerderij De Staart (Hoofdveste 21) rond 1975-1980. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353, 52677.
  • Boerderij De Staart met op de voorgrond de Houtensewetering rond 1970-1980. Bron Oud Houten FB.
  • De achterkant van het boerderij terrein van De Staart met uitzicht op de Dovewetering of Wulfsewetering in een onbekende periode. Bron: Oud Houten FB.
  • Boerderij De Staart gezien vanaf de Koedijk in een onbekende periode. Bron: Oud Houten FB.
  • De Koedijk rond 1982-1983 richting het noordwesten gezien met links de Houtensewetering. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.
  • De Koedijk rond 1982-1983 richting het noordwesten gezien met links de Houtensewetering (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.
  • Boerderij De Staart rond 1985 met de ophaalbrug over de Dovewetering met rechts de Koedijk. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.
  • De kruising van de Rondweg met De Staart rond 1998-2002 uit een onbekende krant. Bron: Oud Houten FB.
  • De Staart gezien richting het westen met links een auto rijdend in de richting van Houten in de periode rond 1995 voordat De Staart verbreed zou gaan worden. Bron: Oud Houten FB. Utrechts Nieuwsblad.
  • Boerderij De Staart in de sneeuw in een winter. Bron: Oud Houten FB.
  • Luchtfoto gezien vanuit het zuiden met de ontwikkeling van bedrijventerrein Het Rondeel - De Veste rond 1995-1996. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


         

Op dinsdag 4 november 1851 verkocht jhr. Willem Strick van Linschoten boerderij De Staart uit de erfenis van zijn vader jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen (1790-1850) ten overstaande van notaris H.J. van Marienhoff standplaats te Wijk bij Duurstede aan Herman van Oostrom. Herman bood op de veiling f. 1.550, - gulden voor boerderij De Staart. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1850. Op dinsdag 4 november 1851 verkocht jhr. Willem Strick van Linschoten boerderij De Staart uit de erfenis van zijn vader jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen (1790-1850) ten overstaande van notaris H.J. van Marienhoff standplaats te Wijk bij Duurstede aan Herman van Oostrom. Herman bood op de veiling f. 1.550, - gulden voor boerderij De Staart. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1850.


Portret van jhr. Willem Strick van Linschoten, Geboren Rhijnauwen 1824, overleden Veenendaal 1878. Olie op paneel door Jacobus van Koningsveld, 1855. afm.72 x 60,5 incl. lijst. Collectie C.E.G. ten Houte de Lange, Zeist. Portret van jhr. Willem Strick van Linschoten, Geboren Rhijnauwen 1824, overleden Veenendaal 1878. Olie op paneel door Jacobus van Koningsveld, 1855. afm.72 x 60,5 incl. lijst. Collectie C.E.G. ten Houte de Lange, Zeist.


Handtekening van jhr. Willem Strick van Rhijnauwen, Hermanus van Oostrom en notaris H.J. van Marienhoff voor de verkoop van boerderij De Staart. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1850. Handtekening van jhr. Willem Strick van Rhijnauwen, Hermanus van Oostrom en notaris H.J. van Marienhoff voor de verkoop van boerderij De Staart. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1850.


 

Land in de Knoesterpolder van De Jongh en Consorten

Kaart van de drie percelen weiland en een perceel Hoonkade gelegen in de kadastrale gemeenten Oud-Wulven en Schonauwen in 1833. Eerder het bezit van Jan en Jacobus de Jong en verkocht aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. Bron: HISGIS Utrecht. Kaart van de drie percelen weiland en een perceel Hoonkade gelegen in de kadastrale gemeenten Oud-Wulven en Schonauwen in 1833. Eerder het bezit van Jan en Jacobus de Jong en verkocht aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. Bron: HISGIS Utrecht.



Op dinsdag 22 oktober 1833 verkochten Jan en Jacobus de Jong, landbouwers wonende te Oud-Wulven drie percelen weiland en een stuk Hoonkade aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, onder de kadastrale gemeenten leggers Schonauwen, sectie A, nummers 35, 36 en 37 - Oud-Wulven, sectie A (Houten, sectie D), nummer 38, (Hoonkade). Voor f. 1.700, - gulden met een grootte van drie bunders, vijftig roede en vijftig ellen. De verkoop werd gesloten ten overstaan van de Wijk bij Duurstedense notaris H.J. van Marienhoff.

Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1815, 2411.


Handtekeningen linksboven van Jacobus en Jan de Jong en jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen met nader genoemde getuigen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1815, 2411. Handtekeningen linksboven van Jacobus en Jan de Jong en jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen met nader genoemde getuigen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1815, 2411.


        

Op maandag 8 janauri van het jaar 1906 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Magrareeth Immink verkocht Adrianus Elberse aan Johannes de Goeij boerderij De Staart met landerijen ter waarde van ƒ. 4.500-, gulden. Begin beschrijving van akte met benoeming percelen. Bron: RAZU, 063, 456, aktenummer: 557. Op maandag 8 janauri van het jaar 1906 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Magrareeth Immink verkocht Adrianus Elberse aan Johannes de Goeij boerderij De Staart met landerijen ter waarde van ƒ. 4.500-, gulden. Begin beschrijving van akte met benoeming percelen. Bron: RAZU, 063, 456, aktenummer: 557.


Op maandag 8 janauri van het jaar 1906 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Magrareeth Immink verkocht Adrianus Elberse aan Johannes de Goeij boerderij De Staart met landerijen ter waarde van ƒ. 4.500-, gulden. Eind beschrijving van akte met verkoopsom en handtekeningen. Bron: RAZU, 063, 456, aktenummer: 557. Op maandag 8 janauri van het jaar 1906 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Magrareeth Immink verkocht Adrianus Elberse aan Johannes de Goeij boerderij De Staart met landerijen ter waarde van ƒ. 4.500-, gulden. Eind beschrijving van akte met verkoopsom en handtekeningen. Bron: RAZU, 063, 456, aktenummer: 557.



Boerderij Overeind 31 te Schalkwijk (gem. Houten)

Het negentiende eeuwse huis aan het Overeind 31 te Schalkwijk waar eens een boerderij stond die van familie Strick van Linschot was geweest. Foto uit april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Het negentiende eeuwse huis aan het Overeind 31 te Schalkwijk waar eens een boerderij stond die van familie Strick van Linschot was geweest. Foto uit april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



W.A. de Graaf ontwierp de langhuisboerderij onder overstekend, met muldenpannen gedekt mansardedak in 1914 voor G. de Korte. De drie traveeën brede, symmetrische voorgevel heeft T-vensters, die op de begane grond zijn voorzien van luiken.

De boogvelden van de ontlastingsbogen hebben een ornamentatie van tegeltjes met Jugendstil-motieven. Sierankers en banden van gele baksteen verlevendigen de gevel.

De toegangsdeur met roeden bovenlicht bevindt zich in de rechtergevel. Opmerkelijk is dat de boerderij geen achter- maar een zijbaander met gietijzeren deurroostertjes heeft.


Land in geel gearceerd, gelegen in het midden diagonaal was de boerderij en het land (Overeind 31) van Jan Balthazar Strick van Linschoten van Rhijnauwen van 1779 tot 1820. Ondergrond van de kaart zijn vectorlijnen van de infrastructuur uit 2011. Andere onderliggende kaart geeft de kadaster weergave aan uit 1832. Bron: HISGIS Utrecht. Land in geel gearceerd, gelegen in het midden diagonaal was de boerderij en het land (Overeind 31) van Jan Balthazar Strick van Linschoten van Rhijnauwen van 1779 tot 1820. Ondergrond van de kaart zijn vectorlijnen van de infrastructuur uit 2011. Andere onderliggende kaart geeft de kadaster weergave aan uit 1832. Bron: HISGIS Utrecht.



Overgenomen uit: Houten Historische Bebouwing. O.J. Wttewaall en J.A.M. Smits 1991.


Boerderij aan het Overeind 31. Gezien vanaf de Provincialeweg in zuidwestelijke richting. bron: Google Maps Streetview. Boerderij aan het Overeind 31. Gezien vanaf de Provincialeweg in zuidwestelijke richting. bron: Google Maps Streetview.



Het land waarop boerderij Overeind 31 staat is vele eeuwen het eigedom geweest van het Utrechts kapittel van St. Pieter. In 1779 verkocht het kaptil de boerderij met landerijen aan hun eigen kannunik Jan Balthazar Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Die reeds zes jaar eerder het landgoed Rhijnauwen in 1773 had aangekocht van de heer Ten Hove.

Overeind 31 zou ruim 42 jaar een pachtgoed van het landgoed Rhijnauwen blijven. Na het overlijden van Jan Balthazar Strick van Linschoten in 1820 kwam de boerderij met land toe aan zijn oudste zoon.


Land in geel gearceerd, gelegen in het midden diagonaal was de boerderij en het land (Overeind 31) van Jan Balthazar Strick van Linschoten van Rhijnauwen van 1779 tot 1820. Ondergrond van de kaart is de Topografische Militaire Atlas uit de periode 1875-1900. Bron: HISGIS Utrecht. Land in geel gearceerd, gelegen in het midden diagonaal was de boerderij en het land (Overeind 31) van Jan Balthazar Strick van Linschoten van Rhijnauwen van 1779 tot 1820. Ondergrond van de kaart is de Topografische Militaire Atlas uit de periode 1875-1900. Bron: HISGIS Utrecht.



Hij die afkomstig was uit Jan Balthazars eerste huwelijk Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten trok de boerderij tot aan zijn overlijden in 1854 bij het vast- en onroerend goed van zijn buiten in De Bilt de Arenberg. Rond 1855 zou het Overeind 31 door zijn erfgenamen Taest van Amerongen worden verkocht.


Inschrijving van overlijden van jhr. Diderik Jacob Willem Strick van Linschoten in het register van de gemeente De Bilt in 1854. Bron: Regionaal Historisch Centrum Vecht en Venen. Inschrijving van overlijden van jhr. Diderik Jacob Willem Strick van Linschoten in het register van de gemeente De Bilt in 1854. Bron: Regionaal Historisch Centrum Vecht en Venen.



Overeind 39 - 39a, Boerderij Welgelegen te Schalkwijk (gem. Houten)

Bakhuis van boerderij Welgelegen aan het Overeind 39 - 39A. Foto: Google Maps Streetview. Bakhuis van boerderij Welgelegen aan het Overeind 39 - 39A. Foto: Google Maps Streetview.



De deels witgepleisterde dwarshuisboerderij onder rieten wolfdak dateert vermoedelijk nog uit het begin van de achttiende eeuw. De boerderij heeft een nagenoeg symmetrische voorgevel met in het midden twee grote roeden schuifvensters die het woonvertrek verlichten en aan weerskanten daarvan een kleiner roeden opkamervenster.


Boerderij Welgelegen aan het Overeind 39-39a, met rechts het bakzomerhuisje en op de voorgrond het bruggetje over de Schalkwijksewetering. Foto opnamen uit de jaren zestig van de vorige eeuw. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Boerderij Welgelegen aan het Overeind 39-39a, met rechts het bakzomerhuisje en op de voorgrond het bruggetje over de Schalkwijksewetering. Foto opnamen uit de jaren zestig van de vorige eeuw. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



Zij zijn alle voorzien van luiken. Een kelderlicht onder het rechter venster verlicht de kelder met tongewelf. De paneeldeur in de rechtergevel heeft een roeden bovenlicht en wordt geflankeerd door roeden schuifvensters met luiken.


Het Overeind te Schalkwijk in de richting van het zuidoosten gezien in april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Het Overeind te Schalkwijk in de richting van het zuidoosten gezien in april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Het achterhuis is in 1953 vernieuwd. Het voormalige bakzomerhuis annex wagenschuur rechts van het hoofdgebouw dateert uit het derde kwart van de negentiende eeuw.


Het zomerbakhuis behorend bij boerderij Welgelegen aan het Overeind 39-39a te Schalkwijk. Bron: Wikipedia. Het zomerbakhuis behorend bij boerderij Welgelegen aan het Overeind 39-39a te Schalkwijk. Bron: Wikipedia.



In de symmetrische voorgevel zijn op de begane grond twee negenruiters met luiken aangebracht en op de verdieping een keperboogvenster. Tussen de boerderij en het zomerhuis staat een fraai smeedijzeren toegangshek. De boerderij heeft nog een eigen brug over de wetering. Het is
een bakstenen korfboogvormige brug die volgens het jaartal op de sluitsteen uit 1857 dateert.


Boerderij Welgelegen aan het Overeind 39-39a ooit bij het onroerend goed behoord van landgoed Rhijnauwen. Foto genomen in noordwestelijke richting. Bron: Google Maps Streetview. Boerderij Welgelegen aan het Overeind 39-39a ooit bij het onroerend goed behoord van landgoed Rhijnauwen. Foto genomen in noordwestelijke richting. Bron: Google Maps Streetview.



Overgenomen uit: Houten Historische Bebouwing. O.J. Wttewaall en J.A.M. Smits 1991.


Land in geel gearceerd, gelegen rechts diagonaal was de boerderij en het land (Overeind 39-39a) van Jan Balthazar Strick van Linschoten van Rhijnauwen van 1779 tot 1820. Ondergrond van de kaart is de Topografische Militaire Atlas uit de periode 1875-1900. Bron: HISGIS Utrecht. Land in geel gearceerd, gelegen rechts diagonaal was de boerderij en het land (Overeind 39-39a) van Jan Balthazar Strick van Linschoten van Rhijnauwen van 1779 tot 1820. Ondergrond van de kaart is de Topografische Militaire Atlas uit de periode 1875-1900. Bron: HISGIS Utrecht.



Het land waarop boerderij Overeind 39-39a staat is vele eeuwen het eigendom geweest van de Duitsche Orde Balije van Utrecht. In 1773 verkocht de Duitsche Orde boerderij Welgelegen aan het Utechtse kapittel van St. Pieter.


Steen in de zijgevel van de brug ter hoogte van het Overeind 39 en 39a over de Schalkwijksewetering tussen het Overeind en de Provincialeweg met de inscriptie: 'Draag ik een indruk van Schalkwijk in 2000 mee naar 3000'. Foto: Sander van Scherpenzeel. Steen in de zijgevel van de brug ter hoogte van het Overeind 39 en 39a over de Schalkwijksewetering tussen het Overeind en de Provincialeweg met de inscriptie: 'Draag ik een indruk van Schalkwijk in 2000 mee naar 3000'. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Die het vervolgens in 1779 verkochten hun eigen kannunik Jan Balthazar Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Die reeds zes jaar eerder het landgoed Rhijnauwen in 1773 had aangekocht van de heer Ten Hove.


Luchtfoto uit 2016 in noordwestelijke richting gezien met links van het midden boerderij Welgelegen aan het Overeind 39-39a. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto uit 2016 in noordwestelijke richting gezien met links van het midden boerderij Welgelegen aan het Overeind 39-39a. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Overeind 39-39a zou ruim 42 jaar een pachtgoed van het landgoed Rhijnauwen blijven. Na het overlijden van Jan Balthazar Strick van Linschoten in 1820 kwam de boerderij met land toe aan zijn oudste zoon.


Bruggetje over de Schalkwijksewetering tegenover boerderij Welgelegen met links de Provincialeweg en rechts staande op het Overeind gezien richting het oosten. Bron: Wikipedia. Bruggetje over de Schalkwijksewetering tegenover boerderij Welgelegen met links de Provincialeweg en rechts staande op het Overeind gezien richting het oosten. Bron: Wikipedia.



Hij die afkomstig was uit Jan Balthazars eerste huwelijk Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten betrok de boerderij tot aan zijn overlijden in 1854 bij het vast- en onroerend goed van zijn buiten in De Bilt de Arenberg. Rond 1855 zou het Overeind 39-39a door zijn erfgenamen Taest van Amerongen worden verkocht.


Land in geel gearceerd, gelegen rechts diagonaal was de boerderij en het land (Overeind 39-39a) van Jan Balthazar Strick van Linschoten van Rhijnauwen van 1779 tot 1820. Ondergrond van de kaart is de Topografische Militaire Atlas uit de periode 1850-1875. Bron: HISGIS Utrecht. Land in geel gearceerd, gelegen rechts diagonaal was de boerderij en het land (Overeind 39-39a) van Jan Balthazar Strick van Linschoten van Rhijnauwen van 1779 tot 1820. Ondergrond van de kaart is de Topografische Militaire Atlas uit de periode 1850-1875. Bron: HISGIS Utrecht.


       

Afschrift (fragment) van een akte, voor notaris H.J. van Loenen te Utrecht, waarbij Johan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen, verklaart te hebben verkocht aan [Gerrit] Christiaan Berlang, meester-chirurgijn te Schalkwijk, 1 morgen bouwland onder Schalkwijk, waarnaast de koper zelf met akkers, eertijds behoort hebbend aan Adriaan Hendrik van Eversdijk, ligt, strekkend van de Schalkwijker Achterdijk tot in de Blokhovensewetering, 12 april 1794 (1). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 386. Afschrift (fragment) van een akte, voor notaris H.J. van Loenen te Utrecht, waarbij Johan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen, verklaart te hebben verkocht aan [Gerrit] Christiaan Berlang, meester-chirurgijn te Schalkwijk, 1 morgen bouwland onder Schalkwijk, waarnaast de koper zelf met akkers, eertijds behoort hebbend aan Adriaan Hendrik van Eversdijk, ligt, strekkend van de Schalkwijker Achterdijk tot in de Blokhovensewetering, 12 april 1794 (1). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 386.


Afschrift (fragment) van een akte, voor notaris H.J. van Loenen te Utrecht, waarbij Johan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen, verklaart te hebben verkocht aan [Gerrit] Christiaan Berlang, meester-chirurgijn te Schalkwijk, 1 morgen bouwland onder Schalkwijk, waarnaast de koper zelf met akkers, eertijds behoort hebbend aan Adriaan Hendrik van Eversdijk, ligt, strekkend van de Schalkwijker Achterdijk tot in de Blokhovensewetering, 12 april 1794 (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 386. Afschrift (fragment) van een akte, voor notaris H.J. van Loenen te Utrecht, waarbij Johan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen, verklaart te hebben verkocht aan [Gerrit] Christiaan Berlang, meester-chirurgijn te Schalkwijk, 1 morgen bouwland onder Schalkwijk, waarnaast de koper zelf met akkers, eertijds behoort hebbend aan Adriaan Hendrik van Eversdijk, ligt, strekkend van de Schalkwijker Achterdijk tot in de Blokhovensewetering, 12 april 1794 (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 386.


         


Verkoop boerderijen Welgelegen (Overeind 39 en 39A) en boerderij aan het Overeind 31 te Schalkwijk

Op donderdag 3 juli 1856 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de boerderijen aan het Overeind 39-39a en 31 te Schalkwijk . De heer Gerard Lehun Verloren, lid van de Gedeputeerde Staten van Utrecht en advocaat wonende te Utrecht, handelende als testamentaire voor jkvr. Cornelia Sara Wilhelmina Antoinetta Strick van Linschoten in leven echtgenote van Arnoud Gerard Joost baron Taets van Amerongen gewoond hebben op 14 juni 1855 en overleden op buitenplaats Arenberg in de gemeente De Bilt.
Bieden ter veiling aan


Het zomer- bakhuis van het boerderijcomplex Welgelegen aan het Overeind 39 en 39a in april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Het zomer- bakhuis van het boerderijcomplex Welgelegen aan het Overeind 39 en 39a in april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Boerderij Welgelegen aan Overeind 39-39a te Schalkwijk (B444)

Nummer Een Ene hofstede bestaan de eene huizinge getekende nummer 35. Achterhuis met koe en paard in stallen zomer- of bakhuis met wringhuis schuur en varkenshok zijn twee vijf roedige tuigen en verdere betimmering met erf, grond en tuin met grootte boomgaard 6 van wei- en besteklanden tezamen groot negen en twintig 6 uurs in zestig roeden ze en twintig ellen staande en gelegen in de gemeente Schalkwijk in het dorp van de Heul strekkende voor net de Schalkwijksewetering, westwaarts op tot aan de opslag van de Honswijkschen Dijk alwaar Cornelia Spithoven geboren Verdam ten zuiden ende hofstede en landen en hier na onder nommer vier te omschrijven ten worden naast getuigen zijn bekend op den perceel 1 gewijzen kadastralen legger en sectie B Nommer 1

Perceelnummers: 431 - bouwland, 432 - weg, 433 - bouwland, 434 - bouwland, 435 - weiland, 436 - weiland, 437 - bouwland, 438 - weiland, 439 - boomgaard, 440 - weg, 442 - boomgaard, 443 - tuin, 444 huis met erf. Tezamen negen en twintig bunders, zestig roeden en zeventig ellen. (29 60 70)
Het perceel onder nommer Een omschreven in veiling gebruikt zijnde is ingezet door Jacobus van Bennekom, landbouwer en wonende te Schalkwijk ter som

an Zes en Twintig duizend Vijf honderd Guldens f. 26.500-,.
Bij den afslag niet verhoogd
--------------------------------------------------------


De zuidelijke zijgevel van de brug over de Schalkwijksewetering ter hoogte van het Overein 39 en 39a en de Provincilaeweg met een gedenksteen uit 2000. Rechtsboven het gemeentelijke monumentenbordje in april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. De zuidelijke zijgevel van de brug over de Schalkwijksewetering ter hoogte van het Overein 39 en 39a en de Provincilaeweg met een gedenksteen uit 2000. Rechtsboven het gemeentelijke monumentenbordje in april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Nummer Twee Zeven bunders drie en negentig roeden zeventien ellen boomgaard wei in 6 uren bouwland gelegen in de gemeente Schalkwijk aan de Heul strekkende gedeeltelijk vanuit de Schalkwijksche wetering en gedeeltelijk van het perceel nommer die het aan het 6 olote onder nommer 6 te omschrijven belend ten zuiden de landen die hofstede onder nommer vier vermeld en ten noorden in de percelen nommers drie en vijf bekend op de kadastrale legger in sectie B
Perceelnummers: 396 - weiland, 397 - weiland, 398 - bouwland, 403 - weiland, 416 - boomgaard. Tezamen zeven bunders drie en negentig roeden zeventien ellen (07 93 17).
Het perceel onder nummer twee omschreven is ingezet door Dominicus van Wijk van beroep landbouwer, wonende in de gemeente IJsselstein ten som van negenduizend tweehonderd gulden f. 9.200-,

Bij afslag verhoogd door Dirk Maarschalkerweerd landbouwer wonende onder Schalkwijk met twee honderd gulden.n Tezamen negenduizend vier honderd guldens f. 9.400-,
Bij deze afslag niet verhoogd.
--------------------------------------------------------


Boerderij Welgelegen aan het Overeind 39 en 39a te Schalkwijk in de achttiende- en negentiende eeuw van familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen geweest tot ca. 1851. Foto: Sander van Scherpenzeel. Boerderij Welgelegen aan het Overeind 39 en 39a te Schalkwijk in de achttiende- en negentiende eeuw van familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen geweest tot ca. 1851. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Boerderij aan Overeind 31 te Schalkwijk (B413)

Nummer drie Een huis met stalling getekende nommer 37 mitsgaders erf en grond tuin en boomgaard gelegen in de gemeente Schalkwijk in het dorp van de Heul groot begen en zestig roeden en acht en twintig ellen strekkende uit de Schalkwijksche wetering tot aan het tweede perceel belend ten zuiden van het zelve en ten noorden van het vijfde perceel belend op den kadastralen legger in sectie B nommers

Perceelnummers: 413 - huis met erf, 414 - tuin, 415 - boomgaard, 412 - weg. Tezamen negendertig roeden met bomen op de weg van het perceel.
Het perceel omschreven onder nommer drie is ingezet door den Heer Cornelis Schnell, van beroep zaakwaarnemer wonende te Utrecht ter som van twaalf honderd vijftig guldens f. 1.250-,
Bij den afslag niet verhoogd

--------------------------------------------------------

Nummer vier Ene hofstede bestaande in ene huizinge getekend nummer 36 met achterhuis waarvan koe en paarden stalling zomer of bakhuis schuur met varkenshok eene vijf roeden en ene vier roedige korenberg en verder betimmering erf grond en twee benevens twintig bunders drie en twintig roeden en twee en zestig ellen boomgaard 6 ure in weiland gelegen in de gemeente Schalkwijk in het dorp van de Heul strekkende van net de Schalkwijksche Wetering tot aan den opslag en Honswijksche Wetering alwaar ten zuiden het eerste perceel en ten noorden het tweede meest gelegen zijn bekend op den kadastralen legger in sectie B nommers.
Perceelnummers: 417 - weg, 418 - huis en erf, 419 - tuin, 419bis - tuin, 420 - boomgaard, 421 - bouwland, 421bis - weiland, 422 - bouwland, 423 - weiland, 424 - weiland, 425 - weiland, 426 - weiland, 427 - weiland, 428 - bouwland, 429 - weg, 430 - bouwland. Tezamen twintig bunders drie en twintig roeden en twee en zestig ellen met de boomen op duidig voor het perceel nommer vijf acht bunder zestien roeden vijf en tachtig ellen 6 uren weiland gelegen in de gemeente van Schalkwijk.

Het perceel omschreven onder nommer vier is ingezet door Johannes Verham, landbouw er wonende te Schalkwijk in som van Achttienduizend Achthonderd guldens f. 18.800-,
Bij afslag niet verhoogd

--------------------------------------------------------

Nummer vijf Acht bunders zestien weide vijf en tachtig ellen 6 ure weiland gelegen in de gemeente van Schalkwijk in het dorp aan de Heul, strekkende van uit de Schalkwijksche wetering tot tegen het bosch onder nummers zes te omschrijven belend ten zuiden door het in de Roomsch Katholieke Armen van Schalkwijk over volgens door Bastiaan van der Worp op den kadastrale legger en sectie B nommer.

Perceelnummers: 395 - weiland, 399 - bouwland, 402 - weiland, 404 - weiland, 411 - weiland, 412 - weg. Tezamen acht bunders zestien roeden vijftig ellen.
Het perceel omschreven onder nommer vijf is ingezet door Dominicus van Wijk, landbouwer wonendee in de gemeente IJsselstein voornoemd ter som van Tienduizend guldens f. 10.000-,
Bij afslag niet verhoogd

--------------------------------------------------------


Het water van de Schalkwijksewetering onder brug ter hoogte van boerderij Welgelegen aan het Overeind 39 en 39a in april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Het water van de Schalkwijksewetering onder brug ter hoogte van boerderij Welgelegen aan het Overeind 39 en 39a in april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Nummer zes Elf bunders negen en zestig roeden tachtig ellen elzen in de uitwaarden bosch 6 ure in partij schietwilgen gelegen in de Schalkwijk. Strekkende om de perceel nommer twee en vijf tot aan den opslag van den Honswijkschen Dijk al voor ten zuiden de hofstede en landen omschreven onder nummer vier en ten noorden Allegonda Maarschalkerwaard geboren van Woesik naast gelegen zijn op de kadastralen legger bekend in sectie B nommer.

Perceelnummers: 389 - weg, 390 - bosch, 391 - bosch, 392 - bosch, 393 - bosch, 394 - bosch. Tezamen elf bunder negen en zestig roeden tachtig ellen (11 60 80)

--------------------------------------------------------

Nummer zeven Negenbunders zeven vijftig roeden zestig ellen bouw en weiland, gelegen in de gemeente van Schalkwijk op Blokhoven strekkende van net de Schalkwiijksche wetering tot aan den eigendom onder Hoogwelgeboren Heer Baron van Wijkerslooth belend ten zuiden van den Heer Adam Visch en ten noorden door den Heer C.L. van Strijen op den kadastralen legger bekend in sectie B nommer.

Perceelnummers: 356 - weg, 357 - bouwland, 358 - weiland. Tezamen negen bunders zeven oen vijftig roeden zestig ellen (9 57 60)

Het perceel onder nommer zeven omschreven is ingezet door de Weledelen getrenge heer Carel Eliza van Strijen notaris wonende te Wijk bij Duurstede ter som van Acht duizend drie honderd guldens f. 8.300-,

Bij afslag verhoogd door den Weledelgestrenge heer dr. Theodorus Adriaan van Schermbeek, docter wonende te Utrecht met twee honderd guldens. Tezamen Acht duizend vijfhonderd guldens f. 8.500-,

--------------------------------------------------------


Boerderijcomplex en terrein Welgelegen aan het Overeind 39 en 39a te Schalkwijk in april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Boerderijcomplex en terrein Welgelegen aan het Overeind 39 en 39a te Schalkwijk in april 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Nummer Acht Een bunder vier en vijftig roeden vijf en vijftig ellen bouwland genaamd de Suikerakker gelegen in de gemeente Schalkwijk, strekkende vanuit de Schalkwijksche Wetering tot aan de en gronden van Arie Verdam belend ten zuiden door den zelven en ten noorden door dien van Teunis Uytewaal op den kadastrale legger bekend in sectie B van nommer.

Perceelnummers: 336 - bouwland, 337 - weg. Tezamen een bunder en vier en vijftig roeden vijf en vijftig ellen (01 54 55).

Het perceel omschreven onder nummer Acht is ingezet door den heer Antonie Mol, koopman wonende te Utrecht ter som van twee duizend guldens f. 2.000-,
Bij afslag verhoogd door Cornelis Uytewaal landbouwer wonende onder Schalkwijk met vijf en twintig guldens f. 25-,

Tezamen twee duizend vijf en twintig guldens f. 2.025-,
Nandat als nu aan de gegundende wat bekend gemaakt dat de perceelnummers twee en drei bij afzonderlijke veiling hadden kunnen opbieden tienduizend zes honderd vijftig guldens f. 10.650-,

Zijnde die percelen bij afslag verhoogd door Dirk Maarschalkerwaard, landbouwer wonende onder Schalkwijk voornoemd met vijf guldens Tezamen tienduizend zevenhonderd gulden f. 10.700-,

Daarop bekend opgemaakt dat twee percelen met perceel nummer een het welk heeft kunnen opbrengen zes en twintig duizend vijf honderd guldens f. 26.500-,
Alzoo tezamen hebben kunnen opbrengen zeven en dertig duizend twee honderd guldens f. 37.200-,

En zijnde drie percelen te samen gevoegd bij afslag niet verhoogd

--------------------------------------------------------


Voorgevel gezien vanaf het Overeind op boerderij Welgelegen aan het Overeind 39 en 39a in april 2021. Rechts het zomer- bakhuis. Foto: Sander van Scherpenzeel. Voorgevel gezien vanaf het Overeind op boerderij Welgelegen aan het Overeind 39 en 39a in april 2021. Rechts het zomer- bakhuis. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Vervolgens bekend gemaakt dat de evengemelde drie percelen met perceel nummer zeven hetwelk heeft kunnen opbrengen achtduizend vijfhonderd guldens f. 8.500-,

Tezamen hebben kunnen opbrengen vijf en veertig duizend zevenhonderd guldens f. 45.700-,

En zijn als toen die vier percelen tezamen gevoegd bij afslag verhoogd door den weledelgeboren Heer Mr. Evert van Voorthuijsen die der Provinciale Staten van Utrecht, wonende te Maarssen met twee duizend en vier honderd guldens f. 2.400-,

Tezamen Acht en veertig duizen en honderd guldens f. 48.100-,

Daarop staande gegoedende bekend gemaakt dat de percelen nommer drie en vijf bij afzonderlijke veiling hadden kunnen opbrengen Acht en twintig duizend Achthonderd guldens f. 28.800-,

Zijnde die percelen tezamen gevoegd bij afslag  geschat vervolgens al bekend gemaakt dat evengemelde twee percelen met perceel nommer acht het welk heeft kunnen opbrengen twee duizend vijf en twintig f. 2.025-, guldens. Tezamen hebben kunnen gelden dertig duizend acht honderd vijf en twintig guldens f. 30.825-,

en zijn alstoen die drie percelen tezamen gevoegd bij afslag met verhoogd.

Nadat als nu aan de gegunde was bekend gemaakt dat als alle percelen tezamen hadden kunnen opbrengen negentig duizend vijf en twintig guldens f. 90.025-, Zijnde dezelfde tezamen gevoegd.

Bij afslag niet verhoogd

De verkooping alzoo afgelopen zijnde hebben de Heeren en verkoopers en personen in kwaliteit verklaard de verschillende percelen aan de onderscheiden koopers definitief en koop toegewezen voor schrijven heer voor vermeld en alzoo de percelen nommer Een Twee Drie en Zeven aan de Mr. Evert van Voorthuijzen voornoemd voor Acht en Veertig duizend en honderd guldens f. 48.100-,

Het perceel nommer Vier aan Johannes Verhaar voornoemd voor Acht tienduizend acht honderd guldens f. 18.800-,
Het perceel nummer Vijf aan Dominicus van Wijk voornoemd voor tienduizend guldens

Het perceel nummer zes aan de heer Vosmaer voornoemd van Elfduizend en honderd guldens f. 11.100-,
En het perceel nommer Acht aan Cornelis Uytewaal voornoemd voor tweeduizend vijf en twintig guldens f. 2.025-,

Welke zes percelen toewijzigingen door de koopers allen alhier tegenwoordig zijn geaccepteerd.

Bron: Het Utrechts Archief 1294 6609 109 67.


  

Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17,
Huisjes van Estoppey (gem. Houten)
  

De Huisjes van Estoppey aan de Prins Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 gezien in 2009. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. De Huisjes van Estoppey aan de Prins Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 gezien in 2009. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



Het rijtje van vijf eenkamerwoninkjes onder pannen zadeldak is aan het begin van de negentiende eeuw gesticht door E. Estoppeij. Estoppeij was lid van een familie die in die tijd veel onroerend goed in het Houtense bezat. Het is onbekend of de bouw werd ingegeven door overwegingen van liefdadigheid dan wel door winstbejag.


Op zaterdag 11 september 1837 kocht jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen de Huisjes van Estoppey aan ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren van de erfgename van Estoppey. Bron: Delpher.nl. Op zaterdag 11 september 1837 kocht jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen de Huisjes van Estoppey aan ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren van de erfgename van Estoppey. Bron: Delpher.nl.



Opmerkelijk is dat de toegangsdeuren in de achtergevel zijn
aangebracht. In 1935 kregen de woninkjes slaapkamers op de zolderverdieping en werden de dakkapellen geplaatst. De woningen zijn in 1981-1982 gerenoveerd. Tijdens deze renovatie is het aantal vensters in de voorgevel verdubbeld.

Overgenomen uit: Houten Historische Bebouwing. O.J. Wttewaall en J.A.M. Smits 1991.


De Huisjes van Estoppey aan de Pr. Bernhardweg 9 t/m 17 gezien in de periode 1989-1990. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. De Huisjes van Estoppey aan de Pr. Bernhardweg 9 t/m 17 gezien in de periode 1989-1990. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



Eigenaren Huisjes van Estoppey (1832-1987)

Pr. Bernhardweg 9 t/m 17 (1850 H7, H7a, H7b, H7d en H7c)
A469 t/m A473
1832 - 1838 Wed. Essaye Estoppey (Houten)
1837 - 1837 Gerardus Jacobus Estoppey (Amsterdam) (zoon)
1837 - 1851 Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen (Rhijnauwen) (aankoop)
1851 - 1890 Jhr. Jan Balthazar Strick van Linschoten (Loosdrecht) (zoon)
1890 - 1905 Ottolina van Notten - Strick van Linschoten (Loosdrecht- Utrecht) (wed) (A931-A935)
1905 - 1918 Cornelis van Schaik, Willem van Schaik, Jan van Schaik, Metje Johanna, wed. van Jan Sterk Hooge. l571
1918 - 1925 Jan Cornelis Schinkel l924
1925 - 1943 Antonia Agatha de Wit wed. Cornelis Oostveen (Houten H22) l1116 afgifte legaat
1943 - 1952 Wilhelmus Franciscus Gerardus Sturkenboom l1358 (wonende op Zorgvliet H22) (H19, H18, H17, H16 en H15). In 1950 verkocht Willem de Molenweg aan de gemeente Houten.
1952 - 1953 Josephina Jacoba Oostveen wed. Wilhelmus Franciscus Gerardus Sturkenboom (wonende boerderij Zorgvliet Van Tiellandtweg 5)  l1817
1953 - 1955 Cornelis Groenen (koopman) (Koppeldijk O82 - H15) l1871
1955 - 1983 Gemeente Houten
1983 - …. Jan Puijk Pr. Bernhardweg 9
1983 - …. Nysius Hendrik den Hild Pr. Bernhardweg 11
1983 - …. Brahim Saukkam Pr. Bernhardweg 13
1983 - …. Martin Hijman Pr. Bernhardweg 15
1983 - …. Gerardus Johannes Vel Pr. Bernhardweg 17


Op donderdag 28 februari van het jaar 1952 verschenen voor de Houtense notaris Meester Johannes Alexander Bremer Josephina Jacoba Oostveen, weduwe van Wilhelmus Franciscus Gerardus Sturkenboom met haar minderjarige kinderen: Hendrik Sturkenboom, Antonia Sturkenboom, Catharina Sturkenboom, Maria Sturkenboom, Cornelis Sturkenboom, Josephina Sturkenboom Sturkenboom en Anna Sturkenboom. Waarbij Willem Anthonius Streng, veehouder, wonende te Barwoutswaarder 177 bij Woerden als voogd optreed. Waarbij het vastgoed van het gezin werd getaxeerd. En toekwam aan mevrouw Oostveen. Waaronder boerderij Zorgvliet en de Huisjes van Estoppey. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9470 (1070), 1952 febr. 13-1952 mrt 3 1070 149. Op donderdag 28 februari van het jaar 1952 verschenen voor de Houtense notaris Meester Johannes Alexander Bremer Josephina Jacoba Oostveen, weduwe van Wilhelmus Franciscus Gerardus Sturkenboom met haar minderjarige kinderen: Hendrik Sturkenboom, Antonia Sturkenboom, Catharina Sturkenboom, Maria Sturkenboom, Cornelis Sturkenboom, Josephina Sturkenboom Sturkenboom en Anna Sturkenboom. Waarbij Willem Anthonius Streng, veehouder, wonende te Barwoutswaarder 177 bij Woerden als voogd optreed. Waarbij het vastgoed van het gezin werd getaxeerd. En toekwam aan mevrouw Oostveen. Waaronder boerderij Zorgvliet en de Huisjes van Estoppey. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9470 (1070), 1952 febr. 13-1952 mrt 3 1070 149.


Op donderdag 28 februari van het jaar 1952 verschenen voor de Houtense notaris Meester Johannes Alexander Bremer Josephina Jacoba Oostveen, weduwe van Wilhelmus Franciscus Gerardus Sturkenboom met haar minderjarige kinderen: Hendrik Sturkenboom, Antonia Sturkenboom, Catharina Sturkenboom, Maria Sturkenboom, Cornelis Sturkenboom, Josephina Sturkenboom Sturkenboom en Anna Sturkenboom. Waarbij Willem Anthonius Streng, veehouder, wonende te Barwoutswaarder 177 bij Woerden als voogd optreed. Waarbij het vastgoed van het gezin werd getaxeerd. En toekwam aan mevrouw Oostveen. Waaronder boerderij Zorgvliet en de Huisjes van Estoppey. Beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9470 (1070), 1952 febr. 13-1952 mrt 3 1070 149. Op donderdag 28 februari van het jaar 1952 verschenen voor de Houtense notaris Meester Johannes Alexander Bremer Josephina Jacoba Oostveen, weduwe van Wilhelmus Franciscus Gerardus Sturkenboom met haar minderjarige kinderen: Hendrik Sturkenboom, Antonia Sturkenboom, Catharina Sturkenboom, Maria Sturkenboom, Cornelis Sturkenboom, Josephina Sturkenboom Sturkenboom en Anna Sturkenboom. Waarbij Willem Anthonius Streng, veehouder, wonende te Barwoutswaarder 177 bij Woerden als voogd optreed. Waarbij het vastgoed van het gezin werd getaxeerd. En toekwam aan mevrouw Oostveen. Waaronder boerderij Zorgvliet en de Huisjes van Estoppey. Beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9470 (1070), 1952 febr. 13-1952 mrt 3 1070 149.


Op donderdag 4 juni van het jaar 1953 ten overstaan van de Houtense notaris Franciscus Wilhelmus Swane, waarbij Josephina Jacoba Oostveen, weduwe van Wilhelmus Franciscus Gerardus Sturkenboom. Waarbij Josephina de Huisjes van Estoppey werd verkocht aan Cornelis Groenen, koopman te Houten. De verkoop geschiedde voor de koopsom van f. 19.500-, gulden. Begin beschrijving van kate. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9495 (1095), 1953 mei 18-1953 juni 4 1195 155. Op donderdag 4 juni van het jaar 1953 ten overstaan van de Houtense notaris Franciscus Wilhelmus Swane, waarbij Josephina Jacoba Oostveen, weduwe van Wilhelmus Franciscus Gerardus Sturkenboom. Waarbij Josephina de Huisjes van Estoppey werd verkocht aan Cornelis Groenen, koopman te Houten. De verkoop geschiedde voor de koopsom van f. 19.500-, gulden. Begin beschrijving van kate. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9495 (1095), 1953 mei 18-1953 juni 4 1195 155.


Op dinsdag 12 juni van het jaar 1955 ten overstaan van de Utrechtse notaris Franciscus Wilhelmus Swane verkocht Cornelis Groenen aan de gemeente Houten waarbij burgemeester Adrianus Bruno Heafkens de Huisjes van Estoppey aankocht voor de koopsom van f. 20.000,- gulden. De gemeente Houten kocht de huisjes aan op een jaar later in 1956 de infrastructuur van het dorp grondig op te knappen en het dorp van riolering te voorzien. Begin van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9535 (1135), 1955 april 7-1955 april 28 1135 38 1195 155 A931 932 933 934 A1672. Op dinsdag 12 juni van het jaar 1955 ten overstaan van de Utrechtse notaris Franciscus Wilhelmus Swane verkocht Cornelis Groenen aan de gemeente Houten waarbij burgemeester Adrianus Bruno Heafkens de Huisjes van Estoppey aankocht voor de koopsom van f. 20.000,- gulden. De gemeente Houten kocht de huisjes aan op een jaar later in 1956 de infrastructuur van het dorp grondig op te knappen en het dorp van riolering te voorzien. Begin van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9535 (1135), 1955 april 7-1955 april 28 1135 38 1195 155 A931 932 933 934 A1672.


De Huisjes van Estoppey aan de Prins Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 gezien in 2009 in de richting van het zuidwesten. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. De Huisjes van Estoppey aan de Prins Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 gezien in 2009 in de richting van het zuidwesten. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


Op zaterdag 11 november 1837 ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren verkocht G.J. Estoppey de Molenweg tezamen met de 5 armenhuisjes aan de Pr. Bernhardweg 9 t/m 17 aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Jan Carel Wendel Strick bood f. 1.410, - gulden voor de onroerende goederen. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4. Op zaterdag 11 november 1837 ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren verkocht G.J. Estoppey de Molenweg tezamen met de 5 armenhuisjes aan de Pr. Bernhardweg 9 t/m 17 aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Jan Carel Wendel Strick bood f. 1.410, - gulden voor de onroerende goederen. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4.


In geel gearceerd in de kadasterkaart van 1832 ten zuidwesten van het dorp Houten de Molenweg en de Huisjes van Estoppey rond 1840 in het bezit van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: HISGIS Utrecht. In geel gearceerd in de kadasterkaart van 1832 ten zuidwesten van het dorp Houten de Molenweg en de Huisjes van Estoppey rond 1840 in het bezit van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: HISGIS Utrecht.


Verkoop van de armenhuisje van Essaye Estoppey op zaterdag 11 november 1837 ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren. Essaye Estoppey was al een geruime tijd overleden. Een van zijn erfgenamen verkocht de huisjes tezamen met de Molenweg (Pr. Bernhardweg) met zijn naam G.J. Estoppey zijn handtekening middenrechts boven. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4. Verkoop van de armenhuisje van Essaye Estoppey op zaterdag 11 november 1837 ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren. Essaye Estoppey was al een geruime tijd overleden. Een van zijn erfgenamen verkocht de huisjes tezamen met de Molenweg (Pr. Bernhardweg) met zijn naam G.J. Estoppey zijn handtekening middenrechts boven. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4.


Huisjes van Estoppey aan de Pr. Bernhardweg 9 t/m 17 gezien in de richting van het zuidwesten rond 1998-2000. Bron: Regioinaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Huisjes van Estoppey aan de Pr. Bernhardweg 9 t/m 17 gezien in de richting van het zuidwesten rond 1998-2000. Bron: Regioinaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


            

Raadsbesluit van de gemeente Houten van 31 mei 1981 waarbij de woningen van Estoppey worden verkocht aan de huurders aan de Prins. Bernhardweg 11, 13, 15 en 17. Pr. Bernhardweg 9 t/m 17 voor ƒ. 20.000-, gulden. De woning van de heer Puyk aan de Pr. Bernhardweg voor ƒ. 19.000 gulden. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 005. Raadsbesluit van de gemeente Houten van 31 mei 1981 waarbij de woningen van Estoppey worden verkocht aan de huurders aan de Prins. Bernhardweg 11, 13, 15 en 17. Pr. Bernhardweg 9 t/m 17 voor ƒ. 20.000-, gulden. De woning van de heer Puyk aan de Pr. Bernhardweg voor ƒ. 19.000 gulden. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 005.


Luchtfoto gezien vanuit het noorden op het zuidelijke deel van het Oude Dorp met rechts de Molenweg, later Prins Bernhardweg geheten. Met aan de overkant van de Utrechtseweg de Veerwagenweg, later De Brug geheten in 1978-1979. Bron: HUA, 1929. Luchtfoto gezien vanuit het noorden op het zuidelijke deel van het Oude Dorp met rechts de Molenweg, later Prins Bernhardweg geheten. Met aan de overkant van de Utrechtseweg de Veerwagenweg, later De Brug geheten in 1978-1979. Bron: HUA, 1929.


Op vrijdag 10 juli 1981 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Gerrit van Otterloo verkocht de gemeente Houten de Huisjes van Estoppey aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 aan de toenmalige huurders. Voor ƒ 20.000-, gulden en ƒ. 19.000-, gulden. Begin van akte beschrijving. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Op vrijdag 10 juli 1981 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Gerrit van Otterloo verkocht de gemeente Houten de Huisjes van Estoppey aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 aan de toenmalige huurders. Voor ƒ 20.000-, gulden en ƒ. 19.000-, gulden. Begin van akte beschrijving. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


Op vrijdag 10 juli 1981 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Gerrit van Otterloo verkocht de gemeente Houten de Huisjes van Estoppey aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 aan de toenmalige huurders. Voor ƒ 20.000-, gulden en ƒ. 19.000-, gulden. Beschrijving van verkoopsommen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Op vrijdag 10 juli 1981 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Gerrit van Otterloo verkocht de gemeente Houten de Huisjes van Estoppey aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 aan de toenmalige huurders. Voor ƒ 20.000-, gulden en ƒ. 19.000-, gulden. Beschrijving van verkoopsommen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


Op vrijdag 10 juli 1981 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Gerrit van Otterloo verkocht de gemeente Houten de Huisjes van Estoppey aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 aan de toenmalige huurders. Voor ƒ 20.000-, gulden en ƒ. 19.000-, gulden. Beschrijving van verkoopsommen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Op vrijdag 10 juli 1981 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Gerrit van Otterloo verkocht de gemeente Houten de Huisjes van Estoppey aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 aan de toenmalige huurders. Voor ƒ 20.000-, gulden en ƒ. 19.000-, gulden. Beschrijving van verkoopsommen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


Op vrijdag 10 juli 1981 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Gerrit van Otterloo verkocht de gemeente Houten de Huisjes van Estoppey aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 aan de toenmalige huurders. Voor ƒ 20.000-, gulden en ƒ. 19.000-, gulden. Beschrijving van eerdere verkrijging. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Op vrijdag 10 juli 1981 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Gerrit van Otterloo verkocht de gemeente Houten de Huisjes van Estoppey aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 aan de toenmalige huurders. Voor ƒ 20.000-, gulden en ƒ. 19.000-, gulden. Beschrijving van eerdere verkrijging. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


Voorgevel van de Huisjes van Esstopy aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 in 1981. Bron: RAZU, 005. Voorgevel van de Huisjes van Esstopy aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 in 1981. Bron: RAZU, 005.


Achtergevel met voordeur van de Huisjes van Esstopy aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 in 1981. Bron: RAZU, 005. Achtergevel met voordeur van de Huisjes van Esstopy aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 in 1981. Bron: RAZU, 005.


Overzichtsplattegrond van de Huisjes van Esstopy aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 in 1981. Bron: RAZU, 005. Overzichtsplattegrond van de Huisjes van Esstopy aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 in 1981. Bron: RAZU, 005.


Overzichtsplattegrond de eerste verdiepingsvloer van de Huisjes van Esstopy aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 in 1981. Bron: RAZU, 005. Overzichtsplattegrond de eerste verdiepingsvloer van de Huisjes van Esstopy aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 in 1981. Bron: RAZU, 005.


Dwarsdoorsneden van de Huisjes van Estoppey aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 in 1981. Bron: RAZU, 005. Dwarsdoorsneden van de Huisjes van Estoppey aan de Pr. Bernhardweg 9, 11, 13, 15 en 17 in 1981. Bron: RAZU, 005.



Restaurant De Engel, Burgemeester Wallerweg 2, en Herberg De Moriaan, Plein 4-5

Tiendkaart van het Utrechtse kapittel van St. Marie uit 1640 één van de eerste betere gedetailleerde kaarten van het dorp Houten uit de nieuwe tijd. De kaart is een eigenhandige kopie van L.M.J. de Keijzer. Origineel is te vinden bij Het Utrechts Archief. Detail uit de kaart van het dorp Houten met het noorden beneden. Nummers op de kaart zijn de tiendvakken. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Tiendkaart van het Utrechtse kapittel van St. Marie uit 1640 één van de eerste betere gedetailleerde kaarten van het dorp Houten uit de nieuwe tijd. De kaart is een eigenhandige kopie van L.M.J. de Keijzer. Origineel is te vinden bij Het Utrechts Archief. Detail uit de kaart van het dorp Houten met het noorden beneden. Nummers op de kaart zijn de tiendvakken. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



Als zo vele dorpen en steden in Nederland kende het oude dorp Houten vanaf het einde van de 16e eeuw diverse herbergen. Hier kon worden overnacht door de doorgaande reiziger met paard en wagen, of de handelaar en marskramer die onderweg waren naar de andere kant van het land.

In het kleine dorp Houten waren de doorgaande routes naar het zuiden en noorden. Het betrof vooral de route naar de stad Utrecht en het Culemborgs Veer, via Schalkwijk en de route naar het Beusichemse Veer. Via Culemborg was de route richting 's-Hertogenbosch verder richting Maastricht en zuidelijker.

Het veer bij Beusichem was de route om voor de stad Tiel en Nijmegen om verder richting het oosten te gaan naar Duitland.

Om het verhaal van restaurant De Engel, gelegen aan de Burg. Wallerweg 2 goed te belichten. Nemen we je mee door de geschiedenis uit te leggen van drie andere herbergen in het dorp. Om hiermee een totaal beeld te geven van wat de complete geschiedenis ervan is.

Houten kende vanaf de eerste bekende vermelding in het jaar 1589 een herberg De Engel die ooit aan de zuidkant van het Plein gestaan zou hebben. Nu op de plek van de huidige Steenman Albert Heijn supermarkt. Een tweede herberg die we bij het verhaal betrekken is De Moriaan.

De herberg stond ooit op de plek waar het pand van De Passage te vinden is aan het Plein nr. 4-5. Hiervan is bekend dat het vanaf het midden van de 16e eeuw tot midden 18e eeuw een herberg is geweest.


Fragmentdetail van de kadasterkaart van 1 oktober 1832 met een denkbeeldige weergave van de situatie tussen de 1550 en 1660. Goede getailleerde kaarten van het dorp Houten zien niet bekend vandaar het gebruik op deze manier. De gele lijnen ten westen va het Plein geeft de situatie van herberg De Moriaan aan met de 8 hond, ruim 1,1 hectare aan boomgaard achter de herberg waar vanaf 1801 de tweede herberg De Engel (Burg. Wallerweg 2) gebouwd zou gaan worden. De eerste en oudste tot zover bekendste plek waar de 16e en 17e -eeuwse herberg De Engel gestaan moet hebben (1589-1660). Is te vinden binnen de gele lijnen aan de zuidkant van het Plein op de plek van de huidige supermarkt. Bron: HISGIS Utrecht. Fragmentdetail van de kadasterkaart van 1 oktober 1832 met een denkbeeldige weergave van de situatie tussen de 1550 en 1660. Goede getailleerde kaarten van het dorp Houten zien niet bekend vandaar het gebruik op deze manier. De gele lijnen ten westen va het Plein geeft de situatie van herberg De Moriaan aan met de 8 hond, ruim 1,1 hectare aan boomgaard achter de herberg waar vanaf 1801 de tweede herberg De Engel (Burg. Wallerweg 2) gebouwd zou gaan worden. De eerste en oudste tot zover bekendste plek waar de 16e en 17e -eeuwse herberg De Engel gestaan moet hebben (1589-1660). Is te vinden binnen de gele lijnen aan de zuidkant van het Plein op de plek van de huidige supermarkt. Bron: HISGIS Utrecht.



De oudste bekende vermelding over de 17-eeuwse herberg De Engel in het dorp Houten is bekend op zondag 2 juli 1589. Een beschrijving uit de bron hebben we op een hedendaagse manier beschreven met een vleugje eigen interpretatie.

Op woensdag 21 februari 1590 verklaarde Martin Anthonisz. (48 jaar oud) en Anthonis Cornelisz. (40 jaar oud) verklaarde apart 'Op te Noord' Buiten de Weerd van de stad Utrecht op verzoek van de stad, Gehoord en gezien te hebben dat zij bij het logeren in herberg De Engel van zondag 2 op maandag 3 juli van het jaar 1589. De waard bij het beginnen van de wacht op de kerktoren aan de Lobbendijk en bij het thuiskomen (schoondag) in de ochtend weer was gaan slapen.

Zijn echtgenote de waardin opwas en de melk aan het karne was. Dat hierop op een onverwacht moment enige soldaten de herberg binnenkwamen die men niet kende. Zij wilde eten en drinken geschaft hebben waarop de soldaten de weerdin op een lelijke en kwalijke manier bejegende. Als zij niet hun zin zouden krijgen. Dan zou  er eens flink huisgehouden worden.

Er werd om hulp geroepen waarna de weerdin en de getuigen zagen dat het dorp en de brink zo gans vol volk was. Met ruiters en knechten dat niemand uit zijn huis in het dorp kon om naar de kerk gaan. De bewoners moesten maar gedogen dat de soldaten op de koste van de dorpelingen aten en dronken in de plaatselijke herberg.

Getuigen verklaarde verder gezien en gehoord te hebben die de wacht en de plek hielden op de Brink en elders wacht plekken bezet hielden. Dat de soldaten hierop naar kasteeltoren Vuylcop zijn gegaan en de aldaar voors roven als beesten (te keer zijn gegaan en de kasteeltoren hebben geplunderd). Dat de soldaten omstreeks 20:00 uur in de avond waren teruggekeerd op het dorp.

Hierop voortijdig een strekkende trompet en het tromgeschal ten gehore gebracht werd. Waarop getuigen ook gehoord hadden dat de Hoorn op kasteel Schonauwen geblazen werd en de vijand toog (vertrok) uit Houten.

Getuigen verklaarde ook dat bij het binnenkomen van de soldaten in het dorp het al zo hoog dag was. Dat de mestwagen van de waard van herberg De Moriaan al was uitgereden om het land in Schonauwen te meste. Tegen de brugge onderdeur draaiboom niet gezien te hebben of de boom op of toe was.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 11, folio: 50.

Het gaat hier dan om een slagboom op de grens van de vroegere gerechten van Houten en 't Goy met die van Schonauwen bij de Houtensewetering (De Brug).


Kaart fragment van het dorp Houten uit 1743 naar de hand van Bernard du Roy / Johannes Cóvens en Cornelis Mortier te Amsterdam. We lopend beneden midden van het dorp tot de Houtensewetering is tegen de wetering aan de vroegere grens van beide gerechten van Houten en Schonauwen. Ingetekend de wegen en watergangen. Bron: RAZU, 400. Kaart fragment van het dorp Houten uit 1743 naar de hand van Bernard du Roy / Johannes Cóvens en Cornelis Mortier te Amsterdam. We lopend beneden midden van het dorp tot de Houtensewetering is tegen de wetering aan de vroegere grens van beide gerechten van Houten en Schonauwen. Ingetekend de wegen en watergangen. Bron: RAZU, 400.



Een eerdere bron die ons bekend is afkomstig van zaterdag  9 september 1561 wordt er melding gemaakt van herberg De Moriaan. Hier wordt een hofstede zonder enige naamsvermelding verkocht. Waarbij de belendingen (object gelegen ten westen, oosten, zuiden of noorden) is op te maken dat het hier waarschijnlijk om herberg De Roskam gaat aan het Plein nr. 25.

Decreet van vercopinge van een huys te Houten van zaliger (overleden persoon) Egbert van Ham, ten versoeke van heer Gerardt van Amersfoort kanunnik St Marie.

Vincente Egbert van Hams wedue had geen pacht betaald.
De hofstede: oostelijke huys bewoent door Roeloff Jansz raymaker, westelijk de kerk tot Houten, noordelijke een jonge Bongert oft leengoet van de Conincklycke Majesteyt, zuidelijke de Brinck oft de gemeynt te Houten.

De zitting was op zondag 10 september 1561 s'middags om 1 uur met die van het gerecht ten huyse van Aeltgen Huyberts weerdinne int Moriaenshooft te Houten.

Opposanten (mondeling verzetter): Ernst Jacobsz die zegt dat het huys van hem is, als daarvan overdracht hebbende van Gerrit Jansz Cleut, Willem Andriesz, Rossum Ernstensz, Herman Stevensz, de huisvrouw van Bernt Jansz (man is absent) en Cornelis Petersz.

Laatste verhoogster (bieder op veiling) is Jannichge Hubert Daemsdr. Nog opponeren Mechtelt Thin, Claes Adriaensz, heer Aernt van Buchel voor St Pieter.

Koop gaat door tegen ƒ. 312,- maar Jan Thonisz in Schalkwijk biedt ƒ. 378,- en krijgt het.

Bron: Kemp: 09-09-1561 [HUA RA 188-4].


Een van de oudste bronnen te vinden in Het Utrechts Archief uit een notariële akte van 1589 waarin de 17-eewse herberg 'in de Engel' wordt vermeld. Naam bovenaan de rode streep. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 11, folio: 50. Een van de oudste bronnen te vinden in Het Utrechts Archief uit een notariële akte van 1589 waarin de 17-eewse herberg 'in de Engel' wordt vermeld. Naam bovenaan de rode streep. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 11, folio: 50.



Op woensdag 21 juni 1606 verklaard Metgen Cornelisdr. gehuwd met Gerrit Jansz van Schayck, te Houten verklaart schuldig te wezen aan Cornelis Jan Henrickx ook te Houten ƒ. 46,- inzake de koop van een merriepaard.

Bron: Kemp 1606 21/6 [HUA II 3253].

Op woensdag 27 september 1617 machtigt Gerrit Jansz. van Schayck weert in de Engel te Houten weduwnaar van Metgen Cornelisdr. (zaliger,) voor hemzelf en zich sterk makend voor Willem Willemsz. Jossman of Joffman voerman 'buyten Tollesteeg'.

Bron: Kemp 1617 27/9 [HUA II 3254 CvS].

Op maandag 20 oktober 1625 wordt is er een schriftelijke vermelding dat huisvrouw van Gerrit Jansz. van Schayck weerdinne in herberg de Engel te Houten is en Anthonis Jansz. van Oosterlaeck herbergier en weert.

Bron: Kemp 1625 20/10 [HUA RA 1286-1].

Op zaterdag 27 november 1632 transporteert Neeltje Jansz. weduwe van Gerrit Jansz. van Schayck, van beroep weert en herbergier in De Engel geweest te Houten de wagendienst met Utrecht van haar overleden man over het jaar 1632.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 81, aktenummer: 230, 34-4 81.230 = Kemp 1632 27/11 [HUA NU009a017 f.251].

Op zondag 20 november 1633 verkoopt Cornelis Gerritsz. Stam herbergier in De Engel te Houten, gehuwd met Neeltje Jansdr. zijn wagendienst naar Utrecht.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 82, Kemp 1633 20/11 [HUA NU009a018]


Gezicht op het dorp Houten in 1679 door L.P. Serrurier. Vermoedelijk gezicht met een klein fantasie uit het zuidwesten met de huizen aan de Pr. Bernhardweg (Achterste Brink). Met op de midden achtergrond de woningen aan de achterzijde die met een voorzijde aan de westkant van het Plein staan. Daartussen de 1,1 hectare van herberg De Moriaan. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 200566. Gezicht op het dorp Houten in 1679 door L.P. Serrurier. Vermoedelijk gezicht met een klein fantasie uit het zuidwesten met de huizen aan de Pr. Bernhardweg (Achterste Brink). Met op de midden achtergrond de woningen aan de achterzijde die met een voorzijde aan de westkant van het Plein staan. Daartussen de 1,1 hectare van herberg De Moriaan. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 200566.



Op vrijdag 24 februari 1651 Cornelis Gerritsz Stam wonend Houten, gehuwd met Neeltgen Jansdr. transporteert (plecht) aan Sara van Eck wed. Peter Cornelisz. van der Linge (zaliger burgemeester Utrecht), voor ƒ. 300,-, een heerspruytende eensdeels van coopmansrentebrief van 4 augustus 1594 en anderdeels van geleverde bieren op 23 december 1643, gevestigd op zijn huys te Houten a/d zuidzijde van de Brinck (herberg De Engel), oost- en zuidzijde Jan Cornelisz. van Ysendoorn, van beroep hoefsmid en aan de noordzijde de gemene wegh.

Vrijwel zeker de plek waar de Bootsapotheek (Plein 14) en Albert Heijn Supermarkt (Plein 15) zijn gevestigd.

Bron: Kemp 1651 24/2 [HUA RA 1287-1 nr 91 (ra Houten/Goy)].

Op donderdag 14 januari 1655 verklaard Cornelis Gerritsz. Stam, gehuwd met Neeltgen Jansdr. wonend Houten, hoe dat tussen hen comparanten en Jan, Gerrit, Huybert, Emmeken en Agnes Gerrit Jan van Schayckx kinderen, alle 5 voorkinderen van Neeltje Jansdr. een zeker akkoord is opgericht om hen elk ƒ. 100,- te geven.

Zij verbinden nu hun huys en hof (herberg De Engel) te Houten a/d zuidzijde van de Brenck, Oost en zuidzijde gelegen Jan Cornelisz. van Ysendoern, van beroep hoefsmit en aan de noordzijde de gemeneweg, belast met ƒ. 300,- ter bevordering van juffrouw Sara van Eck.

Bron: Kemp 1655 14/1 [HUA RA 1287-1 nr 133 (ra Houten/Goy)]

.

Dansende mannen en vrouwen (boeren) in een herberg. Zevende prent uit een serie van acht met tot doel de contrasten van het toenmalige werkelijke leven ca. 1800 met de beschaafde wereld (beau-monde) te leveren in 1803. Naar de hand Jacob Ernst Marcusnaar, ontwerp van: Christiaan Josi. Bron: Rijksmuseum, objectnummer: RP-P-OB-86.775. Wikimedia Commons. Dansende mannen en vrouwen (boeren) in een herberg. Zevende prent uit een serie van acht met tot doel de contrasten van het toenmalige werkelijke leven ca. 1800 met de beschaafde wereld (beau-monde) te leveren in 1803. Naar de hand Jacob Ernst Marcusnaar, ontwerp van: Christiaan Josi. Bron: Rijksmuseum, objectnummer: RP-P-OB-86.775. Wikimedia Commons.



Op woensdag 7 april transporteert Cornelis Gerritsz. Stam, gehuwd met Neeltgen Gerrit Jansdr. een woning op de Brinck te Houten, aan de schoonvader en moeder van Emmeken van Schayck haer dochter, transporteert aan deze dochter 2 peerden, wagen, drie bedden en alle inboedel die de secretaris heeft opgetekend voor, ƒ. 208,-. (genoemd ook Jan van Schayck, Neeltgens zoon), met lijst.


Bron: Kemp 1655 7/4 [HUA RA 1287-1 nr 142 (ra Houten/Goy)]


Een koetsier zit een een tafel in een herberg, met een grote kan bier in zijn hand. Hij probeert de waardin te verleiden, maar zij houdt hem af. In de marge een vierregelig satirisch vers in het Nederlands, Frans en Engels. Prentmaker: Jan Punt naar ontwerp van: George van der Mijn. In 1756. Bron: Rijksmuseum, objectnummer: RP-P-OB-66.312. Een koetsier zit een een tafel in een herberg, met een grote kan bier in zijn hand. Hij probeert de waardin te verleiden, maar zij houdt hem af. In de marge een vierregelig satirisch vers in het Nederlands, Frans en Engels. Prentmaker: Jan Punt naar ontwerp van: George van der Mijn. In 1756. Bron: Rijksmuseum, objectnummer: RP-P-OB-66.312.



Op woensdag 20 april 1661 concentreert Neeltgen Jansdr. wonend inden Engel te Houten moeder van Emmichgen Gerritsdr. van Schayck te Utrecht, in huwelijk van haar dochter met Goyert Anthonisz van Oosterlaeck.

Bron: Kemp 1661 20/4 [HUA II 3295-2].

Op zaterdag 26 juni 1662 draagt (op last van lijftocht) Emmichgen Gerrits van Schayk ten behoeve van haar man aan (legateert) Metgen Goverts van Oosterlaeck, voordochter (dochter uit een eerder huwelijk) van haar man, indien zij zonder kinderen of descendenten (erfopvolging) komt te overlijden.

Een tweede akte: benoeming langstlevende van Goyert en Emmichgen tot voogd over Metgen.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 396.45 d.d. 24-06-1662


Gezicht op de voorgevel van restaurant De Moriaan aan de Dorpsstraat 153 te Warmenhuizen (Gem. Schagen, prov. Noord-Holland) in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. Gezicht op de voorgevel van restaurant De Moriaan aan de Dorpsstraat 153 te Warmenhuizen (Gem. Schagen, prov. Noord-Holland) in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Gezicht op het uithang(bord)mannetje De Moriaan aan de Dorpsstraat 153 te Warmenhuizen (Gem. Schagen, prov. Noord-Holland) in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. Gezicht op het uithang(bord)mannetje De Moriaan aan de Dorpsstraat 153 te Warmenhuizen (Gem. Schagen, prov. Noord-Holland) in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Herberg D' Moriaan (waar de Moriaan uithangt (bord)) in 1794 in Warmenhuizen (Prov. Noord-Holland) naar een tekening van J. Bulthuis. Bron: Archief Alkmaar Commons. Herberg D' Moriaan (waar de Moriaan uithangt (bord)) in 1794 in Warmenhuizen (Prov. Noord-Holland) naar een tekening van J. Bulthuis. Bron: Archief Alkmaar Commons.


Gezicht op de zij-voorgevel van restaurant De Moriaan aan de Dorpsstraat 153 te Warmenhuizen (Gem. Schagen, prov. Noord-Holland) in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. Gezicht op de zij-voorgevel van restaurant De Moriaan aan de Dorpsstraat 153 te Warmenhuizen (Gem. Schagen, prov. Noord-Holland) in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Gezicht op de voorgevel van restaurant De Moriaan met de twee uithangborden aan de Dorpsstraat 153 te Warmenhuizen (Gem. Schagen, prov. Noord-Holland) in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. Gezicht op de voorgevel van restaurant De Moriaan met de twee uithangborden aan de Dorpsstraat 153 te Warmenhuizen (Gem. Schagen, prov. Noord-Holland) in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Tot zover zijn de bronnen van de 17-eeuwse herberg De Engel in Houten bekend.

Een kleine 150 jaar later zou de hedendaagse restaurant De Engel aan de Burg. Wallerweg 2 zich voor het eerste in de bronnen bekend maken.

De Engel staat op het terrein van een boomgaard wat van oorsprong 1,1 hectare groot was of ruim 8 hont. Tot ca. 1697 maakte de boomgaard deel uit van van herberg De Moriaan. Staande aan de westkant van de Brink (Plein 4-5).

Om een goed overzicht te beschrijven van de herberg beginnen we de geschiedenis van herberg De Moriaan op een rij te zetten. Voortvloeiend hieruit zal de geschiedenis van De Engel voorts verder duidelijk worden.

Op dinsdag 14 oktober 1653 verzekeren Jannichgen Stevensdr. Pauw weduwe Anthonis Jansz. van Oostrum wonend Houten, met Aelbert Thonisz. van Oostrum wonend ook aldaar, Cornelis Stevensz. Pauw borger en schoenmaker te Utrecht als gemachtigde van Steven Anthonisz van Oostrum en Stoffel Jaspersz. van Everdingen, gehuwd met Maychgen Anthonisdr. van Oostrum (procuratie S & S Beusichem/Soelmond 14/10 53) vstw Jan Jansz van Rossum, gehuwd met Cornelia Adriaensdr van Deyll te Utrecht voor ƒ. 500,- hun huysinge daer de Moriaen uythangt groot omtrent 8hont boomgaerts, strekkend voor van den Brinck tot aen de hofstede van Adriaen Dirckx van Schayck, zuidelijk gelegen de Costery van Houten, Jan Huybertsz raeymaecker en Jacob Adriaensz. den Haen met haer hofstedekens, westelijke gelegen de Binnenwech en Adriaen Dirckx van Schayck vrsz en noordelijke de Herenweg.

Bron: Kemp d.d. 14-10-1653 [HUA RA 1287-1 nr 116 (ra Houten/Goy)].

Op woensdag 20 december 1656 transporteren (verkopen) Stoffel Jaspersz. van Everdingen, gehuwd met Maychgen Thonisdr. van Ostrum, als mede-erfgename van Thonis Jansz. van Oostrum, gehuwd met Jannichgen Thonisdr. Pauw in leven e.l. en van zaliger (overleden) Steven Thonisz. van Oostrum hun broer/zwager, aan Aelbert Anthonisz. van Oostrum, gehuwd met Cunera Jansdr. van Suijlen, hun zwager en schoonzuster, uit de erfenis van genoemde ouders, m.n. het huijs daer de Moriaen althans uijthangt.

Bron: Kemp d.d. 20-12-1656 [HUA RA 1287-1 nr 172 (ra Houten/Goy)


Gevelsteen De Moriaan met beeld van het toenmalige Pijpen en Plateelmuseum in Gouda in 2004. Bron: Wikimedia Commons. Gevelsteen De Moriaan met beeld van het toenmalige Pijpen en Plateelmuseum in Gouda in 2004. Bron: Wikimedia Commons.



Op maandag 5 april 1660 nemen Aelbert Anthonisz. van Oostrum, gehuwd met Cuyntgen Jans. van Suylen een borg van ƒ.1.200,- op huysinge, rosmeulen, hofstede en herberge te Houten a/d Brenck daer de Moriaen uithangt, met boomgaerd etc, omtrent 8 hont groot, strekkend voor van de Brinck tot achter a/d hofstede (De Hooghof) van Adriaen Dirckx van Schayck, zuidelijke de Costerye van Houten en Jacob Adriaensz. de Haen met hun hofstedekens, westelijke gelegen de Binnewech de vrsz Adriaen Dirckx van Schayck en noordwaarts de Heerenwech, mitsgaders 3 morgen (ca. 2,8 ha.) bouwlants aende Houtenschewech, bo Adriaen van Schayck, noordelijke Jan de Ridder, oostelijk gelegen de weduwe van Gerrit Adriaensz. Maeyen.

Naast: ter voordelen van Hendrick Vyandt op 18-..- van het jaar 1697 (gecasseerd) (vernietiging van een uitspraak). Ergens rond dit jaar scheid de boomgaard met 8 hont aan land van het perceel behorend bij herberg De Moriaan.

Meer dan 100 jaar later zou hier restaurant De Engel worden gebouwd op het perceel boomgaard door Andrianus de Bond.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4,  354.26 d.d. 05-04-1660.

Op dinsdag 2 november 1660 komen constituant Antonius Palmis en zijn vader Johan Aerts Palmis, geconstitueerde Johan van den Heijden, advocaat hove (rechtbank)  van Utrecht. Een plecht overeen van ƒ. 1.200,- en ƒ. 135,- aan onbetaalde rente op huis, rosmolen en hofstede, waar de Moriaen uithangt en drie morgen bouwland aan de Houtenseweg.

Opgenomen door Aelbert Anthonisse van Oostrom x Cnijntgen Jans van Zuijlen.

Dit sluit aan bij plecht d.d. 30-12-1656 (zie hierboven)

Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064 DG 224 d.d. 02-11-1660


Gevelsteen van Moriaan (Hamstraat 4) in Grave (Noord-Brabant) in 2012. Bron: Wikimedia Commons. Gevelsteen van Moriaan (Hamstraat 4) in Grave (Noord-Brabant) in 2012. Bron: Wikimedia Commons.



Jacob Becker, gemachtigde van Johan van der Heijden die gemachtigde is van Anthonis Palmis, zoon en erfgenaam van Jan Aertszoon Palmis, transporteert aan Henrick van Ratingen, rector in de Triviale School te Utrecht, een plecht van 1200 carolus gulden, gevestigd in 1656 ten laste van Aelbert Anthoniszoon van Oostrum, gehuwd met Cruijntjen Jans van Zuijlen, echtelieden, op het huis met rosmolen en hofstede staande binnen Houten, waar de Moriaen uithangt en bovendien nog op drie morgen bouwland gelegen aan de Houtenseweg.

Jan Huybertsz raeymaecker wonend Houten weduwnaar van Annichgen Anthonisdr, transporteert aan Adriaen Jacobsz. van Oostrum een huys te Houten a/d Brenck, oostelijke Brenck, zuidelijk gelegen Jacob Adriaensz cremer, westelijke gelegen Aelbert Anthonisz van Oostrum en noordelijk gelegen Jan Jansz. de Jongh met het erve van de Costery te Houten, belast met ƒ. 400,- en 6 stuivers ter bevordering van  het Convent van Oudwijck.

Bron: Kemp 1663 22/2 [HUA RA 1287-1 nr 258 (ra Houten/Goy)] DG d.d. 22-02-1747.

Verdeling van nalatenschap van (tijd onbekend) van de overleden Cornelis van IJsendoorn. Hij was groot grondbezitter in die tijd in het dorp. Zoon Jan krijgt De Laatste Stuijver, zus Petronella, gehuwd met Gerrit van der Wurff krijgt diverse percelen bouw- en weiland en Abraham, gehuwd met Gerdina Blom ook en bovendien - Een huijzinge daar vanouds uitgehangen heeft de Moriaen aan de Kerkenbrink met aan de ene zijde de Kosterij en aan de andere zijde Gijsbert van der Louw, gekomen van Klaas van Renssum en bewoond door chirurgijn Wöller - Smitshuijzinge met een boomgaard ernaast met bijstal aan de Kerkenbrink, gekomen van Arien Aerse van Doorn. (Plein 12-13).

Nog een huijzinge met erfje met aan de ene zijde Jan van Eck en aan de andere zijde het Zandpad.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 1040.117 d.d. 09-03-1743

.

Gezicht in het dorp Houten met de toren van de Nederlands Hervormde kerk. Links herberg De Zwaan, eerder De Prins genaamd met op de voordeur een zwaan gestiuteerd. Rechts de Moriaan boomgaart waar in 1801 Restaurant De Engel gebouwd zou gaan worden. Naar een tekening van een onbekende tekenaar. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer:	200570. Gezicht in het dorp Houten met de toren van de Nederlands Hervormde kerk. Links herberg De Zwaan, eerder De Prins genaamd met op de voordeur een zwaan gestiuteerd. Rechts de Moriaan boomgaart waar in 1801 Restaurant De Engel gebouwd zou gaan worden. Naar een tekening van een onbekende tekenaar. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 200570.



Na de scheiding van herberg De Moriaan met de boomgaard rond 1697 is na 1740 bekend dat een zekere Joan Both de eigenaar is. Hier zou in 1801 restaurant De Engel gebouwd gaan worden.

Op zaterdag 28 januari 1747 verhuurd Joan Both weer aan Jan Jansen van den Brink een boomgaert, groot een morgen en een hont met hierbij diverse bepalingen rond snoei, snoeihout, scheren van doornige heining, sluitingen enz..

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 1041.53 d.d. 28-01-1747.

Op maandag 15 december van het jaar 1755 verhuurd Joan Both aan

Johannes van Keulen een boomgaerd, groot 1 morgen en 1 hondt, laatst verhuurd aan Jan Jansen van den Brink, wederom met diverse bepalingen.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 1667.86 d.d. 15-12-1755.


Herberginterieur met een oude man, die zich vergrijpt aan de waardin. Daarachter enkele triktrakspelers en een drinkende man. De voorstelling staat bekend als 'Tweeërlei spel'. Links een grote haard waarboven takken zijn gehangen, aan de muur een luit. Op de vloer ligt een hond naast een omgevallen kruk tussen eierschalen en mosselen uit 1660-1679. Naar een schilderij van Jan Steen (1625/1626–1679). Bron: Rijsksmuseum - Wikimedia Commons. Herberginterieur met een oude man, die zich vergrijpt aan de waardin. Daarachter enkele triktrakspelers en een drinkende man. De voorstelling staat bekend als 'Tweeërlei spel'. Links een grote haard waarboven takken zijn gehangen, aan de muur een luit. Op de vloer ligt een hond naast een omgevallen kruk tussen eierschalen en mosselen uit 1660-1679. Naar een schilderij van Jan Steen (1625/1626–1679). Bron: Rijsksmuseum - Wikimedia Commons.



Op donderdag 29 september 1768 verhuurd Joan Both aan Jan Ee een boomgaerd, groot 1 morgen en 1 hondt, laatst in gebruik bij Johannes van Ceulen, wederom met diverse bepalingen.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 1670.144 d.d. 29-09-1768.

Op zaterdag 25 januari 1772 verhuurd Anna Cornelia Both (vermoedelijk de zus of nicht van Joan Both), weduwe van Jacobus ‘s Graafwegh, aan Jan van Ee een boomgaardt, groot 1 morgen en 1 hond met bepalingen vergelijkbaar met bovenstaande.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 1671.107 d.d. 25-01-1772.

Op zaterdag 20 augustus 1774 verhuurd Anna Cornelia Both, weduwe van Jacobus ’s Graafwegh, canonicq in den Capittelen ten Dom in Utrecht, aan Hendrik de Man een boomgaardt, groot 1 morgen en 1 hond, laatstelijk in gebruik bij Jan van Ee. Ook hier de gebruikelijke bepalingen.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 1672.73-7 d.d. 20-08-1774.


Detail van de tekening hierboven van de Burg. Wallerweg met uitvergroot de voordeur van herberg De Zwaan (Burg. Wallerweg 7). Het zou goed kunnen dat in de herberg dames van licht zeden bezig waren. Als je naar een herberg ging 'waar de zwaan uithangt' was dat meestal een aanduiding op handelingen van lichte zeden. Dus was dit deel van het dorp de rosseb uurt van Houten. Bron: Het Utrechts Archief. Detail van de tekening hierboven van de Burg. Wallerweg met uitvergroot de voordeur van herberg De Zwaan (Burg. Wallerweg 7). Het zou goed kunnen dat in de herberg dames van licht zeden bezig waren. Als je naar een herberg ging 'waar de zwaan uithangt' was dat meestal een aanduiding op handelingen van lichte zeden. Dus was dit deel van het dorp de rosseb uurt van Houten. Bron: Het Utrechts Archief.



Openbare verkoop van het nalatenschap van Anna Cornelia Both, in leven echtgenote van Jacobus ’s Graafwegh. Er worden meerdere objecten verkocht onder andere: een mergen een hond boomgaard met zijn bepotingen en beplantingen, strekkende langs de Heerendijk, noordwaarts ’t Zandpad van de Binnendijk, daarvan Jan van Schaick ten westen en ten oosten van Gerrit Jansen, de Costerije, Cornelis van IJzendoorn en Matthijs Dirkse naastgelegen zijn. Koopprijs ƒ. 1.300,-. Gekocht door Arnoud van Westrenen, heer van Lauwerecht.
Hendrik de Man huurt de boomgaart tot 22 februari 1778 voor ƒ. 63,- per jaar.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2388.52 d.d. 08-05-1784

Op woensdag 1 februari 1797 verhuurd Arnoud van Westrenen, heer van Lauwerecht, aan Hendrik de Man te Houten een boomgaard, groot een morgen en een hond voor 6 jaar vanaf Petrus ad Cathedram (22 februari). Kosten ƒ. 56,- en twee koppel volwassen hoenderen.
De akte bevat bepalingen over onderhoud, snoei, vervanging dode bomen. Er zijn doornige heiningen

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, U256c034-25 d.d. 01-02-1797.


Transpo0rtakte blad uit 1797 waarbij Hendrik Wemmers en zijn neef Bastiaan de Bondt de boomgaard van de familie Van Westrenen kochte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064. Transpo0rtakte blad uit 1797 waarbij Hendrik Wemmers en zijn neef Bastiaan de Bondt de boomgaard van de familie Van Westrenen kochte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064.



Op zaterdag 31 oktober 1795 ten overstaan van de Utrechtse notaris Cornelis de Wijs verhuur Gerlach Theodorus van der Capellen, heer van Houten en 't Goy en Mijdrecht herberg De Roskam aan Hendrik Wemmers en Bastiaan de Bondt. Een huysinge en herberge c.a. en boomgaardje en boomgaardje agter het huis.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 1955, aktenummer: 171.

Na een faillissement van der Heer van Capellen in 1801 beginnen kasteleins Wemmers en De Bondt een eigen herberg of logement De Engel in 1801. Eerder dus huurde nog voor 5 jaar herberg De Roskam aan het Plein.

Op woensdag 1 februari 1797 ten overstaan van de Utrechtse notaris Cornelis de Wijs laat Hendrik Wemmers zijn testament opmaken, dat hij alles nalaat aan zijn neef Bastiaan de Bondt, de zoon van zijn zus.  Is Wemmers caféhouder? Bastiaan woont bij Wemmers. En van genoemde Bastiaan met lijftocht voor zijn vrouw Catharina Balvers en met Hendrik Wemmers als voogd.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 1957, aktenummer: 26.

Op diezelfde dag van woensdag 1 februari 1797 laat ook Bastiaan de Bondt zijn testament opmaken. waarbij hij zijn kinderen als erfgename opdraagt. Op last van langstlevende benoemd De Bondt zijn oom Hendrik Wemmers of zijn zwager Gijsbert Balvers als voogden voor zijn kinderen.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 1957, aktenummer: 27.

Op zaterdag 19 maart 1796 wordt de koopakte behorende bij onderstaand transport: Een morgen en een hond boomgaard land met de bepoting en beplanting daar op staande gelegen onder den gerecht van Houten strekkende langs den Heerendijk noordwaards tegen het zandpad van den Binnendijk, daar Jan van Schaik ten Westen en ten Oosten Gerrit Janse, nevens de Kosterije Cornelis van IJsendoorn en Matthijs Dirkse naastgelegen is.

Voor de koopsom ƒ. 1.760,- Carolus gulden.

Kopers van de vroegere Moriaan boomgaard zijn Hendrik Wemmers en zijn neef Bastiaan de Bondt.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2068.35 d.d. 19-03-1796.


Op vrijdag 18 december 1801 vraagt Bastiaan de Bondt aan de schout en schepenen van het gerecht Houten en 't Goy voor het opheffen van de erfpacht van f. 10-, gulden die op zijn land en vastgoed nog zit. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU). Op vrijdag 18 december 1801 vraagt Bastiaan de Bondt aan de schout en schepenen van het gerecht Houten en 't Goy voor het opheffen van de erfpacht van f. 10-, gulden die op zijn land en vastgoed nog zit. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU).



Mr. Nicolaas van Westreenen, Heer van Lauwenrecht, zoon en erfgenaam van Arnoud van Westreenen, mede namens diens andere kinderen en kleinkinderen, transporteert aan Hendrik
Wemmers en Bastiaan de Bondt een morgen en een hond Boomgaard Land strekkende langs de Heerendijk noordwaarts tegen het Zandpad van de Binnendijk daar Jan van Schaik ten westen en ten oosten Gerrit Jansen nevens de Kosterije, Cornelis van IJzendoorn en Matthijs Dirkse naast gelegen zijn.

Bron; Regionaal Archief Zuid-Utrecht, 064, DG 13-02-1797


Een uithangbord met een metalen Engel bij een restaurant in Duitsland. Bron: Wikimedia Commons. Een uithangbord met een metalen Engel bij een restaurant in Duitsland. Bron: Wikimedia Commons.



Op maandag 9 juni 1800 ten overstaan van de Utrechtse notaris H.J. van Loenen kwam geconstitueerde (gemachtigde) Martinus Wigman, voor de constituante (volmachtgever) Bastiaan de Bondt om zijn zaken te behartigen voor de raad van rechtspleging van Utrecht voor zijn overleden oom Hendrik Wemmers op woensdag 12 maart 1800 overleed te Houten.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2397, aktenummer: 36.

De Bondt en Wemmers kopen bij openbare verkoping ook twee hofstedes aan de Houtense Wetering van de vele erven van Van Westreenen.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4.2068.59 d.d. 1796.

De erfgenamen van Hendrik Wemmers laten schatten: - Huis etc en boomgaard en weiland bij Groot Vuijlcop - Bij de Houtense Wetering - Helft van 7 hond bouwland belend aan ene zijde de erven van der Sluijs en aan de andere zijde de huizen van het Dorp voor ƒ. 400,-.

Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064 DG 24-06-1800


Op vrijdag 18 december 1801 vraagt Bastiaan de Bondt aan de schout en schepenen van het gerecht Houten en 't Goy voor het opheffen van de erfpacht van f. 10-, gulden die op zijn land en vastgoed nog zit. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU). Op vrijdag 18 december 1801 vraagt Bastiaan de Bondt aan de schout en schepenen van het gerecht Houten en 't Goy voor het opheffen van de erfpacht van f. 10-, gulden die op zijn land en vastgoed nog zit. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU).



Bastiaan de Bondt uit Houten is aan den Weled. Her Mr. Nicolaas van Westreenen ƒ. 1.200,- schuldig te zijn.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4,  2453 nr 107 d.d. 04-07-1801.

Estimatie (schatting van waarde van vastgoed) door Jacob van der Wel, plaatsvervanger van schout Jan Peek, en Klaas C. van Wiggen, leden van het gemeentebestuur op verzoek van Bastiaan de Bondt van huizinge en verder getimmerte, staande op een morgen een hond land, strekkende langs de Heerendijk noordwaarts tegen het zandpad van de Binnendijk, daar Jan van Schaik ten westen en ten oosten Gerrit Jansen, nevens de Kosterij, Cornelis van IJzendoorn en Matthijs Derkse voor ƒ. 4.000,-. En nog een extra goed.

En daarna een plecht van ƒ 4.000,- ten laste van Bastiaan de Bondt aan Marcus van der Smit, makelaar te Utrecht met als onderpand een nieuw getimmerte huijzinge, herberg, stalling en erve met dezelfde belendingen als hierboven.

Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064 DG 21-09-1802


Gezicht op het dorp Houten op 2 aug 1749. Links herberg De Zwaan, later De Prins genaamd. Rechts de boomgaard met heg van ruim 1,1 ha. = 8 hont groot van Arnoud van Westrenen van Lauwerecht. Midden de Burg. Wallerweg met op de achtergrond de Nederlandse-Hervormde Kerktoren (Lobbendijk 1). Bron: Rijksmuseum, beeldbank, objectnummer: RP-T-1899-A-4157. Gezicht op het dorp Houten op 2 aug 1749. Links herberg De Zwaan, later De Prins genaamd. Rechts de boomgaard met heg van ruim 1,1 ha. = 8 hont groot van Arnoud van Westrenen van Lauwerecht. Midden de Burg. Wallerweg met op de achtergrond de Nederlandse-Hervormde Kerktoren (Lobbendijk 1). Bron: Rijksmuseum, beeldbank, objectnummer: RP-T-1899-A-4157.



Bastiaan de Bondt vraagt vrijstelling van huis- en haardstedegeld vanwege de kosten van het bouwen van een huis. Hij krijgt vrijstelling omdat er op het terrein sinds mensenheugenis geen huis heeft gestaan.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, U275a011–124 d.d 10-12-1803

Bastiaan de Bondt tekent schuldbekentenis: ƒ. 350-, voor in 1802 gekocht houtwaren van J.E. Ravesteijn Versteeg. Het echte bewijs is er nog nooit mee aangetoond maar het vermoeden bestaat dat kort na de opening van De Engel in 1801 een deel of in een geheel van de herberg is afgebrand.

Dat is op te maken omdat rond 1802 Bastiaan diverse lening afsluit en betaling doet voor bouwmaterialen.

Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064 DG 1803-onduidelijk precieze bron?


Een herbergier biedt drie spelende mannen drank aan. Op de grond liggen speelkaarten. Vervaardiger door prentmaker: Wallerant Vaillant, naar schilderij van: Cornelis Pietersz. Uit de periode 1658 - 1677. Bron; Wikimedia Commons - Rijksmuseum; objectnummer: RP-P-H-1095. Een herbergier biedt drie spelende mannen drank aan. Op de grond liggen speelkaarten. Vervaardiger door prentmaker: Wallerant Vaillant, naar schilderij van: Cornelis Pietersz. Uit de periode 1658 - 1677. Bron; Wikimedia Commons - Rijksmuseum; objectnummer: RP-P-H-1095.



Plecht van ƒ. 700,- ten laste van Bastiaan de Bondt bij Gijsbert Dirk Casius, oud rentmeester generaal van de Ridderlijke Duitsche Orde Balije van Utrecht met als onderpand: nieuw getimmerte huizinge herberg en stalling met daar aanhorende land gelegen tegenover de Steeg, strekkende langs de Heerendijk noordwaarts tegen het Sandpad de Binnendijk zo en vroeger ’t zelve thans bij comparant wordt gepossideert (verkregen).

Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064 DG 12-12-1803


Meisje met waterkan in de periode 1837-1900. Naar een prent van Lambertus Hardenberg (1822-1900). Bron: Rijksmuseum, objectnummer: RP-P-OB-55.566. Meisje met waterkan in de periode 1837-1900. Naar een prent van Lambertus Hardenberg (1822-1900). Bron: Rijksmuseum, objectnummer: RP-P-OB-55.566.



Plecht van ƒ. 2.000,- van Bastiaan de Bondt ten behoeve van mr. Pieter Jacob de Bije, advocaat, en Willem Versteeg, procureur, als voogden over Jan André Booijmans, mede erfgenaam van Arnoud van Westrenen.

Dit is rest van een custingsbrief (schuldbetekenis) van ƒ. 4.000,- op twee huizen op Schonauwen waarvan er één is verkocht? Er is ook nog een plecht van ƒ. 400,- bij Gijsbert Dirks Casius.

Onderpand: Herberg De Engel met achterhuis en schuur met een morgen en honderd roeden grond, strekkende van de straat en gemene weg tot achter aan de Thiendweg, met aan de oostzijde het dorp Houten en ten westen de erfgenamen van Dirk van der Sluis.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, U275a013–14 d.d. 1806 (niet bewaard).


Veiling ten huize van Bastiaan de Bondt, kastelein in de Nieuwe Herberg te Houten. Op 23 juli 1808 vinden we de nieuwe naam van herberg aan de Burg. Wallerweg genaamd De Engel. Waarvoor eerder 7 jaar de herberg nog naamloos was. Het kan goed kunnen dat uit mondeling overlevering binnen de bevolking van Houten de naam van de oude herberg De Engel is overgeleverd en is gebruikt op de nieuwe herberg. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4. Veiling ten huize van Bastiaan de Bondt, kastelein in de Nieuwe Herberg te Houten. Op 23 juli 1808 vinden we de nieuwe naam van herberg aan de Burg. Wallerweg genaamd De Engel. Waarvoor eerder 7 jaar de herberg nog naamloos was. Het kan goed kunnen dat uit mondeling overlevering binnen de bevolking van Houten de naam van de oude herberg De Engel is overgeleverd en is gebruikt op de nieuwe herberg. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4.



Erfpacht van Gerrit van Disselstegen aan Bastiaan de Bondt over een stuk grond van de eerste comparant, gelegen naast het erf van de tweede comparant ten zuiden van de Rijksweg over de Herberge genaamd het KromHouten (sic), elf roeden groot waarop door de tweede comparant een schuur is gebouwd. Erfpacht van jaarlijks 10 carolus guldens.

Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064 DG 15-02-1808


Een Goude Engel in Heppenheim. Bron: Wikimedia Commons. Een Goude Engel in Heppenheim. Bron: Wikimedia Commons.



Derde plecht van Bastiaan de Bondt bij Cornelia van Gils, weduwe van Gijsbert Dirk Casius, in leven ridder en generaal van de Ridderlijke Duitsche Orde onder de Balije binnen Utrecht voor ƒ 1.600,- met onderpand: huizinge en herberge de Engel met zijn achterhuis en grond met een morgen honderd roeden bouwland en een schuur op de grond van Gerrit van Disselsteege met erfpacht van ƒ. 10,- per jaar, met ten N de gemeene weg tot achter aan de Thiendweg ofwel het begin van de oprit van  Zorgvliet, ten O Gerrit van Disselsteege en ten westen de ervan van Dirk van der Sluis.

Er nog ƒ. 400,- te betalen van een plecht van ƒ. 700,- bij genoemde Casius en ƒ. 2000,- bij Jan André Booijmans

Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064 DG d.d. xx-xx-1808


Restaurant De Engel aan de Burgemeester Wallerweg 2 Houten in 2012. Bron: Wikimedia Commons. Restaurant De Engel aan de Burgemeester Wallerweg 2 Houten in 2012. Bron: Wikimedia Commons.



Estimatie van twee stukjes bouwland tussen Bastiaan de Bondt en Gerrit van Disselsteege, elk 11 roeden. Geschat elk op ƒ. 20,-.


Beschrijving uit de verkoopakte uit 1797 van de familie Van Westrenen en de Wemmers en De Bondt. Bron: RAZU, 064. Beschrijving uit de verkoopakte uit 1797 van de familie Van Westrenen en de Wemmers en De Bondt. Bron: RAZU, 064.




Hermanus van Disselsteeg, wagenmaker, geeft voor ƒ. 10,- per jaar aan Adrianus de Bondt, kastelein te Houten een stuk grond in erfpacht naast het erf van Adrianus, belend ten N door herberg Kromhout en ten O door de Rijweg. Er zijn diverse bepalingen waaronder het recht voor van Disselsteeg om tegen de zuidzijde van de schuur en schutting van het in erfpacht gegeven pand van Jan de Jong beplanting te zetten. (De Jong = Plein 3, maar toch onduidelijk)

Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL) A44.23 d.d. 28.05-1831


Handtekening van Adrianus de Bondt van beroep kastelein in logement De Engel en de nieuwe eigenaar Jan Kol en de Utrechtse notaris G.H. Stevens. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4. U324C032 1838 27-12-1838 aktenummer: 11393. Handtekening van Adrianus de Bondt van beroep kastelein in logement De Engel en de nieuwe eigenaar Jan Kol en de Utrechtse notaris G.H. Stevens. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4. U324C032 1838 27-12-1838 aktenummer: 11393.


Herbergscène met rokende boeren. In het midden van een herberg zit een boer met een pijp in de hand. Achter hem drie zittende boeren aan een tafel en de herbergier, met een kan in de rechterhand. In 1670 - 1724. Door Jacob Gole, naar schilderij van: Adriaen Brouwer, verlener van privilege: Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Bron: Rijksmuseum, objectnummer: RP-P-1884-A-7820. Herbergscène met rokende boeren. In het midden van een herberg zit een boer met een pijp in de hand. Achter hem drie zittende boeren aan een tafel en de herbergier, met een kan in de rechterhand. In 1670 - 1724. Door Jacob Gole, naar schilderij van: Adriaen Brouwer, verlener van privilege: Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Bron: Rijksmuseum, objectnummer: RP-P-1884-A-7820.



Adrianus de Bondt, kastelein, verkoopt aan Hermanus van Disselsteeg, wagenmaker, een stuk grond van ruim 5 roeden, strekkende van het land van de Bondt tot dat van Disselsteg een aan beide zijden ook de Bondt voor ƒ. 50,-.

Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL) A44.24 d.d. 28-05-1831


De doorrijschuur van restaurant De Engel. Hier konden in de 17e tot 20ste eeuw de paard en wagen worden gestald voor florense die onderweg waren van Utrecht in het noorden en het Beusichems Veer en Culemborgs Veer in het zuiden. De doorrijschuur is rond 1925-1930 afgebroken. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. De doorrijschuur van restaurant De Engel. Hier konden in de 17e tot 20ste eeuw de paard en wagen worden gestald voor florense die onderweg waren van Utrecht in het noorden en het Beusichems Veer en Culemborgs Veer in het zuiden. De doorrijschuur is rond 1925-1930 afgebroken. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


In het najaar van het jaar 1837 vond ten overstaan van notaris Henricus Jacobus van Mariënhoff de vaststellingsakte van huwelijke voorwaarden van Adrianus de Bondt, weduwnaar van Helena Jacoba Mica, wonende te Houten met drie minder jarige kinderen. Bruid was Johanna Besters, meerjarige dochter van Arie Besters en Maria Grimme, wonende te Leeuwen in prov. Gelderland. Begin beschrijving van akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1823, aktenummer: 3096. In het najaar van het jaar 1837 vond ten overstaan van notaris Henricus Jacobus van Mariënhoff de vaststellingsakte van huwelijke voorwaarden van Adrianus de Bondt, weduwnaar van Helena Jacoba Mica, wonende te Houten met drie minder jarige kinderen. Bruid was Johanna Besters, meerjarige dochter van Arie Besters en Maria Grimme, wonende te Leeuwen in prov. Gelderland. Begin beschrijving van akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1823, aktenummer: 3096.


In het najaar van het jaar 1837 vond ten overstaan van notaris Henricus Jacobus van Mariënhoff de vaststellingsakte van huwelijke voorwaarden van Adrianus de Bondt, weduwnaar van Helena Jacoba Mica, wonende te Houten met drie minder jarige kinderen. Bruid was Johanna Besters, meerjarige dochter van Arie Besters en Maria Grimme, wonende te Leeuwen in prov. Gelderland. Eind beschrijving van akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1823, aktenummer: 3096. In het najaar van het jaar 1837 vond ten overstaan van notaris Henricus Jacobus van Mariënhoff de vaststellingsakte van huwelijke voorwaarden van Adrianus de Bondt, weduwnaar van Helena Jacoba Mica, wonende te Houten met drie minder jarige kinderen. Bruid was Johanna Besters, meerjarige dochter van Arie Besters en Maria Grimme, wonende te Leeuwen in prov. Gelderland. Eind beschrijving van akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1823, aktenummer: 3096.



Direct na de volgende akte geeft van Disselsteeg ruim 1 roede in erfpacht voor ƒ. 10,- per jaar. Dit stukje ligt naast het erf van de Bondt met ten noorden de herberg Kromhout, ten oostelijk de rijweg. (hier komt de doorrijschuur, gezien latere aktes)

Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL) 2.48 d.d. 17-12-1838 = U24c032-11393

Adrianus de Bondt, kastelein, verkoopt voor ƒ. 4.000,- aan Mr. Jan Kol, grondeigenaar te Utrecht in de Brigittenstraat, de Herberg De Engel met achterhuis, schuur, nieuw gebouwde woning, boomgaard, tuin en erf strekkende van de straat en gemeene weg tot achter de Tiendweg met ten O het Dorp Houten en ten W Gerrit Blankensteijn. Kadastraal A502, A503, A505 en (oud A504 en A506 =)  A602, A603 en A604.


Fragment van de verkoopakte ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerardus Hendricus Stevens van de verkoop van de herberg De Engel op donderdag 27 december 1838 door Adrianus de Bond aan de Utrechtse vastgoed eigenaar Jan Kol voor f. 4.000, - gulden. Adrianus de Bondt verkreeg De Engel met uitzondering met de nieuw aangebouwde dwarshuis uit de nalatenschap van zijn ouder en broer Antony de Bondt op 30 september 1812. Adrianus was samen Helena Jacoba Mica , zij overleed op 17 oktober 1836. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4. U324C032 1838 27-12-1838 aktenummer: 11393. Fragment van de verkoopakte ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerardus Hendricus Stevens van de verkoop van de herberg De Engel op donderdag 27 december 1838 door Adrianus de Bond aan de Utrechtse vastgoed eigenaar Jan Kol voor f. 4.000, - gulden. Adrianus de Bondt verkreeg De Engel met uitzondering met de nieuw aangebouwde dwarshuis uit de nalatenschap van zijn ouder en broer Antony de Bondt op 30 september 1812. Adrianus was samen Helena Jacoba Mica , zij overleed op 17 oktober 1836. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4. U324C032 1838 27-12-1838 aktenummer: 11393.



Adrianus heeft dit geërfd van zijn ouders en zijn broer Anthonie († 30-12-1812), maar er is geen overschrijving bekend.

Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL) 11.37 d.d. 12-09-1840


Op vrijdag 12 september 1840 verkocht dhr. Jan Kol herberg De Engel aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerardus Hendricus Stevens. Op vrijdag 5 februari 1841 ten overstaan van notaris Carel Eliza van Strijen, standplaats te Wijk bij Duurstede verkocht jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen (1790-1850) herberg De Engel voor f. 6.000, - gulden aan vastgoed eigenaar Peter van Ingen, wonende te Utrecht. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1885, 1060. (voorkant originele akte). Op vrijdag 12 september 1840 verkocht dhr. Jan Kol herberg De Engel aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerardus Hendricus Stevens. Op vrijdag 5 februari 1841 ten overstaan van notaris Carel Eliza van Strijen, standplaats te Wijk bij Duurstede verkocht jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen (1790-1850) herberg De Engel voor f. 6.000, - gulden aan vastgoed eigenaar Peter van Ingen, wonende te Utrecht. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1885, 1060. (voorkant originele akte).



Mr. Jan Kol, grondeigenaar, Brigittenstraat te Utrecht, verkoopt aan Jan Carel Wendel Strick van Linschoten en Rhijnauwen, grondeigenaar te Rhijnauwen Herberg de Engel met achterhuis, schuur, nieuw gebouwde woning, boomgaard, tuin en erf = A502, A503, A505 en (oud A504 en A506 =)  A602, A603 en A604 voor ƒ. 6.000,-. Hierbij erfpacht bij wijlen Hermanus van Disselsteeg. Kol kocht van Adrianus de Bondt volgens.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 2.48 = notaris Stevens d.d. 17-12-1838 = U324c032

Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL) 14.3 d.d. 05-02-1841


Handtekening van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, Peter van Ingen en notaris Carel Eliza van Strijen voor de verkoop van herberg De Engel op vrijdag 5 februari 1841. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1885, 1060. Handtekening van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, Peter van Ingen en notaris Carel Eliza van Strijen voor de verkoop van herberg De Engel op vrijdag 5 februari 1841. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1885, 1060.



Jan Carel Wendel Strick van Linschoten en Rhijnauwen, grondeigenaar te Rhijnauwen verkoopt aan herbergier Peter van Ingen te Utrecht: huizinge zijnde herberg ‘De Engel’ met achterhuis en schuur en nieuw gebouwde woning, boomgaard, tuin, erf en weg strekkende van de straat en de gemeene weg tot aan de Tiendweg met ten O het Dorp Houten en ten W  Gerrit Blankensteijn.

Koopprijs ƒ. 6.500.,-. Gekocht van Jan Kol volgens 11.37


Akte van verkoop door dhr. Jan Kol van herberg De Engel (Burg. Wallerweg 2) aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor f. 6.000, - gulden ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerardus Hendrikus Stevens op zaterdag 12 september 1840. Jan Kol kocht De Engel op woensdag 2 januari 1839 ten overstaan van dezelfde notaris Stevens van kastelein Adrianus de Bondt. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, U324c034, G.H. Stevens, nr. 12159 Akte van verkoop door dhr. Jan Kol van herberg De Engel (Burg. Wallerweg 2) aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor f. 6.000, - gulden ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerardus Hendrikus Stevens op zaterdag 12 september 1840. Jan Kol kocht De Engel op woensdag 2 januari 1839 ten overstaan van dezelfde notaris Stevens van kastelein Adrianus de Bondt. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, U324c034, G.H. Stevens, nr. 12159


Akte van verkoop door dhr. Jan Kol van herberg De Engel (Burg. Wallerweg 2) aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor f. 6.000, - gulden ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerardus Hendrikus Stevens op zaterdag 12 september 1840. Jan Kol kocht De Engel op woensdag 2 januari 1839 ten overstaan van dezelfde notaris Stevens van kastelein Adrianus de Bondt. Handtekening onder de akte van notaris G.H. Stevens, Jan Kol en jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, U324c034, G.H. Stevens, nr. 12159. Akte van verkoop door dhr. Jan Kol van herberg De Engel (Burg. Wallerweg 2) aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor f. 6.000, - gulden ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerardus Hendrikus Stevens op zaterdag 12 september 1840. Jan Kol kocht De Engel op woensdag 2 januari 1839 ten overstaan van dezelfde notaris Stevens van kastelein Adrianus de Bondt. Handtekening onder de akte van notaris G.H. Stevens, Jan Kol en jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, U324c034, G.H. Stevens, nr. 12159.



Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen zal restaurant De Engel in 1839 als een snelle belegging hebben gekocht en verkocht. Want in 1840 wordt Peter van Ingen de nieuwe eigenaar van het 'goed'.

Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL) 166.47 d.d. 03-09-1867


Op dinsdag 3 september 1867 verkocht de weduwe van P. van Ingen, logementhouder van De Engel ten overstaan van de Houtense notaris Hanzo Lemstra van Buma Logement en Stalhouderij De Engel aan Willem van Schaik. Bron: Delpher.nl. Op dinsdag 3 september 1867 verkocht de weduwe van P. van Ingen, logementhouder van De Engel ten overstaan van de Houtense notaris Hanzo Lemstra van Buma Logement en Stalhouderij De Engel aan Willem van Schaik. Bron: Delpher.nl.



Verkoop door Neeltje Bos, logementhoudster, weduwe van Peter van Ingen,  († 21-03-1871), en diens moeder Geertruida Alida van Ingen (x Willem Hoorn, koffiehuishouder) van diverse bezittingen waaronder logement ‘De Engel’ met achterhuis en schuur benevens een afzonderlijke woning, verdere getimmerten, boomgaard, tuin, erf en weg strekkende van de straat en de gemeene weg tot aan de Tiendweg met ten O het dorp Houten en ten W de erven Sassenberg, S.A. van Dijk en mej. Bernhardi.


Restaurant De Engel met als ANWB predicaat 'Bonds Hotel' gezien vanaf de Burgemeester Wallerweg rond 1970. Bron: Rijkdienst voor het Cultureel Eerfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank. Restaurant De Engel met als ANWB predicaat 'Bonds Hotel' gezien vanaf de Burgemeester Wallerweg rond 1970. Bron: Rijkdienst voor het Cultureel Eerfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank.



Perceelnummers bij verkoop A503 = tuin, A505 = weg, A602 = huis en erf, A603 = huis en erf, A604 = schuur en erf, A625 = boomgaard. Deel van schuur staat op erfpacht van RK Kerk en Armen (zie 44.24). Alles gekocht van Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen volgens 14.3. Bij veiling gekocht door Willem van Schaik voor ƒ. 10.100,-.

Er worden ook nog diverse percelen bouwland verkocht.

Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL) 406.96 d.d. 23-04-1906


Gezicht op de toren van de nederlands-hervormde kerk vanaf de Burgemeester Wallerweg. Op de weg en bij de doorrijschuur van De Engel staat een groep mensen. Op de spits van de toren wappert de Nederlandse vlag en ook bij De Engel hangt de vlag uit. Op de doorrijschuur hangt een bord met de tekst: Hier stalt en verhuurd men Paarden en Rijtuigen in 1905-1915. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Gezicht op de toren van de nederlands-hervormde kerk vanaf de Burgemeester Wallerweg. Op de weg en bij de doorrijschuur van De Engel staat een groep mensen. Op de spits van de toren wappert de Nederlandse vlag en ook bij De Engel hangt de vlag uit. Op de doorrijschuur hangt een bord met de tekst: Hier stalt en verhuurd men Paarden en Rijtuigen in 1905-1915. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



Willem van Schaik, landbouwer te Houten , verkoop aan Wessel Vendrig, zonder beroep te Houten, logement en koffiehuis ‘De Engel’ met afzonderlijke woning benevens doorrijstal of schuur, schuurberg, erf, tuin en boomgaard = A 503, A505, A602, A603, A604, A625.

Koopprijs: ƒ. 12.000,-.

Een klein stukje van de doorrijschuur is van de RK Kerk en Armen, door Hermanus van Disselsteeg in erfpacht gegeven aan Adrianus de Bondt voor 99 jaar vanaf 01-02-1831 met een canon van ƒ. 10,- per jaar. Van Schaik kocht op veiling. Zie 166.47

Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL) 618.24 d.d. 28-04-1923


Op maandag 23 april van het jaar 1906 vond ten overstaan van de Houtense notaris Immink de verkoop plaats van logement De Engel (Burg. Wallerweg nr. 2) waarbij de eigenaar Willem van Schaik de logement aan Wessel Vendrig verkocht voor ƒ. 12.000-, gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: RAZU, 063, ...., aktenummer: 557. Op maandag 23 april van het jaar 1906 vond ten overstaan van de Houtense notaris Immink de verkoop plaats van logement De Engel (Burg. Wallerweg nr. 2) waarbij de eigenaar Willem van Schaik de logement aan Wessel Vendrig verkocht voor ƒ. 12.000-, gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: RAZU, 063, ...., aktenummer: 557.


Op maandag 23 april van het jaar 1906 vond ten overstaan van de Houtense notaris Immink de verkoop plaats van logement De Engel (Burg. Wallerweg nr. 2) waarbij de eigenaar Willem van Schaik de logement aan Wessel Vendrig verkocht voor ƒ. 12.000-, gulden. Beschrijving van akte met verkoopvoorwaarden en verkoopsom. Bron: RAZU, 063, ...., aktenummer: 557. Op maandag 23 april van het jaar 1906 vond ten overstaan van de Houtense notaris Immink de verkoop plaats van logement De Engel (Burg. Wallerweg nr. 2) waarbij de eigenaar Willem van Schaik de logement aan Wessel Vendrig verkocht voor ƒ. 12.000-, gulden. Beschrijving van akte met verkoopvoorwaarden en verkoopsom. Bron: RAZU, 063, ...., aktenummer: 557.


Op maandag 23 april van het jaar 1906 vond ten overstaan van de Houtense notaris Immink de verkoop plaats van logement De Engel (Burg. Wallerweg nr. 2) waarbij de eigenaar Willem van Schaik de logement aan Wessel Vendrig verkocht voor ƒ. 12.000-, gulden. Eind beschrijving van akte met handtekeningen. Bron: RAZU, 063, ...., aktenummer: 557. Op maandag 23 april van het jaar 1906 vond ten overstaan van de Houtense notaris Immink de verkoop plaats van logement De Engel (Burg. Wallerweg nr. 2) waarbij de eigenaar Willem van Schaik de logement aan Wessel Vendrig verkocht voor ƒ. 12.000-, gulden. Eind beschrijving van akte met handtekeningen. Bron: RAZU, 063, ...., aktenummer: 557.


De toren van de Nederlandse-hervormde kerk met daarvoor de doorrijschuur van de Engel. Op straat een drietal paard en wagens en een klein kind met een springtouw in 1920. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. De toren van de Nederlandse-hervormde kerk met daarvoor de doorrijschuur van de Engel. Op straat een drietal paard en wagens en een klein kind met een springtouw in 1920. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



Wessel Vendrig, kastelein van herberg ‘De Engel’ draagt het stukje van A604 dat hij in erfpacht heeft van de R.C. Kerk en Armbestuur over aan de gemeente. De gemeente zorgt voor afscheiding met buurman van Wijk en Vendrig mag het stukje gebruiken zo lang als hij kastelein van De Engel is. Erfpacht is geregeld in A44.24 en A28.66 HD 1924

Sloop van doorrijschuur.

Adriana van Munster, weduwe van Wenceslaus Vendrig, ook Wessel, hotelhouder († 13-11-1941), ook als moeder van Wenceslaus Gerardus (geboren 10 september 1925) en Hendrikus van Munster, caféhouder te Everdingen over de nalatenschap van Wenceslaus. Die was eerder gehuwd mat Matilda Johanna van Dijk († 22-12-1919)


Restaurant De Engel met links op de voorgevel 'Bondscafé' wat in de tweede helft van de twintigste eeuw een ANWB predicaat was. Waaraan door de ANWB gestelde regels waren voldaan en zo een restaurant een predicaat kon verkrijgen. Foto gezien vanaf de Herenweg in de periode 1985-1990. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Restaurant De Engel met links op de voorgevel 'Bondscafé' wat in de tweede helft van de twintigste eeuw een ANWB predicaat was. Waaraan door de ANWB gestelde regels waren voldaan en zo een restaurant een predicaat kon verkrijgen. Foto gezien vanaf de Herenweg in de periode 1985-1990. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



Adriana van Munster krijgt a. Hotel de Engel met afzonderlijke woning, veilingzaal, erf, tuin en weg: A13714, A503 en A505 met een deel van tuin A1262 waarop erfpacht van Gemeente tot 30-04-2023. b. Erf en boomgaard A1068 achter a c. Boomgaard aan de Vlierweg
a en b kwam bij Vendrig volgens 406.96 en 618.24 (dat laatste over A1263 met RC Armenbestuur)

In 1949 gaan Riet van Munster, nichtje van Vendrig werken bij de Engel.

In 1951 Arie Derks trouwt met Riet van Munster en zij huren de Engel van haar oom Wessel  Vendrig.

In 1957 de veranda aan de voorkant wordt gesloopt, mede om meer licht in opkamer te krijgen en het pand wordt wit geschilderd.

Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL) 1312.11 d.d. 16-02-1962


Scène uit het toneelstuk 'Het dorp aan de grenzen' van mr. J. van Lennep, eerst opgevoerd in de Amsterdamse Stadsschouwburg op 22 december, 1830. Herberginterieur met de Belgische kapitein d'Egelantiers die een brief over zijn overwinningen dicteert aan Maria, de Hollandse dienstmaagd van de burgemeester en kastelein. Links drie Belgische vrijwilligers. In het onderschrift verschillende teksten. Bij de prent behoort een sleutel met de namen van de personages in 1831. Naar een prent van Hilmar Johannes Backer en naar tekening van: Pieter Fontijn. Bron: Rijksmuseum, objectnummer: RP-P-OB-88.339. Scène uit het toneelstuk 'Het dorp aan de grenzen' van mr. J. van Lennep, eerst opgevoerd in de Amsterdamse Stadsschouwburg op 22 december, 1830. Herberginterieur met de Belgische kapitein d'Egelantiers die een brief over zijn overwinningen dicteert aan Maria, de Hollandse dienstmaagd van de burgemeester en kastelein. Links drie Belgische vrijwilligers. In het onderschrift verschillende teksten. Bij de prent behoort een sleutel met de namen van de personages in 1831. Naar een prent van Hilmar Johannes Backer en naar tekening van: Pieter Fontijn. Bron: Rijksmuseum, objectnummer: RP-P-OB-88.339.



Wenzeslaus Gerardus Vendrig, geboren 10 september 1925, Vlierweg 17, inspecteur der ’s Rijks belastingen, verkoopt voor ƒ. 20.000,- aan Adrianus Hendricus Derks, caféhouder, geboren 08-juli 1922, Burgemeester Wallerweg 2 en zijn vrouw Maria Cornelia van Munster, zonder beroep, geboren 10 juli 1926: café-restaurant De Engel met woning, garage, boxen, verdere opstallen, erf en weg = A503, A505 en A1707 van 20.77 are Vendrig heeft dit geërfd van zijn ouders Wenceslaus Vendrig en Adriana van Munster, overleden in 1941 en 1953) Vader kocht dit volgens 406.96

Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL) 1863.147 d.d. 27-10-1962


Gezicht op de Burg. Wallerweg vanaf de Grundweg op het oude dorp Houten met de N.H. Kerktoren rond 1890-1900. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Gezicht op de Burg. Wallerweg vanaf de Grundweg op het oude dorp Houten met de N.H. Kerktoren rond 1890-1900. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



Burgemeester Pistorius, Cornelis Knopper (geboren 16-05-1905. Burg Haefkensstraat 45) en Adrianus Hendrikus Derks (Geboren op 8 juli 1922), gehuwd met Maria Cornelia van Munster (Geboren op 10 juli 1926 ruilen grond: Gemeente met Derks: grond tussen Burgemeester Wallerweg en Oranje Nassauweg: A2132/ was A1930 voor gemeente. Derks krijgt deel van A503 en betaalt ƒ. 3390 bij Knopper koopt deel van A2132. In deze akte ook ruil bij Plein 16.

In 1962 muur hersteld voor slijterijwinkel, nieuwe keuken, nieuwe toiletten, eerste zaal gebouwd, vooral voor touringcars van Jan Swart uit Amsterdam.

In 1967 aanbouw van tweede zaal en een tijdelijk paviljoen en het biljart weg uit het café.


De N.H. Kerk aan de Lobbendijk 1 gezien vanaf de Burg. Wallerweg met rechts Restaurant De Engel in de periode 1930-1940. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. De N.H. Kerk aan de Lobbendijk 1 gezien vanaf de Burg. Wallerweg met rechts Restaurant De Engel in de periode 1930-1940. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



1977: dak genoveerd op eisen van Monumentenzorg

1980: huiskamer bij keuken, woonhuis naast Engel gebouwd

1986: aankoop voor Hans en Hennie

1989: Tuin- en Champagnezaal met nieuwe toiletgroep

1997: aankoop garage Knopper, afgebroken voor parkeerplaats

1999: grote interne verbouwing, veranda terug, marmeren vloer in hal, slijterij weg

2005: nieuw interieur in de Champagnezaal, Cognaczaal

2015: Nieuwe eigenaar Pim, zoon van Hans


Restauarnt De Engel op een prentbriefkaart in de periode rond 1920-1930. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Restauarnt De Engel op een prentbriefkaart in de periode rond 1920-1930. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



Café-restaurant 'De Engel' is in oorsprong een boerderij, waarvan eerste gedeelte van het voorhuis als herberg was ingericht. Oostelijk van de herberg stond tot 1920 een zeventiende-eeuwse doorrijschuur. Van het in 1802 gebouwde pand rest thans alleen nog het monumentale voorhuis. Nadat de agrarische funetie in de naoorlogse jaren volledig verloren was gegaan, is het achterhuis in 1961 gesloopt om plaats te maken voor nieuwbouw. Het voorhuis is opgetrokken in witgeschilderde baksteen en ligt onder een pannen zadeldal tussen tuitgevels.


De doorrijschuur van De Engel net na de afbraak gezien vanaf het plein tegenover de kerktoren met in het midden staand burgemeester Jacob Waller. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. De doorrijschuur van De Engel net na de afbraak gezien vanaf het plein tegenover de kerktoren met in het midden staand burgemeester Jacob Waller. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



De brede voorgevel telt negen traveeën en heeft rechts van de toegangsdeur één, links drie grote zesruiters, die oorspronkelijk waren voorzier van luiken. De vier kleinere zesruits schuifvensters rechts in de gevel verlichten de opkamer.


De opkamer uitgang van restaurant De Engel gezien vanaf de burgemeester Wallerweg/parkeerplaats van het restaurant in de periode 1985-1990. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. De opkamer uitgang van restaurant De Engel gezien vanaf de burgemeester Wallerweg/parkeerplaats van het restaurant in de periode 1985-1990. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



Hieronder ligt een dubbele kelder met een houten zoldering. De toegangsdeur met bovenlicht is gevat binnen een eenvoudige houten neoclassicistische omlijsting. Op het dakschild staat een drietal dakkapellen onder zadeldak met houten voluutvormige vleugelstukken. Het overdekte terras waarmee het café rond 1900 werd uitgebreid, is bij de reconstructie van de Burgemeester Wallerweg in 1957 verdwenen.


De doorrijschuur van De Engel net voor de afbraak gezien vanaf het plein tegenover de kerktoren met links staand burgemeester Jacob Waller. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. De doorrijschuur van De Engel net voor de afbraak gezien vanaf het plein tegenover de kerktoren met links staand burgemeester Jacob Waller. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



Overgenomen uit: Houten Historische Bebouwing. O.J. Wttewaall en J.A.M. Smits 1991.


De kerktoren van de Nederlands Hersteld Hervormde kerk aan de Lobbendijk 1 gezien richting het oosten vanaf de Burg. Wallerweg met rechts restaurant De Engel in de periode 1925-1935. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. De kerktoren van de Nederlands Hersteld Hervormde kerk aan de Lobbendijk 1 gezien richting het oosten vanaf de Burg. Wallerweg met rechts restaurant De Engel in de periode 1925-1935. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



Eigenaren restaurant De Engel (Burg. Wallerweg 2)

1832 - 1838 Adrianus de Bondt

1838 - 1840 Jan Kol

1840 - 1841 jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen l182.48

1841 - 1867 Peter van Ingen l236.4

1867 - 1906 Willem van Schaik (H21) l469.3

1906 - 1942 Wessel Vendrig l796.3 (Dorpsstraat H35)

1942 - 1962 Wessel Gerardus Vendrig l1602.6

1962 - 1987 Adrianus Hendricus Derks - Maria Cornelia va Munster l2161.3

Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL)


Interieur van een herberg met triktrakspelers. Op de voorgrond een wieg en een moeder die haar kind de borst geeft in 1669 naar een schilderij Egbert van Heemskerk (1634/1635–1704). Bron: Wikimedia Commons / Rijksmuseum.nl. Interieur van een herberg met triktrakspelers. Op de voorgrond een wieg en een moeder die haar kind de borst geeft in 1669 naar een schilderij Egbert van Heemskerk (1634/1635–1704). Bron: Wikimedia Commons / Rijksmuseum.nl.


     

Geschiedenis van de Molenweg

Veerwagenweg - De Brug, (gem. Houten)

Kaart uit de zeventiende eeuw met de kruising van de Molenweg (Houten) met de Houtensewetering Schonauwen (Weteringdijk)). Links ingetekend een hofstede behorend bij het Covent bij Oudwijk. Rechts van de wetering staat ''t Verlaat' hier verlieten of stapte de dorpsbewoners van Houten op de beurtschippersdienst van- en naar Utrecht. Een veerdienst voor burgers en buitenlui die naar Utrecht moesten, al varend via het water. Het reizen over water ging in die tijd beter dan via de weg die vaak slecht begaanbaar waren. Door de vele modder en het slechte onderhoud van de weg. Bron: Het Utrechts Archief. Kaart uit de zeventiende eeuw met de kruising van de Molenweg (Houten) met de Houtensewetering Schonauwen (Weteringdijk)). Links ingetekend een hofstede behorend bij het Covent bij Oudwijk. Rechts van de wetering staat ''t Verlaat' hier verlieten of stapte de dorpsbewoners van Houten op de beurtschippersdienst van- en naar Utrecht. Een veerdienst voor burgers en buitenlui die naar Utrecht moesten, al varend via het water. Het reizen over water ging in die tijd beter dan via de weg die vaak slecht begaanbaar waren. Door de vele modder en het slechte onderhoud van de weg. Bron: Het Utrechts Archief.



De Molenweg (kadasterperceel sectie A, perceelnummer: 467, gemeente Houten) ontstaan aan het eind van de twaalfde eeuw.

Uit een akte van dinsdag 12 mei van het jaar 1316 die te vinden is in het archief van de Ridderlijke Duitsche Orde, Balije van Utrecht aan de Springweg te Utrecht.

Uit de akte houdende uitspraak door de officiaal van de bisschop van Utrecht op een geschil tussen het Duitse huis en het convent van Oudwijk over het verleggen van een weg (Molenweg/Veerwagenweg/De Brug) in de parochie van Houten van de meente (Plein) van de parochianen tot aan de wetering (Houtensewetering), tussen land van de priester van de kerk te Houten en dat van het convent van Oudwijk.\

Het geschil ging over het eigenlijk gebruik van de Molenweg wie de eigenaar en/of gebruiker was.

Tot uitspraak kwam het er toe dat de bisschop bepaalde dat alles bij het oude zou blijven zoals het nu ruim 800 jaar later nog steeds.
De akte is het oudst bekende akten waarin in Houten over een eventuele verlegging werd geschreven.

Bron: RDO_OA Ridderlijke Duitsche Orde Balije van Utrecht (archiefdepot) / Het Utrechts Archief (beschrijving). Inventarisnummer: 1150.0.

Op de tiendkaart van het Utrechtse kapittel van St. Marie uit 1640 staat de weg omgeschreven als de 'Meulensteech'. Dit wijst erop dat de boeren vanaf de Houtensewetering met hun goederen, vooral koren de weg afgingen om naar de Loerikse Korenmolen te gaan. Om hun koren te laten malen.

Er is in iedergeval geen enkele bron of aanwijzing aanwezig van dat er langs de Molenweg (Veerwagenweg-De Brug) of inde buurt ooit een molen heeft gestaan.


Akte houdende uitspraak door de officiaal van de bisschop in een geschil tussen het Duitse huis en het convent van Oudwijk over het verleggen van een weg in de parochie van Houten van de meente van de parochianen tot aan de wetering, tussen land van de priester van de kerk te Houten en dat van het convent van Oudwijk, 1316 mei 12. Bron: RDO_OA Ridderlijke Duitsche Orde Balije van Utrecht (archiefdepot) / Het Utrechts Archief (beschrijving). Inventarisnummer: 1150.0. Akte houdende uitspraak door de officiaal van de bisschop in een geschil tussen het Duitse huis en het convent van Oudwijk over het verleggen van een weg in de parochie van Houten van de meente van de parochianen tot aan de wetering, tussen land van de priester van de kerk te Houten en dat van het convent van Oudwijk, 1316 mei 12. Bron: RDO_OA Ridderlijke Duitsche Orde Balije van Utrecht (archiefdepot) / Het Utrechts Archief (beschrijving). Inventarisnummer: 1150.0.



In achttiende eeuw staat het grondgebied waarop de Molensteeg of Molenweg ligt bekend in de geschriften als de 'Kortegaard'. Het gene wat erop duidt dat de weg op een korter gedeelte ingebruik was als boomgaard. Het apparte hierin is de geografische ligging van hetperceel dat het één van de langste is op het hemelsbrede vlak gezien. Gezien op kaartmateriaal ten zuiden van het dorp Houten.


Gezicht vanaf de boomgaard op de hoek van de Houtensewetering (zwembad De Wetering) met de Molenweg in de richting noordwesten met op de achtergrond de gemeentetoren aan de Nederlands Hersteld Hervormde Kerk in het jaar 1902. Middenin op de achtergrond de Molensteeg lopend richting het oude dorp. Foto uit het album ter gelegenheid gemaakt voor het 25 jarig burgemeesterschap van Jacob Waller. In de tijd dat deze foto gemaakt werd was de Molensteeg nog van familie Strick van Linschoten - Notten. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Gezicht vanaf de boomgaard op de hoek van de Houtensewetering (zwembad De Wetering) met de Molenweg in de richting noordwesten met op de achtergrond de gemeentetoren aan de Nederlands Hersteld Hervormde Kerk in het jaar 1902. Middenin op de achtergrond de Molensteeg lopend richting het oude dorp. Foto uit het album ter gelegenheid gemaakt voor het 25 jarig burgemeesterschap van Jacob Waller. In de tijd dat deze foto gemaakt werd was de Molensteeg nog van familie Strick van Linschoten - Notten. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



In het jaar 1682 werd er een onderzoek ingesteld of de grond van de Molensteeg wel toebekwam van Jan Willem van Rossum.

In het jaar 1725 verkopen de erfganamen van Jan Willem van Rossum de Molensteeg en Kortegraad aan Herman van Wijk.


Kadastrale kaart uit ca. 1930 waar de Molenweg tezamen met de Huisjes van Estoppey op staan ingetekend. Met linksboven de beschrijving van familie d'Alsace en d'Leusse zij waren de erfgename van baron Van Brienen van de Groote Lindt uit Wassenaar die naast boerderij Zorgvliet en de Molenweg vele decennia grond in bezit hadden. Kaart werd door de familie Sturkenboom opgemaakt in verband met de aan te leggen provincialeweg die in die tijd om het dorp Houten werd gelegd. Dwars over de gronden van familie Sturkenboom heen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022. Kadastrale kaart uit ca. 1930 waar de Molenweg tezamen met de Huisjes van Estoppey op staan ingetekend. Met linksboven de beschrijving van familie d'Alsace en d'Leusse zij waren de erfgename van baron Van Brienen van de Groote Lindt uit Wassenaar die naast boerderij Zorgvliet en de Molenweg vele decennia grond in bezit hadden. Kaart werd door de familie Sturkenboom opgemaakt in verband met de aan te leggen provincialeweg die in die tijd om het dorp Houten werd gelegd. Dwars over de gronden van familie Sturkenboom heen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022.



In het jaar 1759 verkoopt Gerrit Vermeulen tezamen met de erfgename van Adriaantje van der Schouw de Molensteeg met andere onliggende landerijen aan aan Jan Bockstart.In 1773 verkopen de erfgename van Bockstart de Molensteeg aan Essaye Estoppey van beroep timmerman en grootgrondbezitter in Houten.


Foto bij het hek van de boomgaard die in de hoek lag van de Molensteeg met de Houtensewetering in 1902 kijken richting het zuidoosten met niet zichtbaar de Houtensewetering mijn zijn boerderijen. Foto gemaakt voor het album ter gelegenheid van het 25 jarig burgemeesterschap van Jacob Waller. De Molensteeg was in die tijd nog van familie Strick van Linschoten - Notten. Heden is op deze plek de Weteringhoek met zwembad DE Wetering en de brandweerkazerne van Houten gebouwd. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Foto bij het hek van de boomgaard die in de hoek lag van de Molensteeg met de Houtensewetering in 1902 kijken richting het zuidoosten met niet zichtbaar de Houtensewetering mijn zijn boerderijen. Foto gemaakt voor het album ter gelegenheid van het 25 jarig burgemeesterschap van Jacob Waller. De Molensteeg was in die tijd nog van familie Strick van Linschoten - Notten. Heden is op deze plek de Weteringhoek met zwembad DE Wetering en de brandweerkazerne van Houten gebouwd. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



Zijn vader afkomstig uit Zwitserland, Samuel Estoppey. Vestigde zich rond 1728 in het oude en kleine dorp Houten. Wat de rede van vesting was is onbekend. De naam Estoppey is afkomstig van het Oud-Franse woord voor estoupier, wat de betekenis is voor een fabrikant of koopman in vlas of linnen.

Essaye Estoppey liet in opdracht of zelf aan het eind van de achttiende eeuw aan het noordelijke begin van de Molenweg, heden aan de Prins Bernhardweg 9 t/m 17 de vijf armen huisjes bouwen. Om voor zijn dorpsbewoners die minder bedeeld waren onderdak te bieden.

Of dit ook gezien kan worden als winstbejag van Estoppey is onduidelijk.Duidelijk is wel met een groot vermoeden dat Estoppey zich liet inspireren op de in het zuidoosten gelegen armen huisjes, buiten het dorp Houten. Gelegen tussen de Loerikseweg en en het Loeriksezandpad. Hier werden de echt armen en misschien wel zwakke en zieke dorpbewoners door de Nederlandse Hervormde kerk ondergebracht. Met daarbij de plaatselijk velwachter die ernaast woonde om de boel in de gaten te houden.


Fragment van een kadasterkaart uit 1832 naar een nieuw ingetekende versie door ingenieur Wentink in 1880 voor Bartholomeus Willem Wttewaall voor de verbreding en verdieping van de Houtensewetering gelegen tussen Houten en Schonauwen. Links van de Molenweg (west) van Jhr. Willem Strick van Linschoten (Rhijnauwen) en rechts (oost) van Baron Van Brienen van de Groote Lindt uit Wassenaar. Bron: Huisarchief Wickenburgh, Wttewaall. Fragment van een kadasterkaart uit 1832 naar een nieuw ingetekende versie door ingenieur Wentink in 1880 voor Bartholomeus Willem Wttewaall voor de verbreding en verdieping van de Houtensewetering gelegen tussen Houten en Schonauwen. Links van de Molenweg (west) van Jhr. Willem Strick van Linschoten (Rhijnauwen) en rechts (oost) van Baron Van Brienen van de Groote Lindt uit Wassenaar. Bron: Huisarchief Wickenburgh, Wttewaall.



Vanaf 1851 kwamen de Huisjes van Estoppey te liggen in de Prinsenbuurt. Genoemd naar vader en zoon Graaf d'Alsace en Prins d'Henin die zij van schoonvader en opa Baron Van Brienen van de Groote Lindt uit het Haagse Clingendaal de gronden rondom Houten hadden vererft.

Nazaten van Samuel en Essaye Estoppey uit Houten wonen tot op de dag van vadaag in Nederland. Vooral woenend in de provincie Noord-Holland.


De Molenweg ter hoogte van de Huisjes va Estoppey richting het noordoosten gezien met op de achtergrond de N.H. Kerktoren in het Oud Dorp van Houten. Foto genomen op een winterdag rond het jaar 1947. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. De Molenweg ter hoogte van de Huisjes va Estoppey richting het noordoosten gezien met op de achtergrond de N.H. Kerktoren in het Oud Dorp van Houten. Foto genomen op een winterdag rond het jaar 1947. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.



Eigenaren van de Molenweg (1832 - 1936)

1832 - 1838 Wed. Essaye Estoppey (Houten)

1837 - 1837 Gerardus Jacobus Estoppey (Amsterdam) (zoon)

1837 - 1851 Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen (Rhijnauwen) (aankoop)

1851 - 1890 Jhr. Jan Balthazar Strick van Linschoten (Loosdrecht) (zoon)

1890 - 1905 Ottolina van Notten - Strick van Linschoten (Loosdrecht- Utrecht) (wed) l667

1905 - 1915 Jan Schinkel, echt. Cornelia van Bruijnes, Cornelis Schinkel, Adrinana Schinkel, Nicolaas Schinkel, Wilhelmina Schinkel en Jan Cornelis Schinkel. l772

1915 - 1925 Jan Cornelis Schinkel l924

1925 - 1936 Antonia Agatha de Wit wed. Cornelis Oostveen (Houten H22) l1116

1936 Onteigening voor aanleg Provinciale Weg Utrecht, Houten-Culemborgs Veer (Utrechtseweg-Schalkwijkseweg)


Foto genomen vanaf de N.H. Kerktoren (Lobbendijk 1) gezien in zuidwestelijke richting op de Molenweg rond 1958-1960. Die net enkele jaren daarvoor opnieuw was bestraat en van riolering as voorzien. Foto: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Foto genomen vanaf de N.H. Kerktoren (Lobbendijk 1) gezien in zuidwestelijke richting op de Molenweg rond 1958-1960. Die net enkele jaren daarvoor opnieuw was bestraat en van riolering as voorzien. Foto: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


Foto uit de periode 1960-1970 gezien vanaf de Veerwagenweg. Aangelegd in 1942 en tot 1962 van het Amsterdam-Rijnkanaal tot de Houtensewetering Veerweg geheten. Met nabij de Houtensewetering (weg) de brug over de wetering (geheten de Molenbrug). Deze werd in latere tijden vervangen voor een duiker. Foto: Globaal Bestemmingsplan Houten 1985. Foto uit de periode 1960-1970 gezien vanaf de Veerwagenweg. Aangelegd in 1942 en tot 1962 van het Amsterdam-Rijnkanaal tot de Houtensewetering Veerweg geheten. Met nabij de Houtensewetering (weg) de brug over de wetering (geheten de Molenbrug). Deze werd in latere tijden vervangen voor een duiker. Foto: Globaal Bestemmingsplan Houten 1985.


De Veerwagenweg (1962-2005), voorheen de Molensteeg of Molenweg geheten gezien richting het dorp in 1975. Met links twee fietsende kinderen. Foto: Peter Koch. De Veerwagenweg (1962-2005), voorheen de Molensteeg of Molenweg geheten gezien richting het dorp in 1975. Met links twee fietsende kinderen. Foto: Peter Koch.


Zicht vanaf de N.H. Kerktoren richting het zuidwesten gezien in 1958-1959 met links de huizen in aanbouw aan de Burg. Haefekensstraat. Rechtsonder de Huisjes van Estoppey met de Molenweg, lopend richting de Houtensewetering. Foto: Leen de Keijzer, met dank aan Jos Schalkwijk. Zicht vanaf de N.H. Kerktoren richting het zuidwesten gezien in 1958-1959 met links de huizen in aanbouw aan de Burg. Haefekensstraat. Rechtsonder de Huisjes van Estoppey met de Molenweg, lopend richting de Houtensewetering. Foto: Leen de Keijzer, met dank aan Jos Schalkwijk.


Afbeelding van het rijdende pontveer over het Amsterdam-Rijnkanaal ter hoogte van Houten in 16967. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 842796. Afbeelding van het rijdende pontveer over het Amsterdam-Rijnkanaal ter hoogte van Houten in 16967. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 842796.



Bijgebouwen en pachtboerderijen van
Landgoed Rhijnauwen in Rhijnauwen,
Bunnik en Vechten en Odijk

Achterdijk 24, Boerderij Ruimzicht (Gem. Bunnik), land genaamd 'de Wederhelft van de Gulden Hoef'

Boerderij Ruimzicht aan de Achterdijk 24 te Bunnik. Foto: Google Maps Streetview (NL). Boerderij Ruimzicht aan de Achterdijk 24 te Bunnik. Foto: Google Maps Streetview (NL).



Van oorsprong was de grond waarop boerderij Ruimzicht staat vanaf de 15de eeuw in eigendom van het kapittel van St. Pieter. De grond waarop Ruimzicht staat was van oorsprong genaamd de Gulden Hoeve en de ontginningen Elfgaarden.

Op dinsdag 30 april 1776 handelde Hendrik Daalwijk, bode van het kapittel van St. Pieter, als gemachtigde van Johannes van Stuijvesant, Daniel Jan Strick van Linschoten en Johannes Schelen, kanuniken-capitulair van St. Pieter, verkochte aan Jan Balthazar Strick van Linschoten 11,5 morgen bouwland tins- en tiendvrij, vanouds genaamd de Wederhelft van de Gulden Hoef, te Vechten, strekkende ten noorden voor van de andere helft dezer guldenhoef den heer koper toebehorende tot ten zuijden agter aan de Groeneweg.

Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht, 064, 55.


Het huis 'Gulden Hoef ' aan de Provincialeweg 98 te Bunnik in 2020. Bron: Google Streetview Maps. Het huis 'Gulden Hoef ' aan de Provincialeweg 98 te Bunnik in 2020. Bron: Google Streetview Maps.



Rond het jaar 1813 verkocht de Nederlandse Staat der Domeinen de erfpachtcanon af aan Jhr. Jan Balthazar Strick van Linschoten die vanaf 1773 het landgoed Rhijnauwen in bezit had.

Na het overlijden van Jhr. Hendrik Strick van Linschoten de kleinzoon van Jhr. Jan Balthazar Strick van Linschoten in 1889 ging boerderij Ruimzicht over naar Jhr. Unico Hendrik Strick van Linschoten in 1890.

In 1891 verkoopt familie Strick boerderij Ruimzicht aan Jan de Groot, van beroep Hovenier en wonende te Utrecht. In 1918 wordt de boerderij verkocht aan Theodorus van Bentum en zijn echtgenote Jacoba de Goey.


Kaart uit 1610 getekend door Marcelis van Oort met landerijen aan de Achterdijk te Bunnik en Vechten/Rijsbrug met haaks op de Achterdijk de Tureluurweg. Met midden links in de binnenbocht de plek waar de boerderij aan de Achterdijk 24 staat. (Rijsbrug, omgeving Monniksweg en Herenweg naar Wijk, 1610). Uit het archief van de Gereformeerde Burgerweeshuis. Bron: Het Utrechts Archief, 725, 252-10. Kaart uit 1610 getekend door Marcelis van Oort met landerijen aan de Achterdijk te Bunnik en Vechten/Rijsbrug met haaks op de Achterdijk de Tureluurweg. Met midden links in de binnenbocht de plek waar de boerderij aan de Achterdijk 24 staat. (Rijsbrug, omgeving Monniksweg en Herenweg naar Wijk, 1610). Uit het archief van de Gereformeerde Burgerweeshuis. Bron: Het Utrechts Archief, 725, 252-10.



Rond 1926 is Hendrik Johannes van Bentum de nieuwe eigenaar van de boerderij. In 1948 wordt er gesloopt. In 1962 wordt de boerderij verkocht aan Gerardus Antonius van Bentum.

De boerderij uit omstreeks 1930. Links ervan staat de oorspronkelijke oude boerderij, nu in gebruik als schuur. Dit pand is rond 1830 gebouwd als afsplitsing van de boerderij Achterdijk 26. De voorgevel met gevelanker is opgetrokken in platte baksteentjes en is voorzien van vlechting. Ter weerszijden van de later aangebrachte grote deur zien we nog de oude kloosterkozijnen.


Fragment van de akte van veiling van de onroerende goederen van de overleden jonkheer Unico Strick van Linschoten uit 1899. Waaronder de hofstede Bouwlust en Ruimzicht verkocht zouden worden per veiling ten overstaan van notaris H.J. van Heyst uit Wijk bij Duurstede. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2024, 1899 jan.-juni, aktenummer: 1568. Fragment van de akte van veiling van de onroerende goederen van de overleden jonkheer Unico Strick van Linschoten uit 1899. Waaronder de hofstede Bouwlust en Ruimzicht verkocht zouden worden per veiling ten overstaan van notaris H.J. van Heyst uit Wijk bij Duurstede. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2024, 1899 jan.-juni, aktenummer: 1568.



Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij.


Fragment van de akte van veiling van de onroerende goederen van de overleden jonkheer Unico Strick van Linschoten uit 1899. Waaronder de vast- en onroerend goed in de gemeente Zeist werden per veiling ten overstaan van notaris H.J. van Heyst uit Wijk bij Duurstede geveild. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2024, 1899 jan.-juni, aktenummer: 1568. Fragment van de akte van veiling van de onroerende goederen van de overleden jonkheer Unico Strick van Linschoten uit 1899. Waaronder de vast- en onroerend goed in de gemeente Zeist werden per veiling ten overstaan van notaris H.J. van Heyst uit Wijk bij Duurstede geveild. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2024, 1899 jan.-juni, aktenummer: 1568.



In juli 1878 pachtte D. Uitman de boerderij van familie Strick van Linschoten.



Achterdijk 35, boerderij De Witboom (Gem. Bunnik)

Gezicht op de oprijlaan tussen de boerderijen Achterdijk 35 (links)-37 te Odijk (gemeente Bunnik) op dinsdag 30 mei 1995. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 823807. Gezicht op de oprijlaan tussen de boerderijen Achterdijk 35 (links)-37 te Odijk (gemeente Bunnik) op dinsdag 30 mei 1995. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 823807.



In 1841 kocht jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen de boerderij aan de Achterdijk 35 te Odijk aan van de erfgename van de Utrechtse overleden notaris Nicolaas Wilhelmus Buddingh.


Gezicht op de oprijlaan tussen de boerderijen Achterdijk 35 (links)-37 te Odijk (gemeente Bunnik) op dinsdag 30 mei 1995. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 823807. Gezicht op de oprijlaan tussen de boerderijen Achterdijk 35 (links)-37 te Odijk (gemeente Bunnik) op dinsdag 30 mei 1995. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 823807.


Fragment uit de verkoop- en veilingsakte op zaterdag 3 april 1869 ten overstaan van de Houtense notaris Hanzo Lemstra van Buma waarop jhr. Jan Carel Strick van Linschoten boerderij De Witboom verkocht aan Johannes van Schaik voor f. 4.150,- gulden. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 415, aktenummer: 319. Fragment uit de verkoop- en veilingsakte op zaterdag 3 april 1869 ten overstaan van de Houtense notaris Hanzo Lemstra van Buma waarop jhr. Jan Carel Strick van Linschoten boerderij De Witboom verkocht aan Johannes van Schaik voor f. 4.150,- gulden. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 415, aktenummer: 319.


Fragment uit de verkoop- en veilingsakte op zaterdag 3 april 1869 ten overstaan van de Houtense notaris Hanzo Lemstra van Buma waarop jhr. Jan Carel Strick van Linschoten boerderij De Witboom verkocht aan Johannes van Schaik voor f. 4.150,- gulden. Handtekening van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten en Hermanus Westhout, Rijksveldwachter voor de gemeente Odijk. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 415, aktenummer: 319. Fragment uit de verkoop- en veilingsakte op zaterdag 3 april 1869 ten overstaan van de Houtense notaris Hanzo Lemstra van Buma waarop jhr. Jan Carel Strick van Linschoten boerderij De Witboom verkocht aan Johannes van Schaik voor f. 4.150,- gulden. Handtekening van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten en Hermanus Westhout, Rijksveldwachter voor de gemeente Odijk. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 415, aktenummer: 319.



Provincialeweg 77, Boerderij Runnenburg

Voor- en zijaanzicht van hofstede Runnenburg in april 1995. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 55906, 17. Voor- en zijaanzicht van hofstede Runnenburg in april 1995. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 55906, 17.



Van oorsprong is boerderij Runnenburg nooit een pachtboerderij of een bezit geweest van het landgoed Rhijnauwen. Op deze website beschrijven we hem er wel bij omdat de boerderij altijd onderdeel is geweest van de agglomeratie van Rhijnauwen en Vechten.

De grotendeels witgepleisterde, monumentale dwarshuisboerderij met een afgewolfd rieten zadeldak, dateert uit het laatste kwart van de 17de eeuw en heeft een oudere mogelijk 15de ceuwse voorganger gehad. In 1898 is het achterhuis vernieuwd. In de jaren 1981-1982 heeft een algehele restauratie plaatsgevonden van de sterk vervallen boerderij.


Bakhuisje van boerderij Runnenburg aan de Provincialeweg 77. Bron: Wikipedia Vries mark - Eigen werk. Bakhuisje van boerderij Runnenburg aan de Provincialeweg 77. Bron: Wikipedia Vries mark - Eigen werk.



Tijdens deze restauratie is het achterhuis verbouwd en tot woonruimte ingericht. De stalvensters aan de achterzijde zijn hierbij vervangen door draaivensters. Die aan de straatzijde zijn gehandhaafd.

Ook de achtergevel heeft de oorspronkelijke indeling met de hoge dubbele deeldeuren geflankeerd door stalramen en mestdeuren behouden. De boerderij heeft thans geen agrarisch functie meer. De boerderij is tot 1980 eigendom geweest van het R.K.parochiaal Armbestuur, met de familie van Rijn vele generaties als pachtboer.


Boerderij Runnenburg aan de Provincialeweg 77 in 1995. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 55907, 17. Boerderij Runnenburg aan de Provincialeweg 77 in 1995. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 55907, 17.



Bij de boerderij staat nog een oud bakhuisje, de schuren en hooiberg zijn vernieuwd. Bijzonderheid in de boerderij is de grote kelder voorzien van een kruisgewelf, mogelijk overblijfsel van de oudere voorganger van de huidige boerderij. De opkamer boven de kelder is voorzien van hoger in de gevel geplaatste 6-ruits schuifvensters.



De woonkamer heeft brede 9-ruits schuifvensters. Alle vensters zijn voorzien van luiken. Vlak onder de dakrand is aan de voorzijde nog een klein venster met luik aangebracht.



Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij.



Provincialeweg 78-80, Boerderij Bouwlust

Gezicht op de linker- en voorgevel van de boerderij Bouwlust (Provincialeweg 78-80) te Bunnik. In de periode 1990-1998. Naar een tekening van Wim Hagemans. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 33017. Gezicht op de linker- en voorgevel van de boerderij Bouwlust (Provincialeweg 78-80) te Bunnik. In de periode 1990-1998. Naar een tekening van Wim Hagemans. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 33017.



De witgepleisterde langhuisboerderij met een afgewolfd rieten zadeldak en naastgelegen schuur met aangebouwd bakhuis zijn 18de eeuws. In 1869 is het achterhuis van de boerderij verlengd. In het woonhuisgedeelte zijn enkele wijzigingen aangebracht.

In 1907 werd een deur in de linkerzijgevel vervangen door een raam en werd een bedstede weggebroken. In 1944 is de oorspronkelijke kaaskamer tot slaapkamer gemaakt. Hiertoe werd de deur gewijzigd in een raamen werd intern een ingang gemaakt.


Boerderij Bouwlust aan de Provicinciale 78-80 te Bunnik in september 1972. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, documentnummer: 147.929. Boerderij Bouwlust aan de Provicinciale 78-80 te Bunnik in september 1972. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, documentnummer: 147.929.



De twee zoldervensters aan de voorzijde zijn een vervanging van oorspronkelijk een centraal geplaatst venster. Rechts van de boerderij staat een bakstenen schuur annex wagenberging met een pannen zadeldak waar tegen het bakhuis is aangebouwd.

Het bakhuis en een gedeelte van de schuur zijn in 1951 tot een apart woonhuis verbouwd. De deur in de voorgevel van de schuur was al eerder in 1907 dichtgemetseld. Tussen de boerderij en het bakhuis staat een smeedijzeren toegangshek waarop de naam 'Bouwlust'.


Boerderij Bouwlust aan de Provicinciale 78-80 te Bunnik in september 1972. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, documentnummer: 147.930. Boerderij Bouwlust aan de Provicinciale 78-80 te Bunnik in september 1972. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, documentnummer: 147.930.



Bij de boerderij staan een tweetal oude leilinden, enkele oude fruitbomen en populieren.Achter de boerderij liggen boomgaarden. Oorspronkelijk was 'Bouwlust' een houtvesterswoning bij Rhijnauwen. In de tweede helft van de 19de eeuw werd een deel van het bos gekapt en werden de landerijen verkocht. Koper was de grootvader van de huidige eigenaar Van 't Hoenderdal.


Boerderij Bouwlust aan de Provicinciale 78-80 te Bunnik in september 1972. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, documentnummer: 147.931. Boerderij Bouwlust aan de Provicinciale 78-80 te Bunnik in september 1972. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, documentnummer: 147.931.



Hij liet in 1869 het achterhuis verlengen. 'Bouwlust' was sindsdien een gemengd bedrijf van veeteelt in combinatie met fruitteelt. Hoewel inmiddels een deel van de boomgaarden is bebouwd, heeft 'Bouwlust' nog als een van de weinige boerderijen langs de Provincialeweg een agrarische functie. Het is nog altijd een fruitboerderij met twee nieuwe fruitschuren voor de opslag van het fruit achter de boerderij.



In juli 1878 pachtte W. Middelman de boerderij van familie Strick van Linschoten.



Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij.


   

Provincialeweg 96, Boerderij De Vriendschap

Boerderij De Vriendschap met hooiberg in 1950. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 55942, 17. Boerderij De Vriendschap met hooiberg in 1950. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 55942, 17.



Van oorsprong is boerderij De Vriendschap nooit een pachtboerderij of een bezit geweest van het landgoed Rhijnauwen. Op deze website beschrijven we hem er wel bij omdat de boerderij altijd onderdeel is geweest van de agglomeratie van Rhijnauwen en Vechten.

Deze langhuisboerderij met rieten kap en aan de linkerzijde aangebouwde kamer met pannnen zadeldak, dateert uit 1777. Matthijs Uttels deed toen het verzoek een boerenwoonhuis te mogen bouwen aan de 'Gemeene Utrechtse Rijweg' omtrent de Hofstede Runnenburg, op de grond van de Weledele geb.Heer Jan Balthazar Strick van Linschoten enz., op een plaats waar voorheen geen huis had gestaan. Matthijs Uttels had er een cafe. In 1973 is de boerderij verbouwd tot woonhuis waarbij de opkamer en kelder zijn weggebroken en het achterhuis ook tot woonhuis is ingericht.


Gezicht op de Provincialeweg bij Bunnik uit het oosten, met rechts de voorzijde van de uitspanning De Vriendschap in de periode 1905-1915. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 8850. Gezicht op de Provincialeweg bij Bunnik uit het oosten, met rechts de voorzijde van de uitspanning De Vriendschap in de periode 1905-1915. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 8850.



De achtergevel kreeg naast een deur drie grote vensters tot op de grond. Het zolderluik werd vervangen door een raam. De hoofdvorm en de indeling van de voorgevel met drie grote 6-ruits schuifvensters en een kleiner 9-ruits venster van de opkamer boven een kelderlicht, zijn behouden gebleven.

De aanbouw links met een zelfde 9-ruits venster als van de opkamer isvia een houten trapje aan de achterzijde toegankelijk. Bij de boerderij staan een houten schuur en rieten kapberg met houten roeden. Omstreeks 1977 zijn zijverder naar achteren verplaatst. De boerderij opgetrokken uit een klein formaatbaksteen en gevelankers met het jaartal 1777 is opvallend gelegen direct aan de(vent) weg.


In rood gearceerd een gedeelte van de Provincialeweg bij Bunnik en Vechten met linksboven de Rhijnauwenselaan. Kaart opgemaakt door de Provinciale Waterstaat van Utrecht. Bron: Het Utrechts Archief. In rood gearceerd een gedeelte van de Provincialeweg bij Bunnik en Vechten met linksboven de Rhijnauwenselaan. Kaart opgemaakt door de Provinciale Waterstaat van Utrecht. Bron: Het Utrechts Archief.



Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij.



Rhijnauwenselaan 5, Boerderij 't Goed ten Rijn

Gezicht op de boerderij Goed ten Rijn (Rhijnauwenselaan 5) te Bunnik, met op de voorgrond de Kromme Rijn in 1923-1927. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79866. Gezicht op de boerderij Goed ten Rijn (Rhijnauwenselaan 5) te Bunnik, met op de voorgrond de Kromme Rijn in 1923-1927. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79866.



Op woensdag 20 augustus 1800 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris H. van Dam de veiling van onder andere de boerderij 't Goed ten Rijn, gelegen aan de Rhijnauwenselaan.
Verkopers waren de minderjarige kinderen van A.G.

Hannasch en Goswin Anthon van Hertefeld tot Balken, Joost Hendrik Anthon van der Heyden tot de Luynhorst en Baak, R.L.D. van Daall, Willem Joseph van der Heyden tot Baak enz. en A.J. Aberson.

Koper was jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen. Jan Balthasar Strick betaald voor de boerderij 't Goed ten Rijn ƒ. 17.700-, gulden.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2046, aktenummer: 140, subakte: 25.

Op zaterdag 30 april 1803 schonk ten overstaan van de Utrechtse notaris C. van Hees jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen. Boerderij 't Goed ten Rijn aan zijn oudste zoon zoon Diderik Willem Jacon Strick van Linschoten.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2016, aktenummer: 18.


Beschrijving van boerderij 't Goed ten Rijn op de veiling van 20 augustus 1800. Waar jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten ruim f. 17.700-, gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2046, aktenummer: 140, subakte: 25. Beschrijving van boerderij 't Goed ten Rijn op de veiling van 20 augustus 1800. Waar jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten ruim f. 17.700-, gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2046, aktenummer: 140, subakte: 25.


Gezicht op de Kromme Rijn bij op Bunnik met op de linker oever een boerderij met een hooiberg maandag 9 september 1765. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202236. Gezicht op de Kromme Rijn bij op Bunnik met op de linker oever een boerderij met een hooiberg maandag 9 september 1765. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202236.


Beschrijving van boerderij 't Goed ten Rijn op de veiling van 20 augustus 1800. Waar jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten ruim f. 17.700-, gulden. Fragment van bieding. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2046, aktenummer: 140, subakte: 25. Beschrijving van boerderij 't Goed ten Rijn op de veiling van 20 augustus 1800. Waar jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten ruim f. 17.700-, gulden. Fragment van bieding. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2046, aktenummer: 140, subakte: 25.


Eerst steen legging bij de hofstede 't Goed ten Rijn 'De eerste Steen gelegd door jkvr. Anna STRICK van LINSCHOTEN OUD 2 JAAR 20 JUNI 1912. Bron: RCE te Amersfoort- Wikimedia. Eerst steen legging bij de hofstede 't Goed ten Rijn 'De eerste Steen gelegd door jkvr. Anna STRICK van LINSCHOTEN OUD 2 JAAR 20 JUNI 1912. Bron: RCE te Amersfoort- Wikimedia.



De monumentale witgepleisterde dwarshuisboerderij bestaat uit een woonhuis gedeelte uit 1674 voorzien van een rieten schilddak waarin dakvensters zijn opgenomen en een achterhuis uit 1912 met een lager zadeldak. In oorsprong dateert de boerderij uit 1620 maar is herbouwd na in 1672 door de Franse troepen te zijn verwoest.


Gezicht op (vermoedelijk) de boerderij Gezicht op (vermoedelijk) de boerderij "Goed ten Rijn" (Rhijnauwenselaan 5) te Bunnik; op de voorgrond de Kromme Rijn in 1920-1930. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 41098.




Omstreeks 1946 hebben enkele verbouwingen in het woonhuis gedeelte plaatsgevonden, waarbij onder andere de kaaskamer links in het woonhuis tot woonvertrek is gemaakt en enkele bedstedes zijn weggebroken. In 1975 is het achterhuis verlengd.


Gezicht op de boerderij Goed ten Rijn (Rhijnauwenselaan 5) te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117169. Gezicht op de boerderij Goed ten Rijn (Rhijnauwenselaan 5) te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117169.



De boerderij beschikt over twee kelders. De oudste en grootste kelder, voorzien van een stenen tongewelf, bevindt zich rechtsvoor in het woonhuis. Linksachter in het woonhuis is een tweede kelder met een vlak houtenzoldering.


Gezicht op de boerderij Goed ten Rijn (Rhijnauwenselaan 5) te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117168. Gezicht op de boerderij Goed ten Rijn (Rhijnauwenselaan 5) te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117168.



Bij de boerderij staan een drietal witgepleisterde veeschuren met een pannen zadeldak en een vijf roedige kapberg. De grootste schuur vlak naast de boerderij is 19de eeuws. De andere twee, een paardenstal en varkenschuur zijn in 1912 gebouwd.


Gezicht op de boerderij Goed ten Rijn (Rhijnauwenselaan 5) te Bunnik op maandag 8 juni 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117169. Gezicht op de boerderij Goed ten Rijn (Rhijnauwenselaan 5) te Bunnik op maandag 8 juni 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117169.



Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij.


Gezicht op het wandelpaadje (jaagpad) langs de Kromme Rijn door het landgoed Amelisweerd te Bunnik, met rechts op de achtergrond de boerderij Goed ten Rijn (Rhijnauwenselaan 5) op zaterdag 25 augustus 1962. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 500057. Gezicht op het wandelpaadje (jaagpad) langs de Kromme Rijn door het landgoed Amelisweerd te Bunnik, met rechts op de achtergrond de boerderij Goed ten Rijn (Rhijnauwenselaan 5) op zaterdag 25 augustus 1962. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 500057.


Luchtfoto van boerderij Goed ten Rijn in de periode rond 1950. Bron: familiearchief Liebrecht/Klein. Luchtfoto van boerderij Goed ten Rijn in de periode rond 1950. Bron: familiearchief Liebrecht/Klein.


Mevrouw Klein bij één van haar koeien in het weiland te melken met links de Rhijnauwenselaan en rechts op de achtergrond het huis Rhijnauwen. Bron: familiearchief Liebrecht/Klein. Mevrouw Klein bij één van haar koeien in het weiland te melken met links de Rhijnauwenselaan en rechts op de achtergrond het huis Rhijnauwen. Bron: familiearchief Liebrecht/Klein.


Een koe in Bunnik waarschijnlijk ter gelegenheid van een koeien keuring afkomstig van boerderij 't Goed ten Rijn te Rhijnauwen. Bron: familiearchief Liebrecht/Klein. Een koe in Bunnik waarschijnlijk ter gelegenheid van een koeien keuring afkomstig van boerderij 't Goed ten Rijn te Rhijnauwen. Bron: familiearchief Liebrecht/Klein.


Een aantal notabelen te paard waarschijnlijk bij de Katholieke kerk van Bunnik en één van hen wonende op boerderij 't Goed ten Rijn. Bron: familiearchief Liebrecht/Klein. Een aantal notabelen te paard waarschijnlijk bij de Katholieke kerk van Bunnik en één van hen wonende op boerderij 't Goed ten Rijn. Bron: familiearchief Liebrecht/Klein.


Gezin Klein met Peter, Willem en Grietje Klein wonende op boerderij Goed ten Rijn aan de Rhijnauwenselaan 5 en 5a. Bron: familiearchief Liebrecht/Klein. Gezin Klein met Peter, Willem en Grietje Klein wonende op boerderij Goed ten Rijn aan de Rhijnauwenselaan 5 en 5a. Bron: familiearchief Liebrecht/Klein.


Familielid van familie Klein van boerderij Goed ten Rijn al bezig met paard om het gras op te schudden voor het drogen rond 1940-1950. Bron: familiearchief Liebrecht/Klein. Familielid van familie Klein van boerderij Goed ten Rijn al bezig met paard om het gras op te schudden voor het drogen rond 1940-1950. Bron: familiearchief Liebrecht/Klein.



Rhijnauwenselaan 7, 7d en 14b, Koetshuis Rhijnauwen

Het poortgebouw van Rhijnauwen vanuit het zuidoosten gezien in 1963. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, documentnummer: 90.465. Het poortgebouw van Rhijnauwen vanuit het zuidoosten gezien in 1963. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, documentnummer: 90.465.



Het bakstenen poortgebouw bij kasteel Rhijnauwen met stallen en aangebouwde dienstwoning, onder een gebroken schilddak, dateert uit de 18de eeuw. Op deze plaats stonden reeds stallen die behoorden bij de boerderij die gestaan heeft op het voorplein van het kasteel. Deze stallen zijn opgenomen in het huidige poortgebouw.


Gezicht op een gedeelte van het poortgebouw van het huis Rhijnauwen te Bunnik in de periode 1908-1912 met links de tuinbaas van het landgoed Gerrit Feijth. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79858. Gezicht op een gedeelte van het poortgebouw van het huis Rhijnauwen te Bunnik in de periode 1908-1912 met links de tuinbaas van het landgoed Gerrit Feijth. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79858.



Het karakteristieke van het gebouw is de symmetrische indeling met de centraal geplaatste poortdoorgang voorzien van een houten frontonbekroning. Aan beide zijden is boven de hoge koetshuis- of staldeuren een zolder-luik, ten behoeve van de opslag van haver en hooi. Aan de linkerzijde springt de aangebouwde dienstwoning t.o.v. het poortgebouw terug.


Gezicht op de stallen, poortgebouw en de voorgevel van de Jeugdherberg Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan 14) bij Bunnik in de periode 1958-1962. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 76908. Gezicht op de stallen, poortgebouw en de voorgevel van de Jeugdherberg Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan 14) bij Bunnik in de periode 1958-1962. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 76908.



Zowel dienstwoning als het poortgebouw hebben 18de eeuwse roeden schuifvensters. Naast de dienstwoning treffen we een 18de eeuwse vierkante bakstenen duiventoren aan, voorzien van een tentdak met oud-hollandse pannen gedekt. De toren is thans in gebruik als woonhuis/atelier. Hiertoe is op de begane grond een voordeur en groot venster aangebracht.


Het poortgebouw van het landgoed Rhijnauwen met doorgang vanuit het zuidwesten gezien (voorkant) in augustus 1974. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, documentnummer: 160.630 . Het poortgebouw van het landgoed Rhijnauwen met doorgang vanuit het zuidwesten gezien (voorkant) in augustus 1974. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, documentnummer: 160.630 .



Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij.


Het poortgebouw van het landgoed Rhijnauwen met doorgang vanuit het noordoosten gezien in augustus 1974. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, documentnummer: 160.632 . Het poortgebouw van het landgoed Rhijnauwen met doorgang vanuit het noordoosten gezien in augustus 1974. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, documentnummer: 160.632 .


Gezicht op het poortgebouw van het huis Rhijnauwen te Bunnik in 1925. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79857. Gezicht op het poortgebouw van het huis Rhijnauwen te Bunnik in 1925. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79857.


Poortgebouw op landgoed Rhijnauwen in 1990. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56211, 18. Poortgebouw op landgoed Rhijnauwen in 1990. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56211, 18.


Plezierbootje 'Speedy' op de Kromme Rijn met zicht op het poortgebouw van kasteel Rhijnauwen in 1990. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56212, 18. Plezierbootje 'Speedy' op de Kromme Rijn met zicht op het poortgebouw van kasteel Rhijnauwen in 1990. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56212, 18.


Poortgebouw huize Rhijnauwen destijds in gebruik als jeugdherberg. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56213, 18. Poortgebouw huize Rhijnauwen destijds in gebruik als jeugdherberg. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56213, 18.


Poortgebouw huize Rhijnauwen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56214, 18. Poortgebouw huize Rhijnauwen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56214, 18.


Poortgebouw van huize Rhijnauwen met rechts zicht op het huis in 1990. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56215, 18. Poortgebouw van huize Rhijnauwen met rechts zicht op het huis in 1990. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56215, 18.


Poortgebouw van landgoed Rhijnauwen vanaf de achterkant uit het noorden gezien in 1990. Bron: Regionaal archief Zuid-Utrecht (RAZU(, 084, 56216, 18. Poortgebouw van landgoed Rhijnauwen vanaf de achterkant uit het noorden gezien in 1990. Bron: Regionaal archief Zuid-Utrecht (RAZU(, 084, 56216, 18.


Poortgebouw van Rhijnauwen in september 1955. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 57338, 90. Poortgebouw van Rhijnauwen in september 1955. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 57338, 90.


Gezicht op het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik, vanuit het noorden. Naar een tekening van Wim Hagemans in de periode 1990-1998. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 33023. Gezicht op het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik, vanuit het noorden. Naar een tekening van Wim Hagemans in de periode 1990-1998. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 33023.


Gezicht op het poortgebouw van het huis Rhijnauwen te Bunnik in de periode 1930-1936. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 1980. Gezicht op het poortgebouw van het huis Rhijnauwen te Bunnik in de periode 1930-1936. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 1980.


Gezicht door het poortgebouw van het kasteel Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan) te Bunnik op maandag 8 juni 1936. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 400080. Gezicht door het poortgebouw van het kasteel Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan) te Bunnik op maandag 8 juni 1936. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 400080.


Gezicht op het poortgebouw van het huis Rhijnauwen te Bunnik in de periode 1923-1927. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79862. Gezicht op het poortgebouw van het huis Rhijnauwen te Bunnik in de periode 1923-1927. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79862.


Gezicht op het poortgebouw annex koetshuis van de Utrechtsche Jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik in de periode 1933-1938. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 502354. Gezicht op het poortgebouw annex koetshuis van de Utrechtsche Jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik in de periode 1933-1938. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 502354.


Gezicht op de Utrechtsche Jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik, met links het poortgebouw en rechts het huis Rhijnauwen in de periode 1933-1938. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 502355. Gezicht op de Utrechtsche Jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik, met links het poortgebouw en rechts het huis Rhijnauwen in de periode 1933-1938. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 502355.


Gezicht op de voorgevel van het poortgebouw van huis Rhijnauwen te Bunnik op zondag 17 juli 2016. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 847229. Gezicht op de voorgevel van het poortgebouw van huis Rhijnauwen te Bunnik op zondag 17 juli 2016. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 847229.


Gezicht op een deel van de achtergevel van het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik. Bron: Het Utrechts archief, catalogusnummer: 802374. Gezicht op een deel van de achtergevel van het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik. Bron: Het Utrechts archief, catalogusnummer: 802374.


Gezicht op de duiventoren en het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 802831. Gezicht op de duiventoren en het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 802831.


Gezicht op een gedeelte van het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik vanuit het zuiden in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79877. Gezicht op een gedeelte van het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik vanuit het zuiden in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79877.


Gezicht op het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik vanuit het noordwesten in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79876. Gezicht op het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik vanuit het noordwesten in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79876.


Gezicht op een gedeelte van het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik vanuit het oosten in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 802832. Gezicht op een gedeelte van het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik vanuit het oosten in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 802832.


Gezicht op de zijgevel van het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik vanuit het noordoosten in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79878. Gezicht op de zijgevel van het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik vanuit het noordoosten in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79878.


Gezicht op een deel van het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik vanuit het zuiden in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79879. Gezicht op een deel van het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik vanuit het zuiden in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79879.


Gezicht op een deel van de achtergevel van het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik; rechts de duiventoren in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 802834. Gezicht op een deel van de achtergevel van het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik; rechts de duiventoren in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 802834.


Gezicht op het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik vanuit het zuidoosten in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer 79874. Gezicht op het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik vanuit het zuidoosten in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer 79874.


Gezicht op het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik vanuit het noordwesten in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79875. Gezicht op het poortgebouw behorende bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik vanuit het noordwesten in 1972. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79875.


Gezicht in de Rhijnauwenselaan te Bunnik, met op de achtergrond het poortgebouw en de jeugdherberg Rhijnauwen op donderdag 26 mei 1994. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 814313. Gezicht in de Rhijnauwenselaan te Bunnik, met op de achtergrond het poortgebouw en de jeugdherberg Rhijnauwen op donderdag 26 mei 1994. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 814313.


Gezicht op het poortgebouw bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik op donderdag 26 mei 1994. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 814314. Gezicht op het poortgebouw bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik op donderdag 26 mei 1994. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 814314.


Gezicht op het poortgebouw bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117167. Gezicht op het poortgebouw bij de jeugdherberg Rhijnauwen te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117167.


Gezicht op de Jeugdherberg Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan 14) te Bunnik, met in het midden het poortgebouw op donderdag 21 juli 1994. Bron: het Utrechts Archief, catalogusnummer: 78412. Gezicht op de Jeugdherberg Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan 14) te Bunnik, met in het midden het poortgebouw op donderdag 21 juli 1994. Bron: het Utrechts Archief, catalogusnummer: 78412.


      

Rhijnauwenselaan 7c, Duiventoren

Duiventoren kasteel Rhijnauwen in 2012 aan de Rhijnauwenselaan 7c. Bron: Wikipedia. Duiventoren kasteel Rhijnauwen in 2012 aan de Rhijnauwenselaan 7c. Bron: Wikipedia.



Het bakstenen poortgebouw bij kasteel Rhijnauwen met stallen en aangebouwde dienstwoning, onder een gebroken schilddak, dateert uit de 18de eeuw. Op deze plaats stonden reeds stallen die behoorden bij de boerderij die gestaan heeft op het voorplein van het kasteel.

Deze stallen zijn opgenomen in het huidige poortgebouw. Het karakteristieke van het gebouw is de symmetrische indeling met de centraal geplaatste poortdoorgang voorzien van een houten frontonbekroning.

Aan beide zijden is boven de hoge koetshuis- of staldeuren een zolder- luik, ten behoeve van de opslag van haver en hooi. Aan de linkerzijde springt de aangebouwde dienstwoning t.o.V. het poortgebouw terug. Zowel dienstwoning als het poortgebouw hebben 18de eeuwse roeden schuifvensters.

Naast de dienstwoning treffen we een 18de eeuwse vierkante bakstenen duiventoren aan, voorzien van een tentdak met oud-hollandse pannen gedekt. De toren is thans in gebruik als woonhuis/atelier. Hiertoe is op de begane grond een voordeur en groot venster aangebracht.


Van de duiventoren, behorende bij het voorhuis, werd de ruimte achter de grote deuren gebruikt voor opslag van dardappelen, groente en fruit. De duiven kwamen via invliegopeningen boven in de kap naar binnen. De duiven werden gehouden voor eigen consumptie. Om de duiven te voederen of te vangen ging men van binnen wit via een ladder naar het duivenverblijf. Van de duiventoren, behorende bij het voorhuis, werd de ruimte achter de grote deuren gebruikt voor opslag van dardappelen, groente en fruit. De duiven kwamen via invliegopeningen boven in de kap naar binnen. De duiven werden gehouden voor eigen consumptie. Om de duiven te voederen of te vangen ging men van binnen wit via een ladder naar het duivenverblijf.



Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij.


       


Voor het poortgebouw (zuidoost) staat op het voorplein een rood bakstenen DUIVENTOREN van twee bouwlagen onder een afgetopt schilddak, gedekt met gesmoorde Hollandse pannen. De toren heeft een nagenoeg vierkante plattegrond en is rondom voorzien van verschillende vensters met kleine roedenverdeling, een getoogde toegangsdeur en een voormalige dubbele inrijdeur (thans voorzien van glas, met een kleinere centrale toegangsdeur, de oorspronkelijke deuren zijn behouden als luiken). Op de scheiding van de beide bouwlagen is een houten waterlijst aangebracht. De duiventoren dateert uit de 18de eeuw.

Waardering
De DUIVENTOREN behorende tot de buitenplaats Rhijnauwen is van algemeen belang:
- vanwege de ouderdom;
- vanwege de ornamentele waarde;
- als kenmerkend en zeldzaam voorbeeld van een 18de-eeuwse duiventoren;
- vanwege de functioneel-ruimtelijke relatie met de andere onderdelen van de buitenplaats.


Duiventoren kasteel Rhijnauwen in 1990 aan de Rhijnauwenselaan 7c. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56217, 18. Duiventoren kasteel Rhijnauwen in 1990 aan de Rhijnauwenselaan 7c. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56217, 18.



Bron: Rijksmonumenten Register, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort.

 

Rhijnauwenselaan 9, Dienstwoning Ridderhofstad

Gezicht op de dienstwoning van huize Rhijnauwen aan de Rhijnauwenselaan 9 te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117170. Gezicht op de dienstwoning van huize Rhijnauwen aan de Rhijnauwenselaan 9 te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117170.



Het bastenen woonhuis met afgewolfd rieten zadeldak is oospronkelijk een 18de eeuwse dienstwoning bij kasteel Rhijnauwen. Het woonhuis heeft zijn hoofdvorm behouden. De vesters zijn vergroot of vernieuwd, gelet op het feit dat zij over oude muurankers heen zijn geplaatst.

De vensters zijn voorzien van roedenverdeling en halve luiken. Bij het woonhuis staat een houten bergschuur net rieten kap en houten roeden.


Gezicht op de dienstwoning van huize Rhijnauwen aan de Rhijnauwenselaan 9 te Bunnik op maandag 8 juni 1936. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 400085 . Gezicht op de dienstwoning van huize Rhijnauwen aan de Rhijnauwenselaan 9 te Bunnik op maandag 8 juni 1936. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 400085 .


Gezicht op de dienstwoning van huize Rhijnauwen aan de Rhijnauwenselaan 9 te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117171. Gezicht op de dienstwoning van huize Rhijnauwen aan de Rhijnauwenselaan 9 te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117171.



Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij.


Gezicht op de Speeltuin Het Vogelnest (Rhijnauwenselaan 9) te Bunnik in 1980. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 118145. Gezicht op de Speeltuin Het Vogelnest (Rhijnauwenselaan 9) te Bunnik in 1980. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 118145.


 

Rhijnauwenselaan 10, Boswachterswoning

De Boswachterswoning die in 1924 in opdracht van de gemeente Utrecht werd gebouwd aan de Rhijnauwenselaan 10. Foto: Wikipedia. De Boswachterswoning die in 1924 in opdracht van de gemeente Utrecht werd gebouwd aan de Rhijnauwenselaan 10. Foto: Wikipedia.



Het witgepleisterde landhuisje met een gebogen rieten schilddak is in 1924 gebouwd als boswachterswoning bij Rhijnauwen, in opdracht van de gemeente Utrecht. Het is een ontwerp van de Dienst Gemeentewerken Utrecht.

Het huisspringt vooral in het oog door de bijzondere dakvorm. Het schilddak heeft opiedere hoek in het dak uitgespaarde hoekvensters, waartussen het dakspant aan de buitenzijde zichtbaar is gelaten.


In het botenhuis werden de schuiten met fruit geladen om deze, via de Kromme Rijn naar de fruitveiling aan het Paardenveld in Utrecht te brengen. Tijdens de vakantie van de familie Strick van Linschoten mochten de kinderen de roeiboot gebruiken. In de boot van links naar rechts: Margje, Neeltje en Wilhelmina Feijth. In het botenhuis werden de schuiten met fruit geladen om deze, via de Kromme Rijn naar de fruitveiling aan het Paardenveld in Utrecht te brengen. Tijdens de vakantie van de familie Strick van Linschoten mochten de kinderen de roeiboot gebruiken. In de boot van links naar rechts: Margje, Neeltje en Wilhelmina Feijth.



Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij.


 

Rhijnauwenselaan 18-20, Boerderij Rhijnauwen

Hofstede Rhijnauwen aan de Rhijnauwenselaan 18-20 in 1988. Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij. Hofstede Rhijnauwen aan de Rhijnauwenselaan 18-20 in 1988. Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij.



De langhuisboerderij met afgewolfd rieten zadeldak en naastgelegen voormalig zomerhuis annex kaasmakerij voorzien van een afgewolfd pannen zadeldak dateren uit de 18de eeuw. In 1949 is de achtergevel van de boerderij vernieuwd. Omstreeks 1960 zijn de stalramen vervangen. Het zomerhuis is in 1937 verbouwd tot een apart woonhuis waarbij een gedeelte van de schuur bij het woonhuis is getrokken.


Hofstede Rhijnauwen aan de Rhijnauwenselaan 18-20 in 1988. Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij. Hofstede Rhijnauwen aan de Rhijnauwenselaan 18-20 in 1988. Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij.



Bij de boerderij staan twee nieuwe kapbergen uit 1973-1974, een houten schuur die in 1984 na de stormschade is vernieuwd en een schuurberg. De boerderij beschikt nog over de oorspronkelijke indeling en heeft twee kelders. De ene rechtsvoor in het woonhuis, de andere linksachter tussen het woonhuis en achterhuis. Ook de oorspronkelijke Oud-Hollandse sporenkapconstructie is nog
aanwezig.


Gezicht op de boerderij Hofstede Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan 18-20) te Bunnik in het besneeuwde landschap van de Kromme Rijn in 1980-1990. Naar een tekening van Wim Hagemans. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 33021.op de boerderij Hofstede Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan 18-20) te Bunnik in het besneeuwde landschap van de Kromme Rijn in 1980-1990. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 33021. Gezicht op de boerderij Hofstede Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan 18-20) te Bunnik in het besneeuwde landschap van de Kromme Rijn in 1980-1990. Naar een tekening van Wim Hagemans. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 33021.



In de gevelankers aan de achterzijde zijn de cijfers 6 en 9 te herkennen. Mogelijk vormen zij onderdeel van een datering van de boerderij. Het geheel is fraai gelegen aan de Kromme Rijn met voor de boerderij drie en voor het zomerhuis een leilinde.

'Hofstede Rhijnauwen' was oorspronkelijk pachtboerderij van kasteel Rhijnauwen. Nu is de boerderij eigendom van de gemeente Utrecht en heeft het nog een agrarisch functie.


Hofstede Rhijnauwen (Rhijnauwenseweg 18-20) in 2012. Bron: Wikipedia flip154 - Eigen werk. Hofstede Rhijnauwen (Rhijnauwenseweg 18-20) in 2012. Bron: Wikipedia flip154 - Eigen werk.



Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij.

De hofstede Rhijnauwen heeft altijd al bij het landgoed behoord en ging ook bij de aankoop van het landgoed in april 1920 door de gemeente Utrecht over in het bezit van die gemeente.


Gezicht op (vermoedelijk) de boerderij Gezicht op (vermoedelijk) de boerderij "Hofstede Rhijnauwen" (Rhijnauwenselaan 18-20) te Bunnik, met rechts de Kromme Rijn in de periode 1920-1930. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 41114.


Gezicht op de boerderij Hofstede Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan 18-20) te Bunnik, met op de voorgrond de Kromme Rijn op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117174. Gezicht op de boerderij Hofstede Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan 18-20) te Bunnik, met op de voorgrond de Kromme Rijn op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117174.


Gezicht op de boerderij Hofstede Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan 18-20) te Bunnik, met op de voorgrond de Kromme Rijn op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117176. Gezicht op de boerderij Hofstede Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan 18-20) te Bunnik, met op de voorgrond de Kromme Rijn op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117176.


Gezicht op boerderij Hofstede Rhijnauwen met bijgebouwen (Rhijnauwenselaan 18-20) te Bunnik; links de Kromme Rijn op donderdag 15 mei 2003. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 844769. Gezicht op boerderij Hofstede Rhijnauwen met bijgebouwen (Rhijnauwenselaan 18-20) te Bunnik; links de Kromme Rijn op donderdag 15 mei 2003. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 844769.


Gezicht op de achterzijde van de boerderij Hofstede Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan 18-20) te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117175. Gezicht op de achterzijde van de boerderij Hofstede Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan 18-20) te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117175.


Gezicht op de Hofstede Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan 18-20) te Bunnik op vrijdag 13 juni 2008. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer:901114. Gezicht op de Hofstede Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan 18-20) te Bunnik op vrijdag 13 juni 2008. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer:901114.



Rhijnauwenselaan A116
Boerderij Numeri, landerijen de Bollenkamp

Kaart van Rhijnauwen en Bunnik en Vechten rond 1885 met middenonder een rood klein stipje wat tot 1883 de hofstede Numeri moet zijn geweest. Zo ze zien had het zijn eigen uitweg op de Rhijnauwenselaan. Bron: Topotijdreis.nl. Kaart van Rhijnauwen en Bunnik en Vechten rond 1885 met middenonder een rood klein stipje wat tot 1883 de hofstede Numeri moet zijn geweest. Zo ze zien had het zijn eigen uitweg op de Rhijnauwenselaan. Bron: Topotijdreis.nl.



Uit een akte van zondag 26 september 1649 is er al bekend dat er een hofstede is ten zuiden van het goed van Rhijnauwen. Uit de akte (verklaring) van de Heer van Rhijnauwen, een zekere Huybert van Rijnouwen die hij laat opmaken tezamen met Justus van Rijsenburch.

Hij die de eigenaar is van het land ten zuiden van het goed Rhijnauwen. Regelen ze tezamen ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik Ruysch dat Huybert een uitweg over de Kromme Rijn en over het land van Justus van Rijsenburch mag hebben.


In januari/februari 1981 nam de gemeente Bunnik het beheer en onderhoud van de Rijnsoever (weg) en Rhijnauwenselaan over van de gemeente Utrecht (eigenaar) waarvoor Utrecht voor de Rhijnauwenselaan f. 123.492-, betaalde aan de gemeente Bunnik. De Rijnsoever (weg) kon in beheer en onderhoud worden overgenomen voor f. 43.577-, gulden. Op de kaart is de Rhijnauwenselaan. Bron: Het Utrechts Archief, 1338, 12519. In januari/februari 1981 nam de gemeente Bunnik het beheer en onderhoud van de Rijnsoever (weg) en Rhijnauwenselaan over van de gemeente Utrecht (eigenaar) waarvoor Utrecht voor de Rhijnauwenselaan f. 123.492-, betaalde aan de gemeente Bunnik. De Rijnsoever (weg) kon in beheer en onderhoud worden overgenomen voor f. 43.577-, gulden. Op de kaart is de Rhijnauwenselaan. Bron: Het Utrechts Archief, 1338, 12519.



Oftewel het vermoedelijke begin en ontstaan van de Rhijnauwenselaan. Het is ook niet uitgesloten dat er eerder een uitweg (laan) zou kunnen zijn geweest.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4, 246, aktenummer: 390 26-09-1649.


Gezicht op de Rhijnauwenselaan rond 1920 te Bunnik met op de achtergrond de Huize Rhijnauwen. Links is te zien hoe in eerdere tijden de Rhijnauwenselaan smaller was dan wij tot op heden kennen als een bredere laan voor het gemotoriseerd verkeer. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 41112. Gezicht op de Rhijnauwenselaan rond 1920 te Bunnik met op de achtergrond de Huize Rhijnauwen. Links is te zien hoe in eerdere tijden de Rhijnauwenselaan smaller was dan wij tot op heden kennen als een bredere laan voor het gemotoriseerd verkeer. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 41112.



Op donderdag 11 december van het jaar 1710 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris N. Vonck het transport plaats van het huis en de heerlijkheid van RHIJNAUWEN. Verkoper en bezitter van het huis was Catharina van Golsteyn, koper was David ten Hove, van beroep momboir van de provincie Gelderland.

Vast- en onroerend goed wat hierbij getransporteerd werd was 'huys, ridderhoffstede, heerlykheyt en goederen van Rynouwen', '10 mergen, 5 hont en 44 roemden lants, gelegen in het gerecht van 'Rynouwen', '12 mergen lants', in het gerecht van Bunnick, genaamde objecten 'den Dwaalacker, Bollencamp en de Broodakker'. Bijzonderheden: met het rechts va vissery in den Kromme Ryn leenroerig aan de provincie Utrecht met bylage.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 698, aktenummer: 96.


Op maandag 4 januari 1773 handelde Jacob Smit, advocaat, als gemachtigde van David ten Hove, heer van Sleeburg en den Bos een transporteert aan jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten een huis Numeri of de Bollekamp en verder getimmer met boomgaard en weiland groot 4 morgen zijnde een gedeelte van de Bollenkamp en 6 morgen met hout geplant zijnde het verdere gedeelte van de Bollekamp (1). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064, 55. Op maandag 4 januari 1773 handelde Jacob Smit, advocaat, als gemachtigde van David ten Hove, heer van Sleeburg en den Bos een transporteert aan jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten een huis Numeri of de Bollekamp en verder getimmer met boomgaard en weiland groot 4 morgen zijnde een gedeelte van de Bollenkamp en 6 morgen met hout geplant zijnde het verdere gedeelte van de Bollekamp (1). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064, 55.



Op zaterdag 27 maart 1717 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris J. Tilburgh de huur- en verhuur plaats van diverse landerijen in Bunnik en Rhijnauwen. Verhuurder is David ten Hove, heer van Rhijnauwen. Huurder was landbouwer Willem Egbertse Cool. Hij huurde perceel van 2 morgen, genaamd de Dwaalakker, een perceel van groot 10 morgen en nogmaals een perceel van 10 morgen groot, genaamd de Bollenkamp. Huisje Numeri of Bollenkamp nog niet vermeld.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 1160, aktenummer: 29.

Op zaterdag 20 maart 1720 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris J. Tilburgh de huur- en verhuur plaats van diverse landerijen in Bunnik en Rhijnauwen. Verhuurder is Melchior ten Hove, heer van Rhijnauwen. Huurder was landbouwer Jacob Pieterse van Braekel. Hij huurde perceel van 2 morgen, genaamd de Dwaalakker, een perceel van groot 10 morgen, genaamd de Bollenkamp.
In deze akte wordt voor het eerste een huisje op de Bollenkamp voor het eerste vermeld. Aan de zuidkant van de rivier de Kromme Rijn.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 1160, aktenummer: 48.


Op maandag 4 januari 1773 handelde Jacob Smit, advocaat, als gemachtigde van David ten Hove, heer van Sleeburg en den Bos een transporteert aan jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten een huis Numeri of de Bollekamp en verder getimmer met boomgaard en weiland groot 4 morgen zijnde een gedeelte van de Bollenkamp en 6 morgen met hout geplant zijnde het verdere gedeelte van de Bollekamp (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064, 55. Op maandag 4 januari 1773 handelde Jacob Smit, advocaat, als gemachtigde van David ten Hove, heer van Sleeburg en den Bos een transporteert aan jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten een huis Numeri of de Bollekamp en verder getimmer met boomgaard en weiland groot 4 morgen zijnde een gedeelte van de Bollenkamp en 6 morgen met hout geplant zijnde het verdere gedeelte van de Bollekamp (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064, 55.



Op maandag 3 april 1797 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Cornelis van Hees een testamentaitre beschikking plaats van jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten met hierin de beschikking dat de meeste van zijn goederen na overlijden aan zijn oudste zoon toe toekomen. Namelijk zijn oudste zoon uit zijn eerste huwelijk jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten.

Hierbij werd bepaald dat hofstede Numeri of de Bollekamp zou toebekomen aan zoon Diderik Strick.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2014, aktenummer: 22.

Op zaterdag 30 april 1803 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Cornelis van Hees een hernieuwde testamentaire beschikking plaats door jhr. Jan Balhasar Strick van Linschoten plaats waarin het als donotatie boerderij Numeri of de Bollekamp en boerderij 't Goed ten Rijn aan zijn oudste zoon Diderik Strick schonk.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2016, aktenummer: 18.


Op donderdag 28 februari 1811 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jan Hendrik van Grootveld een nieuwe testamentaire vernieuwing van jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten waarin werd bepaald dat bijna alle goederen van het Rhijnauwen toe zouden komen aan zijn jongste zoon jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. Waaronder ook de boerderij Numeri of de Bollekamp. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3007, aktenummer: 31. Op donderdag 28 februari 1811 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jan Hendrik van Grootveld een nieuwe testamentaire vernieuwing van jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten waarin werd bepaald dat bijna alle goederen van het Rhijnauwen toe zouden komen aan zijn jongste zoon jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. Waaronder ook de boerderij Numeri of de Bollekamp. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3007, aktenummer: 31.


       

In januari/februari 1981 nam de gemeente Bunnik het beheer en onderhoud van de Rijnsoever (weg) en Rhijnauwenselaan over van de gemeente Utrecht (eigenaar) waarvoor Utrecht voor de Rhijnauwenselaan f. 123.492-, betaalde aan de gemeente Bunnik. De Rijnsoever (weg) kon in beheer en onderhoud worden overgenomen voor f. 66.411,50,- gulden. Op de kaart is de Rijnsoever. Bron: Het Utrechts Archief, 1338, 12519. In januari/februari 1981 nam de gemeente Bunnik het beheer en onderhoud van de Rijnsoever (weg) en Rhijnauwenselaan over van de gemeente Utrecht (eigenaar) waarvoor Utrecht voor de Rhijnauwenselaan f. 123.492-, betaalde aan de gemeente Bunnik. De Rijnsoever (weg) kon in beheer en onderhoud worden overgenomen voor f. 66.411,50,- gulden. Op de kaart is de Rijnsoever. Bron: Het Utrechts Archief, 1338, 12519.


     


De naam Numeri is afkomstig uit het Italiaans en betekend in het Nederlands 'Getal'.

In 1820 na het overlijden van Jan Balthazar komt de hofstede toe aan zijn jongste zoon jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten (1790-1850).

Hij vererft ook het hele landgoed van zijn vader. Zoon van Jan Carel Wendel, jhr. Hendrik Strick van Linschoten erft de hofstede een het landgoed van zijn vader in 1850.

Waarna Hendrik Strick vermoedelijk in de zomer van 1883 de dan al vermoedelijk vervallen hofstede Numeri af laat breken.


Geografische ligging van de hofstede en landerijen van Numeri. Bron: Van Ooststroom.com. Geografische ligging van de hofstede en landerijen van Numeri. Bron: Van Ooststroom.com.


Het bieden (beschrijving van boerderij 't Goed ten Rhijn in 1800) op de veiling van dinsdag 19 augustus 1800 door jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen op boerderij met bijgebouwen ''t Goed ten Rhijn'. Jan Balthasar Strick betaalde f. 17.700-, gulden voor boerderij 't Goed ten Rhijn (1). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064, 55. Het bieden (beschrijving van boerderij 't Goed ten Rhijn in 1800) op de veiling van dinsdag 19 augustus 1800 door jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen op boerderij met bijgebouwen ''t Goed ten Rhijn'. Jan Balthasar Strick betaalde f. 17.700-, gulden voor boerderij 't Goed ten Rhijn (1). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064, 55.


Het bieden (beschrijving van boerderij 't Goed ten Rhijn in 1800) op de veiling van dinsdag 19 augustus 1800 door jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen op boerderij met bijgebouwen ''t Goed ten Rhijn'. Jan Balthasar Strick betaalde f. 17.700-, gulden voor boerderij 't Goed ten Rhijn (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064, 55. Het bieden (beschrijving van boerderij 't Goed ten Rhijn in 1800) op de veiling van dinsdag 19 augustus 1800 door jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen op boerderij met bijgebouwen ''t Goed ten Rhijn'. Jan Balthasar Strick betaalde f. 17.700-, gulden voor boerderij 't Goed ten Rhijn (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064, 55.


        

Het bieden op de veiling van dinsdag 19 augustus 1800 door jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen op boerderij met bijgebouwen ''t Goed ten Rhijn' met het huisje Numeri. Jan Balthasar Strick betaalde f. 17.700-, gulden boerderij 't Goed ten Rhijn. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064, 55. Het bieden op de veiling van dinsdag 19 augustus 1800 door jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen op boerderij met bijgebouwen ''t Goed ten Rhijn' met het huisje Numeri. Jan Balthasar Strick betaalde f. 17.700-, gulden boerderij 't Goed ten Rhijn. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064, 55.


        

Handtekening van jhr. Diederik Willem Jacob Strick van Linschoten (1776-1854), heer van Nieuw-Helvoet en de Quack, Lid van de Provinciale Staten van Utrecht. Diederik was eerst voorbestemd om het landgoed Rhijnauwen van vader jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten van Rhijnauwen (1734-1820) te erfen. Maar zijn jongere halfbroer jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen behaalde de eer po het landgoed van vader in 1820 na Jan Balthasar Strick zijn overlijden te vererven. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, U320b008 1810 jan.-1810 juli. Handtekening van jhr. Diederik Willem Jacob Strick van Linschoten (1776-1854), heer van Nieuw-Helvoet en de Quack, Lid van de Provinciale Staten van Utrecht. Diederik was eerst voorbestemd om het landgoed Rhijnauwen van vader jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten van Rhijnauwen (1734-1820) te erfen. Maar zijn jongere halfbroer jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen behaalde de eer po het landgoed van vader in 1820 na Jan Balthasar Strick zijn overlijden te vererven. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, U320b008 1810 jan.-1810 juli.



De afbraak van Numeri volgt na het overlijden van de laatste bewoner Willem Lodder die op zondag 15 juli 1883 het leven liet. Hij wonende er eertijds vele jaren met echtgenote en vele kinderen Lodder. In de bevolkingsregistratie van de gemeente Bunnik (1850-1890 staat geschreven dat Willem Lodder onbezoldigd in Numeri mocht wonen.

Dus van Hendrik Strick van Linschoten geen huur hoefde te betalen. Waarschijnlijk met het oog op de slechte toestand van de bouwvallige hofstede en het plan van Hendrik om na het overlijden van Willem, hofstede Numeri te laten afbreken.

Een afbeelding van de hofstede is tot op heden onbekend gebleven.



Boerderij "De Uithof", aan de Toulouselaan 45 te Utrecht

Gezicht op de voormalige boerderij De Uithof (Toulouselaan 45) te Utrecht in 2014, hier in gebruik als gebouw voor Kinderopvang Partou. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 825344. Gezicht op de voormalige boerderij De Uithof (Toulouselaan 45) te Utrecht in 2014, hier in gebruik als gebouw voor Kinderopvang Partou. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 825344.



De boerderij is in de vroege 17e eeuw gebouwd. Ze wordt getypeerd als een T-boerderij. Inwendig zijn de ruimtes gelijkvloers ingedeeld op een onderkelderde opkamer na. Overige binnenruimtes bestaan (onder meer) uit een grote kamer en een zijkamer in het woongedeelte, en een bedrijfsgedeelte.

Tot het monumentale interieur behoren zaken als een schouwbetegeling en moer- en kinderbalken met sleutelstukken. De gevels zijn uitgevoerd in baksteen met wolfeinden en muurankers. Daarnaast zijn eikenhouten spanten aangebracht onder het rieten dak.


Boerderij De Uithof op een kadaster hulpkaart uit het jaar 1913, gemeente De Bilt, Sectie C. Bewoond toen door Anthony Helmert Jan van Scherpenzeel en zijn gezin. Familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen als de eigenaar.. Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987. Boerderij De Uithof op een kadaster hulpkaart uit het jaar 1913, gemeente De Bilt, Sectie C. Bewoond toen door Anthony Helmert Jan van Scherpenzeel en zijn gezin. Familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen als de eigenaar.. Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987.


Fragment van beschrijving van verhuur van boerderij De Uithof (Toulouselaan 45) door jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen aan landbouwer Jan Cornelisse van der Wel en echtgenote Johanna Middelweert. 'huyzinge, hoff en hofstede c.a. met 47 mergen land; in het gerecht van De Bilt, genaamd 'den Uythoff' (De Uithof). Verhuur gebeurde ten overstaan van de Utrechtse notaris C. van Hees op vrijdag 5 februari 1773. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2004, 05-02-1773, aktenummer: 104. Fragment van beschrijving van verhuur van boerderij De Uithof (Toulouselaan 45) door jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen aan landbouwer Jan Cornelisse van der Wel en echtgenote Johanna Middelweert. 'huyzinge, hoff en hofstede c.a. met 47 mergen land; in het gerecht van De Bilt, genaamd 'den Uythoff' (De Uithof). Verhuur gebeurde ten overstaan van de Utrechtse notaris C. van Hees op vrijdag 5 februari 1773. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2004, 05-02-1773, aktenummer: 104.



De boerderij dankt haar naam aan de kloosterboerderijen (uithoven) die in het toenmalige gebied Oostbroek werden gesticht. Vanaf omstreeks 1960 is het agrarische karakter voor een aanzienlijk deel verdwenen uit het gebied door vooral de grootschalige verplaatsing van de Utrechtse universiteit vanuit de binnenstad naar deze locatie.

De in die ontwikkeling ontstane subwijk De Uithof zou haar naam gaan ontlenen aan boerderij De Uithof. De boerderij kreeg ook daarin een nieuwe rol en werd begin jaren 1960 ingericht als proefboerderij voor de universiteit. In die hoedanigheid werd er onder meer een nertsenfokkerij opgezet in samenwerking met de Nederlandse pelsindustrie.

Na lange leegstand is de boerderij eind 20e eeuw herbestemd als kinderdagverblijf. In 2004 brak er een grote brand uit en in de jaren erna heeft er nieuwbouw/herbouw plaatsgevonden.
Bron: Wikipedia.


Handtekening uit de akte van verhuur van boerderij De Uithof (Toulouselaan 45) door jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen aan landbouwer Jan Cornelisse van der Wel en echtgenote Johanna Middelweert. 'huyzinge, hoff en hofstede c.a. met 47 mergen land; in het gerecht van De Bilt, genaamd 'den Uythoff' (De Uithof). Verhuur gebeurde ten overstaan van de Utrechtse notaris C. van Hees op vrijdag 5 februari 1773. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2004, 05-02-1773, aktenummer: 104. Handtekening uit de akte van verhuur van boerderij De Uithof (Toulouselaan 45) door jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen aan landbouwer Jan Cornelisse van der Wel en echtgenote Johanna Middelweert. 'huyzinge, hoff en hofstede c.a. met 47 mergen land; in het gerecht van De Bilt, genaamd 'den Uythoff' (De Uithof). Verhuur gebeurde ten overstaan van de Utrechtse notaris C. van Hees op vrijdag 5 februari 1773. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2004, 05-02-1773, aktenummer: 104.



Boerderij De Uithof was tot het jaar 1696 een pachtboerderij van het Klooster op landgoed Oostbroek in De Bilt. In dat jaar verkocht de landeigenaar van Oostbroek de boerderij aan een particulier grondeigenaar.

In het jaar 1722 komt De Uithof in handen van de Heer van Rhijnauwen.

Melchior ten Hove is dan op dat moment de eigenaar van het landgoed.


Foto van boerderij De Uithof uit het midden van de twintigste eeuw. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden. Foto van boerderij De Uithof uit het midden van de twintigste eeuw. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden.


    

Anthony van Scherpenzeel bewoner van boerderij De Uithof. Geboren 25 oktober 1804 te Odijk en overleden 7 maart 1896 te De Bilt hij werd 91 jaar oud. Foto: Familiearchief Van Scherpenzeel/Van Alphen, Nieuwegein. Anthony van Scherpenzeel bewoner van boerderij De Uithof. Geboren 25 oktober 1804 te Odijk en overleden 7 maart 1896 te De Bilt hij werd 91 jaar oud. Foto: Familiearchief Van Scherpenzeel/Van Alphen, Nieuwegein.


       

Bevolkingsregister van de gemeente De Bilt uit de periode van 1850 of eerder met als hoofdbewoner Anthony van Scherpenzeel (1808-1896) landbouwer en concierge van et landgoed Rhijnauwen. Huisnr. 7 in de wijk Oostbroek. Bron: Regionaal Historisch Centrum Vecht en Venen, Breukelen. Bevolkingsregister van de gemeente De Bilt uit de periode van 1850 of eerder met als hoofdbewoner Anthony van Scherpenzeel (1808-1896) landbouwer en concierge van et landgoed Rhijnauwen. Huisnr. 7 in de wijk Oostbroek. Bron: Regionaal Historisch Centrum Vecht en Venen, Breukelen.


        

Op woensdag 18 maart van het jaar 1856 ten overstaan de van notaris Cornelis Carel Hermsen regelde Anthony van Scherpenzeel, landbouwer op boerderij De Uithof in De Bilt zijn uiterste wilsbeschikking voor het geval hij zou komen te overlijden. Wat in de praktijk ruim 40 jaar later gebeurde in 1896. Hij zou zijn vermogen legateren aan zijn jongere broers Rijk van Scherpenzeel, Evert van Scherpenzeel. (de oudvader van Sander van Scherpenzeel), Hendrik van Scherpenzeel en zijn zuster Jannigje van Scherpenzeel. Begin beschrijving van akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063. 396. Op woensdag 18 maart van het jaar 1856 ten overstaan de van notaris Cornelis Carel Hermsen regelde Anthony van Scherpenzeel, landbouwer op boerderij De Uithof in De Bilt zijn uiterste wilsbeschikking voor het geval hij zou komen te overlijden. Wat in de praktijk ruim 40 jaar later gebeurde in 1896. Hij zou zijn vermogen legateren aan zijn jongere broers Rijk van Scherpenzeel, Evert van Scherpenzeel. (de oudvader van Sander van Scherpenzeel), Hendrik van Scherpenzeel en zijn zuster Jannigje van Scherpenzeel. Begin beschrijving van akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063. 396.


De familie Van Scherpenzeel voor boerderij De Uithof het kleine meisje op schoot is Rie van Scherpenzeel, de foto uit ca. 1911. Dame rechtsachter Henintje van Scherpenzeel, naast haar Mijnt van Scherpenzeel. De Jonge op de voorgrond is Toon van Scherpenzeel. Rechts het echtpaar Van Scherpenzeel. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden. De familie Van Scherpenzeel voor boerderij De Uithof het kleine meisje op schoot is Rie van Scherpenzeel, de foto uit ca. 1911. Dame rechtsachter Henintje van Scherpenzeel, naast haar Mijnt van Scherpenzeel. De Jonge op de voorgrond is Toon van Scherpenzeel. Rechts het echtpaar Van Scherpenzeel. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden.


Op woensdag 18 maart van het jaar 1856 ten overstaan de van notaris Cornelis Carel Hermsen regelde Anthony van Scherpenzeel, landbouwer op boerderij De Uithof in De Bilt zijn uiterste wilsbeschikking voor het geval hij zou komen te overlijden. Wat in de praktijk ruim 40 jaar later gebeurde in 1896. Hij zou zijn vermogen legateren aan zijn jongere broers Rijk van Scherpenzeel, Evert van Scherpenzeel. (de oudvader van Sander van Scherpenzeel), Hendrik van Scherpenzeel en zijn zuster Jannigje van Scherpenzeel. Eind beschrijving van akte met handtekening van Anthony van Scherpenzeel. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063. 396. Op woensdag 18 maart van het jaar 1856 ten overstaan de van notaris Cornelis Carel Hermsen regelde Anthony van Scherpenzeel, landbouwer op boerderij De Uithof in De Bilt zijn uiterste wilsbeschikking voor het geval hij zou komen te overlijden. Wat in de praktijk ruim 40 jaar later gebeurde in 1896. Hij zou zijn vermogen legateren aan zijn jongere broers Rijk van Scherpenzeel, Evert van Scherpenzeel. (de oudvader van Sander van Scherpenzeel), Hendrik van Scherpenzeel en zijn zuster Jannigje van Scherpenzeel. Eind beschrijving van akte met handtekening van Anthony van Scherpenzeel. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063. 396.


Portret van Antony Jan Helmert van Scherpenzeel en Rie van Scherpenzeel met het vee bij boerderij De Uithof in 1940-1945. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden. Portret van Antony Jan Helmert van Scherpenzeel en Rie van Scherpenzeel met het vee bij boerderij De Uithof in 1940-1945. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden.


Op woensdag 18 maart van het jaar 1856 ten overstaan de van notaris Cornelis Carel Hermsen te Wijk bij Duurstede regelde Maria van 't Voort, weduwe van Gijsbert van 't Hoenderdaal en huisvrouwe van Anthony van Scherpenzeel, landbouwer op boerderij De Uithof in De Bilt haar uiterste wilsbeschikking voor het geval zij zou komen te overlijden. Maria zou in 1861 al overlijden. Waarna Anthony van Scherpenzeel voor de 2e keer in het huwelijk trad in 1861 met Hendrikje van den Berg. Begin beschrijving van akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063. 396. Op woensdag 18 maart van het jaar 1856 ten overstaan de van notaris Cornelis Carel Hermsen te Wijk bij Duurstede regelde Maria van 't Voort, weduwe van Gijsbert van 't Hoenderdaal en huisvrouwe van Anthony van Scherpenzeel, landbouwer op boerderij De Uithof in De Bilt haar uiterste wilsbeschikking voor het geval zij zou komen te overlijden. Maria zou in 1861 al overlijden. Waarna Anthony van Scherpenzeel voor de 2e keer in het huwelijk trad in 1861 met Hendrikje van den Berg. Begin beschrijving van akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063. 396.


Portret tijdens het huwelijk van Jan van Reenen en zijn echtgenote Mijnt op 27 april 1927 op het erf voor boerderij De Uithof. Midden staan op de voorste rij bruidegom en bruid (met hoed), rechts van de bruid moeder Van Scherpenzeel (met kap) schuin daarachter vader Van Scherpenzeel en voor hem Toon van Scherpenzeel. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden. Portret tijdens het huwelijk van Jan van Reenen en zijn echtgenote Mijnt op 27 april 1927 op het erf voor boerderij De Uithof. Midden staan op de voorste rij bruidegom en bruid (met hoed), rechts van de bruid moeder Van Scherpenzeel (met kap) schuin daarachter vader Van Scherpenzeel en voor hem Toon van Scherpenzeel. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden.


Op woensdag 18 maart van het jaar 1856 ten overstaan de van notaris Cornelis Carel Hermsen te Wijk bij Duurstede regelde Maria van 't Voort, weduwe van Gijsbert van 't Hoenderdaal en huisvrouwe van Anthony van Scherpenzeel, landbouwer op boerderij De Uithof in De Bilt haar uiterste wilsbeschikking voor het geval zij zou komen te overlijden. Maria zou in 1861 al overlijden. Waarna Anthony van Scherpenzeel voor de 2e keer in het huwelijk trad in 1861 met Hendrikje van den Berg. Einde van akte met handtekening van Maria van 't Voort. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063. 396. Op woensdag 18 maart van het jaar 1856 ten overstaan de van notaris Cornelis Carel Hermsen te Wijk bij Duurstede regelde Maria van 't Voort, weduwe van Gijsbert van 't Hoenderdaal en huisvrouwe van Anthony van Scherpenzeel, landbouwer op boerderij De Uithof in De Bilt haar uiterste wilsbeschikking voor het geval zij zou komen te overlijden. Maria zou in 1861 al overlijden. Waarna Anthony van Scherpenzeel voor de 2e keer in het huwelijk trad in 1861 met Hendrikje van den Berg. Einde van akte met handtekening van Maria van 't Voort. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063. 396.


       

Groepsfoto (fragment) van notabelen en boeren vermoedelijk in de omgeving boerderij De Uithof in 1910 met rechts Hendrika van Scherpenzeel, zittend met het mutsje en links haar echtgenoot Hendrik Stam (1861-1930). Hendrika Scherpenzeel (1865-1941) was de dochter van Anthony van Scherpenzeel (1804-1896). Foto met dank aan Reiny Hoogendoorn-Breedijk/Van Scherpenzeel- De Uithof tak. Groepsfoto (fragment) van notabelen en boeren vermoedelijk in de omgeving boerderij De Uithof in 1910 met rechts Hendrika van Scherpenzeel, zittend met het mutsje en links haar echtgenoot Hendrik Stam (1861-1930). Hendrika Scherpenzeel (1865-1941) was de dochter van Anthony van Scherpenzeel (1804-1896). Foto met dank aan Reiny Hoogendoorn-Breedijk/Van Scherpenzeel- De Uithof tak.


         

Boerderij De Uithof Toulouselaan 45 omstreeks 2005. Foto: Foto: Familiearchief Van Scherpenzeel/Van Alphen, Nieuwegein. Boerderij De Uithof Toulouselaan 45 omstreeks 2005. Foto: Foto: Familiearchief Van Scherpenzeel/Van Alphen, Nieuwegein.



Op 2 oktober 1772 toen Jhr. Jan Balthazar Strick van Linschoten Landgoed Rhijnauwen aankocht was de boerderij nog niet in zijn bezit. Pas op 4 januari 1773 kwam De Uithof in zijn bezit na aankoop van de laatste vast-, en onroerende goederen die bij het landgoed gevoegd konden worden.

David ten Hove de edelman uit Amsterdam zoals je hierboven las verkocht op die datum van 1773 zijn laatste goederen behorend bij Rhijnauwen aan Jhr. Jan Balthazar. David was de zoon van Melchior.


Boerderij De Uithof Toulouselaan 45 omstreeks 2005. Foto: Foto: Familiearchief Van Scherpenzeel/Van Alphen, Nieuwegein. Boerderij De Uithof Toulouselaan 45 omstreeks 2005. Foto: Foto: Familiearchief Van Scherpenzeel/Van Alphen, Nieuwegein.



Vanaf het midden van de negentiende-eeuw kwam er een nieuwe pachter op de boerderij. Dat was Antony van Scherpenzeel. In de loop van die eeuw werd de huidige Zandlaan naar hem genoemd onder de bevolking, 'het Laantje van Toon van Scherpenzeel'.

Antony kwam uit een groot gezin. De familie Van Scherpenzeel kwam al eeuwen lang voor in de omgeving van De Bilt, Bunnik, Odijk en Langbroek enz..

Anthony's vader Helmert van Scherpenzeel (1766-1822) huwde in 1801 met Hilligje Zwetselaar of Zwitselaar of Swetselaar of Suitselaar (1772-1859).

Uit dit huwelijk kwamen 5 zonen en 1 dochter voort.

Waaronder zonen Evert van Scherpenzeel (1808-1871) en zijn vier jaar oudere broer van Antony van Scherpenzeel (1804-1896).


Groepsfoto van notabelen en boeren vermoedelijk in de omgeving boerderij De Uithof in 1910 met de derde rechts (zittend op de voorste rij) Hendrika van Scherpenzeel, zittend met het mutsje en (3e zittend van links, voorste rij) haar echtgenoot Hendrik Stam (1861-1930). Hendrika Scherpenzeel (1865-1941) was de dochter van Anthony van Scherpenzeel (1804-1896). Foto met dank aan Reiny Hoogendoorn-Breedijk/Van Scherpenzeel- De Uithof tak. Groepsfoto van notabelen en boeren vermoedelijk in de omgeving boerderij De Uithof in 1910 met de derde rechts (zittend op de voorste rij) Hendrika van Scherpenzeel, zittend met het mutsje en (3e zittend van links, voorste rij) haar echtgenoot Hendrik Stam (1861-1930). Hendrika Scherpenzeel (1865-1941) was de dochter van Anthony van Scherpenzeel (1804-1896). Foto met dank aan Reiny Hoogendoorn-Breedijk/Van Scherpenzeel- De Uithof tak.


Familie Van Scherpenzeel staande voor de afgebrande boerderij De Uithof in 1911. Met dank aan Dick van Vliet uit Woerden. Familie Van Scherpenzeel staande voor de afgebrande boerderij De Uithof in 1911. Met dank aan Dick van Vliet uit Woerden.


     

Gezicht op de gracht van het Fort bij Rijnauwen te Bunnik met rechts de Zandlaan in 1920. In de volksmond 'Laantje van Toon van Scherpenzeel' geheten. Hij was bewoner van boerderij De Uithof. In jaren zestig van de twintigste eeuw werd de Zandlaan de 'Lovers Lane' genoemd naar De Biltse jeugd die hier rondhingen. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 805348. Gezicht op de gracht van het Fort bij Rijnauwen te Bunnik met rechts de Zandlaan in 1920. In de volksmond 'Laantje van Toon van Scherpenzeel' geheten. Hij was bewoner van boerderij De Uithof. In jaren zestig van de twintigste eeuw werd de Zandlaan de 'Lovers Lane' genoemd naar De Biltse jeugd die hier rondhingen. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 805348.


     

Op zaterdag 17 januari van het jaar 1864 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris de verkoop plaats van een gedeelte van de Vossegatsedijk/Weg naar Rhijnauwen waarbij jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen de weg voor ƒ. 150-, gulden verkocht aan de Staat der Nederlanden. Voor de ontwikkeling en betere bereikbaarheid van de Nieuwe Hollande Waterlinie. Kaart van wijzing van de perceelnummer van de Weg naar Rhijnauwen/Vossegatsedijk. Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL). Op zaterdag 17 januari van het jaar 1864 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris de verkoop plaats van een gedeelte van de Vossegatsedijk/Weg naar Rhijnauwen waarbij jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen de weg voor ƒ. 150-, gulden verkocht aan de Staat der Nederlanden. Voor de ontwikkeling en betere bereikbaarheid van de Nieuwe Hollande Waterlinie. Kaart van wijzing van de perceelnummer van de Weg naar Rhijnauwen/Vossegatsedijk. Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL).


Op zaterdag 17 januari van het jaar 1864 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris de verkoop plaats van een gedeelte van de Vossegatsedijk/Weg naar Rhijnauwen waarbij jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen de weg voor ƒ. 150-, gulden verkocht aan de Staat der Nederlanden. Voor de ontwikkeling en betere bereikbaarheid van de Nieuwe Hollande Waterlinie. Begin beschrijving van akte. Bron: 34-4, 35353, aktenummer: 20928. Op zaterdag 17 januari van het jaar 1864 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris de verkoop plaats van een gedeelte van de Vossegatsedijk/Weg naar Rhijnauwen waarbij jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen de weg voor ƒ. 150-, gulden verkocht aan de Staat der Nederlanden. Voor de ontwikkeling en betere bereikbaarheid van de Nieuwe Hollande Waterlinie. Begin beschrijving van akte. Bron: 34-4, 35353, aktenummer: 20928.


Op zaterdag 17 januari van het jaar 1864 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris de verkoop plaats van een gedeelte van de Vossegatsedijk/Weg naar Rhijnauwen waarbij jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen de weg voor ƒ. 150-, gulden verkocht aan de Staat der Nederlanden. Voor de ontwikkeling en betere bereikbaarheid van de Nieuwe Hollande Waterlinie. Begin beschrijving van akte. Benoeming van de verkoopsom (rechtsonder). Bron: 34-4, 35353, aktenummer: 20928. Op zaterdag 17 januari van het jaar 1864 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris de verkoop plaats van een gedeelte van de Vossegatsedijk/Weg naar Rhijnauwen waarbij jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen de weg voor ƒ. 150-, gulden verkocht aan de Staat der Nederlanden. Voor de ontwikkeling en betere bereikbaarheid van de Nieuwe Hollande Waterlinie. Begin beschrijving van akte. Benoeming van de verkoopsom (rechtsonder). Bron: 34-4, 35353, aktenummer: 20928.


Op zaterdag 17 januari van het jaar 1864 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris de verkoop plaats van een gedeelte van de Vossegatsedijk/Weg naar Rhijnauwen waarbij jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen de weg voor ƒ. 150-, gulden verkocht aan de Staat der Nederlanden. Voor de ontwikkeling en betere bereikbaarheid van de Nieuwe Hollande Waterlinie. Einde van beschrijving van akte met handtekening. Bron: 34-4, 35353, aktenummer: 20928. Op zaterdag 17 januari van het jaar 1864 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris de verkoop plaats van een gedeelte van de Vossegatsedijk/Weg naar Rhijnauwen waarbij jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen de weg voor ƒ. 150-, gulden verkocht aan de Staat der Nederlanden. Voor de ontwikkeling en betere bereikbaarheid van de Nieuwe Hollande Waterlinie. Einde van beschrijving van akte met handtekening. Bron: 34-4, 35353, aktenummer: 20928.


Op dinsdag 5 januari van het jaar 1869 verkocht jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen (plattegrond) ruim 8 hectare van zijn landgoed Rhijnauwen aan de Staat der Nederland via onderhandse akte voor f. 38.200,50-, gulden voor de bouw van het Fort bij Rhijnauwen. Bron: HUA, 1294 6672 (172), 1869 mrt. 20-1869 juni 5. Op dinsdag 5 januari van het jaar 1869 verkocht jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen (plattegrond) ruim 8 hectare van zijn landgoed Rhijnauwen aan de Staat der Nederland via onderhandse akte voor f. 38.200,50-, gulden voor de bouw van het Fort bij Rhijnauwen. Bron: HUA, 1294 6672 (172), 1869 mrt. 20-1869 juni 5.


Op dinsdag 5 januari van het jaar 1869 verkocht jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen ruim 8 hectare van zijn landgoed Rhijnauwen aan de Staat der Nederland via onderhandse akte voor f. 38.200,50-, gulden voor de bouw van het Fort bij Rhijnauwen. Begin beschrijving van hypotheek4 akte. Bron: HUA, 1294 6672 (172), 1869 mrt. 20-1869 juni 5. Op dinsdag 5 januari van het jaar 1869 verkocht jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen ruim 8 hectare van zijn landgoed Rhijnauwen aan de Staat der Nederland via onderhandse akte voor f. 38.200,50-, gulden voor de bouw van het Fort bij Rhijnauwen. Begin beschrijving van hypotheek4 akte. Bron: HUA, 1294 6672 (172), 1869 mrt. 20-1869 juni 5.


Luchtfoto van het Fort bij Rhijnauwen te Bunnik, vanuit het noordoosten, met op de voorgrond de Zandlaan op 15 mei 1998. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 840439. Luchtfoto van het Fort bij Rhijnauwen te Bunnik, vanuit het noordoosten, met op de voorgrond de Zandlaan op 15 mei 1998. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 840439.


Op dinsdag 5 januari van het jaar 1869 verkocht jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen ruim 8 hectare van zijn landgoed Rhijnauwen aan de Staat der Nederland via onderhandse akte voor f. 38.200,50-, gulden voor de bouw van het Fort bij Rhijnauwen. Beschrijving van hypotheek4 akte. Bron: HUA, 1294 6672 (172), 1869 mrt. 20-1869 juni 5. Op dinsdag 5 januari van het jaar 1869 verkocht jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen ruim 8 hectare van zijn landgoed Rhijnauwen aan de Staat der Nederland via onderhandse akte voor f. 38.200,50-, gulden voor de bouw van het Fort bij Rhijnauwen. Beschrijving van hypotheek4 akte. Bron: HUA, 1294 6672 (172), 1869 mrt. 20-1869 juni 5.


Overname van de tankgracht door de gemeente Utrecht van het ministerie van oorlog. Bron: HUA, 1803. Overname van de tankgracht door de gemeente Utrecht van het ministerie van oorlog. Bron: HUA, 1803.


Op dinsdag 5 januari van het jaar 1869 verkocht jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen ruim 8 hectare van zijn landgoed Rhijnauwen aan de Staat der Nederland via onderhandse akte voor f. 38.200,50-, gulden voor de bouw van het Fort bij Rhijnauwen. Beschrijving van koopsom. Bron: HUA, 1294 6672 (172), 1869 mrt. 20-1869 juni 5. Op dinsdag 5 januari van het jaar 1869 verkocht jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen ruim 8 hectare van zijn landgoed Rhijnauwen aan de Staat der Nederland via onderhandse akte voor f. 38.200,50-, gulden voor de bouw van het Fort bij Rhijnauwen. Beschrijving van koopsom. Bron: HUA, 1294 6672 (172), 1869 mrt. 20-1869 juni 5.


Op donderdag 26 februari van het jaar 1874 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van diverse percelen aan de Staat der Nederlanden voor de ontwikkeling en bouw van Fort bij Rhijnauwen.De heer Willem Theodore van Griethuijsen (1824-1886) en zijn echtgenote jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888). De gronden werden verkocht voor ƒ1.985-, gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: HUA, 34-4, 3535, aktenummer: 20981. Op donderdag 26 februari van het jaar 1874 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van diverse percelen aan de Staat der Nederlanden voor de ontwikkeling en bouw van Fort bij Rhijnauwen.De heer Willem Theodore van Griethuijsen (1824-1886) en zijn echtgenote jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888). De gronden werden verkocht voor ƒ1.985-, gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: HUA, 34-4, 3535, aktenummer: 20981.


Op donderdag 26 februari van het jaar 1874 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van diverse percelen aan de Staat der Nederlanden voor de ontwikkeling en bouw van Fort bij Rhijnauwen.De heer Willem Theodore van Griethuijsen (1824-1886) en zijn echtgenote jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888). De gronden werden verkocht voor ƒ1.985-, gulden. Beschrijving van de te verkopen percelen. Bron: HUA, 34-4, 3535, aktenummer: 20981. Op donderdag 26 februari van het jaar 1874 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van diverse percelen aan de Staat der Nederlanden voor de ontwikkeling en bouw van Fort bij Rhijnauwen.De heer Willem Theodore van Griethuijsen (1824-1886) en zijn echtgenote jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888). De gronden werden verkocht voor ƒ1.985-, gulden. Beschrijving van de te verkopen percelen. Bron: HUA, 34-4, 3535, aktenummer: 20981.


Op donderdag 26 februari van het jaar 1874 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van diverse percelen aan de Staat der Nederlanden voor de ontwikkeling en bouw van Fort bij Rhijnauwen.De heer Willem Theodore van Griethuijsen (1824-1886) en zijn echtgenote jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888). De gronden werden verkocht voor ƒ1.985-, gulden. Beschrijving van voorwaarden van het recht van overpad op de percelen die nog wel van de familie Strick zijn en te bereiken moeten zijn. Bron: HUA, 34-4, 3535, aktenummer: 20981. Op donderdag 26 februari van het jaar 1874 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van diverse percelen aan de Staat der Nederlanden voor de ontwikkeling en bouw van Fort bij Rhijnauwen.De heer Willem Theodore van Griethuijsen (1824-1886) en zijn echtgenote jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888). De gronden werden verkocht voor ƒ1.985-, gulden. Beschrijving van voorwaarden van het recht van overpad op de percelen die nog wel van de familie Strick zijn en te bereiken moeten zijn. Bron: HUA, 34-4, 3535, aktenummer: 20981.


Op donderdag 26 februari van het jaar 1874 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van diverse percelen aan de Staat der Nederlanden voor de ontwikkeling en bouw van Fort bij Rhijnauwen.De heer Willem Theodore van Griethuijsen (1824-1886) en zijn echtgenote jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888). De gronden werden verkocht voor ƒ1.985-, gulden. Beschrijving van verkoopsom. Bron: HUA, 34-4, 3535, aktenummer: 20981. Op donderdag 26 februari van het jaar 1874 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van diverse percelen aan de Staat der Nederlanden voor de ontwikkeling en bouw van Fort bij Rhijnauwen.De heer Willem Theodore van Griethuijsen (1824-1886) en zijn echtgenote jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888). De gronden werden verkocht voor ƒ1.985-, gulden. Beschrijving van verkoopsom. Bron: HUA, 34-4, 3535, aktenummer: 20981.


Op donderdag 26 februari van het jaar 1874 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van diverse percelen aan de Staat der Nederlanden voor de ontwikkeling en bouw van Fort bij Rhijnauwen.De heer Willem Theodore van Griethuijsen (1824-1886) en zijn echtgenote jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888). De gronden werden verkocht voor ƒ1.985-, gulden. Einde van beschrijving van akte met handtekeningen. Bron: HUA, 34-4, 3535, aktenummer: 20981. Op donderdag 26 februari van het jaar 1874 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van diverse percelen aan de Staat der Nederlanden voor de ontwikkeling en bouw van Fort bij Rhijnauwen.De heer Willem Theodore van Griethuijsen (1824-1886) en zijn echtgenote jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888). De gronden werden verkocht voor ƒ1.985-, gulden. Einde van beschrijving van akte met handtekeningen. Bron: HUA, 34-4, 3535, aktenummer: 20981.


            

Anthony Jan Helmert van Scherpenzeel zoon van Anthony geboren 17 april 1869 te De Bilt en overleden 3 december 1947 te De Bilt. Hij werd 78 jaar oud. Hier zit Anthony Jan Helmert samen met zijn echtgenote Willemijntje van Dijk vermoedelijk op de toegangsbrug over de sloot voor boerderij De Uithof. Het graf van Anthony Jan Helmert van Scherpenzeel is nog altijd te vinden op de Algemene Begraafplaats van Bunnik, gelegen aan de Provincialeweg 63 te Bunnik. Foto: Familiearchief Van Scherpenzeel/Van Alphen, Nieuwegein. Anthony Jan Helmert van Scherpenzeel zoon van Anthony geboren 17 april 1869 te De Bilt en overleden 3 december 1947 te De Bilt. Hij werd 78 jaar oud. Hier zit Anthony Jan Helmert samen met zijn echtgenote Willemijntje van Dijk vermoedelijk op de toegangsbrug over de sloot voor boerderij De Uithof. Het graf van Anthony Jan Helmert van Scherpenzeel is nog altijd te vinden op de Algemene Begraafplaats van Bunnik, gelegen aan de Provincialeweg 63 te Bunnik. Foto: Familiearchief Van Scherpenzeel/Van Alphen, Nieuwegein.


Graf van Anthony Jan Helmert van Scherpenzeel geboren 17 april 1869 en overleden 4 december 1947 hij werd 78 jaar oud en Willemijntje van Dijk geboren 11 september 1868 en overleden 22 december 1945 zij werd 77 jaar oud. Graf is nog aanwezig op de Algemene Begraafplaats van Bunnik, Provincialeweg 63, Bunnik. Foto: Online-begraafplaatsen.nl Graf van Anthony Jan Helmert van Scherpenzeel geboren 17 april 1869 en overleden 4 december 1947 hij werd 78 jaar oud en Willemijntje van Dijk geboren 11 september 1868 en overleden 22 december 1945 zij werd 77 jaar oud. Graf is nog aanwezig op de Algemene Begraafplaats van Bunnik, Provincialeweg 63, Bunnik. Foto: Online-begraafplaatsen.nl


Portret van Dien van Scherpenzeel, echtgenote van Teun van Scherpenzeel (1903-1967). Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden. Portret van Dien van Scherpenzeel, echtgenote van Teun van Scherpenzeel (1903-1967). Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden.


Portret van vermoedelijk Toon van Scherpenzeel in 1890. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden. Portret van vermoedelijk Toon van Scherpenzeel in 1890. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden.


Portret van Toon van Scherpenzeel en Willemijntje van Dijk tijden hun 25-jarige huwelijksfeest in 1915. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden. Portret van Toon van Scherpenzeel en Willemijntje van Dijk tijden hun 25-jarige huwelijksfeest in 1915. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden.


           

Bewijs van deelneming in de Nationale Militie in de provincie Utrecht certificaat voor Anthony van Scherpenzeel afgegeven op 4 april 1835 toen Anthony van Scherpenzeel in het huwelijk treed met Maria van 't Voort te Bunnik op 24 april 1835. Anthony van Scherpenzeel was korporaal bij de Utrecht (Mobiele) schutterij eind jaren 20, van de negentiende eeuw tot 1835. Bron: Familysearch.com. Bewijs van deelneming in de Nationale Militie in de provincie Utrecht certificaat voor Anthony van Scherpenzeel afgegeven op 4 april 1835 toen Anthony van Scherpenzeel in het huwelijk treed met Maria van 't Voort te Bunnik op 24 april 1835. Anthony van Scherpenzeel was korporaal bij de Utrecht (Mobiele) schutterij eind jaren 20, van de negentiende eeuw tot 1835. Bron: Familysearch.com.



Oprichter van St. Houtense Hodoniemen (SHH), Sander van Scherpenzeel is de zesde generatie na zijn oudvader Evert van Scherpenzeel.

De broer van Sanders zijn voor oudvader (6e generatie) Evert van Scherpenzeel heeft dus een laan naar zich genoemd gekregen, 'Laantje van Toon van Scherpenzeel'.

In de familiehistorie van de Van Scherpenzeels in Bunnik en omgeving gaat het verhaal dat Anthony van Scherpenzeel die in 1804 geboren is. Een remplaçant zou zijn geweest voor jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, geboren was in 1790.

Die vervanging als soldaat zou dan plaats gevonden moeten hebben in de tijd dat het Napoleontische legers van ruim 691.500 man sterk naar Rusland trok om te vechten tegen de Tsaar. Als dank zou Anthony van Scherpenzeel boerderij De Uithof gekregen hebben in pacht van jhr. Jan Balthazar Strick van Linschoten van Rhijnauwen de vader van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten.

Men kon aan het begin van de negentiende-eeuw dus voor een rijker iemand in dit leger/schutterij en militie dienen zodat de baron of de jonkheer er niet in hoede te deelnemen. De lagere burgelijke persoon nam dan wel deel aan het leger als soldaat en kreeg hier ook flink voor betaald voor deze remplacimentie door de oudere adel van die tijd.


Persoonlijke inschrijving van de Utrechtse schutterij over Anthony van Scherpenzeel met persoonlijke uiterlijk kenmerken omschreven. Bron: Het Utrechts Archief. Persoonlijke inschrijving van de Utrechtse schutterij over Anthony van Scherpenzeel met persoonlijke uiterlijk kenmerken omschreven. Bron: Het Utrechts Archief.


          

Beschrijving van de huur- en pacht die per onderhandse akte waren afgesproken tussen jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen en Anthony van Scherpenzeel (1). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1847. Beschrijving van de huur- en pacht die per onderhandse akte waren afgesproken tussen jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen en Anthony van Scherpenzeel (1). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1847.



Na uitgebreid historischonderzoek door de stichting naar dit familieverhaal valt op te maken dat er in het verleden gebluft is of er een verwarring is ontstaan.

Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten (link) heeft ook gediend in het leger van Napoleon in de veldtochten naar Rusland die vanaf juni 1812 begonnen. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten was toen 22 jaar.

Hij is teruggekeerd uit de veldtocht in de stad Utrecht (de Drift) en woonde bij zijn oude vader.

In Het Utrechts Archief is in het notarieel archief van notaris Grootveld een akte van 2 augustus 1813 te vinden. Hierin staat te lezen dat Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten voor zijn 79 jarige vader moet zorgen om zijn administratie bij te houden. Jan Balthazar was al vanaf 1807 blind. Hij en zijn zoon woonde in dat jaar aan de Drift 416 te Utrecht.

Jan Carel Wendel wilde helemaal niet in het Franse leger om ten strijde te trekken naar Rusland in de veldtochten. Dit zal ook een van de rede zijn geweest om een notariële verklaring aan de Franse Staat te schrijven zodat Jan Carel Wendel niet in het Franse leger hoefde. Toch is hij gegaan en keerde al in 1814 uit Rusland terug en huwde op 7 augustus 1822 met mevr. Pauline Gerardine Sibylle Poelman.

De Antony van Scherpenzeel die in 1804 was geboren en als remplacant zou hebben gediend voor Jan Carel Wendel Strick zou nooit als kindsoldaat in dit leger hebben gediend. Dan zou hij nauwelijks 8 jaar zijn geweest.
Er zijn op de wereld zoals we weten nog meer 'hondjes die Vici heten' .


Beschrijving van de huur- en pacht die per onderhandse akte waren afgesproken tussen jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen en Anthony van Scherpenzeel (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1847. Beschrijving van de huur- en pacht die per onderhandse akte waren afgesproken tussen jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen en Anthony van Scherpenzeel (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1847.


      

Portret van Cornelis Anthony Rethaan Macare (1792-1861) in 1861 naar een portret van Heinrich Siebert. Gehuwd met Florentine Jacobine Martine Ontijd (1812-1887). Ontvanger der registratie respectievelijk te Leiden, Brielle en Den Bosch, verificateur der registratie in Zeeland, ontvanger der registratie en successierechten, tevens hypotheekbewaarder en bewaarder van het kadaster te Middelburg, lid raad van Middelburg, wethouder aldaar, lid Provinciale Staten van Zeeland, ontvanger der registratie te Utrecht. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van Cornelis Anthony Rethaan Macare (1792-1861) in 1861 naar een portret van Heinrich Siebert. Gehuwd met Florentine Jacobine Martine Ontijd (1812-1887). Ontvanger der registratie respectievelijk te Leiden, Brielle en Den Bosch, verificateur der registratie in Zeeland, ontvanger der registratie en successierechten, tevens hypotheekbewaarder en bewaarder van het kadaster te Middelburg, lid raad van Middelburg, wethouder aldaar, lid Provinciale Staten van Zeeland, ontvanger der registratie te Utrecht. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


Portret van Florentine Jacobine Martine Ontijd (1812-1887 in 1861 naar een portret van Heinrich Siebert. Gehuwd met Cornelis Anthony Rethaan Macare (1792-1861). Ontvanger der registratie respectievelijk te Leiden, Brielle en Den Bosch, verificateur der registratie in Zeeland, ontvanger der registratie en successierechten, tevens hypotheekbewaarder en bewaarder van het kadaster te Middelburg, lid raad van Middelburg, wethouder aldaar, lid Provinciale Staten van Zeeland, ontvanger der registratie te Utrecht. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van Florentine Jacobine Martine Ontijd (1812-1887 in 1861 naar een portret van Heinrich Siebert. Gehuwd met Cornelis Anthony Rethaan Macare (1792-1861). Ontvanger der registratie respectievelijk te Leiden, Brielle en Den Bosch, verificateur der registratie in Zeeland, ontvanger der registratie en successierechten, tevens hypotheekbewaarder en bewaarder van het kadaster te Middelburg, lid raad van Middelburg, wethouder aldaar, lid Provinciale Staten van Zeeland, ontvanger der registratie te Utrecht. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


           

Gezicht op de proefboerderij Gezicht op de proefboerderij "De Uithof" (Toulouselaan 45) te Utrecht in 1989. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 71393.



Een andere Anthony van Scherpenzeel die wel in dezelfde periode is geboren als Jan Carel Wendel Strick van Linschoten maar dan in het jaar 1789 het levenslicht zag.

Heeft wel in dit leger van Napoleon gediend. Op de website archieven.nl (link) is dat te vinden.
Antony van Scherpenzeel, geboren als zoon van Cornelis van Scherpenzeel en Maria van de Tempel in De Bilt op 22 december 1789 (Rooms Katholiek).

Op internet en zelfs niet op genealogische website is niet terug te vinden waant Anthony van Scherpenzeel (1789-1812) is overleden? (link)

Daarom is het aannemelijk dat deze Anthony van Scherpenzeel (1789-1812) niet is teruggekeerd van de veldtochten naar Rusland.

De veldtochten zijn vanaf 1812 gehouden tot 1813 naar het noordoosten van Rusland.

Zij waren qua omstandigheden zo vreet, koud, nat, moddeig en moordend voor de legioen soldaten dat ruim 680.000 manschappen de dood vonden.

Hiervan zijn ruim 40.000 manschappen terugkeerd. In die veldtochten kon het zo koud zijn dat men elkaar opat als kannibalen of om nog maar een beetje aan vocht te komen, elkanders urine of paardenplas opdronken. Zo is het familieverhaal in de familie Van Scherpenzeel.


Jan Hoynck van Papendrecht: Hollandse infanterie bij de brug over de Berezina (Wit-Rusland) in 1812. Jan Hoynck van Papendrecht: Hollandse infanterie bij de brug over de Berezina (Wit-Rusland) in 1812.



Het zwart-op-wit bewijs van dat Anyhony van Scherpenzeel (1804-1896) bij de divese militie en schutterijen in Utrecht heeft gezeten is wel te bebleken. Maar of hij als remplaçant gedient heeft voor jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwem voor één van zonen is vrijwel zeker uitgesloten. Zijn zonen waren nog geen eens 5 tot 10 jaar oud. Dus nog lang niet volwassen om op 19 jarige leeftijd in een militie te dienen. Mannen konden in de 19 eeuw opgeroepen worden voor dienst bij de provinciale schutterij of landelijke militie als zijn een leeftijd hadden tussen de 19 en 45 jaar.

Wel heeft SHH bewijzen gevonden dat jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnuawen gedient meerdere jaren nadat hij op huis Rhijnauwen gingen wonen. Met diverse lokale bewoners en boeren in de landstorm van de gemeente Rhijnauwen heeft gediend.

SHH heeft in de periode 2021-2022 getragt om de pachtakte van boerderij De Uithof te vinden. Opgemaakt bij een Utrechtse notaris? Helaas zonder resultaat. Mocht iemand anders van de Van Scherpenzeel (tak) deze (onderhandse) 'notariële' akten wel hebben of vinden, laat het ons weten?
Bij het overlijden van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen in 1850 op 59 jarige leeftijd. Is in zijn boedelscheiding akte lezen dat Anthony van Scherpenzeel boerderij De Uithof (Toulouselaan 45) pachtte tot 31 december 1848 voor vrijwel de eerste periode. Op 1 december 1848 hadden Jan Strick en Anthony een nieuwe onderhandse akte afgesloten tot 1 januari 1865.

Huur- en pachtbetaling te voldoen iedere eerste dag van de maand mei en november voor een soms van f. 1.500-, gulden voor een oppervlakte van 48 morgen land in de gemeente De Bilt en Rhijnauwen.


Luchtfoto van een gedeelte van het universiteitscentrum De Uithof te Utrecht, uit het zuidwesten. Links de studentenflats aan de Cambridgelaan en het 'Moerasbos'. Rechts het Kinderdagverblijf De Blauwe Kikker in de voormalige boerderij De Uithof (Toulouselaan 45) en daarachter de Faculteit Gezondheidszorg van de Hogeschool van Utrecht (Bolognalaan 101) op vrijdag 25 juni 1999. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 842946. Luchtfoto van een gedeelte van het universiteitscentrum De Uithof te Utrecht, uit het zuidwesten. Links de studentenflats aan de Cambridgelaan en het 'Moerasbos'. Rechts het Kinderdagverblijf De Blauwe Kikker in de voormalige boerderij De Uithof (Toulouselaan 45) en daarachter de Faculteit Gezondheidszorg van de Hogeschool van Utrecht (Bolognalaan 101) op vrijdag 25 juni 1999. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 842946.



Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen zijn boedelscheiding vond plaats in 1850 in Wijk bij Duurstede ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff.

Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063  1847 1850 jan.-mei..

De pachtakte is niet opgemaakt bij een notaris in Utrecht of Wijk Bij Duurstede. Maar gek genoeg was het in de 19e eeuw gewoon of zelfs ook bij wet bepaald dat onderhandse akten werden geregistreerd bij de belastingontvanger bij het Rijksbalstingkantoor te Utrecht.

SHH heeft gekeken of er nog leggers van deze onderhandse akten registraties bij Het Utrechts Archief zich bevinden. Maar die zijn helaas niet aanwezig. We kunnen er vrijwel van uitgaan dat Anthony van Scherpenzeel boerderij De Uithof zeker heeft gekregen van Jan Carel Wendel Strick en dat die pacht tenminste zou ingegaan zou moetenzijn op 1 janauri 1843. Als hierbij ook de huurperiode voor zes jaar vanaf die tijd was vastgesteld.

De onderhandse huurakten werd bij het Rijksbelastingkantoor opgemaakt door jhr. Cornelis Anthony Rethaan Macare (1792-1861). Zie zijn portret hierboven. Cornelis was van beroep belastingontvanger in de provincie Utrecht en vele jaren daarvoor in de provincie Zeeland in de plaats Middelburg.

Wat het meest aannemlijk is, is dat Anthony van Scherpenzeel (1804-1896) zeker als remplaçant heeft gedient van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bij de diverse schutterijen en militie voor het landsbelang en provinciaal belang. Bij het passere van de leeftijd van ca. 42 of 43 jaar dat Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen boerderij De Uithof heeft gegeven als remplaçantie. Omdat Jan bijna 45 jaar oud zou zijn en hij dus wettelijk niet meer in een schutterij of militie meer hoefde te dienen.

In diverse leggers  die te vinden zijn bij Het Utreechts Archief is te lezen dat Antony van Scherpenzeel (1804-1896) diverse malen heeft gedient in de Utrecht (mobiele Schutterijen. Maar nooit echt te strijden is getrokken in het buitenland of tegen andere vijandelijke legers.
De familie Strick van LInschoten gerbuikte boerderij De Uithof in de eerste decennia van de 19 eeuw om er hun personeel te huisveste of vermoedelijke ook de minder bedeelde van de gemeente Rhijnauwen. Bij de eerste volkstelling in de gemeente De Bilt blijkt dat Anthony van Scherpenzeel, diverse van zijn familieden op de boerderij wonen met bijbehorend landgoed personeel.

Anthony van Scherpenzeel was als jonge knaap in dienstgekomen bij de familie Strick van Linschoten op het landgoed eind jaren 20 van de negentiende eeuw als concierge van het landgoed. Bewijs heeft SHH gevonden dat Anthony van Scherpenzeel in 1830 nog in het koetshuis van het landgoed woonde. Met diverse andere personeelsleden van de familie Strick van Linschoten.


Boerderij De Uithof in 1968. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79967. Boerderij De Uithof in 1968. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79967.



Op 14 februari 1889 overleed jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Hij kreeg als ervenis het huis en landgoed Rhijnauwen van vader Jan Carel Wendel Strick. Bij het opmaken van Hendrik Strick zijn boedelschieidngsakte ten overstaan van de notaris B.J. van Heyst te Wijk bij Duurstede. Waarop kort hierop Van Heyst met pensioen ging. Valt het volgende te lezen over de huur- en pachtafspraken van boerderij De Uithof tussen Anthony van Scherpenzeel en zijn zoon opvolger Anhony Jan Helmert van Scherpenzeel.

Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1970 1889 juni-dec., aktenummer: 4917.

De huur- en pacht over de boerderij De Uithof bij afspraak was vastgesteld tot 30 april 1895.

De huur- en pacht over de bouw- en weilanden behorend bij boederij De Uithof gelegen in De Bilt en ruim 48 morgen ca. 46 hectaren aan landbouwgrond. Was vastgesteld als afspraak op 30 november 1894.


Artikel over de historie van boerderij De Uithof uit een onbekende krant uit 1961 met een interview met Teunis van Scherpenzeel staande voor zijn nieuwe bungalow gebouwd in opdracht van de gemeente Utrecht aan de Rhijnauwenselaan te Bunnik. Teun was de laatste pachtboer op boerderij De Uithof tot het voorjaar van 1960. Teunis zijn grootvader was 'De Rus' die De Uithof kreeg van jhr. Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Met dank aan Dick van Vliet, Woerden. Artikel over de historie van boerderij De Uithof uit een onbekende krant uit 1961 met een interview met Teunis van Scherpenzeel staande voor zijn nieuwe bungalow gebouwd in opdracht van de gemeente Utrecht aan de Rhijnauwenselaan te Bunnik. Teun was de laatste pachtboer op boerderij De Uithof tot het voorjaar van 1960. Teunis zijn grootvader was 'De Rus' die De Uithof kreeg van jhr. Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Met dank aan Dick van Vliet, Woerden.


         

Portret van Teunis van Scherpenzeel uit de periode 1905-1910. Geboren donderdag 30 april 1903 te De Bilt en overleden op overleden op zaterdag 15 april 1967 te Bunnik op 63 jarige leeftijd. Bron: met dank aan Dick van Vliet te Woerden. Portret van Teunis van Scherpenzeel uit de periode 1905-1910. Geboren donderdag 30 april 1903 te De Bilt en overleden op overleden op zaterdag 15 april 1967 te Bunnik op 63 jarige leeftijd. Bron: met dank aan Dick van Vliet te Woerden.


Portret van Teunis van Scherpenzeel uit de periode 1905-1910. Geboren donderdag 30 april 1903 te De Bilt en overleden op overleden op zaterdag 15 april 1967 te Bunnik op 63 jarige leeftijd. Bron: met dank aan Dick van Vliet te Woerden. Portret van Teunis van Scherpenzeel uit de periode 1905-1910. Geboren donderdag 30 april 1903 te De Bilt en overleden op overleden op zaterdag 15 april 1967 te Bunnik op 63 jarige leeftijd. Bron: met dank aan Dick van Vliet te Woerden.


Portret van Teunis van Scherpenzeel uit de periode 1925-1930. Geboren donderdag 30 april 1903 te De Bilt en overleden op overleden op zaterdag 15 april 1967 te Bunnik op 63 jarige leeftijd. Bron: met dank aan Dick van Vliet te Woerden. Portret van Teunis van Scherpenzeel uit de periode 1925-1930. Geboren donderdag 30 april 1903 te De Bilt en overleden op overleden op zaterdag 15 april 1967 te Bunnik op 63 jarige leeftijd. Bron: met dank aan Dick van Vliet te Woerden.


Portret van Teunis van Scherpenzeel (1903-1967) in de periode 1930-1940. De laatste pachtboer van boerderij De Uithof tot het voorjaar van 1960. Portret met dank aan Dick van Vliet uit Woerden. Portret van Teunis van Scherpenzeel (1903-1967) in de periode 1930-1940. De laatste pachtboer van boerderij De Uithof tot het voorjaar van 1960. Portret met dank aan Dick van Vliet uit Woerden.


Grafmonument op de Algemene Begraafplaats te Bunnik aan de Provincialeweg 63 van Teunis van Scherpenzeel. Geboren donderdag 30 april 1903 en overleden zaterdag 15 april 1967 op63 jarige leeftijd. Teun was de laatste pachtboer op boerderij De Uithof tot 1960 en de kleinzoon van 'De Rus' en zoon van Anthony Jan Helmert van Scherpenzeel. Teun woonde de laatste jaren van zijn leven met zijn echtgenote in een huisje aan de Rhijnauwenselaan. Foto: Online-begraafplaatsen.nl. Grafmonument op de Algemene Begraafplaats te Bunnik aan de Provincialeweg 63 van Teunis van Scherpenzeel. Geboren donderdag 30 april 1903 en overleden zaterdag 15 april 1967 op63 jarige leeftijd. Teun was de laatste pachtboer op boerderij De Uithof tot 1960 en de kleinzoon van 'De Rus' en zoon van Anthony Jan Helmert van Scherpenzeel. Teun woonde de laatste jaren van zijn leven met zijn echtgenote in een huisje aan de Rhijnauwenselaan. Foto: Online-begraafplaatsen.nl.


Foto van Teunis van Scherpenzeel voor zijn bungalow gebouwd in 1961 door de gemeente Utrecht aan de Rhijnauwenselaan 3 te Bunnik. Teunis was de pachtboer op boerderij De Uithof toen hij in het voorjaar van 1960 De Uithof moest verlaten. Bron: krant onbekend met dank aan Dick van Vliet. Foto van Teunis van Scherpenzeel voor zijn bungalow gebouwd in 1961 door de gemeente Utrecht aan de Rhijnauwenselaan 3 te Bunnik. Teunis was de pachtboer op boerderij De Uithof toen hij in het voorjaar van 1960 De Uithof moest verlaten. Bron: krant onbekend met dank aan Dick van Vliet.


Bungalow aan de Rhijnauwenselaan 3 te Bunnik gebouwd in 1961 in opdracht van de gemeente Utrecht als woning voor pachtboer en zijn echtgenote Teunis van Scherpenzeel (1903-1967). Teunis was de laatste pachtboer op boerderij De Uithof. Teunis overleed hier op 63 jarige leeftijd. Bron: Google Maps Streetview. Bungalow aan de Rhijnauwenselaan 3 te Bunnik gebouwd in 1961 in opdracht van de gemeente Utrecht als woning voor pachtboer en zijn echtgenote Teunis van Scherpenzeel (1903-1967). Teunis was de laatste pachtboer op boerderij De Uithof. Teunis overleed hier op 63 jarige leeftijd. Bron: Google Maps Streetview.


De bungalow aan de Rhijnauwenselaan 3 te Rhijnauwen (Bunnik) gebouwd in 1961 door de gemeente Utrecht. Hier woonde Teunis van Scherpenzeel met zijn echtgenote tot zijn overlijden in 1967. Foto uit juni 2021, Sander van Scherpenzeel. De bungalow aan de Rhijnauwenselaan 3 te Rhijnauwen (Bunnik) gebouwd in 1961 door de gemeente Utrecht. Hier woonde Teunis van Scherpenzeel met zijn echtgenote tot zijn overlijden in 1967. Foto uit juni 2021, Sander van Scherpenzeel.


               

Op woensdag 22 oktober 1856 benoemde Evert van Scherpenzeel (1808-1871) ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff te Wijk bij Duurstede zijn executeur testamentair voor als hij zou komen te overlijden. Evert was was de jongere broer van Anthony van Scherpenzeel (1804-1896). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063. Op woensdag 22 oktober 1856 benoemde Evert van Scherpenzeel (1808-1871) ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff te Wijk bij Duurstede zijn executeur testamentair voor als hij zou komen te overlijden. Evert was was de jongere broer van Anthony van Scherpenzeel (1804-1896). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063.


Handtekening van de heer Rijk van Scherpenzeel, broer van Anthony van Scherpenzeel. Bron: RAZU, 063,1777, aktenummer: 1417. Handtekening van de heer Rijk van Scherpenzeel, broer van Anthony van Scherpenzeel. Bron: RAZU, 063,1777, aktenummer: 1417.


Portret van de kinderen van Antony van Scherpenzeel en Willemijntje waarbij ze 13 kinderen kregen. Diverse kinderen Van Scherpenzeel poseren hier voor boerderij De Uithof. V.L.N.R. Toos, Teun, Gon, Mijnt en Cor van Scherpenzeel tezamen met 4 militairen van het nabij gelegerde Fort bij Rhijnauwen tijdens de mobilisatie van de Eerste Wereld Oorlog. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden. Portret van de kinderen van Antony van Scherpenzeel en Willemijntje waarbij ze 13 kinderen kregen. Diverse kinderen Van Scherpenzeel poseren hier voor boerderij De Uithof. V.L.N.R. Toos, Teun, Gon, Mijnt en Cor van Scherpenzeel tezamen met 4 militairen van het nabij gelegerde Fort bij Rhijnauwen tijdens de mobilisatie van de Eerste Wereld Oorlog. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden.


Op woensdag 22 oktober 1856 benoemde Evert van Scherpenzeel (1808-1871) ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff te Wijk bij Duurstede zijn executeur testamentair voor als hij zou komen te overlijden. Evert was was de jongere broer van Anthony van Scherpenzeel (1804-1896). Einde van akte met de handtekeningen van diverse broes en zussen met aangetrouwde personen. Handtekening van Teunis van Scherpenzeel (Antony van Scherpenzeel), Jan van Scherpenzeel, Hendrik van Scherpenzeel, Mechteld van Scherpenzeel , R. Velthuizen, P. de Kruijff, Teunis de Kruiff, E. van Rheenen, wed. Rijk van Scherpenzeel, Jannigtje van Scherpenzeel, Piet Jan Dijk. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063. Op woensdag 22 oktober 1856 benoemde Evert van Scherpenzeel (1808-1871) ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff te Wijk bij Duurstede zijn executeur testamentair voor als hij zou komen te overlijden. Evert was was de jongere broer van Anthony van Scherpenzeel (1804-1896). Einde van akte met de handtekeningen van diverse broes en zussen met aangetrouwde personen. Handtekening van Teunis van Scherpenzeel (Antony van Scherpenzeel), Jan van Scherpenzeel, Hendrik van Scherpenzeel, Mechteld van Scherpenzeel , R. Velthuizen, P. de Kruijff, Teunis de Kruiff, E. van Rheenen, wed. Rijk van Scherpenzeel, Jannigtje van Scherpenzeel, Piet Jan Dijk. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063.


Portret van diverse familieleden Van Scherpenzeel voor de boerderij De Uithof in mei 1940 tijdens het 50-jarige huwelijksfeest van Toon van Scherpenzeel en Willemijntje van Scherpenzeel. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden. Portret van diverse familieleden Van Scherpenzeel voor de boerderij De Uithof in mei 1940 tijdens het 50-jarige huwelijksfeest van Toon van Scherpenzeel en Willemijntje van Scherpenzeel. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden.


Op maandag 7 april van het jaar 1856 liet Teunis van Scherpenzeel (1804-1896) ook wel Anthony van Scherpenzeel genaamd bij notaris H.J. van Mariënhoff zijn volmacht opmaken voor als hij zou te komen overlijden. Anthony van Scherpenzeel was landbouwer op boerderij De Uithof in De Bilt. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063. Op maandag 7 april van het jaar 1856 liet Teunis van Scherpenzeel (1804-1896) ook wel Anthony van Scherpenzeel genaamd bij notaris H.J. van Mariënhoff zijn volmacht opmaken voor als hij zou te komen overlijden. Anthony van Scherpenzeel was landbouwer op boerderij De Uithof in De Bilt. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063.


Afbeelding van de achterkleinkinderen van Anthony van Scherpenzeel, Henny, Toon en Jacob. Kinderen van kleindochter Hendrika van Scherpenzeel (1891). Beel uit 1927. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden. Afbeelding van de achterkleinkinderen van Anthony van Scherpenzeel, Henny, Toon en Jacob. Kinderen van kleindochter Hendrika van Scherpenzeel (1891). Beel uit 1927. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden.


         


In twee halfjaarlijkse periode per 1 augustus en 1 februari van ieder jaar diende Anthony van Scherpenzeel en Anhtony Jan Helmert van Scherpenzeel ƒ. 2.000,- gulden te betalen aan Hendrik Strick en later aan jhr. Carel Johan Strick van Linschoten (1853-1910) (zoon).

Zoon van Anhony Jan Helmert van Scherpenzeel, Teunis va Scherpenzeel was tot 1960 nog de pachter op De Uithof. Hierna werd hij tot aan zijn overlijden in 1967 gehuistvest door de gemeente Utrecht (eigenaar van het landgoed Rhijnauwen in een vrijstaande bungalow aan de Rhijnuawenselaan.

Boerderij De Uithof was tot 1975 gelegen op het grondgebied van gemeente De Bilt. Het oude adres waar de boerderij aan geadresseerd stond was de Hoofddijk 45 te De Bilt. Na 1975 is dit gedeelte bij de gemeente Utrecht geannexeerd. Het adres werd toen Toulouselaan 45 te Utrecht.

De boerderij behoorde al voor 1773 bij de landbezit van landgoed Rhijnauwen maar stond wel in gemeente De Bilt. In het jaar 1919 kocht de gemeente Utrecht zoals je eerder las op de deze pagina het landgoed van Mevr. J.H.A. Geertsema de weduwe van Jhr. Carel Johan Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Dus de familie Van Scherpenzeel die De Uithof pachten kregen een nieuwe eigenaar.

De gemeente Utrecht in plaats van familie Strick van Linschoten. De laatste pachtboer Van Scherpenzeel moest in het jaar 1960 de boerderij verlaten. Omdat de boerderij door de Universiteit Utrecht gebruikt zou gaan worden. Naar inschatting heeft familie Van Scherpenzeel een kleine 100 jaar op de boerderij gewoond.


De zoon van Anthony Jan Helmert van Scherpenzeel moet in het voorjaar van 1960 boerderij De Uithof verlaten. De pachtovereenkomst met de gemeente Utrecht werd tijdig opgezegd terwijl deze door zou lopen tot het voorjaar van 1963. Bron: Het Utrechts Archief, krantenbank, 1960-04-06, pagina 2. De zoon van Anthony Jan Helmert van Scherpenzeel moet in het voorjaar van 1960 boerderij De Uithof verlaten. De pachtovereenkomst met de gemeente Utrecht werd tijdig opgezegd terwijl deze door zou lopen tot het voorjaar van 1963. Bron: Het Utrechts Archief, krantenbank, 1960-04-06, pagina 2.


In het jaar 1911 werd De Uithof grotendeels verwoest door een brand. In het gemeentearchief van De Bilt zijn nog aanvragen voor een bouwvergunningen te vinden om de boerderij te herstellen. De vergunningsaanvrager was de jonkheer.


             

Gezicht op de proefboerderij De Uithof (Toulouselaan 45) te Utrecht in 1974. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79600. Gezicht op de proefboerderij De Uithof (Toulouselaan 45) te Utrecht in 1974. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79600.


Gezicht op de gebouwen van Kinderopvang Partou (links Toulouselaan 43 en rechts Toulouselaan 45, voormalige boerderij De Uithof) te Utrecht op vrijdag 28 november 2014. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 825346. Gezicht op de gebouwen van Kinderopvang Partou (links Toulouselaan 43 en rechts Toulouselaan 45, voormalige boerderij De Uithof) te Utrecht op vrijdag 28 november 2014. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 825346.


Gezicht op de proefboerderij De Uithof (Toulouselaan 45) te Utrecht in 1974. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 805545. Gezicht op de proefboerderij De Uithof (Toulouselaan 45) te Utrecht in 1974. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 805545.


Gezicht op de boerderij De Uithof, in gebruik als kinderdagverblijf De Blauwe Kikker (Toulouselaan 45) te Utrecht, met links op de achtergrond het Willem C. van Unnikgebouw (voorheen Transitorium II, Heidelberglaan 2) van de Universiteit Utrecht op woensdag 6 juli 2010. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 806447. Gezicht op de boerderij De Uithof, in gebruik als kinderdagverblijf De Blauwe Kikker (Toulouselaan 45) te Utrecht, met links op de achtergrond het Willem C. van Unnikgebouw (voorheen Transitorium II, Heidelberglaan 2) van de Universiteit Utrecht op woensdag 6 juli 2010. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 806447.


Gezicht op de proefboerderij Gezicht op de proefboerderij "De Uithof" (Toulouselaan 45) te Utrecht in 1989. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 71392.


Gezicht op de proefboerderij De Uithof (Toulouselaan 45) van het Instituut voor Zoötechniek van de Rijksuniversiteit te Utrecht op zaterdag 4 juli 1964. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 602279. Gezicht op de proefboerderij De Uithof (Toulouselaan 45) van het Instituut voor Zoötechniek van de Rijksuniversiteit te Utrecht op zaterdag 4 juli 1964. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 602279.


Van rechts naar middenboven de Zandlaan. Met middenboven op de kaart Boerderij De Uithof (Toulouselaan 45). Ruim 150 jaar de de Bunnikse en Biltse volksmond het Laantje van Toon (Anthony) van Scherpenzeel genoemd. Kaart: Openstreetmap.nl. Van rechts naar middenboven de Zandlaan. Met middenboven op de kaart Boerderij De Uithof (Toulouselaan 45). Ruim 150 jaar de de Bunnikse en Biltse volksmond het Laantje van Toon (Anthony) van Scherpenzeel genoemd. Kaart: Openstreetmap.nl.


In 1976-1977 verkocht de gemeente Utrecht een gedeelte van de Zandlaan (Laantje van Toon van Scherpenzeel) aan de gemeente Bunnik om deze op haar beurt in onderhoud over te nemen. Gemeente Utrecht had de Zandlaan verkregen bij de koop van het landgoed Rhijnauwen in april 1920. Bron: Het Utrechts Archief, 1338, 2229. In 1976-1977 verkocht de gemeente Utrecht een gedeelte van de Zandlaan (Laantje van Toon van Scherpenzeel) aan de gemeente Bunnik om deze op haar beurt in onderhoud over te nemen. Gemeente Utrecht had de Zandlaan verkregen bij de koop van het landgoed Rhijnauwen in april 1920. Bron: Het Utrechts Archief, 1338, 2229.


Gezicht op de boerderij De Uithof (Hoofddijk 45) te Utrecht aan de steeg genoemd het Laantje van Toon van Scherpenzeel op zondag 18 maart 1962. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 20018. Gezicht op de boerderij De Uithof (Hoofddijk 45) te Utrecht aan de steeg genoemd het Laantje van Toon van Scherpenzeel op zondag 18 maart 1962. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 20018.


Op maandag 23 september 1907 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink verkocht jhr. Jan Carel Strick van Linschoten en andere familieleden Strick van Linschoten diverse stukken grond verkochten in De Bilt. Begin beschrijving van akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 457. Op maandag 23 september 1907 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink verkocht jhr. Jan Carel Strick van Linschoten en andere familieleden Strick van Linschoten diverse stukken grond verkochten in De Bilt. Begin beschrijving van akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 457.


Op maandag 23 september 1907 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink verkocht jhr. Jan Carel Strick van Linschoten en andere familieleden Strick van Linschoten diverse stukken grond verkochten in De Bilt. Volmacht van Agatha van Notten, douairière van Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 457. Op maandag 23 september 1907 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink verkocht jhr. Jan Carel Strick van Linschoten en andere familieleden Strick van Linschoten diverse stukken grond verkochten in De Bilt. Volmacht van Agatha van Notten, douairière van Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 457.


Foto van boerderij De Uithof uit het midden van de twintigste eeuw. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden. Foto van boerderij De Uithof uit het midden van de twintigste eeuw. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden.


Op maandag 23 september 1907 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink verkocht jhr. Jan Carel Strick van Linschoten en andere familieleden Strick van Linschoten diverse stukken grond verkochten in De Bilt. Beschrijving van recht van overpad over de Hoofddijk. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 457. Op maandag 23 september 1907 ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink verkocht jhr. Jan Carel Strick van Linschoten en andere familieleden Strick van Linschoten diverse stukken grond verkochten in De Bilt. Beschrijving van recht van overpad over de Hoofddijk. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 457.


Foto van boerderij De Uithof uit het midden van de twintigste eeuw. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden. Foto van boerderij De Uithof uit het midden van de twintigste eeuw. Bron: met dank aan Dick van Vliet uit Woerden.



Land aan de Tureluurweg 16a

Land tussen de Tureluurweg 16a in het zuiden en de Parallelweg in het noorden (in geel gearceerd) was in de 16e voor de helft in het bezit geweest van het kapittel Ten Dom (Scholasterij). Oorspronkelijk liep het perceel van 12 morgen helemaal door tot in het noorden tot aan de Kromme Rijn. In het jaar 1777 kocht Jan Balthazar Strick van Linschoten het perceel van het kapittel aan van ruim 12 morgen groot. Later werd het perceel gesplits in de helft. Van wat je nu in het geel gearceerde ziet. Foto: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), beeldbank. Land tussen de Tureluurweg 16a in het zuiden en de Parallelweg in het noorden (in geel gearceerd) was in de 16e voor de helft in het bezit geweest van het kapittel Ten Dom (Scholasterij). Oorspronkelijk liep het perceel van 12 morgen helemaal door tot in het noorden tot aan de Kromme Rijn. In het jaar 1777 kocht Jan Balthazar Strick van Linschoten het perceel van het kapittel aan van ruim 12 morgen groot. Later werd het perceel gesplits in de helft. Van wat je nu in het geel gearceerde ziet. Foto: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), beeldbank.



In de 16e eeuw was het land aan de Tureluurweg 16a en gelegen tot in het noorden tot aan de Parallelweg naast de rijksweg A12 in het bezit van het Utrechtse kapittel Ten Dom (Scholasterij). In werkelijkheid liep het perceel van 12 morgen helemaal door tot in het noorden tot aan de rivier de Kromme Rijn.

In september 1777 kocht Jan Balthasar Strick van Linschoten van de gemachtigde Hendrik Daalwijk voor Willem de la Dociesse als scholaster van het kapittel ten Dom te Utrecht de 12 morgen wei- en bouwland gelegen op de Bunnikse Eng.


Beschrijving van aankoop van het stuk grond ter hoogte van de Tureluurweg 16a in 1777 door Jan Bathasar Strick van Linschoten van het kapittel Ten Dom voor f. 2.000-, gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 1145, 26. Beschrijving van aankoop van het stuk grond ter hoogte van de Tureluurweg 16a in 1777 door Jan Bathasar Strick van Linschoten van het kapittel Ten Dom voor f. 2.000-, gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 1145, 26.



Ergens tussen 1780 en 1832 wordt de helft van het perceel verruild met een particulier zodat bij de invoering van het kadaster in 1832 het perceel in het bezit is van Willem van Rossum erven. In geel gearceerd.

Bron: Het Utrechts Archief, 216, 2561.


Beschrijving van aankoop van het stuk grond ter hoogte van de Tureluurweg 16a op 25 maart 1777 door Jan Balthasar Strick van Linschoten (ondertekening) van het kapittel Ten Dom voor f. 2.000-, gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 1145, 26. Beschrijving van aankoop van het stuk grond ter hoogte van de Tureluurweg 16a op 25 maart 1777 door Jan Balthasar Strick van Linschoten (ondertekening) van het kapittel Ten Dom voor f. 2.000-, gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 1145, 26.


         

De eerste kersenboomgaarden in bloei, omgeving Bunnik (gemeente Utrecht), kersenbloesem op 21 april 1964. Bron: Nationaal Archief, toegang 2.24.01.04 Bestanddeelnummer : 916-3322 - Wikipedia Commons. De eerste kersenboomgaarden in bloei, omgeving Bunnik (gemeente Utrecht), kersenbloesem op 21 april 1964. Bron: Nationaal Archief, toegang 2.24.01.04 Bestanddeelnummer : 916-3322 - Wikipedia Commons.



Land in de uiterwaarden van de rivier de Kromme Rijn

In geel gearceerd (vermoedelijk) de ruim 7 morgen bouwland of uiterwaarden langs de Kromme Rijn die in het bezit van familie Strick van Linschoten is geweest. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU0, 084. In geel gearceerd (vermoedelijk) de ruim 7 morgen bouwland of uiterwaarden langs de Kromme Rijn die in het bezit van familie Strick van Linschoten is geweest. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU0, 084.



Op 9 juli 1 1778 handelt Gerrit van der Vliet, gerechtsbode van Bunnik en Vechten, als gemachtigde van Christina Clara Strick van Linschoten, weduwe Joseph Loten, vrouwe van Bunnik en Vechten, Wittevrouwen en Abstede, transporteert aan Jan Balthazar Strick van Linschoten 7 morgen bouwland.

Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 064, 55.

Eerder in het jaar van 1778 op dinsdag 17 februari 1778 kocht Jan Balthazar Strick van Linschoten ten overstaan van de Utrechtse notaris Cornelis van Hees de 7 morgen bouwland aan, gelegen op de Bunnikse Eng.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2006, aktenummer: 5.

Luchtfoto van Bunnik bovenaan (in geel gearceerd) vermoedelijk de ruim 7 morgen bouwland die in Bunnik in het bezit van familie Strick van Linschoten is geweest.

In het HISGIS systeem is verder in de gemeente Bunnik geen eigendom van de familie Strick te vinden met een grote van 7 morgen dan op deze plaats langs de rivier de Kromme Rijn.

In 1832 is Willem Nicolaas de Pesters van Kattenbroek de eigenaar van de 7 morgen aan de Kromme Rijn.



Land aan de Hoofddijk en de Oostbroekselaan

Op zaterdag 14 november 1818 verkocht ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren Maximiliaan baron van Utenhove tot Bottesteijn een perceel grond aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen gelegen tussen de Hoofddijk en Oostbroekselaan. Beschrijving voorkant akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3246 aktenummer: 2651. Op zaterdag 14 november 1818 verkocht ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren Maximiliaan baron van Utenhove tot Bottesteijn een perceel grond aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen gelegen tussen de Hoofddijk en Oostbroekselaan. Beschrijving voorkant akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3246 aktenummer: 2651.


Op zaterdag 14 november 1818 verkocht ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren Maximiliaan baron van Utenhove tot Bottesteijn een perceel grond aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen gelegen tussen de Hoofddijk en Oostbroekselaan. Beschrijving der perceel twee. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3246 aktenummer: 2651. Op zaterdag 14 november 1818 verkocht ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren Maximiliaan baron van Utenhove tot Bottesteijn een perceel grond aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen gelegen tussen de Hoofddijk en Oostbroekselaan. Beschrijving der perceel twee. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3246 aktenummer: 2651.


Op zaterdag 14 november 1818 verkocht ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren Maximiliaan baron van Utenhove tot Bottesteijn een perceel grond aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen gelegen tussen de Hoofddijk en Oostbroekselaan. Bieding der tweede perceel door Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3246 aktenummer: 2651. Op zaterdag 14 november 1818 verkocht ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren Maximiliaan baron van Utenhove tot Bottesteijn een perceel grond aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen gelegen tussen de Hoofddijk en Oostbroekselaan. Bieding der tweede perceel door Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3246 aktenummer: 2651.


Op zaterdag 14 november 1818 verkocht ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren Maximiliaan baron van Utenhove tot Bottesteijn een perceel grond aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen gelegen tussen de Hoofddijk en Oostbroekselaan. Bieding der tweede perceel door Jan Carel Wendel Strick van Linschoten voor f. 1.500-, gulden met handtekening. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3246 aktenummer: 2651. Op zaterdag 14 november 1818 verkocht ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren Maximiliaan baron van Utenhove tot Bottesteijn een perceel grond aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen gelegen tussen de Hoofddijk en Oostbroekselaan. Bieding der tweede perceel door Jan Carel Wendel Strick van Linschoten voor f. 1.500-, gulden met handtekening. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3246 aktenummer: 2651.



Rijnsoever 3, Boerderij/Huize Rijnsoever

Gezicht over de Kromme Rijn op de zijgevel van het huis Rijnsoever bij Bunnik in 1868. Naar een tekening van P.J. Lutgers (1808-1874). Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201879 . Gezicht over de Kromme Rijn op de zijgevel van het huis Rijnsoever bij Bunnik in 1868. Naar een tekening van P.J. Lutgers (1808-1874). Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201879 .



Een van vroegst bekende akte waarin huize Rijnsoever wordt genoemd dateert uit een openbare verkoop van zaterdag 18 juni van het jaar 1735. (Op een kaart uit 1697 staat het huis Rijnsoever al ingetekend, zie hier verderop in dit artikel).


Straatnaambord 'Rijnsoever' in juni 2021 met de kruising met de Tolakkerlaan te Bunnik. Foto: Sander van Scherpenzeel. Straatnaambord 'Rijnsoever' in juni 2021 met de kruising met de Tolakkerlaan te Bunnik. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Op die dag in juni 1735 werd ten overstaande van de Utrechtse notaris Jacob van den Doorslag door de erven van Johan Wechter,  Hillegonda Wechter gehuwd met Arnaud van Groenendael, Stephanus van der Heyden van beroep lieutenant en zoon van Reynaud van der Heyden en Maria Weeckhuysen, wonende te Rio lsequebo, verkocht.


Het huis aan de Rijnsoever 3 wat in 2020 een nieuwe eigenaar kreeg. Bewoners hebben op de oude plek waar het oorspronkelijke huis Rijnsoever ooit stond een langwerpige vijver aten aanleggen. Links de Kromme Rijn en rechts de Rijnsoever (weg) in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Het huis aan de Rijnsoever 3 wat in 2020 een nieuwe eigenaar kreeg. Bewoners hebben op de oude plek waar het oorspronkelijke huis Rijnsoever ooit stond een langwerpige vijver aten aanleggen. Links de Kromme Rijn en rechts de Rijnsoever (weg) in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



'Onroerend goed: & heerenhuysinge met achterhuys off stallinge en koetshuys hoff, tuynen, boomgaerd en landeryen, groot 19 mergen; aan den Crommen Rhyn'. Gelegen in het gerecht: Zeyst, Zeysteroever het huis genaamd 'Rhynsoever'.

Als borg voor de koop stond; Willem Doncker, de koper van huize Rijnsoever was Franciscus Xaverius van Hernbeck. Overige belanghebbenden waren de Erven van Maria Wynhuys, in leven gehuwd met Johan Wechter en gemachtigde van de koop Willem den Berger.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U139b002 aktenummer: 10-2 18-06-1735.


Kaart (fragment) van de percelen tussen de Kromme Rijn en de Bisschopswetering waaruit de Oeverse tiend moet worden betaald aan de voormalige S. Paulusabdij. Getekend door Bernard de Rooij in 1697. Met erbij ingetekend het huis Rijnsoever (middenonder) met tuin. Het noorden is linksboven. Ook is te zien dat het eerdere huis op een andere plek van de kavel dan het tweede huis Rijnsoever. Bron: Het Utrechts Archief, 85-1, 95. Kaart (fragment) van de percelen tussen de Kromme Rijn en de Bisschopswetering waaruit de Oeverse tiend moet worden betaald aan de voormalige S. Paulusabdij. Getekend door Bernard de Rooij in 1697. Met erbij ingetekend het huis Rijnsoever (middenonder) met tuin. Het noorden is linksboven. Ook is te zien dat het eerdere huis op een andere plek van de kavel dan het tweede huis Rijnsoever. Bron: Het Utrechts Archief, 85-1, 95.



Van oorsprong was het gebied van de Rijnsoever, in eertijds dagen gelegen in het gerecht Zeisteroever in het bezit van het Utrechts kapittel van St. Jan. En was het huis mogelijk leenroerig geweest aan de Heer van Rhijnauwen.
In de latere tijd is in bekend van het jaar 1757 dat Anthony Kerkhof het huis Rijnsoever verkocht aan Johan Heydendaal.  Waarop in 1781 Johan Heijendaal aan Catharina Maria Stierling en Johannes Jacobus Crol het goed Rijnsoever verkoopt.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U238a001 aktenummer: 26-1 30-07-1757.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U237a007 aktenummer: 289-1 27-10-1781.


Gezicht in de tuin van het huis Rijnsoever bij Bunnik met een vijver in de vorm van een vierpas en een aantal perken in 1812. Naar een tekening van D.A. Clemens. Bron; Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201832 . Gezicht in de tuin van het huis Rijnsoever bij Bunnik met een vijver in de vorm van een vierpas en een aantal perken in 1812. Naar een tekening van D.A. Clemens. Bron; Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201832 .



Op zaterdag 29 mei 1802 werd ten overstaan van de Utrechtse notaris Willem Voorsteegh door Johannes Jacobus Crol 5 mergen weyland verkocht, gelegen aan de locatie van de Haxweetering in het gerecht van Cattenbroek. De 5 morgen behoorde eerder tot het onroerend goed van Huize Rijnsoever. Koper van het goed van Willem Nicolaas Pesters, Heer van Niënhof. Hij had voor zich gemachtigd Wouter van Dam.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U275a011 aktenummer: 32, 3 29-05-1802.


De Rijnsoever (weg) in zuidoostelijke richting gezien met rechts de Kromme Rijn met de erbij behorende ligweide voor dag recreanten. Links op de achtergrond boerderij 't Fortuin aan de Rijnsoever 24-26 in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. De Rijnsoever (weg) in zuidoostelijke richting gezien met rechts de Kromme Rijn met de erbij behorende ligweide voor dag recreanten. Links op de achtergrond boerderij 't Fortuin aan de Rijnsoever 24-26 in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Op dezelfde dag van zaterdag 29 mei 1802 werd door de executieverkoop van de onroerende goederen van Johan Crol 6 mergen land, zijnde 5 mergen bouwland en 1 mergen eykehakhout, gelegen naast de Bisschopsweetering.

Koper van de diverse percelen land was George Sawijer, Heer van het Huis Oostbroek. Gemachtigde voor de aankoopp voor de heer Sawijer was Wouter Haksvoort.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U275a011 aktenummer: 32, 2 29-05-1802.


Gezicht in de tuin van het huis Rijnsoever bij Bunnik met een zeshoekig rietgedekt prieel in 1816. Naar een tekening van D.A. Clemens. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201834 . Gezicht in de tuin van het huis Rijnsoever bij Bunnik met een zeshoekig rietgedekt prieel in 1816. Naar een tekening van D.A. Clemens. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201834 .



Bij dezelfde verkoop ten overstaande van notaris Willem Voorsteegh stelde Johannes Jacobus Crol zijn huis en landgoed Rijnsoever officiel in de verkoop. Toch zouy het nog twee jaar duren voordat Johan per procartie een gemachtigde voor de verkoop van het huis zou aanstellen.

De te verkopen goedereen van de heer Crol werden omschreven als: "vermakelijke en welgeleegen buytenplaats, bestaande in een nieuwe heerehuysinge met 10 kamers, een ruyme keuken c.a., kelders en kluysen, stal, koetshuys, tuynmanswooninge, moes- en vrugtthuynen c.a te zamen groot omtrent 3 morgen. Gelegen aan de Krommen Rhijn, in het gerecht van Zeist, genaamd Rhijnsoever.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U275a011 aktenummer: 32, 1 29-05-1802.


Gezicht in de tuin van het huis Rijnsoever bij Bunnik met twee bomen omgeven door een boombank in 1816. Naar een tekening van D.A. Clemens. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201833 . Gezicht in de tuin van het huis Rijnsoever bij Bunnik met twee bomen omgeven door een boombank in 1816. Naar een tekening van D.A. Clemens. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201833 .



Bijna twee jaar later op zaterdag 14 april 1804 als het huis Rijnsoever met al het goed twee jaar te koop staat. Regeld Johan Crol ten overstaande van de Utrechtse notaris Jan van Dam om per procuratie (volmacht) notaris en makelaar in Utrecht Willem Voorsteegh voor zich om, zyn buitenplaats Rynsoever te Zeist te beheren.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U231a002 aktenummer: 260 14-04-1804.

In het jaar 1805 verkoopt Johan Crol aan Johannes Egbertsz Bouwman hetbuitengoed Rijnsoever. \

Op dinsdag 11 januari van het jaar 1831 ten overstaan van de Utrechtse notaris Pieter Adriaan van Schermbeek, verkocht Hilletje Canneman, weduwe van Johannes Bouwman Egbertusz. het huis de Rijnsoever aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten voor de verkoopsoom van ƒ. 11.000,-.

Bron: HUA, 34-4, 3373 1831 jan.-1831 mei aktenummer: 10672.


Fragment van notarisrepertoire van notaris Pieter Adriaan van Schermebeek van verkoop van huize de Rijnsoever te Zeist door Hilletje Canneman, weduwe van Johannes Engbertusz. aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor een verkoopsom van ƒ. 11.000,-. Bron: HUA, 34-4. Fragment van notarisrepertoire van notaris Pieter Adriaan van Schermebeek van verkoop van huize de Rijnsoever te Zeist door Hilletje Canneman, weduwe van Johannes Engbertusz. aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor een verkoopsom van ƒ. 11.000,-. Bron: HUA, 34-4.


Gezicht over de Kromme Rijn op de zijgevel van het huis Rijnsoever bij Bunnik in 1868. Naar een tekening van P.J. Lutgers (1808-1874). Digitaal gerestaureerd en ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201879 . Gezicht over de Kromme Rijn op de zijgevel van het huis Rijnsoever bij Bunnik in 1868. Naar een tekening van P.J. Lutgers (1808-1874). Digitaal gerestaureerd en ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201879 .


De notariële akte van dinsdag 11 januari 1831 ten overstaan notaris Pieter Adriaan van Schermebeek van verkoop van huize de Rijnsoever te Zeist door Hilletje Canneman, weduwe van Johannes Engbertusz. aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor een verkoopsom van ƒ. 11.000,-. Bron: HUA, 34-4. De notariële akte van dinsdag 11 januari 1831 ten overstaan notaris Pieter Adriaan van Schermebeek van verkoop van huize de Rijnsoever te Zeist door Hilletje Canneman, weduwe van Johannes Engbertusz. aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor een verkoopsom van ƒ. 11.000,-. Bron: HUA, 34-4.


De notariële akte van dinsdag 11 januari 1831 ten overstaan notaris Pieter Adriaan van Schermebeek van verkoop van huize de Rijnsoever te Zeist door Hilletje Canneman, weduwe van Johannes Engbertusz. aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor een verkoopsom van ƒ. 11.000,-. Einde van akte met handtekeninglen. Bron: HUA, 34-4. De notariële akte van dinsdag 11 januari 1831 ten overstaan notaris Pieter Adriaan van Schermebeek van verkoop van huize de Rijnsoever te Zeist door Hilletje Canneman, weduwe van Johannes Engbertusz. aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor een verkoopsom van ƒ. 11.000,-. Einde van akte met handtekeninglen. Bron: HUA, 34-4.


De Rijnsoever in zuidoostelijke richting gezien met rechts de Kromme Rijn met daar tussen de paardenweide in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. De Rijnsoever in zuidoostelijke richting gezien met rechts de Kromme Rijn met daar tussen de paardenweide in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



In juni 1917 werd het oude oorspronkelijke huis Rijnsoever afgebroken in opdracht van jkvr. Agatha Strick van Linschoten en vervangen (op de zelfde plek) door een dwarshuis boerderij die er tot op heden nog altijd staat, aan de Rijnsoever 3. Tot april 1920 zou het goed Rijnsoever van familie Strick van Linschoten blijven. Waarna deze in het bezit van de gemeente Utrecht kwam naar aankoop van het landgoed Rhijnauwen.


Hulpkaart tekening uit juni 1917 waarop staat ingetekend dat het huidige huis Rijnsoever wordt vervangen door de boerderij op de zelfde plaats. Bron: Kadasterarchieviewer 1832-1987 (NL). Hulpkaart tekening uit juni 1917 waarop staat ingetekend dat het huidige huis Rijnsoever wordt vervangen door de boerderij op de zelfde plaats. Bron: Kadasterarchieviewer 1832-1987 (NL).


Gezicht op de Kromme Rijn bij Bunnik, bij het huis Rijnsoever in 1812 naar een tekening van D.A. Clemens. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202238. Gezicht op de Kromme Rijn bij Bunnik, bij het huis Rijnsoever in 1812 naar een tekening van D.A. Clemens. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202238.


Verkoopadvertentie van de erfgename van Johannes Egbertsz. Bouwman in september 1830 voor de verkoop en bezichtigingen van het huis Rijnsoever aan de Rijnsoever 3 te Zeist. Bron: Delpher 30-09-1830. Verkoopadvertentie van de erfgename van Johannes Egbertsz. Bouwman in september 1830 voor de verkoop en bezichtigingen van het huis Rijnsoever aan de Rijnsoever 3 te Zeist. Bron: Delpher 30-09-1830.


In 1849 zet Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten een advertentie voor de verhuur van het huis Rijnsoever. Bron: Delpher.nl 14-02-1849. In 1849 zet Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten een advertentie voor de verhuur van het huis Rijnsoever. Bron: Delpher.nl 14-02-1849.


De Bunnikerbrug met slagboom ten behoeve van de tol in juli 1824. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202244. De Bunnikerbrug met slagboom ten behoeve van de tol in juli 1824. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202244.


Huisje aan de Rijnsoever 32 gebouwd in 1943 naar een legaat schenking binnen de familie Oostveen - de Wit. Foto uit maart 2021 door Sander van Scherpenzeel. Huisje aan de Rijnsoever 32 gebouwd in 1943 naar een legaat schenking binnen de familie Oostveen - de Wit. Foto uit maart 2021 door Sander van Scherpenzeel.


Gezicht op de boerderij Rijnsoever 3 te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117182. Gezicht op de boerderij Rijnsoever 3 te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117182.


Foto genomen in zuidwestelijke richting met rechts de Rijnsoever en links de in aanleg zijn de luxe tuin met vijver aan de Rijnsoever 3 te Bunnik. Foto uit maart 2021 door Sander van Scherpenzeel. Foto genomen in zuidwestelijke richting met rechts de Rijnsoever en links de in aanleg zijn de luxe tuin met vijver aan de Rijnsoever 3 te Bunnik. Foto uit maart 2021 door Sander van Scherpenzeel.


Gezicht op de boerderij Rijnsoever 3 te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117181 . Gezicht op de boerderij Rijnsoever 3 te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117181 .


Het huis Rijnsoever aan de Rijnsoever 3 na een verbouwing en renovatie door de nieuwe eigenaren die het goed in 2020 kochten. Foto: maart 2021, Sander van Scherpenzeel. Het huis Rijnsoever aan de Rijnsoever 3 na een verbouwing en renovatie door de nieuwe eigenaren die het goed in 2020 kochten. Foto: maart 2021, Sander van Scherpenzeel.


Kromme Rijn nabij boerderij Rijnsoever gezien vanaf het jaagpad in ca. 1970. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 55515, 13. Kromme Rijn nabij boerderij Rijnsoever gezien vanaf het jaagpad in ca. 1970. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 55515, 13.



Rijnsoever 5, Boerderij Bosch Hoeve

Gezicht op de boerderij Bosch Hoeve (Rijnsoever 5) te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117186. Gezicht op de boerderij Bosch Hoeve (Rijnsoever 5) te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117186.



De fraai aan de Kromme Rijn gelegen langhuisboerderij met afgewolfd rieten zadeldak, dateert van omstreeks 1800. Oorspronkelijk was het een pachtboerderij bij Rhijnauwen.

De boerderij die omstreeks 1968 intern is verbouwd heeft geen agrarisch functie meer. Ter vergroting van de woonkamer is de ingang aan de voorzijde dichtgemetseld en is de kap opgelicht voor het vergroten van het keukenraam.


Gezicht op de boerderij Bosch Hoeve (Rijnsoever 5) te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117187. Gezicht op de boerderij Bosch Hoeve (Rijnsoever 5) te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 117187.



Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij.


Boerderij Bosch Hoeve langs de Kromme Rijn in 1950-1960. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56317, 19. Boerderij Bosch Hoeve langs de Kromme Rijn in 1950-1960. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56317, 19.


Gezicht op de gerestaureerde boerderij Rijnsoever 5 op het landgoed Rhijnauwen te Bunnik. Op het dak wordt de laatste hand gelegd aan het nieuwe rieten dak op zondag 15 juni 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 838947. Gezicht op de gerestaureerde boerderij Rijnsoever 5 op het landgoed Rhijnauwen te Bunnik. Op het dak wordt de laatste hand gelegd aan het nieuwe rieten dak op zondag 15 juni 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 838947.


Gezicht op de gerestaureerde boerderij Rijnsoever 5 op het landgoed Rhijnauwen te Bunnik. Op het dak wordt de laatste hand gelegd aan het nieuwe rieten dak op zondag 15 juni 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 838948. Gezicht op de gerestaureerde boerderij Rijnsoever 5 op het landgoed Rhijnauwen te Bunnik. Op het dak wordt de laatste hand gelegd aan het nieuwe rieten dak op zondag 15 juni 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 838948.


Gezicht op de gerestaureerde boerderij Rijnsoever 5 op het landgoed Rhijnauwen te Bunnik. Op het dak wordt de laatste hand gelegd aan het nieuwe rieten dak op zondag 15 juni 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 838946. Gezicht op de gerestaureerde boerderij Rijnsoever 5 op het landgoed Rhijnauwen te Bunnik. Op het dak wordt de laatste hand gelegd aan het nieuwe rieten dak op zondag 15 juni 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 838946.



Rijnsoever 24-26, Boerderij Het Fortuin

Gezicht op de voor- en zijgevel van de boerderij Fortuin (Rijnsoever 24- 26) te Bunnik op dinsdag 2 juni 1998. De huidige boerderij is in de periode 1935-1936 gebouwd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 817894. Gezicht op de voor- en zijgevel van de boerderij Fortuin (Rijnsoever 24- 26) te Bunnik op dinsdag 2 juni 1998. De huidige boerderij is in de periode 1935-1936 gebouwd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 817894.



Op dinsdag 22 juli 1664 werd ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Zuylen diverse landerijen verdeeld uit de nalatenschap der scheiding van (schoon)moeder Johanna van Milanen in leven weduwe van Johan Fonteyn. Onder haar schoonzoon Antony van Aelast, gehuwd met Maria Fonteyn en Johanna haar zoon Antony Fonteyn.


De eerste steenlegging gezeten aan de rechterkant van de voorgevel van boerderij 't Fortuin aan de Rijnsoever 24-26, heden in bezit van de Universiteit Utrecht faculteit Diergeneeskunde. 'De eerste steen gelegd Den 18 Julij 1878 door JONKVROUWE J.H.A. STRICK van LINSCHOTEN OUD 9 JAAR'. Jkvr. Johanna Henrietta Antonia Strick van Linschoten (1869-1941) waas de oudste dochter van Jhr. Jan Carel Strick van Linschoten (1831-1908) en Jeanne Louise Tissot van Patot (1846-1903). Twee jongere dochter van het echtpaar waren: Jkvr. Paulina Gerardina Sibylla Strick van Linschoten (1871) en Jkvr. Johanna Carolina Strick van Linschoten (1877). Foto uit maart 2021, Sander van Scherpenzeel. De eerste steenlegging gezeten aan de rechterkant van de voorgevel van boerderij 't Fortuin aan de Rijnsoever 24-26, heden in bezit van de Universiteit Utrecht faculteit Diergeneeskunde. 'De eerste steen gelegd Den 18 Julij 1878 door JONKVROUWE J.H.A. STRICK van LINSCHOTEN OUD 9 JAAR'. Jkvr. Johanna Henrietta Antonia Strick van Linschoten (1869-1941) waas de oudste dochter van Jhr. Jan Carel Strick van Linschoten (1831-1908) en Jeanne Louise Tissot van Patot (1846-1903). Twee jongere dochter van het echtpaar waren: Jkvr. Paulina Gerardina Sibylla Strick van Linschoten (1871) en Jkvr. Johanna Carolina Strick van Linschoten (1877). Foto uit maart 2021, Sander van Scherpenzeel.



De eerste vererving aan Anthony was 8 morgen land en enige roeden in het gerecht van Zeist en de Zeisteroever, gelegen aan de Kromme Rijn. Waarvan genaamd de landerijen Cruysland en Keyersland. als tweede vererving kreeg Anthony nog 2 morgen en 25 roeden lants daer in de Coppelsluys leggende is. Gelegen in het gerecht van Zeist.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U048a002 aktenummer: 82 22-07-1664.


Boerderij 't Fortuin gezien vanaf de Rijnsoever (24-26) in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Boerderij 't Fortuin gezien vanaf de Rijnsoever (24-26) in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Ruim twaalf jaar later in 1676 is er een akte bekend waarbij Anthony Fonteyn verhuurd en verpacht aan Cornelis Gerritsen een zekere hoffstede, huysinge, bergen c.a. mitte landen daerachter gelegen; Crommenryn.

Dit gebeurde ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerard van Bylevelt op zondag 1 november 1676. Land van 32 morgen groot gelegen aan de Zeisteroever. Gelegen in de hoek van Koudys (Grotelaan). Een Koudys is het Middelnederlands woord voor het beroep kopersmit of koperslager.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U053a017 aktenummer: 194 01-11-1676.


De rechter zijgevel van boerderij 't Fortuin aan de Rijnsoever 24-26 in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. De rechter zijgevel van boerderij 't Fortuin aan de Rijnsoever 24-26 in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Hierin betekend dat Anthony Fonteyn in die twaalf jaar na het overlijden van zijn moeder een boerderij heeft laten bouwen (Het Fortuin, Rijnsoever 24-26).


Boerderij 't Fortuin de voorgevel gezien vanaf de Rijnsoever (24-26) in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Boerderij 't Fortuin de voorgevel gezien vanaf de Rijnsoever (24-26) in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Het aparte in dit geschiedenisverhaal is wel dat de hofstede die gebouwd werd in opdracht van Anthony Fonteyn in de negentiende eeuw bekend staat als genaamd, 'Het Fortuin'. Is hier sprake geweest van een verschrijving of een historische mondelingen verandering? Dat de hofstede eigenlijk van oorsprong De Fontein had kunnen heette maar dat het 'Het Fortuin' is geworden.


Kaart van de percelen tussen de Kromme Rijn en de Bisschopswetering waaruit de Oeverse tiend moet worden betaald aan de voormalige S. Paulusabdij. Getekend door Bernard de Rooij in 1697. Met erbij ingetekend de landerijen die van Anthony Fonteyn waren. Bron: Het Utrechts Archief, 85-1, 95. Kaart van de percelen tussen de Kromme Rijn en de Bisschopswetering waaruit de Oeverse tiend moet worden betaald aan de voormalige S. Paulusabdij. Getekend door Bernard de Rooij in 1697. Met erbij ingetekend de landerijen die van Anthony Fonteyn waren. Bron: Het Utrechts Archief, 85-1, 95.



In het jaar 1735 is bekend dat boerderij Het Fortuin in eigendom was Hillegonda Wechter, gehuwd met Arnaud van Groenendael, Stephanus van der Heyden van beroep Lieutenant, Stephanus van der Heyden, wonende Rio Isequebo, zoon van Reynaud van der Heyden en Maria Weeckhuysen.


Een foto die is gemaakt bij boerderij, 't Fortuin' aan de Rijnsoever tijdens een koffiepauze van arbeiders, werkzaam bij aannemersbedrijf Ton Wildbergh, die hier een aantal herstelwerkzaamheden uitvoeren. Tegen de muur zien de attributen benodigd voor de bereiding van kaas, zoals de weikuip, deksel, de zeef en vormen. Op de foto, van links naar rechts: Ton Wildbergh, Adriaan Nieuwenhuizen, boerin De Ridder? en Ruth van Doorn. Liggend: een onbekende, zittend: Arie v.d. Heuvel. Een foto die is gemaakt bij boerderij, 't Fortuin' aan de Rijnsoever tijdens een koffiepauze van arbeiders, werkzaam bij aannemersbedrijf Ton Wildbergh, die hier een aantal herstelwerkzaamheden uitvoeren. Tegen de muur zien de attributen benodigd voor de bereiding van kaas, zoals de weikuip, deksel, de zeef en vormen. Op de foto, van links naar rechts: Ton Wildbergh, Adriaan Nieuwenhuizen, boerin De Ridder? en Ruth van Doorn. Liggend: een onbekende, zittend: Arie v.d. Heuvel.



Een zekere huysinge en hofstede c.a. met ongeveer 32 mergen boomgaerd, bouw en weyland; Huysinge met 25 mergen; den Crommen Rhyn. Met belendingen: achter: de Bisschopsweeteringe aan de oostwaardse zijde Willem Pesters, westwaarts gelegen de erven van Johan Wechter; omtrent 7 mergen; aan de Zeysteroeversendyck; als belendingen noordwaarts de Bisschopsweeteringe.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U139a002 aktenummer: 10-3 18-06-1735.


Het achtererf van boerderij 't Fortuin aan de Rijnsoever 24-26 in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Het achtererf van boerderij 't Fortuin aan de Rijnsoever 24-26 in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Hillegonda en haar consorten verkochten de goederen op zaterdag 18 juni 1735 ten overstaan van de Utrechtse noatris Jan van den Doorslag aan Melchior ten Hove, Heer van Rhijnauwen. Waarop het goed van Het Fortuin definitief bij het landgoed Rhijnauwen kwam te behoren. In 1773 kwam het landgoed in handen van Jhr. Jan Balthazar Strick van Linschoten.


De Rijnsoever in de richting van het noordoosten gezien in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. De Rijnsoever in de richting van het noordoosten gezien in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Achterkleinzoon Jhr. Jan Carel Strick van Linschoten bezat boerderij Het Fortuin tot ca. 1900. In de jaren erna verkopen zijn erfgename de boerderij in 1905. De boerderij was voor die tijd in 1/3 deel bezit waaronder het eigendom van Pieter Vinkhuizen van beroep arts te Bunnik tezamen met Jkvr. Paulina Gerardina Sybilla Strick van Linschoten, gehuwd met J.J. Kempenaer, wonende te Hedel. En als laatste Jkvr. Johanna Carolina Strick van Linschoten met Frantirek Janeéek, wonende te Praag.


Maandag 30 oktober van het jaar 1905 vond ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth de verkoop plaast van boerderij 't Fortuin te Zeist aan de Zeisteroever. een klein 21 hectare land werd verkocht voot ƒ. 40.000-, gulden aan pachter Jan de Ridder. Verkopende partij was familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Begin beschrijving van akte. Bron: RAZU, 063, 455, aktenummer: 48 Maandag 30 oktober van het jaar 1905 vond ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth de verkoop plaast van boerderij 't Fortuin te Zeist aan de Zeisteroever. een klein 21 hectare land werd verkocht voot ƒ. 40.000-, gulden aan pachter Jan de Ridder. Verkopende partij was familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Begin beschrijving van akte. Bron: RAZU, 063, 455, aktenummer: 48


Maandag 30 oktober van het jaar 1905 vond ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth de verkoop plaast van boerderij 't Fortuin te Zeist aan de Zeisteroever. een klein 21 hectare land werd verkocht voot ƒ. 40.000-, gulden aan pachter Jan de Ridder. Verkopende partij was familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Beschrijving van akte met aanwezige, perceenummers. Bron: RAZU, 063, 455, aktenummer: 48 Maandag 30 oktober van het jaar 1905 vond ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth de verkoop plaast van boerderij 't Fortuin te Zeist aan de Zeisteroever. een klein 21 hectare land werd verkocht voot ƒ. 40.000-, gulden aan pachter Jan de Ridder. Verkopende partij was familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Beschrijving van akte met aanwezige, perceenummers. Bron: RAZU, 063, 455, aktenummer: 48


Maandag 30 oktober van het jaar 1905 vond ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth de verkoop plaast van boerderij 't Fortuin te Zeist aan de Zeisteroever. een klein 21 hectare land werd verkocht voot ƒ. 40.000-, gulden aan pachter Jan de Ridder. Verkopende partij was familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Beschrijving van akte met verkoopvoorwaarden, perceenummers. Bron: RAZU, 063, 455, aktenummer: 48 Maandag 30 oktober van het jaar 1905 vond ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth de verkoop plaast van boerderij 't Fortuin te Zeist aan de Zeisteroever. een klein 21 hectare land werd verkocht voot ƒ. 40.000-, gulden aan pachter Jan de Ridder. Verkopende partij was familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Beschrijving van akte met verkoopvoorwaarden, perceenummers. Bron: RAZU, 063, 455, aktenummer: 48


Maandag 30 oktober van het jaar 1905 vond ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth de verkoop plaast van boerderij 't Fortuin te Zeist aan de Zeisteroever. een klein 21 hectare land werd verkocht voot ƒ. 40.000-, gulden aan pachter Jan de Ridder. Verkopende partij was familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Eind van beschrijving van akte. Bron: RAZU, 063, 455, aktenummer: 48 Maandag 30 oktober van het jaar 1905 vond ten overstaan van de Houtense notaris Hendrik Arnold Margareeth de verkoop plaast van boerderij 't Fortuin te Zeist aan de Zeisteroever. een klein 21 hectare land werd verkocht voot ƒ. 40.000-, gulden aan pachter Jan de Ridder. Verkopende partij was familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Eind van beschrijving van akte. Bron: RAZU, 063, 455, aktenummer: 48


De Rijnsoever in de richting van het westen gezien ter hoogte van de boerderij aan nr. 22 met links de Kromme Rijn en een rest arm van de Kromme Rijn in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. De Rijnsoever in de richting van het westen gezien ter hoogte van de boerderij aan nr. 22 met links de Kromme Rijn en een rest arm van de Kromme Rijn in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Boerderij Het Fortuin stond het jaar 1910 geadresseerd in de wijk C van Zeist aan de Rijnsoever C107. Bij de nieuwe eigenaren komt Het Fortuin geadresseerd te staan de Rijnsoever A3. In 1906 is landbouwer Jan de Ridder en zijn latere weduwe Marie van Woudenbergh de gedeeltelijke eigenaar van de hofstede.

Broers Martinus de Ridder van beroep graanhandelaar te Bunnik, broer Willem Hendrikus de Ridder, ook van beroep veehouder te Zeist en zus Clara Margaretha de Ridder wonende te Zeist waren de mede eigenaren van Het Fortuin. Veehouder Jan Wijnen uit Waarder, gelegen in de provincie Zuid-Holland was één van de gedeelde mede eigenaren.

In juli 1878 wordt er melding gemaakt dat Martin de Ridder woonachtig is op Het Fortuin.


De Rijnsoever gezien vanaf de Grotelaan te Bunnik in de richting van het zuiden gezien in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. De Rijnsoever gezien vanaf de Grotelaan te Bunnik in de richting van het zuiden gezien in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



In 1952 verkoop familie De Ridder Het Fortuin aan Marinus Johannes Vernooij, veehouder uit Cothen. In 1964 verkoopt Rinus Vernooy Het Fortuin aan de gemeente Utrecht. Zij willen voor de zekerheid alle gronden in de vroegere Johannapolder in bezit krijgen voor de destijdse geplanden stadsuitbreiding van het Universiteitstereein De Uithof. Wat ruim 50 jaar later het Utrechts Sciene Park is gaan heten.


Zicht vanaf de Grotelaan op de Rijnsoever en het huis aan nr. 1 in Bunnik in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Zicht vanaf de Grotelaan op de Rijnsoever en het huis aan nr. 1 in Bunnik in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



In 1969 volgt er nog een verbouwing van Het Fortuin en worden in de loop van 1975 de gemeentengronden van Zeist en De Bilt deels naar de gemeente Utrecht geannexeerd. Waarna de gemeente Utrecht aan de oostkant van de stad kadastraal wordt uitgebreid met sectie N.

In 1978 worden diverse gronden en huizen in de omgeving Het Fortuin samengevoegd tot een perceel. Waarna de jaren hierop Het Fortuin in het bezit blijft van de gemeente Utrecht.


Zicht op de Grotelaan te Bunnik in de richting van het noorden gezien met ver op de achtergrond het landgoed Oostbroek en links Universiteitsterrein Het Sciencepark, vroeger De Uithof geheten. Foto in maart 2021 door Sander van Scherpenzeel. Zicht op de Grotelaan te Bunnik in de richting van het noorden gezien met ver op de achtergrond het landgoed Oostbroek en links Universiteitsterrein Het Sciencepark, vroeger De Uithof geheten. Foto in maart 2021 door Sander van Scherpenzeel.


       

OP woensdag 29 april van het jaar 1964 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Mr. André Peirre Mathieu Marie Geurts verscheen de heer Marinus Johannes Vernooij, Veehouder en fruitteler, wonende te Cothen aan de Nachtdijk te (Post Houten), tweede verschenen persoon de Andries Swaan, Hoofd-amtenaar in Algemene Dienst ter Gemeente-Secretarie van Utrecht. De gemeente Utrecht kocht de boerderij Het Fortuin, liggende aan de Rijnsoever te gemeente Zeist aankocht van de heer Vernooy voor ƒ. 448.394,50,-. Plattegrond van de Johannapolder, gronden in rood gearceerd, al aangekocht door de gemeente Utrecht, in geel gearceerd de gronden behorend bij boerderij Het Fortuin. Gronden waren nodig voor de bouw van de Utrechtse De Uithof, het latere Sciencepark. Bron: HUA, 1007-3. OP woensdag 29 april van het jaar 1964 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Mr. André Peirre Mathieu Marie Geurts verscheen de heer Marinus Johannes Vernooij, Veehouder en fruitteler, wonende te Cothen aan de Nachtdijk te (Post Houten), tweede verschenen persoon de Andries Swaan, Hoofd-amtenaar in Algemene Dienst ter Gemeente-Secretarie van Utrecht. De gemeente Utrecht kocht de boerderij Het Fortuin, liggende aan de Rijnsoever te gemeente Zeist aankocht van de heer Vernooy voor ƒ. 448.394,50,-. Plattegrond van de Johannapolder, gronden in rood gearceerd, al aangekocht door de gemeente Utrecht, in geel gearceerd de gronden behorend bij boerderij Het Fortuin. Gronden waren nodig voor de bouw van de Utrechtse De Uithof, het latere Sciencepark. Bron: HUA, 1007-3.


OP woensdag 29 april van het jaar 1964 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Mr. André Peirre Mathieu Marie Geurts verscheen de heer Marinus Johannes Vernooij, Veehouder en fruitteler, wonende te Cothen aan de Nachtdijk te (Post Houten), tweede verschenen persoon de Andries Swaan, Hoofd-amtenaar in Algemene Dienst ter Gemeente-Secretarie van Utrecht. De gemeente Utrecht kocht de boerderij Het Fortuin, liggende aan de Rijnsoever te gemeente Zeist aankocht van de heer Vernooy voor ƒ. 448.394,50,-. Openbaar gemeentebesluit. Bron: HUA, 1007-3. OP woensdag 29 april van het jaar 1964 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Mr. André Peirre Mathieu Marie Geurts verscheen de heer Marinus Johannes Vernooij, Veehouder en fruitteler, wonende te Cothen aan de Nachtdijk te (Post Houten), tweede verschenen persoon de Andries Swaan, Hoofd-amtenaar in Algemene Dienst ter Gemeente-Secretarie van Utrecht. De gemeente Utrecht kocht de boerderij Het Fortuin, liggende aan de Rijnsoever te gemeente Zeist aankocht van de heer Vernooy voor ƒ. 448.394,50,-. Openbaar gemeentebesluit. Bron: HUA, 1007-3.


OP woensdag 29 april van het jaar 1964 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Mr. André Peirre Mathieu Marie Geurts verscheen de heer Marinus Johannes Vernooij, Veehouder en fruitteler, wonende te Cothen aan de Nachtdijk te (Post Houten), tweede verschenen persoon de Andries Swaan, Hoofd-amtenaar in Algemene Dienst ter Gemeente-Secretarie van Utrecht. De gemeente Utrecht kocht de boerderij Het Fortuin, liggende aan de Rijnsoever te gemeente Zeist aankocht van de heer Vernooy voor ƒ. 448.394,50,-. Plattegrond in geel gearceerd de ruim 20 hectare die bij het Fortuin behoorde. Bron: HUA, 1007-3. OP woensdag 29 april van het jaar 1964 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Mr. André Peirre Mathieu Marie Geurts verscheen de heer Marinus Johannes Vernooij, Veehouder en fruitteler, wonende te Cothen aan de Nachtdijk te (Post Houten), tweede verschenen persoon de Andries Swaan, Hoofd-amtenaar in Algemene Dienst ter Gemeente-Secretarie van Utrecht. De gemeente Utrecht kocht de boerderij Het Fortuin, liggende aan de Rijnsoever te gemeente Zeist aankocht van de heer Vernooy voor ƒ. 448.394,50,-. Plattegrond in geel gearceerd de ruim 20 hectare die bij het Fortuin behoorde. Bron: HUA, 1007-3.


OP woensdag 29 april van het jaar 1964 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Mr. André Peirre Mathieu Marie Geurts verscheen de heer Marinus Johannes Vernooij, Veehouder en fruitteler, wonende te Cothen aan de Nachtdijk te (Post Houten), tweede verschenen persoon de Andries Swaan, Hoofd-amtenaar in Algemene Dienst ter Gemeente-Secretarie van Utrecht. De gemeente Utrecht kocht de boerderij Het Fortuin, liggende aan de Rijnsoever te gemeente Zeist aankocht van de heer Vernooy voor ƒ. 448.394,50,-. Begin beschrijving van akte. Bron: HUA, 1007-3. OP woensdag 29 april van het jaar 1964 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Mr. André Peirre Mathieu Marie Geurts verscheen de heer Marinus Johannes Vernooij, Veehouder en fruitteler, wonende te Cothen aan de Nachtdijk te (Post Houten), tweede verschenen persoon de Andries Swaan, Hoofd-amtenaar in Algemene Dienst ter Gemeente-Secretarie van Utrecht. De gemeente Utrecht kocht de boerderij Het Fortuin, liggende aan de Rijnsoever te gemeente Zeist aankocht van de heer Vernooy voor ƒ. 448.394,50,-. Begin beschrijving van akte. Bron: HUA, 1007-3.


OP woensdag 29 april van het jaar 1964 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Mr. André Peirre Mathieu Marie Geurts verscheen de heer Marinus Johannes Vernooij, Veehouder en fruitteler, wonende te Cothen aan de Nachtdijk te (Post Houten), tweede verschenen persoon de Andries Swaan, Hoofd-amtenaar in Algemene Dienst ter Gemeente-Secretarie van Utrecht. De gemeente Utrecht kocht de boerderij Het Fortuin, liggende aan de Rijnsoever te gemeente Zeist aankocht van de heer Vernooy voor ƒ. 448.394,50,-. Eind beschrijving van akte. Bron: HUA, 1007-3. OP woensdag 29 april van het jaar 1964 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Mr. André Peirre Mathieu Marie Geurts verscheen de heer Marinus Johannes Vernooij, Veehouder en fruitteler, wonende te Cothen aan de Nachtdijk te (Post Houten), tweede verschenen persoon de Andries Swaan, Hoofd-amtenaar in Algemene Dienst ter Gemeente-Secretarie van Utrecht. De gemeente Utrecht kocht de boerderij Het Fortuin, liggende aan de Rijnsoever te gemeente Zeist aankocht van de heer Vernooy voor ƒ. 448.394,50,-. Eind beschrijving van akte. Bron: HUA, 1007-3.


  

Zeisteroever 2, Boerderij Zeisteroever (toenmalig) (gem. Zeist)

Gezicht op de hooiberg en de schuur van de boerderij Zeisteroever (Rijnsoever 2) te Bunnik in juli 1966. Bon: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 31399. Gezicht op de hooiberg en de schuur van de boerderij Zeisteroever (Rijnsoever 2) te Bunnik in juli 1966. Bon: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 31399.



Boerderij Zeisteroever, heden aan de Rijnsoever 1, vroeger gelegen aan de Rijnsoever 2 was geen onderdeel van het landgoed van Rhijnauwen. We vermelden de boerderij hierbij wel omdat deze onderdeel uit maakte van de agglomeratie van het landgoed en het gebied.

Boerderij Zeisterover is in het verleden het eigendom geweest van familie Pesters van Cattebroek. Heden van familie Lokhorst.

Boerderij terrein bestaat nog wel maar de oude hofstede is afgebroken.


Gezicht op Rijnsoever, de weg langs de Kromme Rijn te Bunnik met in de verte het dak van boerderij Rijnsoever in juli 1966. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 31398. Gezicht op Rijnsoever, de weg langs de Kromme Rijn te Bunnik met in de verte het dak van boerderij Rijnsoever in juli 1966. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 31398.



Boerderij Atteveld aan de Rijsbruggerweg 3 te Bunnik

Boerderij Atteveld aan de Rijsbruggerweg 3 te Bunnik in juli 2021 gezien vanaf de Rijsbruggerweg. Foto: Sander van Scherpenzeel. Boerderij Atteveld aan de Rijsbruggerweg 3 te Bunnik in juli 2021 gezien vanaf de Rijsbruggerweg. Foto: Sander van Scherpenzeel.



In februari 1836 verkochten de erfgename van Catharina Leereveld, weduwe van Dirk van der Shouw de hofstede Atteveld (Rijsbruggerweg 3) aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen (1790-1850). Dirk van der Schouw was elf jaar eerder in 1825 al overleden. Catharina overleed in 1835.


Op maandag 1 februari 1836 verkocht de erfgename van Catharina Leereveld boerderij Atteveld gelegen ten oosten van de Rietsloot in Odijk (Rijsbruggerweg 3) aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor een bedrag van f. 1.350- , gulden. Vele jaren later na het overlijden van Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen vererfde de boerderij op zijn zoon jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Hij verkocht de boerderij aan op donderdag 17 februari 1859 voor f. 3.750- , gulden aan dhr. Maatman ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff te Wijk bij Duurstede. Bronnen: Het Utrechts Archief, 1294 6627 (127), 1859 ma 16-1859 april 27 127 22 en Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1820 1836 jan.-juni 01-02-1836 nr. 2795. Op maandag 1 februari 1836 verkocht de erfgename van Catharina Leereveld boerderij Atteveld gelegen ten oosten van de Rietsloot in Odijk (Rijsbruggerweg 3) aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor een bedrag van f. 1.350- , gulden. Vele jaren later na het overlijden van Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen vererfde de boerderij op zijn zoon jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Hij verkocht de boerderij aan op donderdag 17 februari 1859 voor f. 3.750- , gulden aan dhr. Maatman ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff te Wijk bij Duurstede. Bronnen: Het Utrechts Archief, 1294 6627 (127), 1859 ma 16-1859 april 27 127 22 en Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1820 1836 jan.-juni 01-02-1836 nr. 2795.


Middenboven de boerderij Atteveld aan de Rijsbruggerweg 3 in 2020 in 1835 van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: Google Maps (NL). Middenboven de boerderij Atteveld aan de Rijsbruggerweg 3 in 2020 in 1835 van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: Google Maps (NL).


Op maandag 1 februari 1836 verkocht de erfgename van Catharina Leereveld boerderij Atteveld gelegen ten oosten van de Rietsloot in Odijk (Rijsbruggerweg 3) aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor een bedrag van f. 1.350- , gulden. Vele jaren later na het overlijden van Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen vererfde de boerderij op zijn zoon jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Hij verkocht de boerderij aan op vrijdag 1 april 1859 voor f. 3.750- , gulden aan dhr. Maatman.Bronnen: Het Utrechts Archief, 1294 6627 (127), 1859 ma 16-1859 april 27 127 22 en Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1820 1836 jan.-juni 01-02-1836 nr. 2795.oor de verkoop van de boerderij werd dit bekrachtigd per veiling waar Willem Sterkenburg f. 1.025-, gulden bood voor de boerderij waar jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen met f. 325,00 gulden overboden en hij verkreeg de boerderij aan de Rijsbruggerweg voor f. 1.350 gulden. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1820 1836 jan.-juni 01-02-1836 nr. 2795. Op maandag 1 februari 1836 verkocht de erfgename van Catharina Leereveld boerderij Atteveld gelegen ten oosten van de Rietsloot in Odijk (Rijsbruggerweg 3) aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor een bedrag van f. 1.350- , gulden. Vele jaren later na het overlijden van Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen vererfde de boerderij op zijn zoon jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Hij verkocht de boerderij aan op vrijdag 1 april 1859 voor f. 3.750- , gulden aan dhr. Maatman.Bronnen: Het Utrechts Archief, 1294 6627 (127), 1859 ma 16-1859 april 27 127 22 en Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1820 1836 jan.-juni 01-02-1836 nr. 2795.oor de verkoop van de boerderij werd dit bekrachtigd per veiling waar Willem Sterkenburg f. 1.025-, gulden bood voor de boerderij waar jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen met f. 325,00 gulden overboden en hij verkreeg de boerderij aan de Rijsbruggerweg voor f. 1.350 gulden. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1820 1836 jan.-juni 01-02-1836 nr. 2795.


Links de Rijsbruggerweg met rechts daarvan de koeien behorend bij de boerderij aan de Rijsbruggerweg 3 te Bunnik in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Links de Rijsbruggerweg met rechts daarvan de koeien behorend bij de boerderij aan de Rijsbruggerweg 3 te Bunnik in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Handtekening van de erfgenamen broeders en zusters van Dirk van der Schouw en Catharina Leereveld. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1820 1836 jan.-juni 01-02-1836 nr. 2795. Handtekening van de erfgenamen broeders en zusters van Dirk van der Schouw en Catharina Leereveld. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1820 1836 jan.-juni 01-02-1836 nr. 2795.


Fragment uit de verkoopakte aan dhr. Middelman waarop jhr. Jan Carel Strick van Linschoten de boerderij aan de Rijsbruggerweg 3 verkocht op donderdag 17 februari 1859 ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1865, aktenummer: 2328. Fragment uit de verkoopakte aan dhr. Middelman waarop jhr. Jan Carel Strick van Linschoten de boerderij aan de Rijsbruggerweg 3 verkocht op donderdag 17 februari 1859 ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1865, aktenummer: 2328.


Fragment uit de verkoopakte aan dhr. Middelman waarop jhr. Jan Carel Strick van Linschoten de boerderij aan de Rijsbruggerweg 3 verkocht op donderdag 17 februari 1859 ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff. Handtekeningen (linksboven) van dhr. D. Middelman en jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1865, aktenummer: 2328. Fragment uit de verkoopakte aan dhr. Middelman waarop jhr. Jan Carel Strick van Linschoten de boerderij aan de Rijsbruggerweg 3 verkocht op donderdag 17 februari 1859 ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff. Handtekeningen (linksboven) van dhr. D. Middelman en jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1865, aktenummer: 2328.



Vossegatsedijk 1, Boerderij De Hoge Boomgaard

Gezicht op de boerderij De Hoge Boomgaard te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 11717. Gezicht op de boerderij De Hoge Boomgaard te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 11717.



Deze dwarshuisboerderij met pannen zadeldak is in het eerste kwart van deze eeuw gebouwd op de plaats van een oudere voorganger. Het is een voormalige pachtboerderij bij kasteel Rhijnauwen. Opvallend is vooral de gave detaillering,zoals T-vensters voorzien van roedenbovenlichten en halve luiken en de geornamenteerde sluitpannen langs de dakrand.

Bijzonder is het lage en brede dakraam onder een steekkap aan de voorzijde in het midden van het dak. De naam 'Hoge Boomgaard' is wellicht afgeleid van het 'Hoge Bos', een nabij gelegen stukbosaanleg (binnen het landgoed Rhijnauwen) uit de 18de eeuw.In juli 1878 wonende een zekere A. Overeem op boerderij De Hoge Boomgaard.


De Rijnsoever in oostelijke richting gezien met rechts het Rijnsoeverbos in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. De Rijnsoever in oostelijke richting gezien met rechts het Rijnsoeverbos in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij.



Vossegatsedijk 4

Gezicht op de achterzijde van het huis Vossegatsedijk 4 te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 11717. Gezicht op de achterzijde van het huis Vossegatsedijk 4 te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 11717.



Dit woonhuis met pannen dak is in de 18de eeuw gebouwd als dienstwoning bij kasteel Rhijnauwen. Het is een eenvoudig bakstenen pand met roedenschuif-vensters voorzien van luiken.

Oorspronkelijk lag het aan een van de drie dwarslanen die het park Rhijnauwen doorsneden. Deze laan is bij de aanleg van het fort Rhijnauwen verdwenen. Het huis dat thans in gebruik is al atelier heeft nu uitzicht op de buitenste omgrachting van het fort.


Gezicht op de achterzijde van het huis Vossegatsedijk 4 te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 11717. Gezicht op de achterzijde van het huis Vossegatsedijk 4 te Bunnik op maandag 8 september 1997. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 11717.



Bron: Bunnik Geschiedenis en Architect, Saskia van Ginkel-Meester, 1989, Kerckebosch Uitgeverij.


Gezicht op het huis Vossegatsedijk 4 te Bunnik in mei - juni 1997. Naar een foto van Victor Lansink. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 852443. Gezicht op het huis Vossegatsedijk 4 te Bunnik in mei - juni 1997. Naar een foto van Victor Lansink. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 852443.


Gezicht op het huis Vossegatsedijk 4 te Bunnik in mei - juni 1997. Naar een foto van Victor Lansink. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 852444. Gezicht op het huis Vossegatsedijk 4 te Bunnik in mei - juni 1997. Naar een foto van Victor Lansink. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 852444.



Huis Rijnsweerd


Rijnsweerd is een voormalig versterkt huis in Utrecht. Het bevond zich op de plaats waar de Minstroom zich afsplitst van de Kromme Rijn.

In de 14e eeuw werd het huis door de bisschop van Utrecht beleend aan Frederik van Drakenburg, schout van Utrecht en tevens eigenaar van huis Drakenburg in Utrecht.


Schetstekening van Fort Vossegat met de Vossegatsedijk in juni 1874 met de diverse nog weidse openliggende percelen aan de oostkant van Utrecht stad Abstede met de grens van De Bilt, sectie Oostbroek. Bron: Het Utrechts Archief, 1007-4. Schetstekening van Fort Vossegat met de Vossegatsedijk in juni 1874 met de diverse nog weidse openliggende percelen aan de oostkant van Utrecht stad Abstede met de grens van De Bilt, sectie Oostbroek. Bron: Het Utrechts Archief, 1007-4.



Kasteeltype Versterkt huis


Gezicht in de Rhijnauwenselaan te Bunnik, met op de achtergrond de brug over de Kromme Rijn en het hoofdgebouw en poortgebouw van de jeugdherberg Rhijnauwen van de Stayokay aan de Rhijnauwenselaan 14 op zondag 26 mei 1994. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 116885. Gezicht in de Rhijnauwenselaan te Bunnik, met op de achtergrond de brug over de Kromme Rijn en het hoofdgebouw en poortgebouw van de jeugdherberg Rhijnauwen van de Stayokay aan de Rhijnauwenselaan 14 op zondag 26 mei 1994. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 116885.



Gebouwd in 14e eeuw


Gezicht op de omgrachte ridderhofstad Rhijnauwen tussen Utrecht en Bunnik, met links de brug naar de voorburcht, uit het zuidwesten in de periode 1715-1720. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 135312. Gezicht op de omgrachte ridderhofstad Rhijnauwen tussen Utrecht en Bunnik, met links de brug naar de voorburcht, uit het zuidwesten in de periode 1715-1720. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 135312.



Gesloopt in 18e eeuw


Gezicht op de Kromme Rijn door het landgoed bij kasteel Rhijnauwen te Bunnik op maandag 8 juni 1936. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 400082. Gezicht op de Kromme Rijn door het landgoed bij kasteel Rhijnauwen te Bunnik op maandag 8 juni 1936. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 400082.



Krantenartikel over het 'stropen' van gemaaid gras langs de Vossegatsedijk en de Vreeswijkselaan (hofstede Vreeswijk(Oostbroek)) en wie na 30 jaar nog eigenlijke bezit over de bermen heeft van de bovengenoemde dijk en laan? Familie Strick van Linschoten, Genie/Domeinen of familie De Ridder sinds 1898 bezitter van de hofstede Rijnsweerd. Krantenartikel uit september 1912. Bron: Het Utrechts Archief, krantenbank. Krantenartikel over het 'stropen' van gemaaid gras langs de Vossegatsedijk en de Vreeswijkselaan (hofstede Vreeswijk(Oostbroek)) en wie na 30 jaar nog eigenlijke bezit over de bermen heeft van de bovengenoemde dijk en laan? Familie Strick van Linschoten, Genie/Domeinen of familie De Ridder sinds 1898 bezitter van de hofstede Rijnsweerd. Krantenartikel uit september 1912. Bron: Het Utrechts Archief, krantenbank.



In het begin van de 18e eeuw werd het huis afgebroken en vervangen door een boerderij. In 1908 werd ook deze afgebroken en is het huidige huis gebouwd.


Situatieschets van aan te kopen gronden rondom Fort Vossegat om het fortterrein uit-te-breiden in 1850. Genie/Domeinen kocht gronden aan van dhr. Oortman, jkvr. Strick van Linschoten en Arnoud Willem baron Van Brienen van de Groote Lindt. Bron: Het Utrechts Archief, 1007-4. Situatieschets van aan te kopen gronden rondom Fort Vossegat om het fortterrein uit-te-breiden in 1850. Genie/Domeinen kocht gronden aan van dhr. Oortman, jkvr. Strick van Linschoten en Arnoud Willem baron Van Brienen van de Groote Lindt. Bron: Het Utrechts Archief, 1007-4.



Overgenomen van Wikipedia Huis Rijnsweerd


Luchtfoto van de wijk Rijnsweerd Zuid te Utrecht, uit het zuiden, met op de voorgrond het terrein van het Zwembad Krommerijn (Weg naar Rhijnauwen 3). Linksonder Huis Rijnsweerd aan de Weg tot de Wetenschap 15 op vrijdag 25 juni 1999. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 85424. Luchtfoto van de wijk Rijnsweerd Zuid te Utrecht, uit het zuiden, met op de voorgrond het terrein van het Zwembad Krommerijn (Weg naar Rhijnauwen 3). Linksonder Huis Rijnsweerd aan de Weg tot de Wetenschap 15 op vrijdag 25 juni 1999. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 85424.


Luchtfoto van het Zwembad Krommerijn (Weg naar Rhijnauwen 3) te Utrecht, uit het zuidoosten. Op de achtergrond de Weg tot de Wetenschap en een gedeelte van de wijk Rijnsweerd Zuid op vrijdag 25 juni 1999. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 85426. Luchtfoto van het Zwembad Krommerijn (Weg naar Rhijnauwen 3) te Utrecht, uit het zuidoosten. Op de achtergrond de Weg tot de Wetenschap en een gedeelte van de wijk Rijnsweerd Zuid op vrijdag 25 juni 1999. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 85426.



Weg naar Rhijnauwen, huisnr. 14A te De Bilt/Abstede te Utrecht, Boerderij Vossegat/Rijnsweerd

Gezicht op boerderij Vossegat/Rijnsweerd vanaf het Jaagpad in Maarschalkerweerd met in het midden de rivier de Kromme-Rijn in de periode 1900-1908 naar een tekening van M. Verbeek. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 38038. Gezicht op boerderij Vossegat/Rijnsweerd vanaf het Jaagpad in Maarschalkerweerd met in het midden de rivier de Kromme-Rijn in de periode 1900-1908 naar een tekening van M. Verbeek. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 38038.



De geschiedenis van boerderij Rijnsweerd, die in het laatste kwart van de achttiende eeuw van naam veranderd tot boerderij Vossegat. Is in veel Utrechtse geschiedschrijving onderbelicht gebleven. De stichting ziet hierdoor een gat in de internetmarkt om op de website de geschiedenis van deze pachtboerderij, behorend bij Rhijnauwen belichten.


Kaart van de blokken of percelen van de voormalige S. Paulusabdij te Abstederveld en Abstederbree en van de S. Servaasabdij in de Galgenwaard tussen de stadsgracht de Kromme Rijn en de Hoofddijkse- of Oudwijkerwetering getekend door B. de Rooij uit 1697. Bron: Het Utrechts Archief, 85-1, 261. Kaart van de blokken of percelen van de voormalige S. Paulusabdij te Abstederveld en Abstederbree en van de S. Servaasabdij in de Galgenwaard tussen de stadsgracht de Kromme Rijn en de Hoofddijkse- of Oudwijkerwetering getekend door B. de Rooij uit 1697. Bron: Het Utrechts Archief, 85-1, 261.



In 1536 kan men al nagaan van 30 morgen land (kleine 30 ha.), dat die dan toebehoren aan Dirk van Zuilen  van  de  Haar. Waarvan eerder betekend was dat  twee  hoeven  lands (1 hoeve land - 15 ha.),  eerder toebehoorde aan Jacob Tester. Hij moest in het jaar 1327 van commer ende lijfsnoot (van kommer en levensnood) het goed verkopen aan de Utrechtse burger Arend  Godschalksz..


Kaart (fragment) van percelen land van de voormalige abdij te Oostbroek getekend B. Lobe uit 1648 met een uitsneden van hofstede Vossegat of huis Rijnsweerd. Bron: Het Utrechts Archief, 85-2, 56. Kaart (fragment) van percelen land van de voormalige abdij te Oostbroek getekend B. Lobe uit 1648 met een uitsneden van hofstede Vossegat of huis Rijnsweerd. Bron: Het Utrechts Archief, 85-2, 56.



Jacob Testar hield het land wel in leen van Dirk van Overdevecht  en hij op zijn beurt van de  bisschop van Utrecht. De 2 hoeve worden gelokaliseerd in Abstederweyde en strekt van den Rine  aen den Hoefdijcke.


Kaart van percelen land van de voormalige abdij te Oostbroek getekend B. Lobe uit 1648 met een uitsneden van hofstede Vossegat of huis Rijnsweerd. Met de diverse landerijen die in latere jaren aangekocht zouden worden door Jan Balthasar Strick van Linschoten. Bron: Het Utrechts Archief, 85-2, 56. Kaart van percelen land van de voormalige abdij te Oostbroek getekend B. Lobe uit 1648 met een uitsneden van hofstede Vossegat of huis Rijnsweerd. Met de diverse landerijen die in latere jaren aangekocht zouden worden door Jan Balthasar Strick van Linschoten. Bron: Het Utrechts Archief, 85-2, 56.



Omstreeks 1382 is Frederik van Drakenborg leenman en de twee hoeven werden toen omschreven  als  ghelegen ' bi  der  Hoelrebrugge,  streckende  Men  Rijn  opgaende  aen  den Hoefdijc,  daer aen die één sijde naest leyt d ’Oude Steenwech ende an d' ander side naestghelant  sijn   die  nonnen   van   sente  Servaes   I’Utrecht'.


In november 1837 verhuurde jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen de hofstede Vossegat/Rijhnsweerd aan Teunis Middelman. Verhuur werd gesloten ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4. In november 1837 verhuurde jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen de hofstede Vossegat/Rijhnsweerd aan Teunis Middelman. Verhuur werd gesloten ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4.



In 1434 verschijnt een nieuw element in het landschap wat in de omschrijving als volgt luidt:

'twe hoeven lants myt eenre hofstede geheiten Rijnsweerde, gelegen in Abstederweide, en in 1598' tenslotte worden als belendingen opgegeven:  in het oosten als eigenaar van het land de St. Laurens abdi enin het westen de abdij van St. Servaas en in het noorden het S t.Jansklooster van Amersfoort, de rechtsopvolger van  het klooster van Vredendaal.

Bron: C. Dekker, Het Kromme-Rijngebied in de Middeleeuwen, 1983.

Een wat later bekende notariële akten waarin de hofstede beschreven wordt is als Maria van Leeuwen, weduwe van Laurens Schas op donderdag 2 mei 1709 ten overstaan van de Utrechtse notaris Cornelis van Doorn haar testament laat opmaken aan haar zes kinderen en kleinkinderen.


Kaart van de stad Utrecht (fragment) met wijde omgeving uit 1629; met weergave van wegen, watergangen en bebouwing buiten de binnenstad; met weergave van een verdedigingswal met bastions en gracht tussen de Vecht en Vaartsche Rijn in de eerste linie en vier hoornwerken tussen de Vecht en de Vaartsche Rijn langs de stadsgracht in de tweede linie. Met middenboven al de hofstede Vossegat ingetekend, genaamd 'Vossekuijll', met ernaast in Maarschalkerweerd boerderij De Grote Kuil als genaamd de 'Suiker Kuijl'. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 216130. Kaart van de stad Utrecht (fragment) met wijde omgeving uit 1629; met weergave van wegen, watergangen en bebouwing buiten de binnenstad; met weergave van een verdedigingswal met bastions en gracht tussen de Vecht en Vaartsche Rijn in de eerste linie en vier hoornwerken tussen de Vecht en de Vaartsche Rijn langs de stadsgracht in de tweede linie. Met middenboven al de hofstede Vossegat ingetekend, genaamd 'Vossekuijll', met ernaast in Maarschalkerweerd boerderij De Grote Kuil als genaamd de 'Suiker Kuijl'. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 216130.



Het werd omschreven als: 'hoffstede met 2 hoeven bouw- en weylant, groot 32 mergen' gekregen in Abstede off wel De Bilt, genaamd: Rynsweert.

Van hofstede Rijnsweerd is bekend dat deze Leenroerig was aan de Staten van Utrecht.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U060a045 aktenummer: 9 02-05-1709.


Fragment uitsneden van de bovenstaande kaart van een stuk van het stadsbuitengerecht Abstede, De Bree en de Galgenwaard ten noorden van Maarschalkerweerd in 1697. Rechtsboven ingetekend hofstede Vreeswijk met links daarvan ingetekend een blokje wat duid op hofstede Vosegat/Rijnsweerd. Bron: Het Utrechts Archief, 85-1, 261. Fragment uitsneden van de bovenstaande kaart van een stuk van het stadsbuitengerecht Abstede, De Bree en de Galgenwaard ten noorden van Maarschalkerweerd in 1697. Rechtsboven ingetekend hofstede Vreeswijk met links daarvan ingetekend een blokje wat duid op hofstede Vosegat/Rijnsweerd. Bron: Het Utrechts Archief, 85-1, 261.



Eerder is er een akte bekend van zaterdag 27 maart 1706 die werd opgemaakt werd ten overstaan van de Utrechtse noatris D. Houtman waarin Maria van Leeuwen het perceel onder hofstede Rijnsweerd verkocht.

Aan Johannes de Vries, van beroep tichelaar en wonende 'buyten den Waard, Cornelis van der Saen, van beroep Pottebakker', ook wonende buyten de Waard en Bernardus Sluyterman, van beroep Pottebakker en wonende 'idem'.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U127a003 aktenummer: 81 27-03-1706.


Gezicht op de voorgevel van de boerderij Het Vossegat bij Utrecht met een man zittend op een 17de-eeuwse stoel voor een open venster en op de voorgrond kippen en een slapende hond. Getekend in 1823 door Georg Gillis Haanen (1807-1879). Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 32289. Gezicht op de voorgevel van de boerderij Het Vossegat bij Utrecht met een man zittend op een 17de-eeuwse stoel voor een open venster en op de voorgrond kippen en een slapende hond. Getekend in 1823 door Georg Gillis Haanen (1807-1879). Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 32289.




Op zaterdag 24 mei 1749 werd ten overstaan van de Utrechtse notaris Dirk Oskamp het goed Rijnsweerd , gelegen in het gerecht van de Bilt in de ontginning Oostbroek verkocht door de toenmalige eigenaar Gideon Steenberg


Op zaterdag 11 december 1837 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren een verhuurovereenkomst plaats tussen jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen en landbouwer Teunis Middelman die hofstede het Vossegat of Rijnsweerd voor f. 400-, gulden per halfjaar zou huren. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3288 34-4 U320b066 1837 okt.-1838 apr. aktenummer: 8308. Op zaterdag 11 december 1837 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren een verhuurovereenkomst plaats tussen jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen en landbouwer Teunis Middelman die hofstede het Vossegat of Rijnsweerd voor f. 400-, gulden per halfjaar zou huren. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3288 34-4 U320b066 1837 okt.-1838 apr. aktenummer: 8308.



Hij bezat meer onroerend goed en vastgoed in de omgeving van Maarschalkerweerd en Amelisweerd. In de transcribeerde akte die te vinden is onder de bronvermelding zijn diverse hoftsede niet meegenomen in de transcribatie. Waardoor we je even verder moest kijken in het PDF document.


Op zaterdag 11 december 1837 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren een verhuurovereenkomst plaats tussen jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen (handtekening) en landbouwer Teunis Middelman (handtekening) die hofstede het Vossegat of Rijnsweerd voor f. 400-, gulden per halfjaar zou huren. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3288 34-4 U320b066 1837 okt.-1838 apr. aktenummer: 8308. Op zaterdag 11 december 1837 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren een verhuurovereenkomst plaats tussen jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen (handtekening) en landbouwer Teunis Middelman (handtekening) die hofstede het Vossegat of Rijnsweerd voor f. 400-, gulden per halfjaar zou huren. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3288 34-4 U320b066 1837 okt.-1838 apr. aktenummer: 8308.


Gezicht op een boerderij Vossegat/Rijnsweerd aan de Vossegatsedijk 14A te Utrecht, kort voor de afbraak ten behoeve van de uitbreiding van de Kromhoutkazerne in de periode 1913-1920. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 23925. Gezicht op een boerderij Vossegat/Rijnsweerd aan de Vossegatsedijk 14A te Utrecht, kort voor de afbraak ten behoeve van de uitbreiding van de Kromhoutkazerne in de periode 1913-1920. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 23925.



Koper van hofstede Rijnsweerd is de 'Heer van Rhijnauwen', op dat moment Melchior ten Hove zijn zoon David ten Hove is gemachtigde voor de aankoop voor zijn vader.

Het is niet helemaal duidelijk of de eerdere hiervoor genoemde hofstede ook dezelfde hofstede is. Want in 1797 kocht de nieuwe Heer van Rhijnauwen, jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten ook een boerderijtje aan. Zo is te lezen in de verkoopregister van het Ridderschap van Utrecht. De belendingen geven aan dat dit hoogwaarschijnlijk om het boerderijtje Vossegat. Waar Jan Strick f. 1.900,- gulden aan besteden om het tot zijn bezit te laten zijn.


Fragment uit een gedrukt exemplaar van de verkochte vast- en onrorende geoderen van het Ridderschap van Utrecht waarbij jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, Heer van Rhijnauwen boerderijtje Vossegat aankocht voor f. 1.900,- gulden. Volgende de belendingen (wie is naast gelegen qua eigendom). Moet het hier wel om Vossegat gaan. Bron: Het Utrechts Archief, 233, 1076-2. Fragment uit een gedrukt exemplaar van de verkochte vast- en onrorende geoderen van het Ridderschap van Utrecht waarbij jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, Heer van Rhijnauwen boerderijtje Vossegat aankocht voor f. 1.900,- gulden. Volgende de belendingen (wie is naast gelegen qua eigendom). Moet het hier wel om Vossegat gaan. Bron: Het Utrechts Archief, 233, 1076-2.



Na 1797 zou het boerdertije nog ruim 170 jaar bij het onroerend goed van het landgoed Rhijnuwen behoren. Tot een van de familieleden Strick van Linschoten de hofstede dan genaamd: "Vossegat" zou verkopen rond 1905.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U188a011 aktenummer: 27-1 24-05-1749.


Kaart van een aantal percelen bouw- en weiland en boomgaard, gelegen tussen de Kromme Rijn en de Vossegatsedijk richting Rhijnauwen in Abstede te Utrecht; met weergave van wegen en watergangen en vermelding van de gebruikers en oppervlakte van de percelen in 1662. Het noorden onderaan, en de straten van Abstede aan de rechterkant is het westen. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 216102. Kaart van een aantal percelen bouw- en weiland en boomgaard, gelegen tussen de Kromme Rijn en de Vossegatsedijk richting Rhijnauwen in Abstede te Utrecht; met weergave van wegen en watergangen en vermelding van de gebruikers en oppervlakte van de percelen in 1662. Het noorden onderaan, en de straten van Abstede aan de rechterkant is het westen. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 216102.



De hofstede Rijnsweerd werd meestal verkocht door eigenaren met bijbehorende grote hooi- en weiland van 32 morgen groot. Wat in onze maatstaven rond de 30 hectare zou zijn als landbouwgrond.

In diverse noatriële akten wordt de Weg naar Rhijnauwen met diverse namen aangeduid als de Oude Steenweg naar De Bilt, Laan van Rijnsweerd of de Hogetiendweg. Eind van de achttiende eeuw ook nog Utrechtseweg genoemd.


Gezicht op de Vossegatsedijk bij Utrecht uit het oosten, met de boerderij Vossegat/Rijnsweerd en de Hoelrebrug over de Minstroom in de sneeuw. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 5545. Gezicht op de Vossegatsedijk bij Utrecht uit het oosten, met de boerderij Vossegat/Rijnsweerd en de Hoelrebrug over de Minstroom in de sneeuw. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 5545.



Op maandag 18 november 1776 verhuurd Jan Balthazar Strick van Linschoten ten overstaan van de Utrechtse notaris Cornelis van Hees 3 kampen weyland aan Cornelis Kuyper wonende te Abstede.

Het goed gelegen van kampen gelegen in De Bilt en Abstede wordt als locatie omschreven als Rynsweerde aan 't Vossegat. Wat we dus lezen als een naamswijziging die toen destijds door de lokale boeren en bewoners werd ingevoerd bij wijze van mondeling gebruik.


Kaart (fragment) van de oorspronkelijke grenzne van de stadsbuitengerechten van Utrecht naar de periode 1539 op een kaart uit de 17e eeuw. Ter hoogte van Maarschalkerweerd met midden bovenaan ingetekend hofstede Vreeswijk of Spijkershofstede. Bron; Het Utreechts Archief, beeldbank. Kaart (fragment) van de oorspronkelijke grenzne van de stadsbuitengerechten van Utrecht naar de periode 1539 op een kaart uit de 17e eeuw. Ter hoogte van Maarschalkerweerd met midden bovenaan ingetekend hofstede Vreeswijk of Spijkershofstede. Bron; Het Utreechts Archief, beeldbank.



Twee jaar eerder verhuurde Jan Balthazar Strick van Linschoten te overstaan van de Utrechtse notaris Cornelis van Hees op vrijdag 25 maart 1774 ruim 37 morgen land en hofstede gelegen in het gerecht van Rhijnauwen. De nieuwe huurder was Anthony van der Wel met zijn echtgenote Geertruyd van der Sam.


Wijkhuisnummerplattegrond van Wijk I te Utrecht, grofweg omvattend het gebied tussen de Ezelsdijk / Ridderschapsvaart / Kromme Rijn / Stadsbuitengracht; met weergave van het stratenplan, watergangen, bruggen en enkele belangrijke gebouwen en met aanduiding van de wijknummers van de huizen en overige bebouwing. Met rechtsboven fort Vossegat en rechtsonder fort Lunet I op de Houtensche Vlakte op een kaart uit 1860. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 217082. Wijkhuisnummerplattegrond van Wijk I te Utrecht, grofweg omvattend het gebied tussen de Ezelsdijk / Ridderschapsvaart / Kromme Rijn / Stadsbuitengracht; met weergave van het stratenplan, watergangen, bruggen en enkele belangrijke gebouwen en met aanduiding van de wijknummers van de huizen en overige bebouwing. Met rechtsboven fort Vossegat en rechtsonder fort Lunet I op de Houtensche Vlakte op een kaart uit 1860. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 217082.



Bij deze pacht en verhuur tussen Jan en Anthony was ook nog 2,5 morgen bouwland inbegrepen gelegen in de heerlijkheden van Abstede en De Bilt met als belending vermelding bos van het Vossegat. In het jaar 1629 wordt de hofstede of het gebied er rondom 'Vossekuijl' genoemd. Wat vele decennia later als verbastering werd aangeduidt als genaamd, 'Vossegat'.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U264b002 aktenummer: 89 18-11-1776, 34-4 U264b002 aktenummer: 11 25-03-1774.


Kadastraal uittreksel van de gemeente De Bilt, sectie C en gemeente Maartensdijk, sectie D, het terrein tussen de Minstroom en de Vossegatsedijk te De Bilt en Maartensdijk; met weergave van wegen, watergangen, percelen (ged.) en bebouwing en kadastrale nummers in 1882. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 216100. Kadastraal uittreksel van de gemeente De Bilt, sectie C en gemeente Maartensdijk, sectie D, het terrein tussen de Minstroom en de Vossegatsedijk te De Bilt en Maartensdijk; met weergave van wegen, watergangen, percelen (ged.) en bebouwing en kadastrale nummers in 1882. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 216100.



Het verdwijnen van de naam Rijnsweerd heeft nooit helemaal doorgang gevonden. Vanaf het eind van de achttiende eeuw tot de het jaar 1817. In dat jaar werd het fort Vossegat gebouwd voor de Nieuwe Hollandse Waterlinie aangelegd. Het fort kwam precies midden op het tracé van de Vossegatsedijk te liggen.


Verklaring van de Luitenant Kolonol Eerst aanwezend Ingenieur in het arrondisiment Utrecht van 18 oktober 1817 met de geoccupeerden gronden voor de aanleg van het Fort Vossegat en Het Fort aan de Biltstraat (Fort bij de Bilt), met het door Koning Willem I mogelijk gemaakt 'onteigenlijke onteigeningen' van gronden voor de bouw van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Kadaster was er destijd nog niet aan het begin en de start van de Staat der Nederlanden in 1813, pas bij besluit in februari 1816 werd er weer een aanvang gemaakt om het Kadaster op te starten en te bouwen in Nederland. Bron: RHC Rijnstreek en Lopikerwaard, H009. Verklaring van de Luitenant Kolonol Eerst aanwezend Ingenieur in het arrondisiment Utrecht van 18 oktober 1817 met de geoccupeerden gronden voor de aanleg van het Fort Vossegat en Het Fort aan de Biltstraat (Fort bij de Bilt), met het door Koning Willem I mogelijk gemaakt 'onteigenlijke onteigeningen' van gronden voor de bouw van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Kadaster was er destijd nog niet aan het begin en de start van de Staat der Nederlanden in 1813, pas bij besluit in februari 1816 werd er weer een aanvang gemaakt om het Kadaster op te starten en te bouwen in Nederland. Bron: RHC Rijnstreek en Lopikerwaard, H009.


Kadastraal uittreksel van de gemeente De Bilt, sectie C, tweede blad, het terrein tussen de Hoofddijk / Vossegatsedijk / Minstroom; met aanduiding van de grensscheiding met de stadsvrijheid van Utrecht, zoals deze in 1539 is vastgesteld in een rode kleur en een kleine grenswijziging uit 1811 in verband met de aanleg van Fort Vossegat in een gele kleur; met weergave van wegen, watergangen en bebouwing in 1825-1830. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 216098. Kadastraal uittreksel van de gemeente De Bilt, sectie C, tweede blad, het terrein tussen de Hoofddijk / Vossegatsedijk / Minstroom; met aanduiding van de grensscheiding met de stadsvrijheid van Utrecht, zoals deze in 1539 is vastgesteld in een rode kleur en een kleine grenswijziging uit 1811 in verband met de aanleg van Fort Vossegat in een gele kleur; met weergave van wegen, watergangen en bebouwing in 1825-1830. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 216098.



Rond het jaar 1775 kwam de naam Vossegat meer en meer in zwang onder de lokale bewoners waardoor de hofstede Rijnsweerd weer meer Vossegat ging heette. Het Fort Vossegat wat later naast de hofstede werd aangelegd en gelijknamig is. Als de naam Vossegat niet qua naam was teruggekomen in de loop der tijd had het fort misschien wel Fort Rijnsweerd geheten.

De kaart uit 1629 eerder getoond op deze webpagina werd de naam opgetekend als hofstede Vossekuijl, wat in de loop der eeuwen is verbasterd naar de naam Vossegat.


Kadastraal uittreksel (fragment) van de gemeente De Bilt, sectie C en gemeente Maartensdijk, sectie D, het terrein tussen de Minstroom en de Vossegatsedijk te De Bilt en Maartensdijk; met weergave van wegen, watergangen, percelen (ged.) en bebouwing en kadastrale nummers in 1882. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 216100. Kadastraal uittreksel (fragment) van de gemeente De Bilt, sectie C en gemeente Maartensdijk, sectie D, het terrein tussen de Minstroom en de Vossegatsedijk te De Bilt en Maartensdijk; met weergave van wegen, watergangen, percelen (ged.) en bebouwing en kadastrale nummers in 1882. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 216100.



Op zaterdag 29 oktober 1898 verkocht Jhr. Jan Carel Strick van Linschoten de hofstede Vossegat of Rijnsweerd ten overstaan van de Utrechtse notaris Elisa Cornelis Unico de Balbian van Doorn aan Gerrit Anthonie de Ridder voor een bedrag van ƒ. 36.000-, gulden.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 U333d061, 1294 5588 588/17.


Handtekening van jhr. Johan Carel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, familieleden De Ridder en de Utrechtse notaris Balbian van Doorn op zaterdag 22 oktober 1898. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 U333d061 7465. Handtekening van jhr. Johan Carel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, familieleden De Ridder en de Utrechtse notaris Balbian van Doorn op zaterdag 22 oktober 1898. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 U333d061 7465.



Jan Carel is de achterkleinzoon van Jhr. Jan Balthazar Strick van Linschoten die eerder in 1773 het landgoed Rhijnauwen aankocht waarbij de hofstede Vossegat of Rijnsweerd al bij inbegrepen zat.

Eerder was de hofstede in 1749 bij het landgoed Rhijnauwen als pachtboerderij getrokken.

Door de toenmalige aankoop ervan door familie Ten Hove.


Kaart (fragment) uit het archief van Genie van Utrecht uit 1873 waarbij het ministerie van Oorlog de Vossegatsedijk/Weg naar Rhijnauwen van Jhr. Hendrik van Strick van Linschoten aankocht voor de verdediging en uitbreiding van de Nieuwe Hollandse Waterlinie aan de oostkant van Utrecht stad. Ingetekend links boerderij Vossegat/Rijnsweerd met de Hoelrebrug over de Minstroom. Bron: Nationaal Archief. Kaart (fragment) uit het archief van Genie van Utrecht uit 1873 waarbij het ministerie van Oorlog de Vossegatsedijk/Weg naar Rhijnauwen van Jhr. Hendrik van Strick van Linschoten aankocht voor de verdediging en uitbreiding van de Nieuwe Hollandse Waterlinie aan de oostkant van Utrecht stad. Ingetekend links boerderij Vossegat/Rijnsweerd met de Hoelrebrug over de Minstroom. Bron: Nationaal Archief.



Vele eeuwen eerder was de grond waarop de hofstede stond in leen uitgegeven door de bisschop van Utrecht in de vijftiende eeuw. Vele jaren daarna was de grond in de ontginning de De Bilt Overdevecht van familie Drakenborch.


Wijkhuisnummerplattegrond (fragment) van Wijk I te Utrecht, grofweg omvattend het gebied tussen de Ezelsdijk / Ridderschapsvaart / Kromme Rijn / Stadsbuitengracht; met weergave van het stratenplan, watergangen, bruggen en enkele belangrijke gebouwen en met aanduiding van de wijknummers van de huizen en overige bebouwing. Met uitvergroot het Fort Vossegat op een kaart uit 1860. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 217082. Wijkhuisnummerplattegrond (fragment) van Wijk I te Utrecht, grofweg omvattend het gebied tussen de Ezelsdijk / Ridderschapsvaart / Kromme Rijn / Stadsbuitengracht; met weergave van het stratenplan, watergangen, bruggen en enkele belangrijke gebouwen en met aanduiding van de wijknummers van de huizen en overige bebouwing. Met uitvergroot het Fort Vossegat op een kaart uit 1860. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 217082.



De grens van het stadsbuitengerecht Abstede van Utrecht met het gerecht van De Bilt liep ten westen van de hofstede Rijnsweerd. Waarna de hofstede buiten De Bilt kwam te liggen bij een grenswijziging in 1890. Na de grenswijziging van 1890 bleef hofstede Vossegat/Rijnsweerd op het grondgebied van de gemeente Utrecht liggen.


Kaart (fragment) van de stad Utrecht met gedeelten van De Bilt en Bunnik; met weergave van de verkaveling, wegen, spoorwegen, watergangen, bebouwing en beplantingen; met weergave van de inundatiegebieden, forten (Vossegat) met verboden kringen en aanduiding van de in oorlogstijd aan te leggen geschutsbatterijen, versperringen en andere militaire werken in 1875. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 216126. Kaart (fragment) van de stad Utrecht met gedeelten van De Bilt en Bunnik; met weergave van de verkaveling, wegen, spoorwegen, watergangen, bebouwing en beplantingen; met weergave van de inundatiegebieden, forten (Vossegat) met verboden kringen en aanduiding van de in oorlogstijd aan te leggen geschutsbatterijen, versperringen en andere militaire werken in 1875. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 216126.



De nieuwe eigenaar van hofstede Vossegat was Gerrit Antonie de Ridder en Consorten en zijn gezin landbouwer. In het jaar 1911 werd de hofstede herbouwd, waarschijnlijk na brand. Familie De Ridder liet de hofstede na ruim een jaar afbreken in 1912. Familie De Ridder liet het huidige huis een aanzienlijke tijd later rond 1915-1920 bouwen. Heden geadresseerd aan de Weg tot de Wetenschap 15.


Gezicht over de Kromme Rijn op he huis Rijnsweerd (Weg tot de Wetenschap 15) te Utrecht gezien vanaf het Jaagpad in Maarschalkerweerd in 1967. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79881. Gezicht over de Kromme Rijn op he huis Rijnsweerd (Weg tot de Wetenschap 15) te Utrecht gezien vanaf het Jaagpad in Maarschalkerweerd in 1967. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 79881.



Rond 1955 verkopen de erfgename De Ridder de genaamde villa Rijnsweerd aan Rederij N.V. De Tijdsgeest voorheen genaamd H.F.L. Reimus, destijds geadresseerd an de Nieuwe Kade 1 te Utrecht.


In de periode 1954-1955 kocht de gemeente Utrecht huize Rijnsweerd van familie De Ridder aan met bijbehorende landerijen in Utrecht Abstede en De Bilt Oostbroek (land in geel gearceerd). Bron: Het Utrechts Archief, 1007-3. In de periode 1954-1955 kocht de gemeente Utrecht huize Rijnsweerd van familie De Ridder aan met bijbehorende landerijen in Utrecht Abstede en De Bilt Oostbroek (land in geel gearceerd). Bron: Het Utrechts Archief, 1007-3.



In 1968 verkoop de rederij de villa in samenhang van ruiling van grond aan de gemeente Utrecht. In de periode 1958-1970 was de gemeente Utrecht het hele gebied van Rijnsweerd en Rijnsweerd-Zuid. Zwembad de Kromme Rijn die eertijds ook echt in de Kromme Rijn lag werd ook rond 1968 voorzien van een nieuwe zwembad op de hoek van de Weg tot de Wetenschap met de Weg naar Rhijnauwen.


Kaart uit het archief van Genie van Utrecht uit 1873 waarbij het ministerie van Oorlog de Vossegatsedijk/Weg naar Rhijnauwen van Jhr. Hendrik van Strick van Linschoten aankocht voor de verdediging en uitbreiding van de Nieuwe Hollandse Waterlinie aan de oostkant van Utrecht stad. Ingetekend links boerderij Vossegat/Rijnsweerd met de Hoelrebrug over de Minstroom. Bron: Nationaal Archief. Kaart uit het archief van Genie van Utrecht uit 1873 waarbij het ministerie van Oorlog de Vossegatsedijk/Weg naar Rhijnauwen van Jhr. Hendrik van Strick van Linschoten aankocht voor de verdediging en uitbreiding van de Nieuwe Hollandse Waterlinie aan de oostkant van Utrecht stad. Ingetekend links boerderij Vossegat/Rijnsweerd met de Hoelrebrug over de Minstroom. Bron: Nationaal Archief.



De gronden die ruim 150 vanaf het jaar 1817 bij het fort Vossegat behorende werd geëgaliseerd en betrokken bij de nieuwbouwwijk Rijnsweerd-Zuid. De Vossegatsedijk die vanaf 1817 verlegd was binnen het fort werd kadastraal opgeheven.

Waardoor de vroegere Vossegatsedijk binnen het vroegere fort Vossegat helemaal verdwenen. Maar ok de de destijdse nieuwe percelering van de nieuwbouwwijk Rijnsweerd Zuid.


Gezicht op het huis Rijnsweerd die na de sloop van boerderij Vossegat/Rijnsweerd op dezelfde plek als de boerderij werd gebouwd. (Weg tot de Wetenschap 15) te Utrecht op vrijdag 2 oktober 2020 naar een foto van P. Notermans. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 845808. Gezicht op het huis Rijnsweerd die na de sloop van boerderij Vossegat/Rijnsweerd op dezelfde plek als de boerderij werd gebouwd. (Weg tot de Wetenschap 15) te Utrecht op vrijdag 2 oktober 2020 naar een foto van P. Notermans. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 845808.



Rijnsweerd en de Hoelrebrug

Naar een tekst en onderzoek van

P.H. Damsté, Oud-Utrecht, juli 1968


Gezicht over de Kromme Rijn bij Utrecht op een boerderij ter hoogte van een kwekerij in mei 1975. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 29226. Gezicht over de Kromme Rijn bij Utrecht op een boerderij ter hoogte van een kwekerij in mei 1975. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 29226.



Meer dan tweemaal zo groot werd de gemeente Utrecht toen op 1 januari 1934 de belangrijke uitleg van haar grenzen van kracht werd. Zij heeft er, zo her en der, geen gras over laten groeien. Toch liggen er op die verworven agrarische randgronden ook wel uitbreidingsplannen die nog grotendeels op verwezenlijking wachten. Een van deze betreft de gronden, die liggen tussen de rondweg en het Universiteitscentrum-in-wording, ten Oosten van de stad, ten Zuiden van het fort De Bilt en ter Noorden van de Kromme Rijn.

In Augustus 1960 heeft het gemeentebestuur van Utrecht dit uitbreidingsplan Rijnsweerd" gedoopt naar een oude boerderij van die naam, die, nog juist binnen de grenzen van dat plan, gelegen was aan de Weg naar Rhijnauwen. Om de plaats ervan nog wat meer te preciseren: Wanneer men vroeger, Utrecht langs de Prins Hendriklaan verlaten hebbende, het fort Vossegat was om- en de brug-met-twaalf-gaten was overgegaan, kreeg men na een bocht naar rechts en een naar links de boerderij „Rijnsweerd” dadelijk aan zijn linkerhand.


Gezicht op de de kruising van de Platolaan (voorgrond) met de Weg tot de Wetenschap te Utrecht, met enkele fietsers. Op de achtergrond de Weg naar Rhijnauwen waars tot 1960 de Vossegatsedijk aansloot op de Weg naar Rhijnauwen. Foto genomen op woensdag 5 september 2001. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 844521. Gezicht op de de kruising van de Platolaan (voorgrond) met de Weg tot de Wetenschap te Utrecht, met enkele fietsers. Op de achtergrond de Weg naar Rhijnauwen waars tot 1960 de Vossegatsedijk aansloot op de Weg naar Rhijnauwen. Foto genomen op woensdag 5 september 2001. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 844521.



Van de bij dit artikel geplaatste afbeeldingen laat de eerste ons de oude boerderij „Rijnsweerd" zien met het bruggetje over de Min of Minstroom. Deze waardevolle foto, waarschijnlijk de enige nog bestaande van de oude boerderij, danken wij aan de heer W. de Ridder, de laatste particuliere eigenaar van Rijnsweerd”, Zij moet op zijn laatst van 1908 dateren want in dit jaar is de boerderij. die toen in zeer slechte staat verkeerde, afgebroken en in stijl 1908 nicuw opgebouwd.

Zij lag binnen de kleine kring van het fort Vossegat en volgens de Kringenwet was de eigenaar gebonden aan de bestaande fundering. Bestond het pand oorspronkelijk grotendeels uit bedrijfsruimte en was de woning maar heel klein, in 1908 bouwde men op dezelfde fundering een groot woonhuis - zie de tweede foto - en in hout apartstaande bedrijfsgebouwen die in en na de tweede wereldoorlog zijn afgebroken en opgestookt.


Gezicht op een bruggetje nabij het Fort Vossegat te Utrecht. Naar een tekening van J.P. Wisselingh in de periode rond 1850. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202783. Gezicht op een bruggetje nabij het Fort Vossegat te Utrecht. Naar een tekening van J.P. Wisselingh in de periode rond 1850. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202783.



In de zomer van 1967 zijn de bakstenen gevels van het huis witgernaakt. Enkele jaren geleden, toen de Platolaan en de Weg tot de Wetenschap zijn aangelegd, is de weg om het fort Vosegat opgeheven en de Weg naar Rhijnauwen bijna tot aan de Militaireweg geliquideerd. Het op foto 1 zichtbare deel van de Weg naar Rhijnauwen is toen aan de voortuin van „Rijnsweerd” toegevoegd.

Dit voorerf kwam zodoende direct aan de Kromme Rijn te liggen. Het bruggetje werd afgebroken en de Min verbreed tot een vaart. Het tegenwoordige Rijnsweerd”, waarin na de oorlog een kamerverhuurbedrijf gevestigd is, is dus het in 1908 op de fundering van de oude boerderij verrezen gebouw, Het staat nu aan de Weg tot de Wetenschap, maar dan met zijn achterkant. Een steen met „Rijnsweerd” erop zit in de voorgevel maar ís alleen van de voortuin uit zichtbaar.


Gezicht op het landschap nabij Fort Vossegat te Utrecht rond 1850. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202777. Gezicht op het landschap nabij Fort Vossegat te Utrecht rond 1850. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202777.



De hofstede „Rijnsweerd” was vanouds een Stichts leen. In de lijst van leenmannen van het Sticht van omstreeks 1382 wordt het goed vermeld als een van de lenen van Frederic van Drakenborch en wel met de volgende bewoordingen:

„item 2 hoeven lants, gheleghen bi der Hoelre-brugge, streckende uten Rin opgaende aen den Hoefdijc, daer aen die een syde naest leyt dOude Steenwech ende an dander side naest ghelant siin die nonnen van Sente Servaes  tUtrecht”


Gezicht op de boerderij Rijnsweerd te Utrecht, met op de voorgrond de Minstroom en de Hoelrebrug in de periode 1905-1908. Naar een foto van W. de Ridder. Gezicht op de boerderij Rijnsweerd te Utrecht, met op de voorgrond de Minstroom en de Hoelrebrug in de periode 1905-1908. Naar een foto van W. de Ridder.



Een vrijwel gelijkluidende vermelding vinden we in het leenregister van bisschop Frederik van Blankenheim onder het jaar 1394. Dat we hier wel degelijk met ons „Rijnsweerd te maken hebben al staat dat er niet bij, blijkt uit de belening, 40 jaar later, van Frederik van Drakenborch de Jonge door bisschop Rudolph van Diepholt. Hierin lezen we:

„Item beleent Frederic van Drakenborch die Jonge twe hoeven lants myt eenre hofstede, geheiten Rijnswerde, gelegen in Absteder weide, daer boven neest gelant is die Olde Steenwech ende beneden die nonnen van Sant Servaes, soe Frederic van Drakenborch sijne vader des wtgcgaen is”.


Gezicht op het landschap nabij Fort Vossegat te Utrecht rond 1850. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202776. Gezicht op het landschap nabij Fort Vossegat te Utrecht rond 1850. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202776.



Sindsdien blijft de omschrijving van het leengoed onveranderd, ook nadat de bisschop als leenheer door de Staten van Utrecht is vervangen. Wanneer Johan van Roijcstcijn op 8 Juli 1712 „Rijnsweerd” in een openbare veiling voor ƒ. 6000 koopt van de erven van Vrouwe Maria
van Leeuwen, weduwe van Laurens Schas, wordt nog steeds van 2 hoeven en van 32 mergen gesproken, fungeren de Oude Steenweg - inmiddels dus wel zeer oud - en het convent van Sint Servaas nog als de helendingen resp. „boven” en „beneden” en blijkt het goed nog leenroerig aan de Staten van Utrecht.


Zicht op de t splitsing van De Boeijelaan met de Vossegatsedijk en de Weg naar Rhijnauwen gezien in oostelijke richting Rhijnauwen in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Zicht op de t splitsing van De Boeijelaan met de Vossegatsedijk en de Weg naar Rhijnauwen gezien in oostelijke richting Rhijnauwen in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


\

In het laatste kwart van de 18e eeuw gaat „Rijnsweerd” deel uitmaken van het uitgebreide bezit van de familie Strick van Linschoten, die in 1773 Rhijnauwen had gekocht. Bij de grenswijzigingswet van 20 Maart 1896 kwam de boerderij zelf met ongeveer een halve hectare grond binnen de grenzen van Utrecht te liggen.


Zicht op de Vossegatsedijk richting het westen ter hoogte van Oud-Amelisweerd in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Zicht op de Vossegatsedijk richting het westen ter hoogte van Oud-Amelisweerd in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Het overgrote deel van het land bleef Bilts tot de grenswijziging van 1 Januari 1954. Het is opmerkelijk dat, toen Jhr. Jan Carel Strick van Linschoten in 1900 „Rijnsweerd” verkocht aan de landbouwer Gerrit Antonie de Ridder, er ongeveer evenveel land bij werd verkocht als de 2 hoeven of 32 morgen die er oorspronkelijk bij hoorden. In 1942 vererfde „Rijnsweerd” op een jongere gencratie De Ridder, de laatste particuliere eigenaren. Dezen hebben het goed in 1954 aan de gemeente Utrecht verkocht.


Gezicht op het huis Rijnsweerd (Weg tot de Wetenschap 15) te Utrecht in augustus 1970. Links daarvan is boerderij De Grote Kuil te zien aan de Blauwe-Vogelweg 23 te Maarschalkerweerd te zien met daartussen gelegen de Kromme Rijn. Huis Rijnsweerd werd in 1920 gebouwd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 124361. Gezicht op het huis Rijnsweerd (Weg tot de Wetenschap 15) te Utrecht in augustus 1970. Links daarvan is boerderij De Grote Kuil te zien aan de Blauwe-Vogelweg 23 te Maarschalkerweerd te zien met daartussen gelegen de Kromme Rijn. Huis Rijnsweerd werd in 1920 gebouwd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 124361.



Behalve de in 1908 afgebroken boerderij, die waarschijnlijk uit het eerste kwart van de 18e eeuw dateerde - bij de zo even genoemde veiling van 1712 wordt haar voorgangster nl. aangeduid met „de geruïneerde huyssinge etc. genaamt Rijnsweerde” - zien we op de oude foto nog een van witte leuningen voorzien bruggetje, een simpel geval, maar een van de oudste bruggen in Utrecht's directe omgeving °). Het is de Hoelrebrug, die al voorkwam in het boven gegeven citaat uit de opsomming van de bisschoppelijke lenen van Frederik van Drakenborch in 1382.


Zicht op de Vossegatsedijk richting het oosten ter hoogte van Oud-Amelisweerd in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Zicht op de Vossegatsedijk richting het oosten ter hoogte van Oud-Amelisweerd in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Zelfs kan deze brug bogen op een vermelding uit de 13e eeuw. Er is nl, een oorkonde bekend van 8 April 1249, waarbij de Utrechtse domproost de verkoop bevestigt van tienden in de villa Abstede en Abstederveld door Ludolf Over de Vecht en diens zoon Harman, die deze tienden van de Domproosdij in leen hielden, aan het klooster van Sint Servaas te Utrecht.


Aankoop door de Genie van Utrecht in opdracht van het ministerie van Oorlog om in de zomer van 1873 een groot gedeelte van Vossegatsedijk aan te kopen van Jhr. Hendrik Strick van Linschoten voor het beter verdedigbaar maken van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Bron: Het Utrechts Archief, 469. 120-1. Aankoop door de Genie van Utrecht in opdracht van het ministerie van Oorlog om in de zomer van 1873 een groot gedeelte van Vossegatsedijk aan te kopen van Jhr. Hendrik Strick van Linschoten voor het beter verdedigbaar maken van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Bron: Het Utrechts Archief, 469. 120-1.



Mag de Rijn als Westelijke begrenzing ons wat moeite kosten, dat met Hollebrugge hetzelfde bedoeld wordt als wat wij als Hoelrebrug hebben leren kennen, is wel zeker. (Later wordt de brug meestal de Hoolbrug genoemd).


Zicht op de Rhijnauwenselaan in de richting van het zuidoosten met ver op de achtergrond in het rood thee- en pannenkoekhuis Rhijnauwen. Foto genomen bij de kruising met de Vossegatsedijk in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Zicht op de Rhijnauwenselaan in de richting van het zuidoosten met ver op de achtergrond in het rood thee- en pannenkoekhuis Rhijnauwen. Foto genomen bij de kruising met de Vossegatsedijk in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Wanneer we ons de terreinomstandigheden voor ogen stellen van voor de grote ontginning van de venen ten Noorden van de Kromme Rijn en ten Oosten van de Vecht, begrijpen we gemakkelijk welke belangrijke functie de Hoelrebrug in de communicatie moet hebben vervuld.

De reiziger van Utrecht naar het Oosten had in de vroege middeleeuwen gebruik te maken van wat na rond 1300 de Oude Steenweg zou heten, d.w.z. van wat wij nu noemen de Abstederdijk, Adriaan van Ostadelaan {de eerste 200 meter). Vossegatselaan, Weg naar Rhijnauwen, enz, Deze weg over de Rijnoever was de enig mogelijke route zolang men nog niet door het veen kon.


Zicht op de Rijsbruggerweg ter hoogte van de kruising met de Achterdijk in Odijk in de richting van Houten gezien in juni 2021. In de 19e eeuw had familie Strick van LInschoten diverse gronden in bezit van de Achterdijk en de Rijsbruggerweg. Foto uit juni 2021, Sander van Scherpenzeel. Zicht op de Rijsbruggerweg ter hoogte van de kruising met de Achterdijk in Odijk in de richting van Houten gezien in juni 2021. In de 19e eeuw had familie Strick van LInschoten diverse gronden in bezit van de Achterdijk en de Rijsbruggerweg. Foto uit juni 2021, Sander van Scherpenzeel.



De Min was toentertijd een arm - misschien eens wel de belangrijkste arm") - van de Kromme Rijn. De Hoelrebrug nu lag op het punt waar de Oude Steenweg de Min moest passeren. Niet alleen gedurende de middeleeuwen maar ook later wordt de brug telkens weer als plaatsaanduiding gebruikt.

Nu enkele jaren geleden heeft men de brug, die het vaor zover ik weet al lang zonder naam moest stellen, afgebroken en heeft ren het smalle Minstroompje tot een brede en rechte vaart vergraven. Niemand heeft er een kik aver gegeven af een traan om gelaten.


Foto (fragment) van een foto met het landhuis van Rhhijnauwen met rechts het rode wapen. Foto van een informatiebord van de gemeente Utrecht op het landgoed Rhijnauwen in juni 2021, Sander van Scherpenzeel. Foto (fragment) van een foto met het landhuis van Rhhijnauwen met rechts het rode wapen. Foto van een informatiebord van de gemeente Utrecht op het landgoed Rhijnauwen in juni 2021, Sander van Scherpenzeel.



Dan was het anders gesteld toen. ongeveer terzelfder tijd, de brug-metetwaalf-gaten zou  verdwijnen, een van 1862 daterend werkstuk van de genie, gebouwd over een tot het fort Vossegat behorende gracht.


Zicht op de Rijsbruggerweg ter hoogte van de kruising met de Achterdijk in Odijk in de richting van Houten gezien in juni 2021. In de 19e eeuw had familie Strick van LInschoten diverse gronden in bezit van de Achterdijk en de Rijsbruggerweg. Foto uit juni 2021, Sander van Scherpenzeel. Zicht op de Rijsbruggerweg ter hoogte van de kruising met de Achterdijk in Odijk in de richting van Houten gezien in juni 2021. In de 19e eeuw had familie Strick van LInschoten diverse gronden in bezit van de Achterdijk en de Rijsbruggerweg. Foto uit juni 2021, Sander van Scherpenzeel.



De Utrechter was min of meer gehecht aan dit excemtrieke bouwwerk, vanwaar men op zijn gang naar Sphaerinda of Rhijnauwen zo plezierig om zich heen kon zien, Geen wonder dus dat de kranten de dreigende afbraak van de brug, die door de demping van de eronder liggende gracht al was komen droog te staan. signaleerden.

Ook ons Maandblad schreef over de brug en iedereen vond het prettig te lezen, dat het rijk de brug als een soort muscumstuk wilde handhaven, ook al zouden we er dan ook zelf geen gebruik. meer van kunnen maken.


Gezicht op de Brug met de 12 Gaten, in de voormalige Weg naar Rhijnauwen, op het terrein van de Kromhoutkazerne (Prins Hendriklaan 89) te Utrecht in 1969-1970. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 124227.. Gezicht op de Brug met de 12 Gaten, in de voormalige Weg naar Rhijnauwen, op het terrein van de Kromhoutkazerne (Prins Hendriklaan 89) te Utrecht in 1969-1970. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 124227..



Ik heb van harte gedeeld in de sympathie, die Utrecht aan de brug met-twaalf-gaten heeft toegedragen, maar vraag me wel af of de. toe gegeven, heel wat minder spectaculaire, Hoelrebrug, die uit een historisch oogpunt zo veel belangrijker was, bij haar verscheiden niet wat meer aandacht had verdiend dan haar is ten deel gevallen.

De foto van de heer De Ridder is er ons te welkomer om. Het fort Vossegat, voortgekomen uit cen in 1817- 1819 aangelegde batterij en in 1964 gesloopt), is genoemd naar het eerste stuk van de Min dat met die zelfde naam werd aangeduid, het gedeelte nl. van de Kromme Rijn tot waar de Rembrandtkade begint 12).


Minuutplan van de kadastrale gemeenten Abstede, Sectie A (blauw) en De Bilt, Sectie C (rood), ontginning Oostbroek. In kleuren aangegeven om onderscheid te maken voor de toenmalige grenswijziging uit 1980 waarbij een stuk gemeentegrond van de Bilt naar de gemeente Utrecht/Abstede werd overgebracht. Waardoor het gehele Fort Vossegat bij Utrecht ging behoren. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank. Minuutplan van de kadastrale gemeenten Abstede, Sectie A (blauw) en De Bilt, Sectie C (rood), ontginning Oostbroek. In kleuren aangegeven om onderscheid te maken voor de toenmalige grenswijziging uit 1980 waarbij een stuk gemeentegrond van de Bilt naar de gemeente Utrecht/Abstede werd overgebracht. Waardoor het gehele Fort Vossegat bij Utrecht ging behoren. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank.



Het woord „weerd” in de namen „Rijnsweerd” en „Minsweerd” betekent een in of aan het water gelegen stuk land, vaak een ciland (middelnederlands: waerd. weerd, werd, enz}.


Straatnaambord 'Rijsbruggerweg' op de grens van de gemeente Houten met Bunnik (Odijk) in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Straatnaambord 'Rijsbruggerweg' op de grens van de gemeente Houten met Bunnik (Odijk) in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



De betekenis van Holle-. Hool- of Hoelrebrug staat niet vast, evenmin als die van de in hetzelfde gerecht voorkoinende namen Hotle-, Hool- of Hoole Bilt. De Monté ver Loren kent aan hol” in de samenstelling Holle Bilt (tegenwoordig ook de officiële naam van de oude rijksweg tussen het dorp De Bilt en „Beerschoten") de betekenis toc van laag gelegen), Wellicht mogen we dit ook aannemen als de zin van de naam Hoelrebrug.


Op maandag 17 december van het jaar 1888 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Harmen Wander Arentzen de boedelscheiding plaats van jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888), weduwe van Willem Theodorus van. Griethuysen (1824-1886). Waarbij de boerderijen Vreeswijk en Vossegat/Rijnsweerd door Petronella Strick aan haar neef Jan Carel Strick van Linschoten werd toebedeeld. Beschrijving van akte. Bron: HUA, 1294 5481 (481), 1888 dec. 12-1889. Op maandag 17 december van het jaar 1888 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Harmen Wander Arentzen de boedelscheiding plaats van jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888), weduwe van Willem Theodorus van. Griethuysen (1824-1886). Waarbij de boerderijen Vreeswijk en Vossegat/Rijnsweerd door Petronella Strick aan haar neef Jan Carel Strick van Linschoten werd toebedeeld. Beschrijving van akte. Bron: HUA, 1294 5481 (481), 1888 dec. 12-1889.


Op maandag 17 december van het jaar 1888 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Harmen Wander Arentzen de boedelscheiding plaats van jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888), weduwe van Willem Theodorus van. Griethuysen (1824-1886). Waarbij de boerderijen Vreeswijk en Vossegat/Rijnsweerd door Petronella Strick aan haar neef Jan Carel Strick van Linschoten werd toebedeeld. Beschrijving van akte met landerijen en perceelnummer van boerderij Rijnsweerd. Bron: HUA, 1294 5481 (481), 1888 dec. 12-1889. Op maandag 17 december van het jaar 1888 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Harmen Wander Arentzen de boedelscheiding plaats van jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888), weduwe van Willem Theodorus van. Griethuysen (1824-1886). Waarbij de boerderijen Vreeswijk en Vossegat/Rijnsweerd door Petronella Strick aan haar neef Jan Carel Strick van Linschoten werd toebedeeld. Beschrijving van akte met landerijen en perceelnummer van boerderij Rijnsweerd. Bron: HUA, 1294 5481 (481), 1888 dec. 12-1889.


Op maandag 17 december van het jaar 1888 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Harmen Wander Arentzen de boedelscheiding plaats van jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888), weduwe van Willem Theodorus van. Griethuysen (1824-1886). Waarbij de boerderijen Vreeswijk en Vossegat/Rijnsweerd door Petronella Strick aan haar neef Jan Carel Strick van Linschoten werd toebedeeld. Beschrijving van akte met het tiendrecht in Abstede. Bron: HUA, 1294 5481 (481), 1888 dec. 12-1889. Op maandag 17 december van het jaar 1888 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Harmen Wander Arentzen de boedelscheiding plaats van jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888), weduwe van Willem Theodorus van. Griethuysen (1824-1886). Waarbij de boerderijen Vreeswijk en Vossegat/Rijnsweerd door Petronella Strick aan haar neef Jan Carel Strick van Linschoten werd toebedeeld. Beschrijving van akte met het tiendrecht in Abstede. Bron: HUA, 1294 5481 (481), 1888 dec. 12-1889.


Op maandag 17 december van het jaar 1888 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Harmen Wander Arentzen de boedelscheiding plaats van jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888), weduwe van Willem Theodorus van. Griethuysen (1824-1886). Waarbij de boerderijen Vreeswijk en Vossegat/Rijnsweerd door Petronella Strick aan haar neef Jan Carel Strick van Linschoten werd toebedeeld. Beschrijving van akte van perceel 1 met de hofstede Rijnsweerd. Bron: HUA, 1294 5481 (481), 1888 dec. 12-1889. Op maandag 17 december van het jaar 1888 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Harmen Wander Arentzen de boedelscheiding plaats van jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888), weduwe van Willem Theodorus van. Griethuysen (1824-1886). Waarbij de boerderijen Vreeswijk en Vossegat/Rijnsweerd door Petronella Strick aan haar neef Jan Carel Strick van Linschoten werd toebedeeld. Beschrijving van akte van perceel 1 met de hofstede Rijnsweerd. Bron: HUA, 1294 5481 (481), 1888 dec. 12-1889.


Op maandag 17 december van het jaar 1888 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Harmen Wander Arentzen de boedelscheiding plaats van jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888), weduwe van Willem Theodorus van. Griethuysen (1824-1886). Waarbij de boerderijen Vreeswijk en Vossegat/Rijnsweerd door Petronella Strick aan haar neef Jan Carel Strick van Linschoten werd toebedeeld. Beschrijving van akte. Bron: HUA, 34-4, 3894, aktenummer: 3633. Op maandag 17 december van het jaar 1888 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Harmen Wander Arentzen de boedelscheiding plaats van jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888), weduwe van Willem Theodorus van. Griethuysen (1824-1886). Waarbij de boerderijen Vreeswijk en Vossegat/Rijnsweerd door Petronella Strick aan haar neef Jan Carel Strick van Linschoten werd toebedeeld. Beschrijving van akte. Bron: HUA, 34-4, 3894, aktenummer: 3633.


Op maandag 17 december van het jaar 1888 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Harmen Wander Arentzen de boedelscheiding plaats van jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888), weduwe van Willem Theodorus van. Griethuysen (1824-1886). Waarbij de boerderijen Vreeswijk en Vossegat/Rijnsweerd door Petronella Strick aan haar neef Jan Carel Strick van Linschoten werd toebedeeld. Beschrijving van akte met landerijen behorend bij boerderij Rijnsweerd.. Bron: HUA, 34-4, 3894, aktenummer: 3633. Op maandag 17 december van het jaar 1888 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Harmen Wander Arentzen de boedelscheiding plaats van jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888), weduwe van Willem Theodorus van. Griethuysen (1824-1886). Waarbij de boerderijen Vreeswijk en Vossegat/Rijnsweerd door Petronella Strick aan haar neef Jan Carel Strick van Linschoten werd toebedeeld. Beschrijving van akte met landerijen behorend bij boerderij Rijnsweerd.. Bron: HUA, 34-4, 3894, aktenummer: 3633.


Op maandag 17 december van het jaar 1888 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Harmen Wander Arentzen de boedelscheiding plaats van jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888), weduwe van Willem Theodorus van. Griethuysen (1824-1886). Waarbij de boerderijen Vreeswijk en Vossegat/Rijnsweerd door Petronella Strick aan haar neef Jan Carel Strick van Linschoten werd toebedeeld. Beschrijving van akte met de waarde van boerderij Vreeswijk. Bron: HUA, 34-4, 3894, aktenummer: 3633. Op maandag 17 december van het jaar 1888 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Harmen Wander Arentzen de boedelscheiding plaats van jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888), weduwe van Willem Theodorus van. Griethuysen (1824-1886). Waarbij de boerderijen Vreeswijk en Vossegat/Rijnsweerd door Petronella Strick aan haar neef Jan Carel Strick van Linschoten werd toebedeeld. Beschrijving van akte met de waarde van boerderij Vreeswijk. Bron: HUA, 34-4, 3894, aktenummer: 3633.


Op maandag 17 december van het jaar 1888 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Harmen Wander Arentzen de boedelscheiding plaats van jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888), weduwe van Willem Theodorus van. Griethuysen (1824-1886). Waarbij de boerderijen Vreeswijk en Vossegat/Rijnsweerd door Petronella Strick aan haar neef Jan Carel Strick van Linschoten werd toebedeeld. Beschrijving van akte aan het eind met handtekeningen. Bron: HUA, 34-4, 3894, aktenummer: 3633. Op maandag 17 december van het jaar 1888 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Harmen Wander Arentzen de boedelscheiding plaats van jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten (1823-1888), weduwe van Willem Theodorus van. Griethuysen (1824-1886). Waarbij de boerderijen Vreeswijk en Vossegat/Rijnsweerd door Petronella Strick aan haar neef Jan Carel Strick van Linschoten werd toebedeeld. Beschrijving van akte aan het eind met handtekeningen. Bron: HUA, 34-4, 3894, aktenummer: 3633.


Op zaterdag 29 oktober 1898 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Balbian van Doorn de verkoop plaats van hofstede Rijnsweerd / eerder boerderij Vossegat waarbij jhr. Jan Carel Strick van Linschoten van Rhijnauwen de hofstede verkocht voor ƒ. 36.000-, gulden. Bron: HUA, 34-4, 4452, aktenummer: 7463. Op zaterdag 29 oktober 1898 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Balbian van Doorn de verkoop plaats van hofstede Rijnsweerd / eerder boerderij Vossegat waarbij jhr. Jan Carel Strick van Linschoten van Rhijnauwen de hofstede verkocht voor ƒ. 36.000-, gulden. Bron: HUA, 34-4, 4452, aktenummer: 7463.


Op zaterdag 29 oktober 1898 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Balbian van Doorn de verkoop plaats van hofstede Rijnsweerd / eerder boerderij Vossegat waarbij jhr. Jan Carel Strick van Linschoten van Rhijnauwen de hofstede verkocht voor ƒ. 36.000-, gulden. Einde van akte met handtekening. Bron: HUA, 34-4, 4452, aktenummer: 7463. Op zaterdag 29 oktober 1898 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Balbian van Doorn de verkoop plaats van hofstede Rijnsweerd / eerder boerderij Vossegat waarbij jhr. Jan Carel Strick van Linschoten van Rhijnauwen de hofstede verkocht voor ƒ. 36.000-, gulden. Einde van akte met handtekening. Bron: HUA, 34-4, 4452, aktenummer: 7463.


Op dinsdag 30 maart van het jaar 1955 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jongejan Winkel waarbij het vastgoed- en onroerend goed binnen familie Zijderveld-De Ridder onder andere huize Rijnsweerd werd verdeeld. Beschrijving van akte. Bron: HUA, 1294 7696 (1496), 1954 april 1-1954 april 22 1496.30. Op dinsdag 30 maart van het jaar 1955 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jongejan Winkel waarbij het vastgoed- en onroerend goed binnen familie Zijderveld-De Ridder onder andere huize Rijnsweerd werd verdeeld. Beschrijving van akte. Bron: HUA, 1294 7696 (1496), 1954 april 1-1954 april 22 1496.30.


Op dinsdag 30 maart van het jaar 1955 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jongejan Winkel waarbij het vastgoed- en onroerend goed binnen familie Zijderveld-De Ridder onder andere huize Rijnsweerd werd verdeeld. Beschrijving van akte en eerdere verkrijging. Bron: HUA, 1294 7696 (1496), 1954 april 1-1954 april 22 1496.30. Op dinsdag 30 maart van het jaar 1955 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jongejan Winkel waarbij het vastgoed- en onroerend goed binnen familie Zijderveld-De Ridder onder andere huize Rijnsweerd werd verdeeld. Beschrijving van akte en eerdere verkrijging. Bron: HUA, 1294 7696 (1496), 1954 april 1-1954 april 22 1496.30.


Op maandag 4 juli van het jaar 1955 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jongejan Winkel verkocht veehouder Willem de Ridder Huis Rijnsweerd met landerijen aan de gemeente Utrecht aan voor de verkoopsom van ƒ. 350.000-, gulden. Bron: HUA, 1294 7725 (1525), 1955 juli 5-1955 juli 21 1525.14, Op maandag 4 juli van het jaar 1955 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jongejan Winkel verkocht veehouder Willem de Ridder Huis Rijnsweerd met landerijen aan de gemeente Utrecht aan voor de verkoopsom van ƒ. 350.000-, gulden. Bron: HUA, 1294 7725 (1525), 1955 juli 5-1955 juli 21 1525.14,


Op maandag 4 juli van het jaar 1955 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jongejan Winkel verkocht veehouder Willem de Ridder Huis Rijnsweerd met landerijen aan de gemeente Utrecht aan voor de verkoopsom van ƒ. 350.000-, gulden. Beschrijving van eerdere verkrijging. Bron: HUA, 1294 7725 (1525), 1955 juli 5-1955 juli 21 1525.14, Op maandag 4 juli van het jaar 1955 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jongejan Winkel verkocht veehouder Willem de Ridder Huis Rijnsweerd met landerijen aan de gemeente Utrecht aan voor de verkoopsom van ƒ. 350.000-, gulden. Beschrijving van eerdere verkrijging. Bron: HUA, 1294 7725 (1525), 1955 juli 5-1955 juli 21 1525.14,


Op maandag 4 juli van het jaar 1955 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jongejan Winkel verkocht veehouder Willem de Ridder Huis Rijnsweerd met landerijen aan de gemeente Utrecht aan voor de verkoopsom van ƒ. 350.000-, gulden. Beschrijving van verkoopsom. Bron: HUA, 1294 7725 (1525), 1955 juli 5-1955 juli 21 1525.14, Op maandag 4 juli van het jaar 1955 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jongejan Winkel verkocht veehouder Willem de Ridder Huis Rijnsweerd met landerijen aan de gemeente Utrecht aan voor de verkoopsom van ƒ. 350.000-, gulden. Beschrijving van verkoopsom. Bron: HUA, 1294 7725 (1525), 1955 juli 5-1955 juli 21 1525.14,


Kadastrale minuutplan van het vroegere stadsbuitengerecht Abstede uit 1832 met rechtsonder de contouren van het Fort Vossegat. Bron: Rijksadienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank. Kadastrale minuutplan van het vroegere stadsbuitengerecht Abstede uit 1832 met rechtsonder de contouren van het Fort Vossegat. Bron: Rijksadienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank.


Gezicht op de Kromme Rijn te Utrecht uit het oosten vanaf de plaats waar de brug van de A27 gebouwd zal worden, met op de achtergrond de huizen aan de Weg naar Rhijnauwen. Naar een tekening van Wim Hagemans rond 1975. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 28195. Gezicht op de Kromme Rijn te Utrecht uit het oosten vanaf de plaats waar de brug van de A27 gebouwd zal worden, met op de achtergrond de huizen aan de Weg naar Rhijnauwen. Naar een tekening van Wim Hagemans rond 1975. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 28195.


Hulpkaart van de gemeente Abstede uit 1961 en het verdwijnen van de kadastergenzen van het vroegere fort Vossegat aan de oostkant en het verwijdering van het trac;e van de Vossegatsedijk binnen het Fort Vossegat. Linksonder staat zwembad de Kromme-Rijn nog ingetekend. Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987. Hulpkaart van de gemeente Abstede uit 1961 en het verdwijnen van de kadastergenzen van het vroegere fort Vossegat aan de oostkant en het verwijdering van het trac;e van de Vossegatsedijk binnen het Fort Vossegat. Linksonder staat zwembad de Kromme-Rijn nog ingetekend. Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987.


Kaart (fragment) met plannen tot stadsuitbreidingen van Utrecht in de eerste helft van de twintigste eeuw met de aangegeven verboden kringen rond de forten van de Nieuwe Hollandse Waterlinie ten oosten van Utrecht. Waaronder hierbij ingetekend het Fort Vossegat met voorgestelde wegen die er grotendeels nooit gekomen zijn. Bron: Het Utrechts Archief, beeldbank. Kaart (fragment) met plannen tot stadsuitbreidingen van Utrecht in de eerste helft van de twintigste eeuw met de aangegeven verboden kringen rond de forten van de Nieuwe Hollandse Waterlinie ten oosten van Utrecht. Waaronder hierbij ingetekend het Fort Vossegat met voorgestelde wegen die er grotendeels nooit gekomen zijn. Bron: Het Utrechts Archief, beeldbank.


Fort Vossegat en zwembad de Kromme Rijn, gelegen in de gelijknamige rivier in de periode 1920-1930. Bron: NIMH, defensie, beeldbank. Fort Vossegat en zwembad de Kromme Rijn, gelegen in de gelijknamige rivier in de periode 1920-1930. Bron: NIMH, defensie, beeldbank.


Straatnaamborden Weg naar Rhijnauwen (Utrecht) en Vossegatsedijk (Bunnik) bij de t splitsing met De Boeijelaan in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Straatnaamborden Weg naar Rhijnauwen (Utrecht) en Vossegatsedijk (Bunnik) bij de t splitsing met De Boeijelaan in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Gezicht op het landgoed Amelisweerd te Utrecht met achter de struiken de Weg naar Rhijnauwen, de Kromme Rijn en het jaagpad op maandag 14 september 1981. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 69430. Gezicht op het landgoed Amelisweerd te Utrecht met achter de struiken de Weg naar Rhijnauwen, de Kromme Rijn en het jaagpad op maandag 14 september 1981. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 69430.


Het in 1982-1985 aangelegde viaduct van de rijksweg A27 over de rivier de Kromme-Rijn gezien op de Weg naar Rhijnauwen in de richting van het westen gezien ter hoogte met de kruissing van De Boeijelaan in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Het in 1982-1985 aangelegde viaduct van de rijksweg A27 over de rivier de Kromme-Rijn gezien op de Weg naar Rhijnauwen in de richting van het westen gezien ter hoogte met de kruissing van De Boeijelaan in juni 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Luchtfoto gezien vanuit het zuidwesten met links Fort Vossegat met rechts daarvan zwembad de Kromme-Rijn gelegen in de gelijknamige rivier. Rechtsboven boerderij De Grote Kuil (Blauwe-Vogelweg 23) in de periode 1920-1930. Bron: NIMH, defensie, beeldbank. Bron: NIMH, defensie, beeldbank. Luchtfoto gezien vanuit het zuidwesten met links Fort Vossegat met rechts daarvan zwembad de Kromme-Rijn gelegen in de gelijknamige rivier. Rechtsboven boerderij De Grote Kuil (Blauwe-Vogelweg 23) in de periode 1920-1930. Bron: NIMH, defensie, beeldbank. Bron: NIMH, defensie, beeldbank.


Zicht op de zeer modderige oprijlaan van landgoed Rhijnauwen in oktober 1913. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 070, collectie Arie van der Gaag/Van der Brug. Zicht op de zeer modderige oprijlaan van landgoed Rhijnauwen in oktober 1913. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 070, collectie Arie van der Gaag/Van der Brug.


Luchtfoto gezien vanuit het zuidoosten in de periode 1920-1930 met het fort Vossegat in Abstede en zwembad De Kommen Rijn gelegen in de gelijknamige rivier. Bron: NIMH, defensie, beeldbank. Luchtfoto gezien vanuit het zuidoosten in de periode 1920-1930 met het fort Vossegat in Abstede en zwembad De Kommen Rijn gelegen in de gelijknamige rivier. Bron: NIMH, defensie, beeldbank.


Een loodrechte luchtfotot uit de periode 1920-1930 van het Fort Vossegat met links de stadsuitbreiding Abstede en rechtsboven boerderij De Grote Kuil (Blauwe-Vogelweg 23), detijds gelegen in Houten/ Maarschalkerweerd/Oud-Wulven. Bron: NIMH, defensie, beeldbank. Een loodrechte luchtfotot uit de periode 1920-1930 van het Fort Vossegat met links de stadsuitbreiding Abstede en rechtsboven boerderij De Grote Kuil (Blauwe-Vogelweg 23), detijds gelegen in Houten/ Maarschalkerweerd/Oud-Wulven. Bron: NIMH, defensie, beeldbank.


kadasterkaart (fragment) als minuutplankaart uit 1832 met erop ingetekend de grens van gemeente De Bilt sectie C en het vroegere stadsbuitengerecht Abstede, Sectie A met tussen aangegeven de grenswijziging ter hoogte van Fort Vossegat en boerderij Vossegat/Rijnsweerd. Waarmee de boerderij na 1890 van de Bilt naar Abstede kadastraal overging. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank. kadasterkaart (fragment) als minuutplankaart uit 1832 met erop ingetekend de grens van gemeente De Bilt sectie C en het vroegere stadsbuitengerecht Abstede, Sectie A met tussen aangegeven de grenswijziging ter hoogte van Fort Vossegat en boerderij Vossegat/Rijnsweerd. Waarmee de boerderij na 1890 van de Bilt naar Abstede kadastraal overging. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank.


Gezicht op de besneeuwde oprit langs de Minstroom (Weg naar Rhijnauwen) te Utrecht op zondag 25 februari 1962. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 20791. Gezicht op de besneeuwde oprit langs de Minstroom (Weg naar Rhijnauwen) te Utrecht op zondag 25 februari 1962. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 20791.



Weg naar Rhijnauwen 7, Boerderij Vreeswijk

Boerderij Vreeswijk aan de Weg naar Rhijnauwen 7. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldank, documentnummer: 79.785 . Boerderij Vreeswijk aan de Weg naar Rhijnauwen 7. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldank, documentnummer: 79.785 .



De eerste schriftelijke vermelding over boerderij Vreeswijk dateert uit 1482 toen Loeff van Pallaes een stuk land, geheten Vreeswijck, overdroeg aan het klooster Oostbroek. Ruim honderd jaar later kwam het land “in pantschap” (leen) van de toenmalige eigenaar van de ridderhofstede Rhijnauwen. Vermoedelijk was het boerenhuis – zoals gebruikelijk in die tijd – eigendom van de bewoners.


Gezicht op de boerderij Vreeswijk met bijbehorende schuur te Utrecht, uit het zuidwesten in 1968. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 7994. Gezicht op de boerderij Vreeswijk met bijbehorende schuur te Utrecht, uit het zuidwesten in 1968. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 7994.



De hofstede werd namelijk ook wel ‘Spijkers Hofstede’ genoemd. Bekend is dat Gerrit Jansz. Spijcker in 1650 eigenaar was van Vreeswijk. Diens weduwe heeft de boerderij waarschijnlijk verkocht aan Jacob van Golsteyn, de toenmalige eigenaar van Rhijnauwen., want in een akte uit 1674 is er in het huurcontract sprake van verhuur van “d’huysinge en hoffstede genaemt Vreeswijk met bergen, schueren, duyffhuys en vorder getimmer.”


Gezicht op de boerderij Vreeswijk te Utrecht vanuit het westen met links op de achtergrond het bakhuis in 1974. Vron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 69426 . Gezicht op de boerderij Vreeswijk te Utrecht vanuit het westen met links op de achtergrond het bakhuis in 1974. Vron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 69426 .



Bij de sloop van de hofstede Vreeswijk in september 1981 werd geconstateerd dat de 16e eeuwse opzet bewaard was gebleven en dat er nog resten uit de 18e eeuw aanwezig waren. Mogelijk waren er ook middeleeuwse elementen aanwezig, maar door de grove wijze van slopen kon dit niet meer achterhaald worden.


Gezicht op de boerderij Vreeswijk te Utrecht vanuit het westen in 1974. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 6942. Gezicht op de boerderij Vreeswijk te Utrecht vanuit het westen in 1974. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 6942.



Bekend is echter dat bij de restauratie van de Utrechtse Geertekerk in 1956 middeleeuwse kloostermoppen zijn gebruikt, die afkomstig waren van boerderij Vreeswijk.

Bron: historischekringdebilt.nl.


Gezicht op de boerderij Vreeswijk met bijbehorende schuur te Utrecht vanuit het zuiden in 1974. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 69425. Gezicht op de boerderij Vreeswijk met bijbehorende schuur te Utrecht vanuit het zuiden in 1974. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 69425.



Boerderij Vreeswijk (Weg naar Rhijnauwen 7) (met landerijen in Zeist en De Bilt) werd aangekocht op zaterdag 15 augustus 1778 door jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten van Rhijnauwen (decaan van het kapittel van St. Pieter) ten overstaande van de Utrechtse notaris Cornelis van Hees. Jan Balthasar Strick kocht het goed van Maurits Carel baron van Utenhove, van lid van het ridderschap van Utrecht en comparerende voor de Staten van Utrecht (familie Utenhove had ook Nieuw-Amelisweerd in bezit).

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U264b003 aktenummer: 24 15-08-1778.


Gezicht op de restanten van de ten behoeve van de aanleg van de Rijksweg 27 gesloopte boerderij Vreeswijk (Weg naar Rhijnauwen 7) te Utrecht met rechts een groepje Gezicht op de restanten van de ten behoeve van de aanleg van de Rijksweg 27 gesloopte boerderij Vreeswijk (Weg naar Rhijnauwen 7) te Utrecht met rechts een groepje "Vrienden van Amelisweerd" op maandag 14 september 1981. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 69428.




Nazaten van jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten van Rhijnauwen verkochten in april 1920 het landgoed Rhijnauwen aan de gemeente Utrecht met daarbij behorend liggend in De Bilt de boerderij Vreeswijk.\

Tot 1976 zou boerderij Vreeswijk een pachtboerderij in bezit van de gemeente Utrecht blijven. Hierna werd de grond verkocht aan Rijkswaterstaat voor de aanleg van de rijksweg A27.


Boerderij Vreeswijk op een winterdag in de jaren 30 van de twintigste eeuw met rechts de vroegere Militaireweg of Oude Steenweg in De Bilt waar vanaf 1986 de auto's razen op de rijksweg A27 toen aangelegd. Bron: Utrecht in Woord en Beeld, collectie Ellen Drees, De Oude School Historische Kring De Bilt. Boerderij Vreeswijk op een winterdag in de jaren 30 van de twintigste eeuw met rechts de vroegere Militaireweg of Oude Steenweg in De Bilt waar vanaf 1986 de auto's razen op de rijksweg A27 toen aangelegd. Bron: Utrecht in Woord en Beeld, collectie Ellen Drees, De Oude School Historische Kring De Bilt.



De Boerderij Vreeswijk werd in 1978 gesloopt. In 1986 zouden hier de eerste auto's over de rijksweg A27 rijden. Waar eens ooit de boerderij gestaan had.

Familie Van Scherpenzeel pachtte vele decennia de boerderij van familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen en later van de gemeente Utrecht.

Naar de aanloop voor de sloop van de boerderij in de jaren 70 in de twintigste eeuw. Werd de bouwkundige staat ervan steeds slechter.


Boerderij Vreeswijk op een winterdag in de jaren 30 van de twintigste eeuw in De Bilt. Op deze plek razen vanaf 1986 de auto's op de rijksweg A27. Bron: Utrecht in Woord en Beeld, collectie Ellen Drees, De Oude School Historische Kring De Bilt. Boerderij Vreeswijk op een winterdag in de jaren 30 van de twintigste eeuw in De Bilt. Op deze plek razen vanaf 1986 de auto's op de rijksweg A27. Bron: Utrecht in Woord en Beeld, collectie Ellen Drees, De Oude School Historische Kring De Bilt.



Eigenaren boerderij Vreeswijk (Weg naar Rhijnauwen 7) Kadastrale gemeente De Bilt

Op zaterdag 15 augustus 1778 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris C. van Hees het transport plaats van de landerijen en boerderij Vreeswijk van Maurits Carel baron van Utenhove, heer van Nieuw-Amelisweerd naar Jan Balthasar Strick van Linschoten van Rhijnauwen.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, U264b003, 24, 15-08-1778.

1. jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten van Rhijnauwen 1778-1820

2. jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen 1820-1850 (zoon) (legger 69)

3. jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten 1850-1889 (dochter) (legger 236)

4. jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten 1889-1890 (broer) (legger 660)


Portret van jkvr. Anna Magdalena Strick van Linschoten (1867-1961) in ca. 1870. Bron: Het Utrechts Archief, 412, 58. Portret van jkvr. Anna Magdalena Strick van Linschoten (1867-1961) in ca. 1870. Bron: Het Utrechts Archief, 412, 58.



5.   jkvr. Anna Magdalena Strick van Linschoten 1890-1903 (dochter) (legger 668)

6.   Leendert Anthony Snoek en consorten, steenfabrikant 1903-.... (koper) (legger 888)

7.   Alberdina Hendrika Snoek, gehuwd met Pieter Johannes van Ommeren ....-.... (?dochter) (legger ....)

8.   Alberdina Hendrika Snoek, gehuwd met Fenterner van Vlissingen, en Lijsje Kleijn (veehoudster) ....-1954 (annextatie naar gemeente Utrecht) (legger 19720)

9.   Lijsje Kleijn (veehoudster) (legger 20628

10.   Aan de Staat der Nederlanden verkocht in 1982 (legger 19636)
Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987


Hulpkaart van de aan te leggen rijksweg A27 op de plek waar eens (ingetekend met blauwe lijn) boerderij Vreeswijk stond van veehoudster Lijsje Kleijn. Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987. Hulpkaart van de aan te leggen rijksweg A27 op de plek waar eens (ingetekend met blauwe lijn) boerderij Vreeswijk stond van veehoudster Lijsje Kleijn. Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987.


          

Hulpkaart van de omgeving van boerderij Vreeswijk rond 1900-1925. Bron: Kadasterarchieviewer 1832-1987. Hulpkaart van de omgeving van boerderij Vreeswijk rond 1900-1925. Bron: Kadasterarchieviewer 1832-1987.


De Weg naar Rhijnauwen in 1930-1935 in DE Bit met rechts boerderij Vreeswijk. Bron: HUA, catalogusnummer: 859097. De Weg naar Rhijnauwen in 1930-1935 in DE Bit met rechts boerderij Vreeswijk. Bron: HUA, catalogusnummer: 859097.


Hulpkaart van de omgeving van boerderij Vreeswijk in de 19e eeuw. Bron: Kadasterarchieviewer 1832-1987. Hulpkaart van de omgeving van boerderij Vreeswijk in de 19e eeuw. Bron: Kadasterarchieviewer 1832-1987.


             

Op zaterdag 2 mei 1903 vond ten overstaan van notaris Evert van Beusekom te Utrecht door de familie de Ridder een akte van toestemming voor doorvaart in de (vlet)sloten langs hun percelen door het personeel die werkzaam zijn voor steenfabrikanten Leendert Anthonij Snoek en Aart Noldus van Steenis.. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 4106, aktenummer: 41, 02-05-1903. Op zaterdag 2 mei 1903 vond ten overstaan van notaris Evert van Beusekom te Utrecht door de familie de Ridder een akte van toestemming voor doorvaart in de (vlet)sloten langs hun percelen door het personeel die werkzaam zijn voor steenfabrikanten Leendert Anthonij Snoek en Aart Noldus van Steenis.. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 4106, aktenummer: 41, 02-05-1903.


Op zaterdag 2 mei 1903 vond ten overstaan van notaris Evert van Beusekom te Utrecht door de familie de Ridder een akte van toestemming voor doorvaart in de (vlet)sloten langs hun percelen door het personeel die werkzaam zijn voor steenfabrikanten Leendert Anthonij Snoek en Aart Noldus van Steenis. Akte van machtiging door familie de Ridder. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 4106, aktenummer: 41, 02-05-1903. Op zaterdag 2 mei 1903 vond ten overstaan van notaris Evert van Beusekom te Utrecht door de familie de Ridder een akte van toestemming voor doorvaart in de (vlet)sloten langs hun percelen door het personeel die werkzaam zijn voor steenfabrikanten Leendert Anthonij Snoek en Aart Noldus van Steenis. Akte van machtiging door familie de Ridder. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 4106, aktenummer: 41, 02-05-1903.


Op zaterdag 2 mei 1903 vond ten overstaan van notaris Evert van Beusekom te Utrecht de verkoop plaats van boerderij Vreeswijk (Weg naar Rhijnauwen 7) door jkvr. Anna Magdalena Strick van Linschoten, echtgenote van Cornelis Johannes Doude van Troostwijk. Met een totale grote van 61 hectare, 79 are en 42 centiare. De nieuwe eigenaren waren Leendert Anthony Snoek en Aart Nolders van Steenis, beide steenfabrikanten en wonende te Utrecht zij legde een bedrag van ƒ. 86.250,- neer voor het vast- en onroerend goed. Voorkant van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 4106, aktenummer: 40, 02-05-1903. Op zaterdag 2 mei 1903 vond ten overstaan van notaris Evert van Beusekom te Utrecht de verkoop plaats van boerderij Vreeswijk (Weg naar Rhijnauwen 7) door jkvr. Anna Magdalena Strick van Linschoten, echtgenote van Cornelis Johannes Doude van Troostwijk. Met een totale grote van 61 hectare, 79 are en 42 centiare. De nieuwe eigenaren waren Leendert Anthony Snoek en Aart Nolders van Steenis, beide steenfabrikanten en wonende te Utrecht zij legde een bedrag van ƒ. 86.250,- neer voor het vast- en onroerend goed. Voorkant van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 4106, aktenummer: 40, 02-05-1903.


Op zaterdag 2 mei 1903 vond ten overstaan van notaris Evert van Beusekom te Utrecht de verkoop plaats van boerderij Vreeswijk (Weg naar Rhijnauwen 7) door jkvr. Anna Magdalena Strick van Linschoten, echtgenote van Cornelis Johannes Doude van Troostwijk. Met een totale grote van 61 hectare, 79 are en 42 centiare. De nieuwe eigenaren waren Leendert Anthony Snoek en Aart Nolders van Steenis, beide steenfabrikanten en wonende te Utrecht zij legde een bedrag van ƒ. 86.250,- neer voor het vast- en onroerend goed. Machtiging van verkoop van Anna Strick en de heer Doude van Troostwijk geschreven te Abcoude. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 4106, aktenummer: 40, 02-05-1903. Op zaterdag 2 mei 1903 vond ten overstaan van notaris Evert van Beusekom te Utrecht de verkoop plaats van boerderij Vreeswijk (Weg naar Rhijnauwen 7) door jkvr. Anna Magdalena Strick van Linschoten, echtgenote van Cornelis Johannes Doude van Troostwijk. Met een totale grote van 61 hectare, 79 are en 42 centiare. De nieuwe eigenaren waren Leendert Anthony Snoek en Aart Nolders van Steenis, beide steenfabrikanten en wonende te Utrecht zij legde een bedrag van ƒ. 86.250,- neer voor het vast- en onroerend goed. Machtiging van verkoop van Anna Strick en de heer Doude van Troostwijk geschreven te Abcoude. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 4106, aktenummer: 40, 02-05-1903.


               

Laan op landgoed Rhijnauwen in oktober 1913. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 070, collectie Arie van der Gaag/Van der Brug. Laan op landgoed Rhijnauwen in oktober 1913. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 070, collectie Arie van der Gaag/Van der Brug.


Zicht op de Weg naar Rhijnauwen in oktober 1913. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 070, collectie Arie van der Gaag/Van der Brug. Zicht op de Weg naar Rhijnauwen in oktober 1913. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 070, collectie Arie van der Gaag/Van der Brug.



Boerderij aan de Hoofddijk 44 (toenmalig)

Gezicht in de Oostbroekselaan te Utrecht met op de voorgrond een gedeelte van een boerderij (hoofddijk 44) met rechts de Militaireweg op woensdag 10 mei 1961. Bron: Het Utrechts Archief,catalogusnummer: 20793. Gezicht in de Oostbroekselaan te Utrecht met op de voorgrond een gedeelte van een boerderij (hoofddijk 44) met rechts de Militaireweg op woensdag 10 mei 1961. Bron: Het Utrechts Archief,catalogusnummer: 20793.



Eigenaren huis aan de Hoofddijk 44 kadastrale gemeente De Bilt

1.   jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten van Rhijnauwen ....-1820

2.   jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen 1820-1850 (zoon) (legger 69)

3.   jkvr. Petronella Johanna Strick van Linschoten 1851-1888 (dochter) (legger 235)

4.   jhr. Hendrik Strick van Linschoten van Rhijnauwen 1888-1889 (broer) (legger 236)

5.   jhr. Unico Hendrik Strick van Linschoten 1889-1899 (zoon) (legger 669)

6.   Johanna Louisa Tissot en Patot, wed. jhr. Jan Carel Strick van Linschoten (broer jhr. Hendrik Strick van Linschoten), jkvr. Johanna Henrietta Anthonia Strick van Linschoten en con., Pieter Vinkhuijsen, arts te Bunnik 1900-1908 (legger 808)


Portret van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten rond 1900. Portret van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten rond 1900.



7.   William de Wit, houthandelaar 1908-1908 (koper) (legger 991)

8.   Roelof van Dijk en Gerrit Albertus Gijsbertje van Dijk 1908-1926 (koper) (legger 1003)

9.   Roelof van Dijk en Gerrit Albertus Gijsbertje van Dijk en con. 1926-1953 (legger 3274)

10.  Roelof van Dijk en Gerrit Albertus Gijsbertje van Dijk en con. 1954-1961 (legger 19788 (Utrecht))

11.  Gemeente Utrecht 1961-1965 (koper) (legger 15984-2643)

12.   Gemeente Utrecht 1965-1965 afgebroken.

Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987


In geel gearceerd de gronden die in 1961 van de familie Van Dijk werden aangekocht door de gemeente Utrecht in de hoek de militaireweg op de kruising van de Oostbroekselaan en de Hoofddijk 44. Bron: Het Utrechts Archief, 1803. In geel gearceerd de gronden die in 1961 van de familie Van Dijk werden aangekocht door de gemeente Utrecht in de hoek de militaireweg op de kruising van de Oostbroekselaan en de Hoofddijk 44. Bron: Het Utrechts Archief, 1803.


Gezicht op de Militaireweg te Utrecht met de resten van een boerderij op zondag 18 maart 1962. Naar een foto van G.J.C.A. Smilda. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 20016. Gezicht op de Militaireweg te Utrecht met de resten van een boerderij op zondag 18 maart 1962. Naar een foto van G.J.C.A. Smilda. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 20016.


Gezicht op een boerderij aan de Militaireweg te Utrecht naar een foto van G.J.C.A. Smilda. Gemaakt op zondag 18 maart 1962. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 20017. Gezicht op een boerderij aan de Militaireweg te Utrecht naar een foto van G.J.C.A. Smilda. Gemaakt op zondag 18 maart 1962. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 20017.


Besluit van het college van burgemeester en wethouder van de gemeente Utrecht van 23 februari 1961 tot het besluit tot aankoop van de gronden van de familie Van Dijk ter waarde van ƒ. 265.300,- gulden met een grote van 16 hectare aan de Hoofddijk. Bron: Het Utrechts Archief, 1007-3. Besluit van het college van burgemeester en wethouder van de gemeente Utrecht van 23 februari 1961 tot het besluit tot aankoop van de gronden van de familie Van Dijk ter waarde van ƒ. 265.300,- gulden met een grote van 16 hectare aan de Hoofddijk. Bron: Het Utrechts Archief, 1007-3.


Besluit van het college van burgemeester en wethouder van de gemeente Utrecht van 23 februari 1961 tot het besluit tot aankoop van de gronden van de familie Van Dijk ter waarde van ƒ. 265.300,- gulden met een grote van 16 hectare aan de Hoofddijk. In geel gearceerd de gronden die de gemeente Utrecht verwierf. Bron: Het Utrechts Archief, 1007-3. Besluit van het college van burgemeester en wethouder van de gemeente Utrecht van 23 februari 1961 tot het besluit tot aankoop van de gronden van de familie Van Dijk ter waarde van ƒ. 265.300,- gulden met een grote van 16 hectare aan de Hoofddijk. In geel gearceerd de gronden die de gemeente Utrecht verwierf. Bron: Het Utrechts Archief, 1007-3.



Koffiehuis aan de Schoudermantel nr. 2 nabij de toenmalige plaats waar van Station Bunnik eens stond

        

Daghuurderswoning Schoudermantel te Bunnik, huisnr. 4

Prentbriefkaart van de huizen aan de Schoudermantel. De provincialeweg tussen Utrecht en Wijk bij Duurstede. met rechts de Kromme Rijn. Het witte huis in de verte is ooit het eigendom geweest van Jan Carel Wendel Strick van Linschoten in 1838. Foto is gemaakt en al getekend bijgewerkt op een lente dag ergens in de periode 1880-1900. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56363, 19. Prentbriefkaart van de huizen aan de Schoudermantel. De provincialeweg tussen Utrecht en Wijk bij Duurstede. met rechts de Kromme Rijn. Het witte huis in de verte is ooit het eigendom geweest van Jan Carel Wendel Strick van Linschoten in 1838. Foto is gemaakt en al getekend bijgewerkt op een lente dag ergens in de periode 1880-1900. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56363, 19.



De daghuurswoning huisnummer 4. gelegen tussen de Schoudermantel en de rivier de Kromme Rijn was maar een simpel wit huisje van weinig aluren. Van de historie ervan voor 1832 is ons niets bekend. In 1832 staat Dirk van der Wel als eigenaar geregistreerd als bezitter van de daghuurswoning.

Hij was zelf ook van beroep daghuurder. Een daghuurder waren knechten en/of werklieden die vooral in het hoogseizoen rijke herenboeren in de omgeving voor een dag ingehuurd konden worden voor vooral klussen op het land, de boomgaarden of het parkbos.

Kort na 1832 zou Carel Joseph van Hengst de daghuurderswoning van Ditk van der Wel kopen. Waarop Carel Joesph de daghuurderswoning in 1837 aan zijn neef Jan Carel Wendel Strick van Linschoten zou verkopen. Een jaar later doet Jan Carel Wendel de boerderij in 1838 van de hand aan Anthony van Elst, van beroep opzichter der jacht en eerder wonende te Odijk.

Ergens rond 1845 verkoopt Anthony van Elst de woning aan de familie Schröder die deze tezamen met ieder 1/3 deel bezit in eiegedom houden alsook 1/3 deel bezit voor twee heren Schröder uit Velp en Zeist.


De Schoudermantel, de provincialeweg tussen Utrecht en Wijk bij Duurstede op deze foto richting het noordwesten gezien. Met rechts de Kromme Rijn en in de verte het witte huisje wat van Jan Carel Wendel Strick van Linschoten was in 1838. Foto uit ca. 1880-1900. Bron: onbekend. De Schoudermantel, de provincialeweg tussen Utrecht en Wijk bij Duurstede op deze foto richting het noordwesten gezien. Met rechts de Kromme Rijn en in de verte het witte huisje wat van Jan Carel Wendel Strick van Linschoten was in 1838. Foto uit ca. 1880-1900. Bron: onbekend.



In 1882 overlijd Anthony van Elst en komt de woning toe aan Gustav Carl Schröder en molenaar Dirk van Elst en Consorten. In 1895 na het opmaken van de memories van successie van Dirk van Elst is 1/2 eigenaar nog steeds de heer Schröder maar dan voor de andere helft de eigenaar Antonie van Elst van beroep rijksveldwachter te Bunnik.

Na het overlijden van Gustav Carl Schröder en het opmaken van zijn memories van successie in 1900. Is Anthonie van Elst de nieuwe eigenaar in 1/2 deel. Zijn andere wederhelft als eigenaars zijn Magdelena Altena en consorten, Greetje van Altena, gescheiden echtgenote van Jacob Thomas va Tricht.

In 1905 vind er weer een verandering plaats in het eigendom van het huisje. Rijksveldwachter Anthonie van Elst zal vermoedelijk zijn overleden. En de nieuwe eigenaar is rijksveldwachter Willem Cornelis van Beek en consorten, wonende te Bunnik. Greetje van Altena staat er ook bijgeschreven als 1/2 eigenaar. Maar Magdelena van Altena niet meer.


Kaart van gronden en een daghuurdershuisje in Bunnik tussen de Odijkerweg (Schoudermantel), de Kromme Rijn (links) met gronden lopend richting het zuidwesten tot aan de Rijsbruggerwetering bij de Achterdijk in 1670. Naar een kaart van Bernhard de Roij te vinden in het archief van het Utrechts kapittel van St. Pieter (1). Bron: Het Utrechts Archief, 220, 565. Kaart van gronden en een daghuurdershuisje in Bunnik tussen de Odijkerweg (Schoudermantel), de Kromme Rijn (links) met gronden lopend richting het zuidwesten tot aan de Rijsbruggerwetering bij de Achterdijk in 1670. Naar een kaart van Bernhard de Roij te vinden in het archief van het Utrechts kapittel van St. Pieter (1). Bron: Het Utrechts Archief, 220, 565.



Hierop komt in 1909 de woning aan de Schoudermantel helemaal in het bezit van rijksveldwachter Van Beek. Hij bezit in die tijd meerdere huizen en landerijen in Bunnik. Waarschijnlijk heeft hij deze diverse huisjes in bezit om inwoners van Bunnik een onderdak te kunnen geven voor als in noodzakelijke situatiën zouden zitten. Of gescheiden, arm of oud. Zodat ook de minderbedeelde uit die tijd een onderdag hadden. Mede mogelijk gemaakt door Van Beek.


Opmeting van percelen land te Bunnik, tussen de Kromme Rijn en de Rijsbruggerwetering, onder meer van de jonkheer Van Renesse (manuscriptkaart) in 1670 naar een kaart van Berhard de Roy en Jan de Wit. Links het huisje ingetekend van het buurtschap Schoudermantel. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 57613, 61. Opmeting van percelen land te Bunnik, tussen de Kromme Rijn en de Rijsbruggerwetering, onder meer van de jonkheer Van Renesse (manuscriptkaart) in 1670 naar een kaart van Berhard de Roy en Jan de Wit. Links het huisje ingetekend van het buurtschap Schoudermantel. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 57613, 61.



In 1930 zou de woning bij veiling worden verkocht aan Cornelis Rijksen, van beroep bouwkundige en wonende te Utrecht. Rijken verkoop de woning drie jaar later in 1933 bij veiling aan Evert van Essen, geen beroep.


Kaart van gronden en een daghuurdershuisje in Bunnik tussen de Odijkerweg (Schoudermantel), de Kromme Rijn (links) met gronden lopend richting het zuidwesten tot aan de Rijsbruggerwetering bij de Achterdijk in 1670. Naar een kaart van Bernhard de Roij te vinden in het archief van het Utrechts kapittel van St. Pieter (2). Bron: Het Utrechts Archief, 220, 565. Kaart van gronden en een daghuurdershuisje in Bunnik tussen de Odijkerweg (Schoudermantel), de Kromme Rijn (links) met gronden lopend richting het zuidwesten tot aan de Rijsbruggerwetering bij de Achterdijk in 1670. Naar een kaart van Bernhard de Roij te vinden in het archief van het Utrechts kapittel van St. Pieter (2). Bron: Het Utrechts Archief, 220, 565.



Waarop Evert van Essen het huis in 1939 verkoopt aan Rijkswaterstaat en het huis in 1941 wordt afgebroken voor de aanleg van de Rijksweg A12 van Den Haag naar Arnhem tot de Duitse grens. Het huis wat dus ooit even bij het landgoed Rhijnauwen stond. Heeft op de plek gestaan waar nu de rijkswe A12  met brug over de Kromme Rijn en Schoudermantel gaat.

Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987


Opmeting van percelen land te Bunnik, tussen de Kromme Rijn en de Rijsbruggerwetering, onder meer van de heer De Reuver (manuscriptkaart) op zaterdag 17 mei 1670. Met links het huisje ingetekend van het buurschap Schoudermantel. Naar een kaart van Bernhard de Roy. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 57614, 61. Opmeting van percelen land te Bunnik, tussen de Kromme Rijn en de Rijsbruggerwetering, onder meer van de heer De Reuver (manuscriptkaart) op zaterdag 17 mei 1670. Met links het huisje ingetekend van het buurschap Schoudermantel. Naar een kaart van Bernhard de Roy. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 57614, 61.



Landgoed Bloemerwaard,
Schoudermantel te Bunnik, huisnr. 10 (37a)

Het hoofdhuis en het landgoed Bloemerwaard te Bunnik in 1868 naar een tekening van P.J. Lutgers met op de midden voorgrond de Kromme Rijn. Met links de R.K. Kerk van Bunnik. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 083, 57400, 55. Het hoofdhuis en het landgoed Bloemerwaard te Bunnik in 1868 naar een tekening van P.J. Lutgers met op de midden voorgrond de Kromme Rijn. Met links de R.K. Kerk van Bunnik. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 083, 57400, 55.



Van het goed of buitenplaats Bloemerwaard of wel Bloemerswaarde is al bekend dat in het jaar 1451 een zekere Gijsbert van Roemst en Jan Wantenaarsz. de eignaren zijn van het perceel waarop Bloemerwaard dan gelegen is.

In juli van het jaar 1708 wordt ten overstaande van de Utrechtse notaris Peter Leechburch door Willemina Mechtelt van Waey aan Jan Willemsen van Rossum, vn beroep schipper een pacht afgesloten voor de boomvruchten die groeien op het landgoed Bloemerwaard, gelegen net buiten Bunnik.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U097a012 aktenummer: 80 01-07-1708 (gefingeerde datum).

Op woendag 26 januari van het jaar 1724 werd ten overstaande van de Utrechtse notaris Johannes Wechter op het goed Bloemerwaard verhuurd door Wilhelmina Mechteld van Waey aan Jan van Linden. Het goed wordt omschreven als een zekere huysinge met gras van de ouden en nieuwen boomgaard, naast de hofstede Bloemerweerd in het gerecht van Bunnik. Als bijzonderheid werd in de huur en pachtakte overeengekomen dat 'In achterhuis van hofstede Bloemerweerd mogen koeien gestald worden met de helft van les van de boomgaarden.'

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U120a003 aktenummer: 123 26-01-1724.


Portret van Cyprianus van Hengst (1776-1826), zijn echtgenote Charlotte Strick van Linschoten (1778-1850) en hun kinderen in 1799. Naar een schilderij van Adriaan de Lelie. Het schilderij bevindt zicht in het Amsterdam Museum. Bron: Wikipedia. Portret van Cyprianus van Hengst (1776-1826), zijn echtgenote Charlotte Strick van Linschoten (1778-1850) en hun kinderen in 1799. Naar een schilderij van Adriaan de Lelie. Het schilderij bevindt zicht in het Amsterdam Museum. Bron: Wikipedia.



Op zaterdag 24 juli 1751 werd ten overstaande van de Utrechtse notaris Maurits Overvesteen zekere heerehuyzinge c.a. tuyn, boomgaerden, duyfhuys, speelhuys, boerehuyzinge en hoffsteede met bouw- en weylanden, tesamen 19 mergen lands groot. Verkopers waren Gerard Thiens, Isaacq Munnicks, Gerard Munnicks, (onmondige), Frederick Lodewyck Abresch, Dionisius van de Wynparsse, Anthonia Catharina Thiens, Allard Rudolph van Waay, Allerd Renssen, Lambarta Renssen, Jacobus Winoldi, Gerard Blydenbergh.

Koper van het goed genaamd: Bloemerswaerde Rudolp van Waay.
Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U176a004 aktenummer: 149-1 24-07-1751.

Eerder werd door erfnamen van Jeremias Casteleyn een akoord bereil ten overstaande van de Utrechtse notaris op vrijdag 26 maart 1751.

De getranscirbeerd titel hiervoor stata te lezen: "over verdeling opbrengst van de te verkopen hofstede Blommers Weerd onder Bunnik, gekomen uit de nalatenschap van Jeremias Castelyn den ouden en Catharina van Heeteren, in leven echtelieden."

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U176a004 aktenummer: 142 26-03-1751.


Kaartje van het gebied ten oosten van Bunnik aan de Schoudermantel met landgoed Bloemerwaard en de R.K. Kerk van Bunnik. Villa Bloemerwaard staat er ook bij ingetekend als een rood puntje op de noordelijke hoek van de oprijlaan met de Schoudermantel. Kaart uit omstreeks 1875-1900. Bron: Topotijdreis.nl. Kaartje van het gebied ten oosten van Bunnik aan de Schoudermantel met landgoed Bloemerwaard en de R.K. Kerk van Bunnik. Villa Bloemerwaard staat er ook bij ingetekend als een rood puntje op de noordelijke hoek van de oprijlaan met de Schoudermantel. Kaart uit omstreeks 1875-1900. Bron: Topotijdreis.nl.



Op dinsdag 13 april 1773 werd ten overstaande van de Utrechtse notaris Hendrik van Dam het goed Bloemerwaard verkocht door Alard Rudolph van Waay van beroep advocaat aan het Hof van Utrecht. Koper van het goed was Andries Oortman dht. Kol als gemachtigd rentemeester van Van Oortman.

Het goed werd omschreven alszijnde: heerehuysinge, thuyn, 2 boomgaarden, lanen en sterrebosch, duyffhuys en speelhuys, tesamen groot 4 merge, gelegen naast de Crommen Ryn, achter de Rysbrugger wetering.

Hierbij nog begrepen boerehuysinge en hofsteede met 8 mergen bouw- en 7 mergen weyland, gelegen naast de Crommen Ryn en achter de Rysbrugger wetering, genaamd Bloemerweerde. Nog verder bij begrepen ene helft van 25 mergen bouw-, wey- en boslanden, gelegen aan de Crommen Ryn. Alle gelegen in het gerecht van Bunnik en Vegten.

De bijzonderheid bij deze verkoop was dat de heer Alard Rudolph van Waay er levenslang in mocht wonen wonen en het gebruiken van het herenhuis, tuin en duivenhok met zijn bedienden voor niet. Dus dat Alard Rudolph van Waay gratis kon wonen in het huis Bloemerwaard terwijl de heer Andries Oortman er de eigenaar ervan bleef.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 U269c001 aktenummer: 99 13-04-1773.


Het hoofdhuis en het landgoed Bloemerwaard te Bunnik in 1868 naar een tekening van P.J. Lutgers met op de midden voorgrond de Kromme Rijn. Met links de R.K. Kerk van Bunnik. Tekening digitaal, gerestaureerd en ingekleurd. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 083, 57400, 55. Het hoofdhuis en het landgoed Bloemerwaard te Bunnik in 1868 naar een tekening van P.J. Lutgers met op de midden voorgrond de Kromme Rijn. Met links de R.K. Kerk van Bunnik. Tekening digitaal, gerestaureerd en ingekleurd. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 083, 57400, 55.



Villa Bloemerwaard, Schoudermantel 22 (33) (1894-1959)

Villa Bloemerwaard aan de Schoudermantel 22 (later 33) (oostkant) in 1894 gebouwd in opdracht van Jhr. Jan Carel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, van beroep notaris en burgemeester te Maarssen. De villa heeft veel weg van de architectonische stijl van architectenfamilie Wentink uit Schalkwijk. Foto uit 1905 vermoedelijk de heer Van Beeck Calkoen (rechts) met zijn kinderen (midden) en echtgenote staande (links) (kadastraal Sectie A 929 en 930). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56332, 19. Villa Bloemerwaard aan de Schoudermantel 22 (later 33) (oostkant) in 1894 gebouwd in opdracht van Jhr. Jan Carel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, van beroep notaris en burgemeester te Maarssen. De villa heeft veel weg van de architectonische stijl van architectenfamilie Wentink uit Schalkwijk. Foto uit 1905 vermoedelijk de heer Van Beeck Calkoen (rechts) met zijn kinderen (midden) en echtgenote staande (links) (kadastraal Sectie A 929 en 930). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56332, 19.



In het jaar 1801 verkocht Andries Oortman het goed Bloemerwaard aan Gijsbertus Achterberg. In het jaar 1832 is bekend dat Cornelis van Dam de eigenaar van het goed Bloemerwaard was.

Bij de invoering van het kadaster in 1832 staat Cornelis van Dam nog geregistreerd als eigenaar van de Bloemerwaard. Kort daarop verkocht Van Dam het buiten aan Carel Joseph van Hengst, de neef van Jan Carel Wendel Strick van Linschoten. In 1833 een jaar later koopt Carel Joseph respectiefelijk twee hofrenten over de Bloemerwaard en hofstede Rhijnzicht af aan zijn neef Jan Carel Wendel.


Akte ver van verkoop tussen jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen aan zijn neef Van Hengst van het buitengoed Bloemerwaard in 1837. Bron: Het Utrechts Archief, 1870, 36. Akte ver van verkoop tussen jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen aan zijn neef Van Hengst van het buitengoed Bloemerwaard in 1837. Bron: Het Utrechts Archief, 1870, 36.


In 1822 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik Kamperdijk een gedeeltelijke verkoop plaats van het landgoed Bloemerwaard aan door Joseph Leijdel. Begin beschrijving van akte. Bron: HUA, 34-4, 2881, aktenummer: 851. In 1822 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik Kamperdijk een gedeeltelijke verkoop plaats van het landgoed Bloemerwaard aan door Joseph Leijdel. Begin beschrijving van akte. Bron: HUA, 34-4, 2881, aktenummer: 851.


In 1822 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik Kamperdijk een gedeeltelijke verkoop plaats van het landgoed Bloemerwaard aan door Joseph Leijdel. Eind beschrijving van akte. Bron: HUA, 34-4, 2881, aktenummer: 851. In 1822 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik Kamperdijk een gedeeltelijke verkoop plaats van het landgoed Bloemerwaard aan door Joseph Leijdel. Eind beschrijving van akte. Bron: HUA, 34-4, 2881, aktenummer: 851.




Vader van Jan Carel Wendel, Jan Balthazar Strick van Linschoten kocht in het jaar 1803 de hofgoederen aan van 's Lands Domeinen van Utrecht (Oorspronkelijke kerkelijke belasting van de bisschop, vooral geheven in Bunnik en omstreken, ook wel hofrente genoemd).

Ruim 4 jaar later in 1837 verkocht Carel Joseph van Hengst een deel van de landerijen van de Bloemerwaard, hofstede Rhijnzicht en de daghuurderswoning die verderop ten oosten gelegen lag in het buurtschap Schoudermantel aan zijn neef Jan Carel Wendel Strick van Linschoten.


Villa Bloemerwaard aan de Schoudermantel 22 (later 33) (oostkant) in 1894 gebouwd in opdracht van Jhr. Jan Carel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, van beroep notaris en burgemeester te Maarssen. De villa heeft veel weg van de architectonische stijl van architectenfamilie Wentink uit Schalkwijk. Foto uit 1905 met rechts staande een kind van de heer Van Beeck Calkoen. (kadastraal Sectie A 929 en 930). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56333, 19. Villa Bloemerwaard aan de Schoudermantel 22 (later 33) (oostkant) in 1894 gebouwd in opdracht van Jhr. Jan Carel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, van beroep notaris en burgemeester te Maarssen. De villa heeft veel weg van de architectonische stijl van architectenfamilie Wentink uit Schalkwijk. Foto uit 1905 met rechts staande een kind van de heer Van Beeck Calkoen. (kadastraal Sectie A 929 en 930). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56333, 19.



Carel Joseph van Hengst verkocht het hoofdhuis Bloemerwaard aan Willem Jacoba Voogt, van beroep Rijksontvanger der belastingen en wonende te Werkhoven. Het hoofdhuis werd in latere tijden afgebroken en een later huis wat werd gebouwd werd aan de Schoudermantel 37a werd in 1940-1945 gebouwd. Anno 2021 werd dit pand afgebroken.

Het bouwland wat in 1837 in het bezit van Jan Carel Wendel was gekomen. Gelegen tussen villa Bloemerwaard en hofstede Rhijnzicht. Werd omstreeks 1840 aangekocht door de Nederlandse Rhijnspoorweg Maatschappij. Die bezig waren met de ontwikkeling van een tweede spoorlijn in Nederland van Amsterdam naar Utrecht, Arnhem, Zevenaar tot de Duitse grens bij Zevenaar.


Handtekeningen van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen en en zijn neef Carel Joseph van Hengst in 1837 onder de akte van verkoop van het landgoed de Bloemerwaard. Bron: Het Utrechts Archief, 1877, 36. Handtekeningen van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen en en zijn neef Carel Joseph van Hengst in 1837 onder de akte van verkoop van het landgoed de Bloemerwaard. Bron: Het Utrechts Archief, 1877, 36.



Na deze tijd werd het 'bouwland' door tweeën gedeeld. De Rhijnspoorweg werd in 1844 ingebruik genomen. In latere tijd kwam het stuk grond ten zuiden van de spoorlijn en ten oosten van de Schoudermantel in het bezit van andere eigenaren.


In 1837 verhuurde de heer Voogt rijksontvanger der belastingen, wonende te Werkoven een stuk van zijn landgoed Bloemerwaard voor f. 20, - gulden jaarlijks aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Verhuur van de grond werd gesloten ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4. In 1837 verhuurde de heer Voogt rijksontvanger der belastingen, wonende te Werkoven een stuk van zijn landgoed Bloemerwaard voor f. 20, - gulden jaarlijks aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Verhuur van de grond werd gesloten ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4.



In latere tijd komt het landgoed en hoofdhuis Bloemerwaard in het bezit van Jhr. Carel Willem de Geer. Die op de hoek van de oprijlaan van Bloemerwaard in de noordelijke hoek met de kruising van de Schoudermantel een nieuwe villa liet bouwen. Hoe deze villa eruit heeft gezien is niet bekend. In 1852 verkoopt jonkheer De Geer de villa met omliggend land aan Jhr. Jan Carel Strick van Linschoten van Rhijnauwen.


Maandag 31 december 1860 verkocht baron De Geer ten overstaan van notaris B.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede het huis de de Bloemerwaard aan jhr. Jan Carel Strick van Linschoten voor de verkoopsom van f. 20.000,- gulden. Begin beschrijving van de akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1914 63 2760 1860 sep.-dec, aktenummer: 185. Maandag 31 december 1860 verkocht baron De Geer ten overstaan van notaris B.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede het huis de de Bloemerwaard aan jhr. Jan Carel Strick van Linschoten voor de verkoopsom van f. 20.000,- gulden. Begin beschrijving van de akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1914 63 2760 1860 sep.-dec, aktenummer: 185.


Maandag 31 december 1860 verkocht baron De Geer ten overstaan van notaris B.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede het huis de Bloemerwaard aan jhr. Jan Carel Strick van Linschoten voor de verkoopsom van f. 20.000,- gulden. Einde van beschrijving. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1914 63 2760 1860 sep.-dec, aktenummer: 185. Maandag 31 december 1860 verkocht baron De Geer ten overstaan van notaris B.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede het huis de Bloemerwaard aan jhr. Jan Carel Strick van Linschoten voor de verkoopsom van f. 20.000,- gulden. Einde van beschrijving. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 1914 63 2760 1860 sep.-dec, aktenummer: 185.


Akte van eerst recht van verkoop als de heer Voogt uit Werkhoven een deel van het landgoed Bloemerwaard met aangeduide percelen zou willen verkopen aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen in het voorjaar van 1838. Verkoop heeft nooit plaatsgevonden. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3288 34-4 U320b066 1837 okt.-1838 apr. Van Ommeren, aktenummer: 8403. Akte van eerst recht van verkoop als de heer Voogt uit Werkhoven een deel van het landgoed Bloemerwaard met aangeduide percelen zou willen verkopen aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen in het voorjaar van 1838. Verkoop heeft nooit plaatsgevonden. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3288 34-4 U320b066 1837 okt.-1838 apr. Van Ommeren, aktenummer: 8403.


Het hoofdhuis op het vroegere landgoed Bloemerwaard aan de Schoudermantel 37a gebouwd in 1940-1945 en gesloopt in 2021. Foto uit 1954. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56334, 19. Het hoofdhuis op het vroegere landgoed Bloemerwaard aan de Schoudermantel 37a gebouwd in 1940-1945 en gesloopt in 2021. Foto uit 1954. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 56334, 19.


Akte van eerst recht van verkoop als de heer Voogt (handtekening) uit Werkhoven een deel van het landgoed Bloemerwaard met aangeduide percelen zou willen verkopen aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen (handtekening) in het voorjaar van 1838. Verkoop heeft nooit plaatsgevonden. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3288 34-4 U320b066 1837 okt.-1838 apr. Van Ommeren, aktenummer: 8403. Akte van eerst recht van verkoop als de heer Voogt (handtekening) uit Werkhoven een deel van het landgoed Bloemerwaard met aangeduide percelen zou willen verkopen aan jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen (handtekening) in het voorjaar van 1838. Verkoop heeft nooit plaatsgevonden. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3288 34-4 U320b066 1837 okt.-1838 apr. Van Ommeren, aktenummer: 8403.



Het land en villa (Schoudermantel 22) wat in bezit kwam van van Jhr. Jan Carel Strick van Linschoten van Rhijnauwen was decennia eerder nog van zijn opa Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Jan Carel Strick liet in 1894 een nieuwe villa bouwen. Zoals in de kadasterlegger staat geschreven 'herbouwd'. Waarschijnlijk was het eerdere huis afgebrand.


Na het overlijden van Jhr. Unico in 1899 verkoopt de familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen een deel van het onroerend goed, twee boerderijen in Bunnik en houtgewas in De Bilt aan de Zandlaan. Bron: Delpher.nl Algemeen Dagblad 24-08-1899. Na het overlijden van Jhr. Unico in 1899 verkoopt de familie Strick van Linschoten van Rhijnauwen een deel van het onroerend goed, twee boerderijen in Bunnik en houtgewas in De Bilt aan de Zandlaan. Bron: Delpher.nl Algemeen Dagblad 24-08-1899.



Download (117) de notariële akte (fragment) waarbij de erfpachtcanon werd geregeld werd, op een perceel onder het koffiehuis gelegen aan de Schoudermantel nr. 2 te Bunnik. Mevrouw Jacoba Bergina Wildbergh, droeg het erfpacht over aan de heer Willem Dorrestijn. Voor een bedrag van f. 40,- / jaar ten betalen aan jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Dit werd allemaal geregeld ten overstaande notaris Willem Kantwijk op zaterdag 29 april van het jaar 1899. 1-1.pdf



Op zaterdag 4 november 1899 verkoopt Jan Carel Strick de villa aan de Schoudermantel aan J.L.W Blokhuis waarop de heer Blokhuis villa Bloemerwaard op woensdag 20 september 1905 verkoopt aan de burgemeester van Bunnik de heer Willem Jabbes van Beeck Calkoen. Van Beeck Calkoen verkoopt vervolgens het huis in 1927 aan Helmert Davelaar van beroep koopman te Bunnik. Hij laat vervolgens de villa Bloemerwaard (toenmalige adres aan de Schoudermantel 33) in 1959 afbreken. En het vervangen door een nieuw huis in 1960.


Luchtfoto uit 2016 genomen vanuit het zuidwesten met precies midden in het hoofdhuis (Schoudermantel 37a) van het vroegere landgoed Bloemerwaard, gebouwd in 1940-1945 afgebroken in 2021. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto uit 2016 genomen vanuit het zuidwesten met precies midden in het hoofdhuis (Schoudermantel 37a) van het vroegere landgoed Bloemerwaard, gebouwd in 1940-1945 afgebroken in 2021. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Bronnen: Bunnik, Odijk en Werkhoven Toen en Nu, Arie van der Gaag, Kadaster Archiefviewer NL (1832-1987).


Akte van verkoop in op zaterdag 17 maart 1838 ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren verkocht Carel Joseph van Hengst het landgoed Bloemerwaard (hoofdgebouw) te Bunnik aan de Kromme Rijn aan Willem Jacob Voogt van beroep Rijksontvanger en wonende te Werkhoven. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3288 34-4 U320b066 1837 okt.-1838 apr. Van Ommeren De Uithof Strick 17-03-1838, aktenummer: 8400. Akte van verkoop in op zaterdag 17 maart 1838 ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren verkocht Carel Joseph van Hengst het landgoed Bloemerwaard (hoofdgebouw) te Bunnik aan de Kromme Rijn aan Willem Jacob Voogt van beroep Rijksontvanger en wonende te Werkhoven. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3288 34-4 U320b066 1837 okt.-1838 apr. Van Ommeren De Uithof Strick 17-03-1838, aktenummer: 8400.


Akte van verkoop in op zaterdag 17 maart 1838 ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren verkocht Carel Joseph van Hengst (handtekening) het landgoed Bloemerwaard (hoofdgebouw) te Bunnik aan de Kromme Rijn aan Willem Jacob Voogt (handtekening) van beroep Rijksontvanger en wonende te Werkhoven. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3288 34-4 U320b066 1837 okt.-1838 apr. Van Ommeren De Uithof Strick 17-03-1838, aktenummer: 8400. Akte van verkoop in op zaterdag 17 maart 1838 ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren verkocht Carel Joseph van Hengst (handtekening) het landgoed Bloemerwaard (hoofdgebouw) te Bunnik aan de Kromme Rijn aan Willem Jacob Voogt (handtekening) van beroep Rijksontvanger en wonende te Werkhoven. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3288 34-4 U320b066 1837 okt.-1838 apr. Van Ommeren De Uithof Strick 17-03-1838, aktenummer: 8400.


       

Op zaterdag 4 november van het jaar 1899 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst de verkoop van een gedeelte van het landgoed Bloemerwaard door jhr. Jan Carel Strick van LInschoten aan de heer Hendrik Jacob Blokhuis voor een verkoopsom van ƒ. 21.500-,. Begin beschrijving van akte. Bron: RAZU, 063, 2025, aktenummer: 1600. Op zaterdag 4 november van het jaar 1899 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst de verkoop van een gedeelte van het landgoed Bloemerwaard door jhr. Jan Carel Strick van LInschoten aan de heer Hendrik Jacob Blokhuis voor een verkoopsom van ƒ. 21.500-,. Begin beschrijving van akte. Bron: RAZU, 063, 2025, aktenummer: 1600.


Portret van B.G. van Heijst (1821-1890), notaris te Wijk bij Duurstede. Bron: RAZU, 012. Portret van B.G. van Heijst (1821-1890), notaris te Wijk bij Duurstede. Bron: RAZU, 012.


Op zaterdag 4 november van het jaar 1899 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst de verkoop van een gedeelte van het landgoed Bloemerwaard door jhr. Jan Carel Strick van LInschoten aan de heer Hendrik Jacob Blokhuis voor een verkoopsom van ƒ. 21.500-,. Eind beschrijving van akte met handtekening en benoeming van verkoopsom. Bron: RAZU, 063, 2025, aktenummer: 1600. Op zaterdag 4 november van het jaar 1899 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst de verkoop van een gedeelte van het landgoed Bloemerwaard door jhr. Jan Carel Strick van LInschoten aan de heer Hendrik Jacob Blokhuis voor een verkoopsom van ƒ. 21.500-,. Eind beschrijving van akte met handtekening en benoeming van verkoopsom. Bron: RAZU, 063, 2025, aktenummer: 1600.



Lijst van eigenaren van landgoed Bloemerwaard
Onderzoek en tekst Henk Blok, Bunnik


Datum

Naam

Rol

Oppervlakte

Gebruiker

Opmerkingen

1.

1501

Jan Wijers

eigenaar

2 hoeven


achterstand morgengeld

2.

1511

Jan Wijers

eigenaar

4 hoeven


achterstand morgengeld

3.

1534

Jan van Wael

eigenaar

3 hoeven

Hendrik Wijers

Adriaan en Hendrik zonen van Jan Wijers

4.

1534

Adriaan Wijers

eigenaar

1 hoeve

Hendrik Wijers

Adriaan en Hendrik zonen van Jan Wijers

5.

1545

Jan Hendricksz. erven

eigenaar

19,5 morgen


volgens Hisgis, is Jan Hendricksz zoon van Hendrick Wijersz?

6.

in/voor 1556

Wilhelmina van Brakel

eigenaar

2  hoeven



7.

1594

Jfr Petronella zaliger dirck van de Waeldr.

eigenaar

3 hoeven

Cornelis Martens x Marrichjen Jans


8.

1600

Juffers van Wael

eigenaar

4 hoevenmin 1 morgen



9.

1617

Wilhelm van Brakel

eigenaar

4 hoeven



10.

1617

Cornelis Martens x Marrichjen Jans

gebruiker

1 hoeve



11.

22-05-1636

Marten Cornelisz

erfgenaam vader

1  hoeve



12.

21-09-1637

erfgenamen Cornelis Martens

verkoper

helft van 25 morgen

koper is Jeremias Casteleijn sr


13.

12-11-1644

Diderick van der Lee, gehuwd Aletta van der Wel

verkoper

helft van 25 morgen

koper is Jeremias Casteleijn

Aletta weduwe van Hubert van Zuijlen

14.

07-10-1653

Jeremias Casteleijn jr

erfgenaam J Casteleijn sr (x Catharina van Heteren)

19 morgen (Bloemenweert)



15.

11-04-1646

Grietgen Cornelis wed. Anthonis Peterss van Sijll

gebruiker

hofstede van Jeremias Casteleijn sr genaamd Backers-hoeff

Grietje is dr van Cornelis Mertens


16.

17-10-1659

Jeremias Casteleijn jr.

erflater



erfgenamen zijn zijn zusters: Catharina, dan Johanna, dan haar dochter Maria Catharina

17.

29-08-1660

erfgenamen Jeremias Casteleijn jr.

taxatie

7 morgen op 2400







9 morgen op 2700







2,5 morgen oude en nieuwe boomgaard op 1500







huis/berg/schuur e.d. op 2500







¼ van 5 morgen op 500







¼ van 4 morgen op 400







1 morgen boomgaard op 500







14 morgen  op 3500



18.

01-04-1661

Jeremias Castelijn sr.

erflater

19 morgen (Bloemenweert)

aan J Casteleijn jr


19.

12-11-1664

erfgenamen Catharina Castelijn

taxatie

helft 7 morgen op 1155







helft 9 morgen op 1350







huis, berg, schuur, oude en nieuwe boomgaard, samen 3 morgen, op 1950







helft 5 morgen op 1275







helft 4 morgen op 820







helft 1 morgen boomgaard op 215







helft 14 morgen op 1750



20.

13-10-1677

Samuel Thiens en Johan van Waey

verhuurder

25 morgen

Bemmel

FC v Bemmel heeft gehuurd vanaf minstens 1669

21.

01-03-1684

Samuel Thiens en Johan van Waey

verhuurder

25 morgen

Peter Fransen van Bemmel


22.

05-04-1690

Samuel Thiens   

verhuurder

helft van 25 morgen

Peter Fransen van Bemmel

ook 19-12-1696 (door Johan Thiens)

23.

15-03-1693

Johan van Waeij wed Johanna Casteleijn

erfgenaam  

25 morgen


Deze 2 staken delen de 25 morgen



Abigail Casteleijn wed. Samuel Thiens

erfgenaam  

25 morgen


Deze 2 staken delen de 25 morgen

24.

03-05-1694

erfgenamen Van Verssen

verklaring

erfgenaam van 16 m van ov ouders

ov ouders zijn Francois Verssen en Sophia van Mansvelt


25.

14-04-1698

Francois Verssen

verkoper

16 m

gebruiker Thonis Corssen

gekocht voor Daniel van Berck

26.

11-06-1699

Daniel van Berck

verhuurder

16 m

aan Anthonis Corssen van Loo


27.

01-07-1708

Wilhelmina Mechteld van Waay

verhuurder

boomvruchten bij Bloemerwaard

Jan Willemsen van Rossum


28.

08-09-1714

W. Houthof en F. Hulsdouw

huurder

7 morgen



29.

30-05-1716

Wilhelmina Mechteld van Waay

verhuurder

14 morgen

Lambertus van Bemmel (zoon van Peter Frans van Bemmel, getr. met Bastiantien van Schaijck). Daarvoor gebruikt door Ernst Jansz van Schaik, haar vader

er is sprake van de Lange ackers en de Grauwers kamp

30.

27-11-1717

de heer Martin Plucque, erfg. Van Lodewijk Plucque

verkoper

8 m 355 roeden

Gerrit Deurgoed


31.

04-12-1717

Wilhelmina Mechteld van Waay

verhuurder

5,5 morgen

Lambertus van Bemmel (x Arianetje van Schaik)


32.

30-05-1718

Anna Clara de la Tour wed. Daniel van Berck

verkoper

16 m

aan Nicolaes Hoffkens

waar voorheen een huis gestaan heeft, huurders zijn Jacobus en Arien van Loo (vanaf 1712)

33.

09-08-1721

Jan Thiens

verhuurder

12 morgen

Lambertus van Bemmel

huurschuld

34.

09-01-1723

erfgenamen Gerrit (Gerard) Deurgoed

scheiding

8 m 355 roeden

toegescheiden aan Neeltje Uijthof

Gerrit (ov 4-3-1722) tr 1 Metta Leegburgh en 2 Neeltje Uijthoff

35.

26-01-1724

Wilhelmina Mechteld van Waay

verhuurder

huis met gras vd oude en nieuwe boomgaard

Jan van Linden


36.

01-11-1725

Wilhelmina Mechteld van Waay

verhuurder

huis met gras vd oude en nieuwe boomgaard

Anthoni Bouman


37.

24-01-1728

Wilhelmina Mechteld van Waay

verhuurder

gras vd boomgaard, huis en achterhuis van de hofstede

Hendrick Cornelisse van Schayck


38.

11-06-1729

executeurs erfenis Anna Maria Bosch

verhuurder

19 m

aan Willem van de Velde hospes te Odijk, het ligt bij de Kath. Kerk in Bunnik

zie 9-9-1766

39.

25-06-1729

Andries Oortman

koper

17 m 300 roeden, (4 m + 4 m + 9,5 m)

Hij kocht het van Lambertus van Bemmel (gerechtelijke verkoop door schout)


40.

13-05-1730

Andries Oortman

koper

3,5 m

Hij kocht het van Aert van Zijl en diens vrouw Hendrikje van Rhijn


41.

23-02-1731

Andries Oortman

koper

8 m 355 roeden

van Frederik Oltborg, getr. met Neeltje  Uijthof (eerst weduwe van Gerrit Deurgoed)


42.

03-03-1731

Wilhelmina Mechteld van Waay

verhuurder

huis met gras vd oude en nieuwe boomgaard

Bastiaan van Vliet


43.

30-04-1732

erfgenamen Jan Thiens

taxatie

helft van 25 morgen op 1500



44.

20-09-1735

Andries Oortman

koper

helft van 19 m

van Cornelis van Rossem en zijn vrouw Johanna Maria Tartmans. Het wordt gehuurd door de wed. Van de Velde


45.

26-02-1737

Andries Oortman

verhuurder

16 m

aan Jan Corsen van der Wel, daarna Frederick de Graaf


46.

28-03-1737

Andries Oortman

in erfpacht bekomen

4 m

van het kapittel van St.Pieter te Utrecht, behorende aan de vicarie op het altaar Sanctorem Stephani & Laurenti, gefundeerd in de Pieterskerk


47.

12-12-1739

Andries Oortman

verhuurder

huis met 38 + 4 morgen

Arnoldus van Blommevelt

Andries Oortman tr 1741 Anna Hooft

48.

30-12-1741

erfgenamen Jan Thiens

verhuuder

12 morgen

Gerrit van Engelen, getr. met Gerrigje Huijbertse Damen, weduwe Arnoldus van Blommevelt

ook 03-04-1745

49.

03-03-1744

codicil Jeremias Thiens

erflater

Bloemerwaard, 19 morgen

aan zijn kinderen

afkomstig van Maria Catharina van Waey wed Johan Hamel

50.

04-09-1745

David ten Hove

koper

1 hoeve leenroerig aan Nijvelt

Cornelis Janse van der Poel

Gekocht van Hindrick Herman van der Burgh getrouwd met Adriana Jacoba Hooft





incl huisje eigendom van Teunis Jacobse



51.

24-02-1748

Allard Rudolph van Waay

verhuurder

6 morgen

Willemina Houthoff wed. Huldsdouw en Gerrit van Engelen

Het heet de Veldenbogaart en ligt tussen de Elskamp en de Rijsbruggerwetering

52.

24-07-1751


verkoper

helft van 25 morgen

kapittel Oudmunster koper


53.

24-07-1751

erven Jeremias Thiens en erven Maria Catharina van Waay wed. Johan Hamel

verkoper

4,5 morgen

Isaacq Munnicks koper (weduwnaar van Anna Hillegonda Thiens)

eerder verhuurd aan Cornelis van der Well (14-2-1739), Willemina van de Velde en Frans Vulto (7-3-1733),

54.

24-07-1751

erven Jeremias Thiens en erven Maria Catharina van Waay wed. Johan Hamel

verkoper

Bloemerwaard, 19 morgen + helft van 25 m

Rudolph van Waey koper


55.

27-11-1751

erfgenamen Jan Thiens

verkoper

transport van deel van de helft van 25 morgen

kapittel Oudmunster koper


56.

18-05-1752

erfgenamen Jeremias Thiens en Maria Catharina van Waey wed. Johan Hamel

verkoper

herenhuis 4 morgen. Boerenhofstede van 8 + 7 morgen vanouds Bloemerswaard, helft 25 morgen en nog 7 morgen

Rudolph van Waey koper


57.

30-12-1752

verhuurt Johanna Maria Cromhuijsen (weduwe Melchior ten Hove)

verhuurder

7 morgen

Jan Hulsdouw huurder (daarvoor Cornelis van der Poel)


58.

15-07-1758

David ten Hove

verhuurder

7 van de 16 morgen

Willemina Houthof, weduwe van Ferdinand Hulsdouw.


59.

27-10-1759

Andries Oortman

verhuurder

Bloemerwaard

Gerrit van Engelen  


60.

04-11-1763

Allard Rudolph van Waay

hypotheek nemer

Bloemerwaard, 19 morgen, 12 morgen (helft 25 morgen)

bij Reijnier Verhaaf


61.

21-04-1764

David (of zoon Melchior?) ten Hove

verkoper

16 morgen

Alexander Jacobus Elsnerus is koper


62.

09-09-1766

Jan de Bie, administrateur over de goederen van Wilhelmina Anthonia van der Velde (weduwe van Johannes de Keijser)

transport

9,5 m (deel van 20 = 16 + 4 m)

aan Andries Oortman 10-8-1766

op 20-09-1766 verklaring dat Jan de Bie namens

63.

17-03-1770

Allard Rudolph van Waaij

toestemming

bouw van schuitenhuis in zijn tuin

aan A.J. Elsnerus, predikant te Bunnik


64.

26-01-1771

Allard Rudolph van Waaij

verhuurder

18,5 m

aan Jan de Groot


65.

12-11-1771

Allard Rudolph van Waay

hypotheek nemer

Bloemerwaard, 19 morgen, 12 morgen (helft 25 morgen)

bij Andries Oortman


66.

26-02-1773

Gerard Munnicks

verkoper

4,5 morgen

Jan Kol koper


67.

13-04-1773

Allard Rudolph van Waay

verkoper

herenhuis, tuin,boomgaarden, lanen en sterrebos, speelhuis, samen 4 morgen, boerenhuis met hofstede en 8 + 7 morgen land, helft van 25 morgen land

aan Andries Oortman


68.

13-04-1773

Allard Rudolph van Waay

verkoper

herenhuis, tuin,boomgaarden, lanen en sterrebos, speelhuis, samen 4 morgen, boerenhuis met hofstede en 8 + 7 morgen land, helft van 25 morgen land

Pieter van Manen huurt achterste deel van de boerenplaats dan, en Jan de Groot de rest (18,5 morgen)


69.

26-01-1774

Allard Rudolph van Waay

verhuurder

18,5 morgen

aan Jan de Groot


70.

13-08-1774

Andries Oortman

verhuurder

huis met 61 + 6 morgen

Jan de Groot


71.

1775

Allard Rudolph van Waay

verkoper

4 m

aan Willem Peek en Gijsbert van Viegen


72.

03-05-1776

Andries Oortman

koper

4 m

door Willem Peek en Gijsbert van Viegen, land afkomstig van Clasina Johanna van Montfort (weduwe van Heerma d'Holwinde) en Johannes Philippus de Vos (als gemachtigde van Augustinus Tilemanus van Rijkevorsel, gehuwd met Maria Barbera van Leempoel), Arie Weijman is huurder. In 1775 betaalt Cornelis Fransiscus de Monfort de ongelden, in 1599 aangebracht door Harmen Schijff


73.

05-09-1798

Andries Oortman

verhuurder

91 morgen

Gerrit Vulto

vanaf 24-03-1781 opvolger is Huibertus Vulto x Martina Smorenburg, zeker tot 1830

74.

09-03-1801

Andries Oortman

verkoper

herenhuis Bloemerwaard 4 morgen, + een halve hoeve

aan Gijsbertus Achterbergh


75.

02-06-1820

Gijsbertus Agterbergh

verkoper

Bloemerweerd met 21 m en Rijn en Dijk met 26 m

aan Joseph Leijdel

in totaal 4 erfpachtbrieven van 26-3-1821 tussen deze 2, en op 5-9-1827 tusen JCW en C van Dam en vrouw

76.

26-03-1821

Jan Carel Wendel Strick van Linschoten

erfpachtgever

hoeve van 16 m

aan Joseph Leijdel


77.

26-03-1821

Jan Carel Wendel Strick van Linschoten

erfpachtgever

halve hoeve, 9,5 m. 4 m + huis,

aan Joseph Leijdel

in totaal 4 erfpachtbrieven van 26-3-1821 tussen deze 2, en op 5-9-1827 tusen JCW en C van Dam en vrouw

78.

11-08-1823

Joseph Leijdel

verhuurder

hofstede Rijn en Dijk

aan Gerrit Vulto en zoon Huijbert Vulto


79.

19-07-1824

Joseph Leijdel en zijn vrouw Everdina van Hal

donatie

Bloemerwaard + landerijen

aan Cornelis van Dam + Everdina Josepha Leijdel (hun dr). Op 05-09-1837 in erfpacht gegeven door JCWS Strick van Linschoten


80.

04-01-1828

Cornelis van Dam en diens vrouw Everdina Josepha Leijdel

verhuurder

Rijn en Dijk

aan Huybert Vulto

ook 05-01-1833, 03-09-1836

81.

07-08-1832

Cornelis van Dam en diens vrouw Everdina Josepha Leijdel

verkoper

Boemerwaard, tuinmanswoning, bosch, boomgaard

aan Carel Joseph van Hengst

hofgeld van 2 gld per jaar aan JCW Strick van Linschoten

82.

17-11-1832

Carel Joseph van Hengst

koper

hofstede

van Cornelis van Rijn en Hendrica Peters


83.

27-04-1833

Carel Joseph van Hengst

afkoop

hofgeld

aan JCW Strick van Linschoten


84.

18-12-1836

Carel Joseph van Hengst

verkoper

Bloemerwaard, hofstede en daghuurderswoning

aan JCW Strick van  Linschoten

pachter is Cornelis van Rijn

85.

1834-1838

Carel Joseph van Hengst

bewoner

op Bloemerwaard



86.

28-10-1839

Cornelis van Dam

verkoper

deel van A84, 85 en 86

aan Cornelis Pel, afkomstig van Joseph Leijdel, 19-07-1824 door hem gekocht


87.

1847

EA de Geer -Casembrood

bewoner

van Bloemerwaard



88.

1881

H Strick van Linschoten

eigenaar

van Bloemerwaard



89.

01-04-1862 tot min 1868

CS van Ewijk- van Leeuwen

bewoner

van Bloemerwaard



90.

1873-1878

WJ de Pesters-Gaymans

bewoner

van Bloemerwaard



91.

1902

HJ Blokhuis

eigenaar

van Bloemerwaard



92.

1906

WJ van Beeck Calkoen

eigenaar

van Bloemerwaard

betreft in ieder geval de boomgaard


93.

1923

HM Huydecoper

eigenaar

van Bloemerwaard

betreft in ieder geval de boomgaard


94.

1880-1926

AP en GCJJ Schroder

eigenaar

Rijn en Dijk


89 bunder, 63 roeden, 60 ellen

95.

926-1940

F.J. van Beeck Calkoen

bewoner

van Bloemerwaard



96.

1926

AC van der Willigen

eigenaar

Rijn en Dijk

hij was getr met Katriena Klasina Jacoba Schroder, dr van GCJJ Schroder (ov 18-10-1926)


97.

31-3-1927

T. Esmeyer

bewoner

huisje staande op Bloemerwaard



98.

1963

W. Peek

eigenaar

Rijn en Dijk

daarna afgebroken ivm aanleg A12


    

Boerderij Rhijnzicht, Schoudermantel te Bunnik

Tekening van boerderij Rijnzicht in 1935. Getekend door Johan de Kruijf. Tekening van boerderij Rijnzicht in 1935. Getekend door Johan de Kruijf.



De hofstede Rijnzicht was vanaf de 15de eeuw al geruim 48 morgen groot (1 morgen en 1 hectare). Het behoorde van oorsprong niet bij Utrechtse kapittels of andere kerkelijke geoderen. In het jaar 1451 is een zekere Braam van Luttikhuis de eigenaar van de grond.

In het jaar 1630 is het goed Rhijnzicht in het bezit van Jan van Brienen die het goed verkoopt aan Reinier van Golsteijn en Nicolaas Berck.


Kaart van de Valkenburgertiend (Vinkenburgertiend) uit 1717 te Bunnik. Bron: Het Utrechts Archief, 221, 790-4. Kaart van de Valkenburgertiend (Vinkenburgertiend) uit 1717 te Bunnik. Bron: Het Utrechts Archief, 221, 790-4.



Drie jaar later in 1633 verkoopt Reinier van Golstein en Nicolaas van Berck het goed aan de executeuren van de Evert van de Poll fundatie.


Het dorp Bunnik. Links van boven naar beneden de rijksweg A12 en de spoorlijn Utrecht - Arnhem, daartussen het industrieterrein met o.a. de bedrijven Vrumona en Wijnmalen & Hausmann. De provinciale weg gaat dwars door de bebouwde kom. Rechtsboven is plan Kromme Rijn geprojecteerd. Rechtsonder in de hoek spoorlijn - Kromme Rijn is het plan Aben in uitvoering in 1960. Het plan Aben betrof het boerenterrein en boerderij Rijnzicht van de vroegere bezitters van de boerderij familie Aben. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 57287, 89. Het dorp Bunnik. Links van boven naar beneden de rijksweg A12 en de spoorlijn Utrecht - Arnhem, daartussen het industrieterrein met o.a. de bedrijven Vrumona en Wijnmalen & Hausmann. De provinciale weg gaat dwars door de bebouwde kom. Rechtsboven is plan Kromme Rijn geprojecteerd. Rechtsonder in de hoek spoorlijn - Kromme Rijn is het plan Aben in uitvoering in 1960. Het plan Aben betrof het boerenterrein en boerderij Rijnzicht van de vroegere bezitters van de boerderij familie Aben. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 57287, 89.



Vele eeuwen zou het goed Rijnzicht bij de fundatie Van de Pol blijven tot hierop in 1757 een einde aan hun bezit kwam. De fundatie verkocht de hofstede aan Jan de Pesters. Familie De Pesters die ook het verderop gelegen Landgoed de Niënhof bezat. Ruim veertig jaar later verkoopt Willem Nicolaas de Psters in 1798 de hofstede en landerijen aan Gerrit van Rijn.


Kaart van het neerblok van de Hoeventiend in 1717 te Bunnik. Links de rivier de Kromme Rijn met midden links boerderij Rijnzicht. Bron: Het Utrechts Archief, 221, 790-2 . Kaart van het neerblok van de Hoeventiend in 1717 te Bunnik. Links de rivier de Kromme Rijn met midden links boerderij Rijnzicht. Bron: Het Utrechts Archief, 221, 790-2 .



Bij de invoering van het kadaster in oktober 1832 in Nederland is bekend dat Cornelis van Rijn de bezitter van Rijnzicht is. Kort hierop koopt Carel Joseph van Hengst hofstede Rijnzicht aan. Om deze vervolgens in 1837 door te verkopen aan zijn neef Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Waardoor de hofstede die generaties in familiebezit Strick van Linschoten van Rhijnauwen bleef.


Schilderij van boerderij Rhijnzicht aan de Kromme Rijn, ergens in de jaren vijftig of zestig van de vorige eeuw. Geschilderd door de Bunnikse schilder Johan de Kruijff. Schilderij bevindt zich in particulier bezit. Schilderij van boerderij Rhijnzicht aan de Kromme Rijn, ergens in de jaren vijftig of zestig van de vorige eeuw. Geschilderd door de Bunnikse schilder Johan de Kruijff. Schilderij bevindt zich in particulier bezit.



Kleinzoon Jan Carel Wendel Strick van Linschoten verkocht boerderij Rijnzicht op vrijdag 22 december 1905 ten overstaande van de Houtense notaris Immink, aan Jan Samuel Roodvoets en Co. en Jacob Jan Roodvoets, beide smit van beroep en wonende te Bunnik.

De koop werd bekrachtigd ten overstaande van de Maarssense notaris Nieuwenhuizen op zaterdag 3 november 1906.


Op vrijdag 22 december 1905 ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink vond de verkoop plaats van de hofstede Rhijnzicht te Bunnik de verkopende partij was Pieter Vinkhuijzeb, gehuwd met jkvr. Johanna Henriëtta Antonia Strick van Linschoten, jkvr. Johanna Carolina Strick van Linschoten, echtgenote van de heer Franuek Janeçek, jkvr. Paulina Gerardina Sibyllia Strick van Linschoten, echtgenote van Jan Jacob de Kempenaer. Aankopende partij waren de pachters van de boerderij Rhijnzicht de heren Jan Samuel Roodvoets, smit wonende te Odijk en Jacob Jan Roodvoets. De boerderij met 34 hectare land werd gekocht voor ƒ. 42.000-, gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: RAZU, 063, 455, aktenummer: 501. Op vrijdag 22 december 1905 ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink vond de verkoop plaats van de hofstede Rhijnzicht te Bunnik de verkopende partij was Pieter Vinkhuijzeb, gehuwd met jkvr. Johanna Henriëtta Antonia Strick van Linschoten, jkvr. Johanna Carolina Strick van Linschoten, echtgenote van de heer Franuek Janeçek, jkvr. Paulina Gerardina Sibyllia Strick van Linschoten, echtgenote van Jan Jacob de Kempenaer. Aankopende partij waren de pachters van de boerderij Rhijnzicht de heren Jan Samuel Roodvoets, smit wonende te Odijk en Jacob Jan Roodvoets. De boerderij met 34 hectare land werd gekocht voor ƒ. 42.000-, gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: RAZU, 063, 455, aktenummer: 501.


Schilderij van boerderij Rhijnzicht aan de Kromme Rijn, ergens in de jaren vijftig of zestig van de vorige eeuw. Geschilderd door de Bunnikse schilder Johan de Kruijff. Schilderij bevindt zich in particulier bezit. Schilderij van boerderij Rhijnzicht aan de Kromme Rijn, ergens in de jaren vijftig of zestig van de vorige eeuw. Geschilderd door de Bunnikse schilder Johan de Kruijff. Schilderij bevindt zich in particulier bezit.


Op vrijdag 22 december 1905 ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink vond de verkoop plaats van de hofstede Rhijnzicht te Bunnik de verkopende partij was Pieter Vinkhuijzeb, gehuwd met jkvr. Johanna Henriëtta Antonia Strick van Linschoten, jkvr. Johanna Carolina Strick van Linschoten, echtgenote van de heer Franuek Janeçek, jkvr. Paulina Gerardina Sibyllia Strick van Linschoten, echtgenote van Jan Jacob de Kempenaer. Aankopende partij waren de pachters van de boerderij Rhijnzicht de heren Jan Samuel Roodvoets, smit wonende te Odijk en Jacob Jan Roodvoets. De boerderij met 34 hectare land werd gekocht voor ƒ. 42.000-, gulden. Beschrijving van akte met benoeming perceelnummers. Bron: RAZU, 063, 455, aktenummer: 501. Op vrijdag 22 december 1905 ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink vond de verkoop plaats van de hofstede Rhijnzicht te Bunnik de verkopende partij was Pieter Vinkhuijzeb, gehuwd met jkvr. Johanna Henriëtta Antonia Strick van Linschoten, jkvr. Johanna Carolina Strick van Linschoten, echtgenote van de heer Franuek Janeçek, jkvr. Paulina Gerardina Sibyllia Strick van Linschoten, echtgenote van Jan Jacob de Kempenaer. Aankopende partij waren de pachters van de boerderij Rhijnzicht de heren Jan Samuel Roodvoets, smit wonende te Odijk en Jacob Jan Roodvoets. De boerderij met 34 hectare land werd gekocht voor ƒ. 42.000-, gulden. Beschrijving van akte met benoeming perceelnummers. Bron: RAZU, 063, 455, aktenummer: 501.


Op vrijdag 22 december 1905 ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink vond de verkoop plaats van de hofstede Rhijnzicht te Bunnik de verkopende partij was Pieter Vinkhuijzeb, gehuwd met jkvr. Johanna Henriëtta Antonia Strick van Linschoten, jkvr. Johanna Carolina Strick van Linschoten, echtgenote van de heer Franuek Janeçek, jkvr. Paulina Gerardina Sibyllia Strick van Linschoten, echtgenote van Jan Jacob de Kempenaer. Aankopende partij waren de pachters van de boerderij Rhijnzicht de heren Jan Samuel Roodvoets, smit wonende te Odijk en Jacob Jan Roodvoets. De boerderij met 34 hectare land werd gekocht voor ƒ. 42.000-, gulden. Beschrijving van akte met benoeming verkoopsom. Bron: RAZU, 063, 455, aktenummer: 501. Op vrijdag 22 december 1905 ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik Arnold Margareeth Immink vond de verkoop plaats van de hofstede Rhijnzicht te Bunnik de verkopende partij was Pieter Vinkhuijzeb, gehuwd met jkvr. Johanna Henriëtta Antonia Strick van Linschoten, jkvr. Johanna Carolina Strick van Linschoten, echtgenote van de heer Franuek Janeçek, jkvr. Paulina Gerardina Sibyllia Strick van Linschoten, echtgenote van Jan Jacob de Kempenaer. Aankopende partij waren de pachters van de boerderij Rhijnzicht de heren Jan Samuel Roodvoets, smit wonende te Odijk en Jacob Jan Roodvoets. De boerderij met 34 hectare land werd gekocht voor ƒ. 42.000-, gulden. Beschrijving van akte met benoeming verkoopsom. Bron: RAZU, 063, 455, aktenummer: 501.


Een topografische militaire kaart (fragment) uit de periode 1875-1900. Met de Schoudermantel en Provincialeweg te Bunnik.Tussen het dorp (linksboven) en het Station (halte) zie je een oprijlaan richting de Kromme Rijn lopen. Dat was de plek waar boerderij Rijnzicht stond. Bron: Topotijdreis.nl. Een topografische militaire kaart (fragment) uit de periode 1875-1900. Met de Schoudermantel en Provincialeweg te Bunnik.Tussen het dorp (linksboven) en het Station (halte) zie je een oprijlaan richting de Kromme Rijn lopen. Dat was de plek waar boerderij Rijnzicht stond. Bron: Topotijdreis.nl.



Een jaar later op vrijdag 7 december 1906 werd ten overstaande van de Utrechtse notaris Besier de boerderij Rijnzicht en landerijen verkocht door de heren Roodvoets. Jan Samuel Roodvoets was gemachtigde voor de verkoop voor notaris Dirk Hendrik van Nieuwenhuizen uit Maarssen. De hoftsede Rijnzicht werd verkocht voor ƒ 20.000,- gulden aan de heren Christianus Hendrikus Joseph Aben en Bernardus Stephanus Franciscus Aben, beide wonende te Utrecht.

Bron: Het Utrechts Archief 34-4 830, 255 (1906) (448) en 34-4 1300, 1083 (1918, nrs. 433-492) (308)


Op vrijdag 7 december 1906 verkocht Jacob Jan Roodvoets de boerderij Rhijnzicht aan Christianus Hendrikus Joseph Aben en Bernardus Stephanus Franciscus Aben , ten overstaan van de Utrechts Henry Johan Besier ondertekening van volmachti door de heren Roodvoets. Bron: Het Utrechts Archief, 830, 255. Op vrijdag 7 december 1906 verkocht Jacob Jan Roodvoets de boerderij Rhijnzicht aan Christianus Hendrikus Joseph Aben en Bernardus Stephanus Franciscus Aben , ten overstaan van de Utrechts Henry Johan Besier ondertekening van volmachti door de heren Roodvoets. Bron: Het Utrechts Archief, 830, 255.



Bent u een nazaat of heeft uw familie een belang gehad bij de hofstede Rijnzicht in Bunnik in het verre verleden. Dan zijn wij opzoek naar prenten, tekeningen of foto's van particulieren waarop de hofstede te zien is? Zij die bereid willen zijn om ons hiervan een digitale scan te kunnen geven voor het gebruik op deze webpagina.

Mogen e-mailen naar houtensehodoniemen@gmail.com.

Alvast hartelijk dank.


Tekening van boerderij Rijnzicht naar een tekening van Johan de Kruijf. Tekening van boerderij Rijnzicht naar een tekening van Johan de Kruijf.



Een generatie zou de boerderij in het bezit blijven van familie Aben.

Hierop werd de boerdeij verkocht aan aannemer Van der Tol uit Bunnik, die ze vervolgens later met grond aan de gemeente Bunnik verkocht.

Na de Tweede Wereld Oorlog, begon de gemeente Bunnik uit te breiden, en er kwamen diverse nieuwe woonwijken bij. Zo ook in de omgeving van boerderij Rijnzicht. De wijk die om de boerderij werd gebouwd heten destijds ook 'Plan Aben'. De gemeente Bunnik kocht diverse percelen land van Van der Tol.

Hierna is de boerderij vermoedelijk begin jaren zeventig van de vorige eeuw afgebroken. Hiervoor in de plaats kwan een bungalow, en verder nieuwe woningen, vooral lostaande huizen aan de Kromme Rijn. Deze werden gebouwd in de periode 1965-1985.


Luchtfoto van boerderij Rhijnzicht in de periode 1940-1960. Foto bevindt zich in particulier bezit. Luchtfoto van boerderij Rhijnzicht in de periode 1940-1960. Foto bevindt zich in particulier bezit.


Kaart van het overblok van de Hoeventiend in 1717 te Bunnik. Bron: Het Utrechts Archief, 221, 790-3 . Kaart van het overblok van de Hoeventiend in 1717 te Bunnik. Bron: Het Utrechts Archief, 221, 790-3 .



Hofsteden in Abstede en Wittevrouwen

Gronden en hofsteden in geel gearceerd in Abstede Utrecht in 1832 in bezit van landbouwer en ondernemer Michiel van Zijl. een van de hofstede was eerder van jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, later van zoon jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: HISGUS Utrecht. Gronden en hofsteden in geel gearceerd in Abstede Utrecht in 1832 in bezit van landbouwer en ondernemer Michiel van Zijl. een van de hofstede was eerder van jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, later van zoon jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: HISGUS Utrecht.


Op zaterdag 15 november van het jaar 1823 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren het vaststellen van de verkoopvoorwaarden plaats door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van 2 hofsteden in het Utrechtse Abstede. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4321 15-11-1823. Op zaterdag 15 november van het jaar 1823 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren het vaststellen van de verkoopvoorwaarden plaats door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van 2 hofsteden in het Utrechtse Abstede. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4321 15-11-1823.


Op zaterdag 15 november van het jaar 1823 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren het vaststellen van de verkoopvoorwaarden plaats door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van 2 hofsteden in het Utrechtse Abstede. Beschrijving van 1e te verkopen perceel van een hofstede, wijk J nr. 185.. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4321 15-11-1823. Op zaterdag 15 november van het jaar 1823 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren het vaststellen van de verkoopvoorwaarden plaats door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van 2 hofsteden in het Utrechtse Abstede. Beschrijving van 1e te verkopen perceel van een hofstede, wijk J nr. 185.. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4321 15-11-1823.


Op zaterdag 15 november van het jaar 1823 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren het vaststellen van de verkoopvoorwaarden plaats door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van 2 hofsteden in het Utrechtse Abstede. Beschrijving van 1e te verkopen perceel van een hofstede, wijk J nr. 349. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4321 15-11-1823. Op zaterdag 15 november van het jaar 1823 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren het vaststellen van de verkoopvoorwaarden plaats door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van 2 hofsteden in het Utrechtse Abstede. Beschrijving van 1e te verkopen perceel van een hofstede, wijk J nr. 349. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4321 15-11-1823.


Op zaterdag 15 november van het jaar 1823 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren het vaststellen van de verkoopvoorwaarden plaats door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van 2 hofsteden in het Utrechtse Abstede. Bewijs van eerdere verkrijging van de twee hofstede ten overstaan van de Utrechtse schout en schepenen van de stad Utrecht op maandag 17 februari van het jaar 1806 door waarschijnlijk v ader jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4321 15-11-1823. Op zaterdag 15 november van het jaar 1823 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren het vaststellen van de verkoopvoorwaarden plaats door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van 2 hofsteden in het Utrechtse Abstede. Bewijs van eerdere verkrijging van de twee hofstede ten overstaan van de Utrechtse schout en schepenen van de stad Utrecht op maandag 17 februari van het jaar 1806 door waarschijnlijk v ader jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4321 15-11-1823.


Op zaterdag 15 november van het jaar 1823 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren het vaststellen van de verkoopvoorwaarden plaats door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van 2 hofsteden in het Utrechtse Abstede. Einde van beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4321 15-11-1823. Op zaterdag 15 november van het jaar 1823 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren het vaststellen van de verkoopvoorwaarden plaats door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van 2 hofsteden in het Utrechtse Abstede. Einde van beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4321 15-11-1823.


Op zaterdag 22 november van het jaar 1823 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van de hofstede van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Koper van het 1e perceel was Regardus van Haagen en Antonius Soer die voor een koopprijs van ƒ. 2.550-, gulden de hofstede kochte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4329 22-11-1823. Op zaterdag 22 november van het jaar 1823 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van de hofstede van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Koper van het 1e perceel was Regardus van Haagen en Antonius Soer die voor een koopprijs van ƒ. 2.550-, gulden de hofstede kochte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4329 22-11-1823.


Op zaterdag 22 november van het jaar 1823 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van de hofstede van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Koper van het 2e perceel was landbouwer Michiel van Zijl die voor een koopprijs van ƒ. 1.770-, gulden de hofstede aankocht. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4329 22-11-1823. Op zaterdag 22 november van het jaar 1823 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van de hofstede van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Koper van het 2e perceel was landbouwer Michiel van Zijl die voor een koopprijs van ƒ. 1.770-, gulden de hofstede aankocht. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4329 22-11-1823.


Op zaterdag 22 november van het jaar 1823 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van de hofstede van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Eind van veiling akte ondertekend door jhr. Jan Strich, en notarissen Hendrik van Ommeren en Pieter Adriaan van Schermbeek. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4329 22-11-1823. Op zaterdag 22 november van het jaar 1823 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van de hofstede van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Eind van veiling akte ondertekend door jhr. Jan Strich, en notarissen Hendrik van Ommeren en Pieter Adriaan van Schermbeek. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4329 22-11-1823.


Op maandag 2 februari van het jaar 1824 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de overschrijving van uitschrijven van de kwitantie van eerdere gehouden veiling van de hofstede in het Utrechtse Abstede wijk J. nr. 349 waarbij landbouwer MIchiel van Zijl de hofstede aankocht van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4397 of 4398 02-02-1824. Op maandag 2 februari van het jaar 1824 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de overschrijving van uitschrijven van de kwitantie van eerdere gehouden veiling van de hofstede in het Utrechtse Abstede wijk J. nr. 349 waarbij landbouwer MIchiel van Zijl de hofstede aankocht van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4397 of 4398 02-02-1824.


Op maandag 2 februari van het jaar 1824 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de overschrijving van uitschrijven van de kwitantie van eerdere gehouden veiling van de hofstede in het Utrechtse Abstede wijk J. nr. 349 waarbij landbouwer MIchiel van Zijl de hofstede aankocht van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Einde van beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4397 of 4398 02-02-1824. Op maandag 2 februari van het jaar 1824 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de overschrijving van uitschrijven van de kwitantie van eerdere gehouden veiling van de hofstede in het Utrechtse Abstede wijk J. nr. 349 waarbij landbouwer MIchiel van Zijl de hofstede aankocht van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Einde van beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4397 of 4398 02-02-1824.


Op maandag 2 februari van het jaar 1824 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de overschrijving van uitschrijven van de kwitantie van eerdere gehouden veiling van de hofstede in het Utrechtse Abstede wijk J. nr. 185 waarbij Anthonius Soer de hofstede aankocht van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Begin van beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4397 of 4398 02-02-1824. Op maandag 2 februari van het jaar 1824 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de overschrijving van uitschrijven van de kwitantie van eerdere gehouden veiling van de hofstede in het Utrechtse Abstede wijk J. nr. 185 waarbij Anthonius Soer de hofstede aankocht van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Begin van beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4397 of 4398 02-02-1824.


Op maandag 2 februari van het jaar 1824 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de overschrijving van uitschrijven van de kwitantie van eerdere gehouden veiling van de hofstede in het Utrechtse Abstede wijk J. nr. 185 waarbij Anthonius Soer de hofstede aankocht van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Einde van beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4397 of 4398 02-02-1824. Op maandag 2 februari van het jaar 1824 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de overschrijving van uitschrijven van de kwitantie van eerdere gehouden veiling van de hofstede in het Utrechtse Abstede wijk J. nr. 185 waarbij Anthonius Soer de hofstede aankocht van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Einde van beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3256 4397 of 4398 02-02-1824.



Ruiling van grond tussen hofsteden Runnenburg en De Koppel

Op zaterdag 22 december van het jaar 1821 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren een ruiling plaats van 7 morgen land of 5 bunders land, gelegen in Bunnik naast hofstede Runnenburg door grondeigenaar jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen aan landbouwer Willem van Rossum, wonende op hofstede De Koppel in Oud-Wulven. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3252 3679 22-12-1821. Op zaterdag 22 december van het jaar 1821 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren een ruiling plaats van 7 morgen land of 5 bunders land, gelegen in Bunnik naast hofstede Runnenburg door grondeigenaar jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen aan landbouwer Willem van Rossum, wonende op hofstede De Koppel in Oud-Wulven. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3252 3679 22-12-1821.


Op zaterdag 22 december van het jaar 1821 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren een ruiling plaats van 7 morgen land of 5 bunders land, gelegen in Bunnik naast hofstede Runnenburg door grondeigenaar jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen aan landbouwer Willem van Rossum, wonende op hofstede De Koppel in Oud-Wulven. Einde van beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3252 3679 22-12-1821. Op zaterdag 22 december van het jaar 1821 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren een ruiling plaats van 7 morgen land of 5 bunders land, gelegen in Bunnik naast hofstede Runnenburg door grondeigenaar jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen aan landbouwer Willem van Rossum, wonende op hofstede De Koppel in Oud-Wulven. Einde van beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3252 3679 22-12-1821.



Percelen bosch in Maarn en Driebergen-Rijsenburg

Petrus Judocus van Oosthuyse en de familie Van Rijckevorsel

Portret van Petrus Judocus van Oosthuyse (1763-1818), Heer van Rijsenburg. Portret in 1810. Bron: Wikipedia. Portret van Petrus Judocus van Oosthuyse (1763-1818), Heer van Rijsenburg. Portret in 1810. Bron: Wikipedia.



De familie Van Rijckevorsel is afkomstig uit Brabant. De oudste bekende gegevens wijzen naar Breda, waar de familie in het begin van de 16e eeuw gevestigd is; waarschijnlijk zal hun herkomst in een vroeger stadium in Rijkevorsel tussen Antwerpen en Breda te zoeken zijn. Eind 16e eeuw vestigde zich een telg van de familie in Rotterdam, en werd zo de stamvader van de Rotterdamse tak, die voor het archief niet van belang is, aangezien zich daarin-op een enkel stuk na-geen archivalia van deze tak van de Van Rijckevorsels bevinden.

De hierin beschreven bescheiden zijn voor het grootste deel afkomstig van leden van de Rijsenburgse tak, een afsplitsing van de 's-Hertogenbossche tak. Op het eind van de 17e eeuw trok Dr. Joannes van Rijckevorsel van Breda naar 's-Hertogenbosch, en werd de stamvader van deze tak. Een van zijn nakomelingen, Jacobus Josephus van Rijckevorsel vestigde zich in het begin van de 19e eeuw in Rotterdam als firmant van de wijnhandel J. van der Kun, alwaar hij met diens dochter huwde.

Na haar dood hertrouwde hij in 1814 met Hendrica Petronella Veronica van Oosthuyse, erfdochter van Petrus Judocus van Oosthuyse en Margaretha de Jongh. Deze van Oosthuyse kwam in 1783 uit Meulenbeke in Oost-Vlaanderen naar 's-Gravenhage, waar hij introk bij zijn neef Judocus Martinus van Oosthuyse en in 1788 zijn meesterproef als knopenmaker aflegde. In datzelfde jaar trouwde hij met de weduwe van zijn neef, Hendrica Smits, en, na haar dood in 1790, hertrouwde hij twee jaar later met Margaretha de Jongh.

Het echtpaar woonde hoofdzakelijk in 's-Gravenhage, en naderhand gedurende enkele maanden per jaar in Rijsenburg. Beide echtelieden ontplooiden vele activiteiten op het terrein van handel en nijverheid. Zo sloten zij verscheidene compagnieschappen van korte of langere duur, onder andere tot fabricage van militaire en andere kleding en tot levering van levensmiddelen en brandstof aan de franse en bataafse legers. Tevens exploiteerden zij een goud- en zilverfabriek. Na de dood van Petrus Judocus van Oosthuyse in 1818 werd deze voortgezet door zijn weduwe Margaretha de Jongh, die zich een ware zakenvrouw toonde. Tot vlak voor haar dood in 1846 voerde zij met verve een agentschap voor de wapenfabrikant Joseph Devillers te Luik.

In 1806 kocht Van Oosthuyse de heerlijkheid Rijsenburg met uitgestrekte landerijen, waar hij zich als een ijverig voorstander van de rooms-katholieke leer deed kennen. In een bijna homogeen protestantse omgeving trok hij bij uitsluiting rooms-katholieke werknemers aan. Reeds in 1808 begon Van Oosthuyse met de bouw van een kerk, die in 1810 werd gewijd aan de naamheilige van Van Oosthuyse, S. Petrus Banden. Op bijna middeleeuwse wijze oefenden hij en zijn vrouw het patronaatsrecht van de kerk uit.

Na de dood van Margaretha de Jongh in 1846 ging het gehele bezit van het echtpaar Van Oosthuyse over op Jacobus Josephus van Rijckevorsel, weduwnaar van Hendrika Petronella Veronica van Oosthuyse-die hiermee de stamvader van de tak Rijsenburg werden op hun kinderen. Eén van hen, Augustinus Josephus Aloysius, was al tijdens de ziekte van Margaretha de Jongh belast met het beheer van haar onroerende goederen en hij heeft die taak tot zijn dood toe namens de erven vervuld. Afwisselend woonde hij in 's-Gravenhage en op het Staelduin, terwijl hij zijn tijd grotendeels vulde met de behartiging van de belangen van vele familieleden.


Portret van Jacobus Josephus baron van Rijckevorsel, heer van Rijsenburg ('s-Hertogenbosch, 8 februari 1785 – Ubbergen, 10 april 1862) was een Nederlands handelaar en bestuurder. Hij was daarnaast amateurtekenaar, -lithograaf en -glasschilder. Bron: RKD - Wikipedia. Portret van Jacobus Josephus baron van Rijckevorsel, heer van Rijsenburg ('s-Hertogenbosch, 8 februari 1785 – Ubbergen, 10 april 1862) was een Nederlands handelaar en bestuurder. Hij was daarnaast amateurtekenaar, -lithograaf en -glasschilder. Bron: RKD - Wikipedia.



Reeds in 1797 was Petrus Judocus van Oosthuyse begonnen landerijen en huizen te kopen in 's-Gravenzande, Loosduinen en Naaldwijk, een streek waaruit zijn beide echtgenotes afkomstig waren. Uit de verschillende aankopen werd een groot vermogenscomplex gevormd, waarvan de kern bestond uit een deel van de oude duingrond langs de Maas: het Staelduin. Bij familieleden zowel als pachters ontstond de gewoonte het totale complex aan te duiden als "Staalduin". De verwarring die deze gelijkluidende benaming veroorzaakte werd nog door twee factoren vergroot. Het vermogenscomplex "Staalduin" dankt zijn naam aan de duingronden, het Staelduin.

Dit is in de tweede helft van de 19e eeuw gedeeltelijke afgegraven ten behoeve van de bouw van tuindersbedrijven. Het resterende gedeelte bleef bestaan als natuurgebied, het Staelduinse bos. Voor de duidelijkheid is hier het later door de familie ingevoerde onderscheid gevolgd: de naam Staelduin, in oude spelling, bleef in gebruik voor het oorspronkelijke duingebied, zowel het afgegraven als het niet afgegraven gedeelte; terwijl het vermogenscomplex als geheel als "Staalduin", in moderne spelling met aanhalingstekens, werd aangeduid.

Ook ten aanzien van hun werknemers en pachters van deze goederen nam het echtpaar Van Oosthuyse en vervolgens de familie Van Rijckevorsel een zelfde selectief-roomse houding aan als met betrekking tot Rijsenburg, welke in 1873 resulteerde in de oprichting van de S. Lambertuskapel in 's-Gravenzande.

De opvolger van Augustinus van Rijckevorsel als "familieadministrateur" was Frans Jacob Joseph Marie van Rijckevorsel, oudste zoon van zijn jongste broer. Deze was afwisselend in 's-Hertogenbosch en op het landgoed de Wamberg te Berlicum woonachtig en bekleedde een groot aantal politieke en maatschappelijke functies in Noord-Brabant.

Bron: Het Utrechts Archief, 87, inleiding.


De Heerlijkheidlaan in Berlicum (gem. 's-Hertogenbosch), heerlijkheid Berlicum eens in het bezit van familie Van Oosthuysen en Van Rijckevorsel. Foto: Sander van Scherpenzeel. De Heerlijkheidlaan in Berlicum (gem. 's-Hertogenbosch), heerlijkheid Berlicum eens in het bezit van familie Van Oosthuysen en Van Rijckevorsel. Foto: Sander van Scherpenzeel.


De Heerlijkheidlaan in Berlicum (gem. 's-Hertogenbosch), heerlijkheid Berlicum eens in het bezit van familie Van Oosthuysen en Van Rijckevorsel. Foto: Sander van Scherpenzeel. De Heerlijkheidlaan in Berlicum (gem. 's-Hertogenbosch), heerlijkheid Berlicum eens in het bezit van familie Van Oosthuysen en Van Rijckevorsel. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Het Noordhout of vanouds De Warande van Rijsenburg

Op donderdag 7 oktober 1847 vond ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff te Wijk bij Duurstede een veiling van de goederen plaats van de familie Van Rijckevorsel waarbij 11 (perceel 1) percelen bosgrond in Rijsenburg, kadastrale sectie B, perceelnummers: 5, 6, 7, 8, 19, 404, 407, 408, 411, 414 en 415. Beschrijving van perceel. Perceel 1 en 2 werden aagekocht op de veiling door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor ƒ. 13.500-, gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6555 (55), 1847 okt. 20-1847 dec. 11 55 53. Op donderdag 7 oktober 1847 vond ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff te Wijk bij Duurstede een veiling van de goederen plaats van de familie Van Rijckevorsel waarbij 11 (perceel 1) percelen bosgrond in Rijsenburg, kadastrale sectie B, perceelnummers: 5, 6, 7, 8, 19, 404, 407, 408, 411, 414 en 415. Beschrijving van perceel. Perceel 1 en 2 werden aagekocht op de veiling door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor ƒ. 13.500-, gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6555 (55), 1847 okt. 20-1847 dec. 11 55 53.


Gronden in geel gearceerd het Noordhout of vanouds De Warande van Rijsenburg in 1832 van Petrus Judocus van Oosthuyse (1763-1818)en zijn douairière Margaretha de Jongh. Zij die in 1846 overleed waarop de gronden overgingen op haar schoonzoon Jacobus Josephus van Rijckevorsel. In 1847 werd een gedeelte bij veiling ten overstaan van de Wijkse notaris Mariënhoof geveild en aangekocht door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: HISGIS Utrecht. Gronden in geel gearceerd het Noordhout of vanouds De Warande van Rijsenburg in 1832 van Petrus Judocus van Oosthuyse (1763-1818)en zijn douairière Margaretha de Jongh. Zij die in 1846 overleed waarop de gronden overgingen op haar schoonzoon Jacobus Josephus van Rijckevorsel. In 1847 werd een gedeelte bij veiling ten overstaan van de Wijkse notaris Mariënhoof geveild en aangekocht door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen. Bron: HISGIS Utrecht.


Beschrijving uit de veilingakte van de bosgronden in Maarn en Driebergen. Beschrijving van verkoop perceel. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1842, 1847 juli-dec 07-10-1847. Beschrijving uit de veilingakte van de bosgronden in Maarn en Driebergen. Beschrijving van verkoop perceel. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1842, 1847 juli-dec 07-10-1847.


Beschrijving uit de veilingakte van de bosgronden in Maarn en Driebergen. Beschrijving van verkoop perceel. Bieding en betaling van perceel 1 en 2 door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor ƒ.13.500-, gulden. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1842, 1847 juli-dec 07-10-1847. Beschrijving uit de veilingakte van de bosgronden in Maarn en Driebergen. Beschrijving van verkoop perceel. Bieding en betaling van perceel 1 en 2 door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor ƒ.13.500-, gulden. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1842, 1847 juli-dec 07-10-1847.


Handtekening van jhr. Jacobus Josephus van Rijckevorsel, weduwnaar van Hendrika Petronella Veronica van Oosthuyse onder de verkoopakte. Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1842, 1847 juli-dec 07-10-1847. Handtekening van jhr. Jacobus Josephus van Rijckevorsel, weduwnaar van Hendrika Petronella Veronica van Oosthuyse onder de verkoopakte. Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1842, 1847 juli-dec 07-10-1847.



Het Kijkduin van Maarn

Op donderdag 7 oktober 1847 vond ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff te Wijk bij Duurstede een veiling van de goederen plaats van de familie Van Rijckevorsel waaronder 4 percelen bosgrond in Maarn ten oosten van Austerlitz, kadastrale sectie A, perceelnummers: 9, 10, 11 en 12. Beschrijving van perceel 1. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6555 (55), 1847 okt. 20-1847 dec. 11 55 53. Op donderdag 7 oktober 1847 vond ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff te Wijk bij Duurstede een veiling van de goederen plaats van de familie Van Rijckevorsel waaronder 4 percelen bosgrond in Maarn ten oosten van Austerlitz, kadastrale sectie A, perceelnummers: 9, 10, 11 en 12. Beschrijving van perceel 1. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6555 (55), 1847 okt. 20-1847 dec. 11 55 53.


Kadasterkaart van de bos- en heidegronden van Maarn in 1832 met links naar het westen gelegen het dorpje Austerlitz, gesticht door de soldaten van Napoleon. Bron: HISGIS Utrecht. Kadasterkaart van de bos- en heidegronden van Maarn in 1832 met links naar het westen gelegen het dorpje Austerlitz, gesticht door de soldaten van Napoleon. Bron: HISGIS Utrecht.


Op donderdag 7 oktober 1847 vond ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff te Wijk bij Duurstede een veiling van de goederen plaats van de familie Van Rijckevorsel waaronder 4 percelen bosgrond in Maarn ten oosten van Austerlitsch, kadastrale sectie A, perceelnummers: 9, 10, 11 en 12. Bieding op de vier percelenbosgrond door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor f. 13.500-, gulden. Zoon Hendrik Strick verkocht ooit de bosgrond, alleen is het onduidelijk wanneer omdat de hypotheek4 beschrijving doodloopt. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6555 (55), 1847 okt. 20-1847 dec. 11 55 53. Op donderdag 7 oktober 1847 vond ten overstaan van notaris H.J. van Mariënhoff te Wijk bij Duurstede een veiling van de goederen plaats van de familie Van Rijckevorsel waaronder 4 percelen bosgrond in Maarn ten oosten van Austerlitsch, kadastrale sectie A, perceelnummers: 9, 10, 11 en 12. Bieding op de vier percelenbosgrond door jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen voor f. 13.500-, gulden. Zoon Hendrik Strick verkocht ooit de bosgrond, alleen is het onduidelijk wanneer omdat de hypotheek4 beschrijving doodloopt. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6555 (55), 1847 okt. 20-1847 dec. 11 55 53.


Kadasterkaart van de bos- en heidegronden van Maarn in 1832 met een ondergrond van de Militaire Topografische kaart uit ca. 1900. Met links naar het westen gelegen het dorpje Austerlitz, gesticht door de soldaten van Napoleon. Bron: HISGIS Utrecht. Kadasterkaart van de bos- en heidegronden van Maarn in 1832 met een ondergrond van de Militaire Topografische kaart uit ca. 1900. Met links naar het westen gelegen het dorpje Austerlitz, gesticht door de soldaten van Napoleon. Bron: HISGIS Utrecht.



Met dank aan Thomas Sukking uit Soesterberg voor aanvulling en verbetering.


      

Op donderdag 1 mei van het jaar 1862 vond ten overstaan van notaris B.J. van Heijst in Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van diverse bospercelen in Driebergen-Rijsenburg door jhr. Hendrik Strick van Linschoten aan Mr. Jan van Eeghen voor verkoopsom van ƒ. 30.000-,gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6643 (143), 1862 febr. 18-1862 april 11 143.69. Op donderdag 1 mei van het jaar 1862 vond ten overstaan van notaris B.J. van Heijst in Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van diverse bospercelen in Driebergen-Rijsenburg door jhr. Hendrik Strick van Linschoten aan Mr. Jan van Eeghen voor verkoopsom van ƒ. 30.000-,gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6643 (143), 1862 febr. 18-1862 april 11 143.69.


Op donderdag 1 mei van het jaar 1862 vond ten overstaan van notaris B.J. van Heijst in Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van diverse bospercelen in Driebergen-Rijsenburg door jhr. Hendrik Strick van Linschoten aan Mr. Jan van Eeghen voor verkoopsom van ƒ. 30.000-,gulden. Beschrijving van perceelnummers. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6643 (143), 1862 febr. 18-1862 april 11 143.69. Op donderdag 1 mei van het jaar 1862 vond ten overstaan van notaris B.J. van Heijst in Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van diverse bospercelen in Driebergen-Rijsenburg door jhr. Hendrik Strick van Linschoten aan Mr. Jan van Eeghen voor verkoopsom van ƒ. 30.000-,gulden. Beschrijving van perceelnummers. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6643 (143), 1862 febr. 18-1862 april 11 143.69.


Op donderdag 1 mei van het jaar 1862 vond ten overstaan van notaris B.J. van Heijst in Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van diverse bospercelen in Driebergen-Rijsenburg door jhr. Hendrik Strick van Linschoten aan Mr. Jan van Eeghen voor verkoopsom van ƒ. 30.000-,gulden. Beschrijving van verkoopsom. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6643 (143), 1862 febr. 18-1862 april 11 143.69. Op donderdag 1 mei van het jaar 1862 vond ten overstaan van notaris B.J. van Heijst in Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van diverse bospercelen in Driebergen-Rijsenburg door jhr. Hendrik Strick van Linschoten aan Mr. Jan van Eeghen voor verkoopsom van ƒ. 30.000-,gulden. Beschrijving van verkoopsom. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 6643 (143), 1862 febr. 18-1862 april 11 143.69.


      

Op donderdag 1 mei van het jaar 1862 vond ten overstaan van notaris B.J. van Heijst in Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van diverse bospercelen in Driebergen-Rijsenburg door jhr. Hendrik Strick van Linschoten aan Mr. Jan van Eeghen voor verkoopsom van ƒ. 30.000-,gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: RAZU, 063 1917 1862 jan.-juni B.J. van Heijst 01-05-1862, aktenummer: 59. Op donderdag 1 mei van het jaar 1862 vond ten overstaan van notaris B.J. van Heijst in Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van diverse bospercelen in Driebergen-Rijsenburg door jhr. Hendrik Strick van Linschoten aan Mr. Jan van Eeghen voor verkoopsom van ƒ. 30.000-,gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: RAZU, 063 1917 1862 jan.-juni B.J. van Heijst 01-05-1862, aktenummer: 59.


Op donderdag 1 mei van het jaar 1862 vond ten overstaan van notaris B.J. van Heijst in Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van diverse bospercelen in Driebergen-Rijsenburg door jhr. Hendrik Strick van Linschoten aan Mr. Jan van Eeghen voor verkoopsom van ƒ. 30.000-,gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: RAZU, 063 1917 1862 jan.-juni B.J. van Heijst 01-05-1862, aktenummer: 59. Op donderdag 1 mei van het jaar 1862 vond ten overstaan van notaris B.J. van Heijst in Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van diverse bospercelen in Driebergen-Rijsenburg door jhr. Hendrik Strick van Linschoten aan Mr. Jan van Eeghen voor verkoopsom van ƒ. 30.000-,gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: RAZU, 063 1917 1862 jan.-juni B.J. van Heijst 01-05-1862, aktenummer: 59.


Op donderdag 1 mei van het jaar 1862 vond ten overstaan van notaris B.J. van Heijst in Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van diverse bospercelen in Driebergen-Rijsenburg door jhr. Hendrik Strick van Linschoten aan Mr. Jan van Eeghen voor verkoopsom van ƒ. 30.000-,gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: RAZU, 063 1917 1862 jan.-juni B.J. van Heijst 01-05-1862, aktenummer: 59. Op donderdag 1 mei van het jaar 1862 vond ten overstaan van notaris B.J. van Heijst in Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van diverse bospercelen in Driebergen-Rijsenburg door jhr. Hendrik Strick van Linschoten aan Mr. Jan van Eeghen voor verkoopsom van ƒ. 30.000-,gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: RAZU, 063 1917 1862 jan.-juni B.J. van Heijst 01-05-1862, aktenummer: 59.


Op donderdag 1 mei van het jaar 1862 vond ten overstaan van notaris B.J. van Heijst in Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van diverse bospercelen in Driebergen-Rijsenburg door jhr. Hendrik Strick van Linschoten aan Mr. Jan van Eeghen voor verkoopsom van ƒ. 30.000-,gulden. Begin beschrijving van akte met hanbdtekeningen. Bron: RAZU, 063 1917 1862 jan.-juni B.J. van Heijst 01-05-1862, aktenummer: 59. Op donderdag 1 mei van het jaar 1862 vond ten overstaan van notaris B.J. van Heijst in Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van diverse bospercelen in Driebergen-Rijsenburg door jhr. Hendrik Strick van Linschoten aan Mr. Jan van Eeghen voor verkoopsom van ƒ. 30.000-,gulden. Begin beschrijving van akte met hanbdtekeningen. Bron: RAZU, 063 1917 1862 jan.-juni B.J. van Heijst 01-05-1862, aktenummer: 59.



Verkoop aan de Rhijnspoorweg Maatschappij

In het najaar van het jaar 1842 verkocht jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten diverse percelen grond aan de Rhijnspoorweg Maatschappij voor de aanleg van de Rhijnspoorweg van Amsterdam, Utrecht, Arnhem tot Zevenaer voor ƒ. 8.368,80,-. Begin beschrijving van akte. Bron: HUA, 1294 6525 (25), 1842 okt. 24-1842 nov. 26 25.63. In het najaar van het jaar 1842 verkocht jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten diverse percelen grond aan de Rhijnspoorweg Maatschappij voor de aanleg van de Rhijnspoorweg van Amsterdam, Utrecht, Arnhem tot Zevenaer voor ƒ. 8.368,80,-. Begin beschrijving van akte. Bron: HUA, 1294 6525 (25), 1842 okt. 24-1842 nov. 26 25.63.


 

Verpachting van het Visrecht in de Hollandsche IJssel en de stadsgracht (Grote Gracht) van de stad Montfoort

Bij de invoering van het kadaster op 1 oktober 1832 is te zien op de kadastrale kaart van de gemeenten Montfoort en Linschoten dat jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen diverse percelen water. Van waaronder de Hollandsche IJssel en de stadsgracht (Grote Gracht) van de stad Montfoort bezat. Hieruit kon hij diverse visverpachting uitgeven. Percelen wat van de Hollandsche IJssel en de stadsgracht in geel gearceerd. In de jaren 40 van de negentiende eeuw ging het bezit van de stadsgracht van Montfoort over in een gezamenlijk bezit van de stad Montfoort en Jan Carel Strick. Bron: HISGIS Utrecht. Bij de invoering van het kadaster op 1 oktober 1832 is te zien op de kadastrale kaart van de gemeenten Montfoort en Linschoten dat jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen diverse percelen water. Van waaronder de Hollandsche IJssel en de stadsgracht (Grote Gracht) van de stad Montfoort bezat. Hieruit kon hij diverse visverpachting uitgeven. Percelen wat van de Hollandsche IJssel en de stadsgracht in geel gearceerd. In de jaren 40 van de negentiende eeuw ging het bezit van de stadsgracht van Montfoort over in een gezamenlijk bezit van de stad Montfoort en Jan Carel Strick. Bron: HISGIS Utrecht.


Plattegrond van de stad Montfoort, Plattegrond van de stad Montfoort, "Montfoort" en aanwijzing van straten en poorten. Kopergravure zonder naam uit 1649. Bron: Het Utrechtss Archief, 207, 108.


Bij de invoering van het kadaster op 1 oktober 1832 is te zien op de kadastrale kaart van de gemeenten Montfoort en Linschoten dat jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen diverse percelen water. Van waaronder de Hollandsche IJssel en de stadsgracht (Grote Gracht) van de stad Montfoort bezat. Hieruit kon hij diverse visverpachting uitgeven. Percelen wat van de Hollandsche IJssel en de stadsgracht in geel gearceerd. Rechtsboven de Montfoort. Bron: HISGIS Utrecht. Bij de invoering van het kadaster op 1 oktober 1832 is te zien op de kadastrale kaart van de gemeenten Montfoort en Linschoten dat jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen diverse percelen water. Van waaronder de Hollandsche IJssel en de stadsgracht (Grote Gracht) van de stad Montfoort bezat. Hieruit kon hij diverse visverpachting uitgeven. Percelen wat van de Hollandsche IJssel en de stadsgracht in geel gearceerd. Rechtsboven de Montfoort. Bron: HISGIS Utrecht.


Gezicht op het kasteel Montfoort te Montfoort en het omringende land, getekend vanaf de toren van de Nederlands Hervormde kerk te Montfoort in 1646-1647 naar een tekening van Roelant Roghman. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 107410. Gezicht op het kasteel Montfoort te Montfoort en het omringende land, getekend vanaf de toren van de Nederlands Hervormde kerk te Montfoort in 1646-1647 naar een tekening van Roelant Roghman. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 107410.


Bij de invoering van het kadaster op 1 oktober 1832 is te zien op de kadastrale kaart van de gemeenten Montfoort en Linschoten dat jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen diverse percelen water. Van waaronder de Hollandsche IJssel en de stadsgracht (Grote Gracht) van de stad Montfoort bezat. Hieruit kon hij diverse visverpachting uitgeven. Percelen wat van de Hollandsche IJssel in geel gearceerd. (1) Bron: HISGIS Utrecht. Bij de invoering van het kadaster op 1 oktober 1832 is te zien op de kadastrale kaart van de gemeenten Montfoort en Linschoten dat jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen diverse percelen water. Van waaronder de Hollandsche IJssel en de stadsgracht (Grote Gracht) van de stad Montfoort bezat. Hieruit kon hij diverse visverpachting uitgeven. Percelen wat van de Hollandsche IJssel in geel gearceerd. (1) Bron: HISGIS Utrecht.


Bij de invoering van het kadaster op 1 oktober 1832 is te zien op de kadastrale kaart van de gemeenten Montfoort en Linschoten dat jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen diverse percelen water. Van waaronder de Hollandsche IJssel en de stadsgracht (Grote Gracht) van de stad Montfoort bezat. Hieruit kon hij diverse visverpachting uitgeven. Percelen wat van de Hollandsche IJssel in geel gearceerd. (2) Bron: HISGIS Utrecht. Bij de invoering van het kadaster op 1 oktober 1832 is te zien op de kadastrale kaart van de gemeenten Montfoort en Linschoten dat jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen diverse percelen water. Van waaronder de Hollandsche IJssel en de stadsgracht (Grote Gracht) van de stad Montfoort bezat. Hieruit kon hij diverse visverpachting uitgeven. Percelen wat van de Hollandsche IJssel in geel gearceerd. (2) Bron: HISGIS Utrecht.


        

Op vrijdag 5 september van het jaar 1851 ten overstaan van notaris Hendrik Albertus Meenderink, residenrende in Monfoort verschenen de heren Peter Snel, burgmeester en Arij van Vuuren Gerritszoon en Hermanus Dijkman, wethouder van de gemeente Montfoort. Waarbij blijkens besluit raadsbesluit van 18 juni 1851 werd besloten om een nieuwe erfpachtbrief uit te geven die sinds de zestiende-eeuw niet meer was vernieuwd. Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, heer van Heeswijk en Achthoven. Bezat het visrecht in de IJssel en de Grote Gracht van Montfoort. OP zijn naam werden de percelen water, rivier en gracht bij de invoering van het kadaster ingeschreven. Na het overlijden van de jonkheer Jan Strick in 1850 Kwam het visrecht in 1851 toe aan zijn zoon jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889). Met de gemeente Montfoort werd het op een akkoord gegooid. De percelen water rondom de stad Montfoort werden in het kadaster ingeschreven in de legger van de gemeente Montfoort. Waarbij jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, de erfpacht van het visrecht behield. Begin beschrijving van akte. Bron: RHC Rijnstreek en Lopikerwaard, M061, 136. Op vrijdag 5 september van het jaar 1851 ten overstaan van notaris Hendrik Albertus Meenderink, residenrende in Monfoort verschenen de heren Peter Snel, burgmeester en Arij van Vuuren Gerritszoon en Hermanus Dijkman, wethouder van de gemeente Montfoort. Waarbij blijkens besluit raadsbesluit van 18 juni 1851 werd besloten om een nieuwe erfpachtbrief uit te geven die sinds de zestiende-eeuw niet meer was vernieuwd. Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, heer van Heeswijk en Achthoven. Bezat het visrecht in de IJssel en de Grote Gracht van Montfoort. OP zijn naam werden de percelen water, rivier en gracht bij de invoering van het kadaster ingeschreven. Na het overlijden van de jonkheer Jan Strick in 1850 Kwam het visrecht in 1851 toe aan zijn zoon jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889). Met de gemeente Montfoort werd het op een akkoord gegooid. De percelen water rondom de stad Montfoort werden in het kadaster ingeschreven in de legger van de gemeente Montfoort. Waarbij jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, de erfpacht van het visrecht behield. Begin beschrijving van akte. Bron: RHC Rijnstreek en Lopikerwaard, M061, 136.


Portret van jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889), Heer van Heeswijk en Achthoven. Bron; Het Utrechts Archief, 412. Portret van jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889), Heer van Heeswijk en Achthoven. Bron; Het Utrechts Archief, 412.


Op vrijdag 5 september van het jaar 1851 ten overstaan van notaris Hendrik Albertus Meenderink, residenrende in Monfoort verschenen de heren Peter Snel, burgmeester en Arij van Vuuren Gerritszoon en Hermanus Dijkman, wethouder van de gemeente Montfoort. Waarbij blijkens besluit raadsbesluit van 18 juni 1851 werd besloten om een nieuwe erfpachtbrief uit te geven die sinds de zestiende-eeuw niet meer was vernieuwd. Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, heer van Heeswijk en Achthoven. Bezat het visrecht in de IJssel en de Grote Gracht van Montfoort. OP zijn naam werden de percelen water, rivier en gracht bij de invoering van het kadaster ingeschreven. Na het overlijden van de jonkheer Jan Strick in 1850 Kwam het visrecht in 1851 toe aan zijn zoon jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889). Met de gemeente Montfoort werd het op een akkoord gegooid. De percelen water rondom de stad Montfoort werden in het kadaster ingeschreven in de legger van de gemeente Montfoort. Waarbij jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, de erfpacht van het visrecht behield. Beschrijving van percelen water rondom de stad Montfoort en omgeving. Bron: RHC Rijnstreek en Lopikerwaard, M061, 136. Op vrijdag 5 september van het jaar 1851 ten overstaan van notaris Hendrik Albertus Meenderink, residenrende in Monfoort verschenen de heren Peter Snel, burgmeester en Arij van Vuuren Gerritszoon en Hermanus Dijkman, wethouder van de gemeente Montfoort. Waarbij blijkens besluit raadsbesluit van 18 juni 1851 werd besloten om een nieuwe erfpachtbrief uit te geven die sinds de zestiende-eeuw niet meer was vernieuwd. Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, heer van Heeswijk en Achthoven. Bezat het visrecht in de IJssel en de Grote Gracht van Montfoort. OP zijn naam werden de percelen water, rivier en gracht bij de invoering van het kadaster ingeschreven. Na het overlijden van de jonkheer Jan Strick in 1850 Kwam het visrecht in 1851 toe aan zijn zoon jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889). Met de gemeente Montfoort werd het op een akkoord gegooid. De percelen water rondom de stad Montfoort werden in het kadaster ingeschreven in de legger van de gemeente Montfoort. Waarbij jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, de erfpacht van het visrecht behield. Beschrijving van percelen water rondom de stad Montfoort en omgeving. Bron: RHC Rijnstreek en Lopikerwaard, M061, 136.


Op vrijdag 12 mei van het jaar 1905 werd ten overstaan van notarissen Evert van Beusekom Ez., te Utrecht en Gualterus Albertus de Gelder te Monfoort in de middag om 12:00 uur in De Gouden Leeuw in Montfoort de ambachtsheerlijkheid Heeswijk en Achthoven verkocht per veiling door douairière Jhr. Mr. J. B. Strick van Linschoten. Waarbij ook het recht van Toiendheffing en Visscherij werd verkocht. Bron: Delpher.nl. Op vrijdag 12 mei van het jaar 1905 werd ten overstaan van notarissen Evert van Beusekom Ez., te Utrecht en Gualterus Albertus de Gelder te Monfoort in de middag om 12:00 uur in De Gouden Leeuw in Montfoort de ambachtsheerlijkheid Heeswijk en Achthoven verkocht per veiling door douairière Jhr. Mr. J. B. Strick van Linschoten. Waarbij ook het recht van Toiendheffing en Visscherij werd verkocht. Bron: Delpher.nl.


Op vrijdag 5 september van het jaar 1851 ten overstaan van notaris Hendrik Albertus Meenderink, residenrende in Monfoort verschenen de heren Peter Snel, burgmeester en Arij van Vuuren Gerritszoon en Hermanus Dijkman, wethouder van de gemeente Montfoort. Waarbij_blijkens besluit raadsbesluit van 18 juni 1851 werd besloten om een nieuwe erfpachtbrief uit te geven die sinds de zestiende-eeuw niet meer was vernieuwd. Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, heer van Heeswijk en Achthoven. Bezat het visrecht in de IJssel en de Grote Gracht van Montfoort. OP zijn naam werden de percelen water, rivier en gracht bij de invoering van het kadaster ingeschreven. Na het overlijden van de jonkheer Jan Strick in 1850 Kwam het visrecht in 1851 toe aan zijn zoon jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889). Met de gemeente Montfoort werd het op een akkoord gegooid. De percelen water rondom de stad Montfoort werden in het kadaster ingeschreven in de legger van de gemeente Montfoort. Waarbij jbr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, de erfpacht van het visrecht behield, Fragment van akte waarbij het erfrecht op het visrecht wordt beschreven van vader Jan Carel Wendel Strick van Linschoten aan zijn zoon Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889). Bron: RHC Rijnstreek en Lopikerwaard, M061,136.


Op vrijdag 5 september van het jaar 1851 ten overstaan van notaris Hendrik Albertus Meenderink, residenrende in Monfoort verschenen de heren Peter Snel, burgmeester en Arij van Vuuren Gerritszoon en Hermanus Dijkman, wethouder van de gemeente Montfoort. Waarbij blijkens besluit raadsbesluit van 18 juni 1851 werd besloten om een nieuwe erfpachtbrief uit te geven die sinds de zestiende-eeuw niet meer was vernieuwd. Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, heer van Heeswijk en Achthoven. Bezat het visrecht in de IJssel en de Grote Gracht van Montfoort. OP zijn naam werden de percelen water, rivier en gracht bij de invoering van het kadaster ingeschreven. Na het overlijden van de jonkheer Jan Strick in 1850 Kwam het visrecht in 1851 toe aan zijn zoon jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889). Met de gemeente Montfoort werd het op een akkoord gegooid. De percelen water rondom de stad Montfoort werden in het kadaster ingeschreven in de legger van de gemeente Montfoort. Waarbij jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, de erfpacht van het visrecht behield. Fragment van beschrijving van raadsbesluit van de gemeente Montfoort. Bron: RHC Rijnstreek en Lopikerwaard, M061, 136. Op vrijdag 5 september van het jaar 1851 ten overstaan van notaris Hendrik Albertus Meenderink, residenrende in Monfoort verschenen de heren Peter Snel, burgmeester en Arij van Vuuren Gerritszoon en Hermanus Dijkman, wethouder van de gemeente Montfoort. Waarbij blijkens besluit raadsbesluit van 18 juni 1851 werd besloten om een nieuwe erfpachtbrief uit te geven die sinds de zestiende-eeuw niet meer was vernieuwd. Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, heer van Heeswijk en Achthoven. Bezat het visrecht in de IJssel en de Grote Gracht van Montfoort. OP zijn naam werden de percelen water, rivier en gracht bij de invoering van het kadaster ingeschreven. Na het overlijden van de jonkheer Jan Strick in 1850 Kwam het visrecht in 1851 toe aan zijn zoon jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889). Met de gemeente Montfoort werd het op een akkoord gegooid. De percelen water rondom de stad Montfoort werden in het kadaster ingeschreven in de legger van de gemeente Montfoort. Waarbij jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, de erfpacht van het visrecht behield. Fragment van beschrijving van raadsbesluit van de gemeente Montfoort. Bron: RHC Rijnstreek en Lopikerwaard, M061, 136.


Affiche van 'PUBLIEKE VERHUURINGE VSN FR VISSERYE, IN DE RIVIER DEN YSSEL' in de ambachtsheerlijkheid Heeswijk en Achthoven. Bron: Het Utrechts Archief, 207, 63. Affiche van 'PUBLIEKE VERHUURINGE VSN FR VISSERYE, IN DE RIVIER DEN YSSEL' in de ambachtsheerlijkheid Heeswijk en Achthoven. Bron: Het Utrechts Archief, 207, 63.


Op vrijdag 5 september van het jaar 1851 ten overstaan van notaris Hendrik Albertus Meenderink, residenrende in Monfoort verschenen de heren Peter Snel, burgmeester en Arij van Vuuren Gerritszoon en Hermanus Dijkman, wethouder van de gemeente Montfoort. Waarbij blijkens besluit raadsbesluit van 18 juni 1851 werd besloten om een nieuwe erfpachtbrief uit te geven die sinds de zestiende-eeuw niet meer was vernieuwd. Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, heer van Heeswijk en Achthoven. Bezat het visrecht in de IJssel en de Grote Gracht van Montfoort. OP zijn naam werden de percelen water, rivier en gracht bij de invoering van het kadaster ingeschreven. Na het overlijden van de jonkheer Jan Strick in 1850 Kwam het visrecht in 1851 toe aan zijn zoon jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889). Met de gemeente Montfoort werd het op een akkoord gegooid. De percelen water rondom de stad Montfoort werden in het kadaster ingeschreven in de legger van de gemeente Montfoort. Waarbij jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, de erfpacht van het visrecht behield. Eind van akte. Bron: RHC Rijnstreek en Lopikerwaard, M061, 136. Op vrijdag 5 september van het jaar 1851 ten overstaan van notaris Hendrik Albertus Meenderink, residenrende in Monfoort verschenen de heren Peter Snel, burgmeester en Arij van Vuuren Gerritszoon en Hermanus Dijkman, wethouder van de gemeente Montfoort. Waarbij blijkens besluit raadsbesluit van 18 juni 1851 werd besloten om een nieuwe erfpachtbrief uit te geven die sinds de zestiende-eeuw niet meer was vernieuwd. Jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten van Rhijnauwen, heer van Heeswijk en Achthoven. Bezat het visrecht in de IJssel en de Grote Gracht van Montfoort. OP zijn naam werden de percelen water, rivier en gracht bij de invoering van het kadaster ingeschreven. Na het overlijden van de jonkheer Jan Strick in 1850 Kwam het visrecht in 1851 toe aan zijn zoon jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten (1825-1889). Met de gemeente Montfoort werd het op een akkoord gegooid. De percelen water rondom de stad Montfoort werden in het kadaster ingeschreven in de legger van de gemeente Montfoort. Waarbij jhr. Jan Balthasar Strick van Linschoten, de erfpacht van het visrecht behield. Eind van akte. Bron: RHC Rijnstreek en Lopikerwaard, M061, 136.



Herberg Het Gemeentehuis van Linschoten

Kadastrale kaart uit 1832 van het dorp Linschoten met verwijzend in de gele pijl de herberg het Gemeentehuis van Linschoten aan de Dorpstraat nr. 64. Bron: HISGIS Utrecht. Kadastrale kaart uit 1832 van het dorp Linschoten met verwijzend in de gele pijl de herberg het Gemeentehuis van Linschoten aan de Dorpstraat nr. 64. Bron: HISGIS Utrecht.


Op zaterdag 14 december 1850 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerardus Henricus Stevens de verkoop plaats van herberg het 'Gemeentehuis van Linschoten' aan de Dorpstraat nr. 64 door de gemachtigde Cornelis Schnell voor Alexander Heinrich, vrijheer Von Arninn, minister van staat Pruisen, wonende te Berlijn, herberg was in bezit gekomen als de enige geïnteresseerde erfgename Elisabeth von Arnninn van Adriaan Jan Hendrik Paul Emiel baron Strick van Linschoten, heer van Linschoten. Bij zijn opgemaakt testament ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren op 11 december 1849 en overleden op 12 december 1849, zonder achterlating van bloedverwante en ongehuwd. Herber het Gemeentehuis van Linschoten had Adriaan verkregen bij veiling ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek op 23 maart 1843 gekocht van Antony van Dam, burgemeester van Linschoten. Herberg werd nu gekocht door Jan Hendrik van Doornenburg voor f. 3.350-, gulden. Beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3669, aktenummer: 15519. Op zaterdag 14 december 1850 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerardus Henricus Stevens de verkoop plaats van herberg het 'Gemeentehuis van Linschoten' aan de Dorpstraat nr. 64 door de gemachtigde Cornelis Schnell voor Alexander Heinrich, vrijheer Von Arninn, minister van staat Pruisen, wonende te Berlijn, herberg was in bezit gekomen als de enige geïnteresseerde erfgename Elisabeth von Arnninn van Adriaan Jan Hendrik Paul Emiel baron Strick van Linschoten, heer van Linschoten. Bij zijn opgemaakt testament ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren op 11 december 1849 en overleden op 12 december 1849, zonder achterlating van bloedverwante en ongehuwd. Herber het Gemeentehuis van Linschoten had Adriaan verkregen bij veiling ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek op 23 maart 1843 gekocht van Antony van Dam, burgemeester van Linschoten. Herberg werd nu gekocht door Jan Hendrik van Doornenburg voor f. 3.350-, gulden. Beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3669, aktenummer: 15519.


Het Voormalige herberg en rechthuis van Linschoten en Snelrewaard. Foto: Peter de Jong, Schipluiden. Het Voormalige herberg en rechthuis van Linschoten en Snelrewaard. Foto: Peter de Jong, Schipluiden.


Op zaterdag 14 december 1850 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerardus Henricus Stevens de verkoop plaats van herberg het 'Gemeentehuis van Linschoten' aan de Dorpstraat nr. 64 door de gemachtigde Cornelis Schnell voor Alexander Heinrich, vrijheer Von Arninn, minister van staat Pruisen, wonende te Berlijn, herberg was in bezit gekomen als de enige geïnteresseerde erfgename Elisabeth von Arnninn van Adriaan Jan Hendrik Paul Emiel baron Strick van Linschoten, heer van Linschoten. Bij zijn opgemaakt testament ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren op 11 december 1849 en overleden op 12 december 1849, zonder achterlating van bloedverwante en ongehuwd. Herber het Gemeentehuis van Linschoten had Adriaan verkregen bij veiling ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek op 23 maart 1843 gekocht van Antony van Dam, burgemeester van Linschoten. Herberg werd nu gekocht door Jan Hendrik van Doornenburg voor f. 3.350-, gulden. Beschrijving van ver te kopen perceel. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3669, aktenummer: 15519. Op zaterdag 14 december 1850 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerardus Henricus Stevens de verkoop plaats van herberg het 'Gemeentehuis van Linschoten' aan de Dorpstraat nr. 64 door de gemachtigde Cornelis Schnell voor Alexander Heinrich, vrijheer Von Arninn, minister van staat Pruisen, wonende te Berlijn, herberg was in bezit gekomen als de enige geïnteresseerde erfgename Elisabeth von Arnninn van Adriaan Jan Hendrik Paul Emiel baron Strick van Linschoten, heer van Linschoten. Bij zijn opgemaakt testament ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren op 11 december 1849 en overleden op 12 december 1849, zonder achterlating van bloedverwante en ongehuwd. Herber het Gemeentehuis van Linschoten had Adriaan verkregen bij veiling ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek op 23 maart 1843 gekocht van Antony van Dam, burgemeester van Linschoten. Herberg werd nu gekocht door Jan Hendrik van Doornenburg voor f. 3.350-, gulden. Beschrijving van ver te kopen perceel. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3669, aktenummer: 15519.


Op zaterdag 14 december 1850 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerardus Henricus Stevens de verkoop plaats van herberg het 'Gemeentehuis van Linschoten' aan de Dorpstraat nr. 64 door de gemachtigde Cornelis Schnell voor Alexander Heinrich, vrijheer Von Arninn, minister van staat Pruisen, wonende te Berlijn, herberg was in bezit gekomen als de enige geïnteresseerde erfgename Elisabeth von Arnninn van Adriaan Jan Hendrik Paul Emiel baron Strick van Linschoten, heer van Linschoten. Bij zijn opgemaakt testament ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren op 11 december 1849 en overleden op 12 december 1849, zonder achterlating van bloedverwante en ongehuwd. Herber het Gemeentehuis van Linschoten had Adriaan verkregen bij veiling ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek op 23 maart 1843 gekocht van Antony van Dam, burgemeester van Linschoten. Herberg werd nu gekocht door Jan Hendrik van Doornenburg voor f. 3.350-, gulden. Beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3669, aktenummer: 15519. Op zaterdag 14 december 1850 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerardus Henricus Stevens de verkoop plaats van herberg het 'Gemeentehuis van Linschoten' aan de Dorpstraat nr. 64 door de gemachtigde Cornelis Schnell voor Alexander Heinrich, vrijheer Von Arninn, minister van staat Pruisen, wonende te Berlijn, herberg was in bezit gekomen als de enige geïnteresseerde erfgename Elisabeth von Arnninn van Adriaan Jan Hendrik Paul Emiel baron Strick van Linschoten, heer van Linschoten. Bij zijn opgemaakt testament ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren op 11 december 1849 en overleden op 12 december 1849, zonder achterlating van bloedverwante en ongehuwd. Herber het Gemeentehuis van Linschoten had Adriaan verkregen bij veiling ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek op 23 maart 1843 gekocht van Antony van Dam, burgemeester van Linschoten. Herberg werd nu gekocht door Jan Hendrik van Doornenburg voor f. 3.350-, gulden. Beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3669, aktenummer: 15519.


 

Landgoed Linschoten te Linschoten

Het landhuis Linschoten in april 20210. Bron: Wikimedia Commons Kasteelbeer - Eigen werk. Het landhuis Linschoten in april 20210. Bron: Wikimedia Commons Kasteelbeer - Eigen werk.



Het Landgoed Linschoten bij de gelijknamige plaats in de provincie Utrecht is met rond 450 hectare het grootste landgoed in de randstad. Het omvat een landhuis met park, waterlopen, monumentale boerderijen, graslanden en bossen.

Overgenomen van Wikipedia Landgoed Linschoten


  • Gezicht op het kasteel Linschoten te Linschoten in 1642 naar een tekening van J. Stellingwerf. Bron: HUA, 107388.
  • Gezicht op het kasteel Linschoten te Linschoten in 1597 naar een tekening van J. Stellingwerf. Bron: HUA, 107387.
  • Kadasterkaart van een gedeelte van de gemeente Linschoten uit 1832 met daarop ingetekend het landgoed Linschoten. Bron: RCE, beeldank.
  • Kadastrale kaart begrenzing beschermd gebied : Huis te Linschoten uit juli 1997. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: BT-032059.
  • Tekening van het huis Linschoten te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a). Kopie naar een tekening van C. Pronk. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: 39.562.
  • Gezicht op de voorgevel van het Huis te Linschoten bij Linschoten vanaf de oprijlaan. Naar een tekening van Chris Schut. Bron: HUA, 206340.
  • Gezicht op het dorp Linschoten met de rivier de Linschoten naar een tekening van J. Apeldoorn uit 1744. Bron: HUA, 200641.
  • Gezicht op het dorp Linschoten met de rivier de Linschoten in 1744 naar een tekening van J. de Beijer en in 1766 geopieerd door W. Writs. Bron: HUA, 200640.
  • Schilderij met het huis te Linschoten. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: ST-1.707.
  • Groepsportret van de familie Johan Strick van Linschoten en Christina Taets van Amerongen met hun kinderen, aanwezig in het Huis te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) te Linschoten in 1650-1700. Bron: HUA, 92754.
  • Gezicht op het inrijhek van het Huis te Linschoten bij Linschoten met op de achtergrond een gedeelte van de voorgevel van het huis in februari 1953 naar een tekening van Chris Schut. Bron: HUA, 206339.
  • Gezicht vanaf het inrijhek op de voorgevel van het Huis te Linschoten bij Linschoten in januari 1953. Naar een tekening van Chris Schut. Bron: HUA, 206326.
  • Gezicht op het omgrachte Huis te Linschoten bij Linschoten in 1731 naar een tekening van L.P. Serrurier. Bron: HUA, 201505.
  • Gezicht op het kasteel Linschoten te Linschoten in 1642 naar een tekening van L.P. Serruier. Bron: HUA, 201504.
  • Afbeelding van het gemeentewapen van Linschoten in 1830-1930. Bron: HUA, 200644.


  • De Zuid Linschterzandweg in zuidwestelijke richting gezien met links de Lange Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Boerderij Parkzicht aan de Noord Linschoterdijk 6 in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Dienstwoning Schapenlaanhuis aan de Schapenlaan 1 te Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Zicht vanaf het inrijhek op het kasteel met terrein van huis Linschoten aan de Noord Linschoterdijk 21a te Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Boerderij aan de Zuid Linschoterzandweg 5 langs de Lange Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Boerderij aan de Zuid Linschoterzandweg 5 (detail) van de voordeur met een wapen in het bovenlicht.in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Zicht op de Noord Linschoterdijk met links de Lange Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Boerderij aan de Zuid-Linschoterzandweg nr. 3 voor de Lange Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Boerderij terrein aan de Zuid-Linschoterzandweg nr. 2 gezien vanaf de Noord Linschoterdijk in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Een boothuis in de gracht bij het kasteelterrein Linschoten gezien vanaf de Noord Linschoterdijk in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Straatnaambord Haardijk bij het bruggetje over de Lange Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Foto van de Lange Linschoten vanaf het bruggetje bij de Noord Linschoterdijk/Haardijk en de Zuid Linschoterzandweg in oktober 2022 (2). Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Foto van de Lange Linschoten vanaf het bruggetje bij de Noord Linschoterdijk/Haardijk en de Zuid Linschoterzandweg in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Informatiebord aan de Lange Linschoten en Zuid Linschoterweg in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Zicht op de Zuid-Linschoterzandweg ter hoogte van de Haardijk in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


  • Informatiebord m.b.t. de historie van de dienstwoning Schapenlaanhuisje in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Straatnaambord Haardijk in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Zicht op de Haardijk ten westen van het landgoed Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Boerderij aan de Haardijk nr. 7 ten oosten van het landgoed Linschoten. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Koeien langs de Haardijk ten oosten van het landgoed Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Weiland naast de Haardijk in Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • De Haardijk in Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Boerderij aan de Haardijk nr. 7 te Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Boerderij aan de Haardijk nr. 7 te Linschoten in oktober 2022 (2). Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • De Adriananhove aan de Haardijk nr. 10 in Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • De Adriananhove aan de Haardijk nr. 10 in Linschoten in oktober 2022 (2). Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • De Louisehoeve aan de Haardijk nr. 12 bij het landgoed Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • De Louisehoeve aan de Haardijk nr. 12. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Dienstwoning aan de Schapenlaan 16 en 15 bij het landgoed Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Dienstwoning aan de Schapenlaan 16 en 15 (voorgevel) bij het landgoed Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.




In de middeleeuwen gaf de bisschop van Utrecht opdracht tot ontginning van de gronden rond Linschoten. Daarna was het land in handen van verschillende adellijke families.

Een eerder Kasteel Linschoten stond elders in het huidige dorp Linschoten, en was waarschijnlijk eind 16e eeuw al verdwenen. Het is dus niet de directe voorganger van het huidige huis.

In 1628 werd het land gekocht door Johan Strick, de latere burgemeester van Utrecht, die het huidige landhuis liet bouwen. Hierna bleef het ruim 200 jaar in dezelfde familie Strick van Linschoten.

In 1850 erfde Elisabeth barones von Arnim op 16-jarige leeftijd het huis van haar oom Emile Strick van Linschoten. In 1855 trouwde zij met Friedrich Wilhelm graaf von dem Bussche Ippenburg. Else van Arnim liet op het landgoed een wit gebouwtje plaatsen in Zwitserse chaletstijl, dat ze De Elsehof liet noemen.

In 1891 kocht de Utrechtse sigarenfabrikant Ribbius Peletier het 500 hectare grote landgoed. De laatste eigenaar was Gerlachus Peletier jr., die in 1969 kinderloos overleed. Al voor de Tweede Wereldoorlog had hij het landgoed in een stichting ondergebracht, vandaar dat sinds 1969 het huis en landgoed in bezit zijn van de Stichting Landgoed Linschoten.

In de Tweede Wereldoorlog is het kasteel niet in handen van de Duitsers gevallen, omdat er maar één smal weggetje naartoe loopt. Er waren wel buitenlandse soldaten gelegerd.


Portret van Gerlachius Ribbius Peletier (1856-1930). Koper van het landgoed Linschoten. Portret van Gerlachius Ribbius Peletier (1856-1930). Koper van het landgoed Linschoten.


Familiegraf Ribbius Peletier op begraafplaats Soestbergen in Utrecht. Foto: Sander van Scherpenzeel. Familiegraf Ribbius Peletier op begraafplaats Soestbergen in Utrecht. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Luchtfoto van het landgoed Linschoten vanuit het zuiden gezien. Bron: Wikimedia Commons. Luchtfoto van het landgoed Linschoten vanuit het zuiden gezien. Bron: Wikimedia Commons.


Aankondiging van de veiling van het landgoed Linschoten waarbij Gerlachius Ribbius Peletier (1856-1930) voor de koopsom van f. 499.400,- gulden het landgoed LInschoten aankocht. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 4200 1891 okt.-1892 feb. 06-01-1892. Aankondiging van de veiling van het landgoed Linschoten waarbij Gerlachius Ribbius Peletier (1856-1930) voor de koopsom van f. 499.400,- gulden het landgoed LInschoten aankocht. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 4200 1891 okt.-1892 feb. 06-01-1892.


Fragment van de hypotheek4 akte van de veiling van het landgoed Linschoten waarbij Gerlachius Ribbius Peletier (1856-1930) voor de koopsom van f. 499.400,- gulden het landgoed Linschoten aankocht. Originele akte is in het notaris archief van notaris Dubois in Het Utrechts Archief niet te vinden. Begin beschrijving van verkoop perceel 1 van het landgoed Linschoten. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 5509 (509), 1891 okt. 13-1892 jan. 6 509.66. Fragment van de hypotheek4 akte van de veiling van het landgoed Linschoten waarbij Gerlachius Ribbius Peletier (1856-1930) voor de koopsom van f. 499.400,- gulden het landgoed Linschoten aankocht. Originele akte is in het notaris archief van notaris Dubois in Het Utrechts Archief niet te vinden. Begin beschrijving van verkoop perceel 1 van het landgoed Linschoten. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 5509 (509), 1891 okt. 13-1892 jan. 6 509.66.


Fragment van de hypotheek4 akte van de veiling van het landgoed Linschoten waarbij Gerlachius Ribbius Peletier (1856-1930) voor de koopsom van f. 499.400,- gulden het landgoed Linschoten aankocht. Originele akte is in het notaris archief van notaris Dubois in Het Utrechts Archief niet te vinden. Begin beschrijving van verkoop perceel 1 van het landgoed Linschoten. Bron: Het Utrechts Archief, 1294, 5512, (512) zie 1294, (509) 66. Fragment van de hypotheek4 akte van de veiling van het landgoed Linschoten waarbij Gerlachius Ribbius Peletier (1856-1930) voor de koopsom van f. 499.400,- gulden het landgoed Linschoten aankocht. Originele akte is in het notaris archief van notaris Dubois in Het Utrechts Archief niet te vinden. Begin beschrijving van verkoop perceel 1 van het landgoed Linschoten. Bron: Het Utrechts Archief, 1294, 5512, (512) zie 1294, (509) 66.


Fragment van de hypotheek4 akte van de veiling van het landgoed Linschoten waarbij Gerlachius Ribbius Peletier (1856-1930) voor de koopsom van f. 499.400,- gulden het landgoed Linschoten aankocht. Originele akte is in het notaris archief van notaris Dubois in Het Utrechts Archief niet te vinden. Begin beschrijving van verkoop perceel 1 van het landgoed Linschoten. Vervolg in het tweede hypotheek4 boek t1294 deel 512.66 kadasterkantoor Amersfoort. Bron: Het Utrechts Archief, 1294, 5509,(509), 1891 okt. 13-1892 jan. 6 509.66. Fragment van de hypotheek4 akte van de veiling van het landgoed Linschoten waarbij Gerlachius Ribbius Peletier (1856-1930) voor de koopsom van f. 499.400,- gulden het landgoed Linschoten aankocht. Originele akte is in het notaris archief van notaris Dubois in Het Utrechts Archief niet te vinden. Begin beschrijving van verkoop perceel 1 van het landgoed Linschoten. Vervolg in het tweede hypotheek4 boek t1294 deel 512.66 kadasterkantoor Amersfoort. Bron: Het Utrechts Archief, 1294, 5509,(509), 1891 okt. 13-1892 jan. 6 509.66.


Fragment van de hypotheek4 akte van de veiling van het landgoed Linschoten waarbij Gerlachius Ribbius Peletier (1856-1930) voor de koopsom van f. 499.400,- gulden het landgoed Linschoten aankocht. Originele akte is in het notaris archief van notaris Dubois in Het Utrechts Archief niet te vinden. Begin beschrijving van verkoop perceel 1 van het landgoed Linschoten. Vervolg in het tweede hypotheek4 boek t1294 deel 512.66 kadasterkantoor Amersfoort. Benoeming van de koopsom door Peletier gekocht. Bron: Het Utrechts Archief, 1294, 5509,(509), 1891 okt. 13-1892 jan. 6 509.66. Fragment van de hypotheek4 akte van de veiling van het landgoed Linschoten waarbij Gerlachius Ribbius Peletier (1856-1930) voor de koopsom van f. 499.400,- gulden het landgoed Linschoten aankocht. Originele akte is in het notaris archief van notaris Dubois in Het Utrechts Archief niet te vinden. Begin beschrijving van verkoop perceel 1 van het landgoed Linschoten. Vervolg in het tweede hypotheek4 boek t1294 deel 512.66 kadasterkantoor Amersfoort. Benoeming van de koopsom door Peletier gekocht. Bron: Het Utrechts Archief, 1294, 5509,(509), 1891 okt. 13-1892 jan. 6 509.66.


Kwitantie van de aankoop van het landgoed Linschoten Gerlachius Ribbius Peletier (1856-1930) voor de koopsom van f. 499.400,- gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 4200 1891 okt.-1892 feb. 06-01-1892. Kwitantie van de aankoop van het landgoed Linschoten Gerlachius Ribbius Peletier (1856-1930) voor de koopsom van f. 499.400,- gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 4200 1891 okt.-1892 feb. 06-01-1892.



Het huis, huis te Linschoten genoemd, is 1638 - 1647 gebouwd door Johan Strick en heeft een bijna vierkant oppervlak van 18 x 20 meter. Het huis is in de loop der eeuwen meermaals verbouwd en gerestaureerd. Het is in bezit geweest van meerdere families.

Aan de voorzijde staan twee torens. Deze sprongen oorspronkelijk uit het ontwerp, maar omdat in 1720 het voorste gedeelte van het huis met een verdieping werd verhoogd, vallen ze nu minder op.
Het huis heeft een neogotische schoorsteenmantel die is ontworpen door Jan David Zocher en een 17e-eeuwse schouw. De bibliotheek heeft een geheime deur die gecamoufleerd is met boekenruggen.

In 1991 werd het Huis te Linschoten voor het eerst geopend voor publiek.


Huis te Linschoten in Linschoten. Olieverf op doek naar een schilderij van Herman Saftleven. Bron: Wikimedia Commons. Huis te Linschoten in Linschoten. Olieverf op doek naar een schilderij van Herman Saftleven. Bron: Wikimedia Commons.



Het Huis te Linschoten ligt in een door landschapsarchitect Jan David Zocher in 1834 heringericht park dat met een buitengracht is omzoomd. Door het parkbos slingert een aangelegd water. Er zijn veel bijzondere planten te vinden, zoals daslook, aronskelk, vogelmelk en wilde hyacinten. Het landgoed is thans in zijn geheel beschermd natuurgebied.

In het zuidelijk gedeelte van het park ligt een kunstmatige heuvel uit 1835 met daarin een ijskelder, waarin 100 ton ijs een jaar kon worden bewaard. Boven in de heuvel is een vulopening gemaakt in het bakstenen gewelf, dat 6 meter diep is en ter isolatie dubbele spouwmuren en een 10 cm dikke deur heeft.

In 1952 werd de 17e-eeuwse duiventoren herbouwd. Postduiven werden vroeger gehouden om mee te nemen op reis, zodat ze berichten konden overbrengen naar het Huis. Ook werd de duif als delicatesse beschouwd. Het houden van duiven was een privilege dat alleen was weggelegd voor de rijken, omdat de duiven veel zaden van de akkers opeten.
Het park bevat een arboretum uit 1920.

Het toegangshek tot het parkbos stamt uit 1725 en heeft siervazen in de Lodewijk XIV-stijl.


De Duiventoren bij landgoed Linschoten. Bron: Wikimedia Commons Kasteelbeer - Eigen werk. De Duiventoren bij landgoed Linschoten. Bron: Wikimedia Commons Kasteelbeer - Eigen werk.



Naast het parkbos bevat het landgoed een aantal monumentale boerderijen, graslanden en bossen ten zuiden van de A12.

Door het landgoed loopt het water van de Lange Linschoten, dat richting Oudewater stroomt. De omgeving is populair bij fietsers en wandelaars.

Tevens onder beheer van het landgoed vallen de Stiftsche Uiterwaarden aan de noordoever van de Waal bij Ophemert.


De IJskelder. Bron: Wikimedia Commons Kasteelbeer - Eigen werk. De IJskelder. Bron: Wikimedia Commons Kasteelbeer - Eigen werk.


  • Achterzijde huis Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) te Linschoten in juli 1972. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: 114.690.
  • Gezicht in het park van het landgoed Huis te Linschoten (Linschoterdijk 21a) te Linschoten; met op de voorgrond een houten sierbruggetje met gietijzeren leuningen over een smalle singel in 1916. Bron: HUA. catalogusnummer: 92752.
  • Interieur van het Huis te Linschoten (Linschoterdijk 21a) te Linschoten: de gemarmerde houten schouw met haardplaat in de zaal voor de restauratie in 1916. Bron: HUA catalogusnummer: 92756.
  • Het inrijkhek van het Linschoten te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) in november 1937. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: 17.922.
  • Spiltrap in het interieur van het huis Linschoten te LInschoten (Noord Linschoterdijk 21a) in maart 1959. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: 56.242.
  • Vooraanzicht van het huis Linschoten te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) in maart 1959. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: 56.240.
  • 44488_1425850156.jpg
  • Schouw in de achterkamer van het Huis Linschoten te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) in maart 1959. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: 56.937.
  • Het inrijkhek van Huis Linschoten te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) in maart 1959. Bron: RCE, beeldbank documentnummer: 56.239.
  • Inrijhek van het landgoed Linschoten te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) in oktober 1966. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: 108.0186.
  • Huis Linschoten exterieur te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) in juli 1972. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: 144.686.
  • Vooraanzicht van het Huis Linschoten te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) in juli 1972. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: 144.687.
  • Voorzijde van het Linschoten te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) in juli 1972. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: 144.688.
  • Zicht op de zij en achtergevel van het huis Linschoten te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) in maart 1959. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: 56.241.
  • Zicht op het voorplein met de bouwhuis op het kasteelterrein van Huis Linschoten te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) in juli 1972. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: 144.689.


  • Afbeelding van de zonnewijzer aan een toren van het Huis te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) te Linschoten in 1982. Bron: HUA, catalogusnummer: 118924.
  • Gezicht op het toegangshek en de oprijlaan van het landgoed Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) te Linschoten in 1916. Bron: HUA, catalogusnummer: 92745.
  • Gezicht in de oprijlaan van het landgoed Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) te Linschoten; met op de achtergrond de voorgevel van het landhuis in 1916. Bron: HUA, catalogusnummer: 92746.
  • Gezicht op de toegangsbrug en de voorgevel van het Huis te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) te Linschoten in 1916. Bron: HUA, catalogusnummer: 92747.
  • Gezicht vanaf de toegangsbrug van het Huis te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) te Linschoten op het gazon in het park in 1916. Bron: HUA, catalogusnummer: 92751.
  • Gezicht op het riviertje de Lange Linschoten te Linschoten; met enkele personen in 1865-1875. Bron: HUA, catalogusnummer: 92890.
  • Gezicht op de linker- en achtergevel van het Huis te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) te Linschoten in 1916. Bron: HUA, catalogusnummer: 92750.
  • Gezicht in het park met gracht van het landgoed Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) te Linschoten; met op de achtergrond de linkergevel van het landhuis in 1916. Bron: HUA, catalogusnummer: 92749.
  • Gezicht op de voorgevel van het Huis te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) te Linschoten in 1916. Bron: HUA, catalogusnummer: 92748.
  • Het inrijhek van de buitenplaats Linschoten te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) in een onbekende periode. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: 139.607.
  • Schouw in het interieur van huis Linschoten te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) in 1916. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: ST-0.079.
  • Overzicht op de oprijlaan van het Huis Linschoten te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) in 1916. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: ST-0.108.
  • Het Huis Linschoten te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) in 1916. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: ST-0.190.
  • Voorzijde van het huis Linschoten te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) in 1916. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: ST-1.708.
  • Luchtfoto van Linschoten, uit het oosten, met op de voorgrond een deel van de wijk Rapijnen en van links naar rechts de M. A. Reinaldaweg. Op de achtergrond het park rond het Huis te Linschoten op 4 mei 1980. Bron: HUA, catalogusnummer: 50122.


  • Gezicht op de voorgevel van het Huis te Linschoten met omringend park (Noord Linschoterdijk 21a) te Linschoten uit het zuidoosten in 1910-1915. Bron: HUA, catalogusnummer: 11400.
  • Huis aan de Haardijk 15-16 onderdeel van het landgoed Linschoten te Linschoten in juli 1972. Bron: RCE, beeldbank, documentnummer: 144.700.
  • Boerderij Virtus Vincit aan de Noord LInschoterdijk 2 te Linschoten in oktober 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.
  • Gezicht op het riviertje de Lange Linschoten en de Noord Linschoterdijk te Linschoten; met op de achtergrond de Graafbrug en de boerderij Virtus Vincit (Noord Linschoterdijk 2) in 1915-1920. Bron: HUA, catalogusnummer: 11376.
  • Gezicht op het kasteel Linschoten te Linschoten in 1900-1910. Bron: HUA, catalogusnummer: 811956.
  • Gezicht op het omgrachte kasteel Linschoten te Linschoten in 1660-1680. Bron: HUA, catalogusnummer: 107390.
  • Gezicht op het kasteel Linschoten te Linschoten in 1900-1910. Bron: HUA, catalogusnummer: 811955.
  • Gezicht op de voorgevel van het Huis te Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) te Linschoten in 1950-1960. De gemeente Linschoten is per 1 januari 1989 bij de gemeente Montfoort gevoegd. Bron: HUA, 92744.


De kasteeltuin van landgoed Linschoten. Bron: Wikimedia Commons. Kasteelbeer - Eigen werk. De kasteeltuin van landgoed Linschoten. Bron: Wikimedia Commons. Kasteelbeer - Eigen werk.


Het koetshuis van landgoed Linschoten. Bron: Wikimedia Commons Kasteelbeer - Eigen werk. Het koetshuis van landgoed Linschoten. Bron: Wikimedia Commons Kasteelbeer - Eigen werk.


Parkaanleg en opritlaan. Bron: Wikimedia Commons Kasteelbeer - Eigen werk. Parkaanleg en opritlaan. Bron: Wikimedia Commons Kasteelbeer - Eigen werk.


      

Portret van Henirich Alexander von Arnim (1798-1861), echtgenote Elisabeth (Betty) Strick van Linschoten (1800-1846). Portret van Henirich Alexander von Arnim (1798-1861), echtgenote Elisabeth (Betty) Strick van Linschoten (1800-1846).


Portret van Elisabeth (Betty) Strick van Linschoten, echtgenoot Henirich Alexander von Arnim (1798-1861). Portret van Elisabeth (Betty) Strick van Linschoten, echtgenoot Henirich Alexander von Arnim (1798-1861).


Portret van Paulus Hubert Adriaan Strick van Linschoten (1769-1819), Heer van Linschoten, echtgenoot van Charlotte Ernestine Wilhelmine von Hoffstedt (1767-1837). Zoon	 Adriaan Strick van Linschoten (1727-1772) en Elisabeth Buys (1743-1821). Kleinzoon van Johan Hendrik Strick van Linschoten (1687-1759). Bron: Wikimedia Commons. Portret van Paulus Hubert Adriaan Strick van Linschoten (1769-1819), Heer van Linschoten, echtgenoot van Charlotte Ernestine Wilhelmine von Hoffstedt (1767-1837). Zoon Adriaan Strick van Linschoten (1727-1772) en Elisabeth Buys (1743-1821). Kleinzoon van Johan Hendrik Strick van Linschoten (1687-1759). Bron: Wikimedia Commons.


Portret van C. E. W. Strick van Linschoten geb. Von Hoffstädt (1767-1817). Echtgenote van Paulus Hubert Adriaan Strick van Linschoten (1769-1819). Portret van C. E. W. Strick van Linschoten geb. Von Hoffstädt (1767-1817). Echtgenote van Paulus Hubert Adriaan Strick van Linschoten (1769-1819).


Portret van Else von Arnim, dochter van Betty Strick van Linschoten en Heinrich Alexander von Arnim. Echtegnote van Friederich Wilhelm von dem Bussche Ippenburg. Hij was de laaste eigenaar van het landgoed Linschoten tot 1891. Portret van Else von Arnim, dochter van Betty Strick van Linschoten en Heinrich Alexander von Arnim. Echtegnote van Friederich Wilhelm von dem Bussche Ippenburg. Hij was de laaste eigenaar van het landgoed Linschoten tot 1891.


Portret van Friederich Wilhelm von dem Buscche Ippenburg schoonzoon van Betty Strick van Linschoten en Heinrich Alexander von Arnim. Echtgenoot van Else von Armin. Hij was de laatste eigenaar van het landgoed Linschoten tot 1891. Friederich Wilhelm von dem Buscche Ippenburg Portret van Friederich Wilhelm von dem Buscche Ippenburg schoonzoon van Betty Strick van Linschoten en Heinrich Alexander von Arnim. Echtgenoot van Else von Armin. Hij was de laatste eigenaar van het landgoed Linschoten tot 1891. Friederich Wilhelm von dem Buscche Ippenburg


Portret van Else von Arnim, dochter van Betty Strick van Linschoten en Heinrich Alexander von Arnim. Echtgenote van Friederich Wilhelm von dem Bussche Ippenburg. Portret op latere leeftijd. Portret van Else von Arnim, dochter van Betty Strick van Linschoten en Heinrich Alexander von Arnim. Echtgenote van Friederich Wilhelm von dem Bussche Ippenburg. Portret op latere leeftijd.


Portret van Heinrich Alexander von Arnim. Echtegenoot van Betty Strick van :Linschoten. Portret van Heinrich Alexander von Arnim. Echtegenoot van Betty Strick van :Linschoten.


        

Akten van belening door de Staten van Utrecht van Jan Hendrik Strick van Linschoten, respectievelijk Paulus H.A.J. Strick van Linschoten met de heerlijkheid Schagen en Den Engh op 13 november 1756. Bron: Het Utrechts Archief, 84, 9. Akten van belening door de Staten van Utrecht van Jan Hendrik Strick van Linschoten, respectievelijk Paulus H.A.J. Strick van Linschoten met de heerlijkheid Schagen en Den Engh op 13 november 1756. Bron: Het Utrechts Archief, 84, 9.


Akten van belening op 25 mei 1772 door de proost van Oudmunster van Jan Hendrik Strick van Linschoten, respectievelijk Paulus H.A.J. Strick van Linschoten met de heerlijkheid Schagen en Den Engh. Bron: Het Utrechts Archief, 84 7. Akten van belening op 25 mei 1772 door de proost van Oudmunster van Jan Hendrik Strick van Linschoten, respectievelijk Paulus H.A.J. Strick van Linschoten met de heerlijkheid Schagen en Den Engh. Bron: Het Utrechts Archief, 84 7.


Stukken over de verkoop en overdracht door het kapittel van Oudmunster te Utrecht aan Johan Strick van de heerlijkheid Linschoten, het patronaatsrecht van de kerk en 3 morgen land in de Hoge Polder op 11 november 1633. Bron: Het Utrechts Archief, 84 2. Stukken over de verkoop en overdracht door het kapittel van Oudmunster te Utrecht aan Johan Strick van de heerlijkheid Linschoten, het patronaatsrecht van de kerk en 3 morgen land in de Hoge Polder op 11 november 1633. Bron: Het Utrechts Archief, 84 2.


Fragment betreffende de verkoop en overdracht door het kapittel van Oudmunster te Utrecht aan Johan Strick van de heerlijkheid Linschoten, het patronaatsrecht van de kerk en 3 morgen land in de Hoge Polder, 1633-1634/ Bron: Het Utrechts Archiepf, 84 3 1633 nov. 11 1-3. Fragment betreffende de verkoop en overdracht door het kapittel van Oudmunster te Utrecht aan Johan Strick van de heerlijkheid Linschoten, het patronaatsrecht van de kerk en 3 morgen land in de Hoge Polder, 1633-1634/ Bron: Het Utrechts Archiepf, 84 3 1633 nov. 11 1-3.


Akten van belening door de proost van Oudmunster van Jan Hendrik Strick van Linschoten, respectievelijk Paulus H.A.J. Strick van Linschoten met de heerlijkheid Schagen en Den Engh, 1756-1772. Bron: Het Utrechts Archief, 84 6 1756 okt. 21 5-7. Akten van belening door de proost van Oudmunster van Jan Hendrik Strick van Linschoten, respectievelijk Paulus H.A.J. Strick van Linschoten met de heerlijkheid Schagen en Den Engh, 1756-1772. Bron: Het Utrechts Archief, 84 6 1756 okt. 21 5-7.


Stukken betreffende de verkoop door Johan de Witt jr. aan Jan Hendrik Strick van Linschoten van de heerlijkheden Lange Linschoten, Hekendorp, Snelrewaard en IJsselvere in de periode 1723-1725. Bron; Het Utrechts Archief, 84, 249. Stukken betreffende de verkoop door Johan de Witt jr. aan Jan Hendrik Strick van Linschoten van de heerlijkheden Lange Linschoten, Hekendorp, Snelrewaard en IJsselvere in de periode 1723-1725. Bron; Het Utrechts Archief, 84, 249.


        

Luchtfoto gezien vanuit het zuiden op de buitenplaats Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) met beneden en rechts de Lange Linschoten. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto gezien vanuit het zuiden op de buitenplaats Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) met beneden en rechts de Lange Linschoten. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..


Luchtfoto gezien vanuit het noorden op de buitenplaats Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) met links de Lange Linschoten. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto gezien vanuit het noorden op de buitenplaats Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) met links de Lange Linschoten. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..


Luchtfoto gezien vanuit het noordwesten op de buitenplaats Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a). Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto gezien vanuit het noordwesten op de buitenplaats Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a). Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..


Luchtfoto gezien vanuit het noordoosten op de buitenplaats Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) met links de Lange Linschoten. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto gezien vanuit het noordoosten op de buitenplaats Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) met links de Lange Linschoten. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..


Luchtfoto gezien vanuit het oosten op de buitenplaats Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) met beneden en links de Lange Linschoten. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto gezien vanuit het oosten op de buitenplaats Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a) met beneden en links de Lange Linschoten. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..


Luchtfoto gezien vanuit het westen op de buitenplaats Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a). Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto gezien vanuit het westen op de buitenplaats Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a). Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..


Luchtfoto gezien vanuit het zuiden op de buitenplaats Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a). Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto gezien vanuit het zuiden op de buitenplaats Linschoten (Noord Linschoterdijk 21a). Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Huize Arenberg, Utrechtseweg te De Bilt

Gezicht op het huis Arenberg te De Bilt met een gedeelte van de omringende tuin in 1828-1829. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 20107. Gezicht op het huis Arenberg te De Bilt met een gedeelte van de omringende tuin in 1828-1829. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 20107.



De betekenis van de naam van de BUITENPLAATS Arenberg kom vermoedelijk van het woord 'aar' dat het bovenste deel van een stengel van gras of graan met bloemetjes of zaden is.

Dus dan zou de betekenis van de naam Arenberg: 'grasberg' of 'grasheuvel' betekenen.

Het huis stond aan de noordzijde van de Utrechtseweg, ter hoogte van de huisnummer 322 en 324 in De Bilt.

De oudste vermelding van de naam Arenberg dateert van 1689.


Luchtfoto gezien vanuit het zuiden met de villawijk 'Park Arenberg' in 2016. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto gezien vanuit het zuiden met de villawijk 'Park Arenberg' in 2016. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Het stuk grond, dat later de naam Arenberg draagt, komen we in 1587 al tegen, als het in bezit is van Van Ravenswaaij. In 1605 komt het (via een erfenis?) in bezit van Michiel Gerritsz Sem..

In 1610 neemt hij een hypotheek van ƒ. 500,- op Arenberg en dan is er al sprake van een 'groot huis'. Negen jaar later, in 1619 verkoopt hij het huis 'met turfhuys' aan Arnoud van Aeswijn, heer van Ruwiel en Portengen.


Kadasterkaart uit 1832 met in geel gearceerd de gronden van het Arenberg in bezit van jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten aan de Utrechtseweg in De Bilt. Bron: HISGIS Utrecht. Kadasterkaart uit 1832 met in geel gearceerd de gronden van het Arenberg in bezit van jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten aan de Utrechtseweg in De Bilt. Bron: HISGIS Utrecht.



In het Rijksarchief van Utrecht komen we een opmeting tegen van Arenberg uit 1651. Waarvoor deze opmeting is uitgevoerd is mij (KBR) niet duidelijk. In 1664 komen we dan Arenberg weer tegen als onderdeel van de failliete boedel van Cornelis van Deuverden Fransz. Arenberg wordt dan aangekocht door de weduwe Nicola Both, maar een jaar later verkoopt ze het huis al weer en wel aan Theodorus van den Parre, heer van der Aa.


Straatnaambord 'Park Arenberg' met bovenaan een waarschuwingsbord 'let op overstekend egels'. Foto in februari 2022, Sander van Scherpenzeel. Straatnaambord 'Park Arenberg' met bovenaan een waarschuwingsbord 'let op overstekend egels'. Foto in februari 2022, Sander van Scherpenzeel.



Twee jaar later wordt Louis Arskine eigenaar, die colonel ten dienste van de Vereenigde Nederlanden is. Na zijn dood verkoopt zijn weduwe Wilhelmina Egmond het huis Arenberg in 1676 aan Jhr. Nicolaas Vivien, heer van Mullier.

Daarna gaat het huis meerdere keren in andere handen over, tot het in 1731 gekocht wordt door Jan van Wickevoort Crommelin. Jan is kanunnik van het kapittel van St. Pieter te Utrecht en woont op Arenberg tot zijn dood op 13 juni 1740.


Op vrijdag 30 mei 1823 kocht jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten het huis de Arenberg ten overstaan va de Utrechtse notaris Theodorus Koppen voor een bedrag van f. 24.000-, gulden van Henrietta Hermina van den Heuvel, echtgenote van Jacob Adriaan van den Heuvel. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2091, 1823, aktenummer: 2461. Op vrijdag 30 mei 1823 kocht jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten het huis de Arenberg ten overstaan va de Utrechtse notaris Theodorus Koppen voor een bedrag van f. 24.000-, gulden van Henrietta Hermina van den Heuvel, echtgenote van Jacob Adriaan van den Heuvel. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2091, 1823, aktenummer: 2461.



Daarna wordt het meerdere keren verkocht. Noemenswaardig is verder Theodoor Muller Massis, die het huis via een publieke veiling in 1855 koopt. Twee jaar later laat hij een deel van het huis afbreken en door middel van nieuwbouw aanzienlijk vergroten. Tot 1889 blijft hij eigenaar. In 1895 wordt Mr. Willem Herman Johan Royaards eigenaar, die het huis in 1896 en 1897 nog eens laat vergroten. Ten slotte wordt het huis in 1928 afgebroken om plaats te maken voor een nieuwe woonwijk.


Gezicht op de voorzijde van het huis Arenberg aan de Utrechtseweg te De Bilt uit het oosten 1895-1900. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 817. Gezicht op de voorzijde van het huis Arenberg aan de Utrechtseweg te De Bilt uit het oosten 1895-1900. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 817.



De enige herinnering aan deze buitenplaats is de naam 'Park Arenberg'. In deze woonwijk vinden we een vijver, die echter niet tot Arenberg behoorde, maar tot Vrijheidslust. Bij Arenberg hoorde een ijskelder, die tot 1930 als een begroeide heuvel zichtbaar bleef.

In 1850 werden er graafwerkzaamheden uitgevoerd en men stuitte toen op een vloer (met een paar lagen opgaand metselwerk) en de toegang tot het huis. De grachten en vijvers, die tot Arenberg behoorden, zijn alle gedempt.


Op vrijdag 30 mei 1823 kocht jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten het huis de Arenberg ten overstaan va de Utrechtse notaris Theodorus Koppen voor een bedrag van f. 24.000-, gulden van Henrietta Hermina van den Heuvel, echtgenote van Jacob Adriaan van den Heuvel. Handtekening notaris(klerk) en Diderik Strick. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2091, 1823, aktenummer: 2461. Op vrijdag 30 mei 1823 kocht jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten het huis de Arenberg ten overstaan va de Utrechtse notaris Theodorus Koppen voor een bedrag van f. 24.000-, gulden van Henrietta Hermina van den Heuvel, echtgenote van Jacob Adriaan van den Heuvel. Handtekening notaris(klerk) en Diderik Strick. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 2091, 1823, aktenummer: 2461.



Jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten was de oudste zoon van Jhr. Jan Balthazar Strick van Linschoten. Zijn jongere halfbroer Jan Carel Wendel Strick van Linschoten erfde in zijn nadeel bij het overlijden van der Jan Balthazar Strick veel meer goederen.

Diderik kocht de landgoed de Arenberg in De Bilt aan om aan de oostkant van de stad te wonen in de buurt van zijn ambachtsheerlijkheden Abstede en Wittevrouwen die onderdeel uitmaakte als de stadsbuitengerechten van de stad Utrecht.


Verkoop advertentie van de verkoop van de vast- en onroerende goederen van jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten en dochter Taets van Amerongen uit 1854. Bron: Delpher.nl. Verkoop advertentie van de verkoop van de vast- en onroerende goederen van jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten en dochter Taets van Amerongen uit 1854. Bron: Delpher.nl.


Aankondigingsbiljet tot verkoop van de Buitenplaats de Arenberg tot de veiling van zaterdag 22 september van het jaar 1855. Bron: Het Utrechts Archief, 32. Aankondigingsbiljet tot verkoop van de Buitenplaats de Arenberg tot de veiling van zaterdag 22 september van het jaar 1855. Bron: Het Utrechts Archief, 32.



Het huis kwam in 1922 in het bezit van de Exploitatie Mij NV De Nieuwe Weg, gevestigd te Utrecht. In 1928 werd het huis afgebroken. Er werd een woonwijk gerealiseerd die de naam Park Arenberg kreeg. Wel rest nog de in 1832 gebouwde duiventoren, die te vinden is in het Van Boetzelaerpark.


Gezicht op enkele woonblokken in het park Arenberg te De Bilt uit het noorden in 1935-1940. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 8318 Gezicht op enkele woonblokken in het park Arenberg te De Bilt uit het noorden in 1935-1940. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 8318



Bronnen: historischekringdebilt.nl en J.W.H. Meijer, Kleine Historie van de Bilt en Bilthoven, Uitg. Reinders, Bunnik, 1995.


Op maandag 5 december 1831 verhuurde jhr. Diederik Willem Jacob Strick van Linschoten landbouwgrond wat bij zijn huis de Arenberg te De Bilt behoorde aan landbouwer Willem Kouwenhoven, wonende te Maartensdijk of Oostveen. Verhuurd werd gesloten ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4. Op maandag 5 december 1831 verhuurde jhr. Diederik Willem Jacob Strick van Linschoten landbouwgrond wat bij zijn huis de Arenberg te De Bilt behoorde aan landbouwer Willem Kouwenhoven, wonende te Maartensdijk of Oostveen. Verhuurd werd gesloten ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4.



Bewoners van het huis de Arenberg

Buitenplaats de Arenberg, afgebeeld op een prentbriefkaart uit de periode 1910-1920. Bron: Historische Kring De Bilt, d'Oude School, Ellen Drees. Buitenplaats de Arenberg, afgebeeld op een prentbriefkaart uit de periode 1910-1920. Bron: Historische Kring De Bilt, d'Oude School, Ellen Drees.


      

Verkoopbrochure (fragment) van het buitengoed ,,Arenberg” te De Bilt ten overstaan van notarissen Droogleever en Onnen te Utrecht op 22 april 1921. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022, 369. Verkoopbrochure (fragment) van het buitengoed ,,Arenberg” te De Bilt ten overstaan van notarissen Droogleever en Onnen te Utrecht op 22 april 1921. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022, 369.


Bezitting ingetekend van hofsteden die bij de buitenplaats de Arenberg behoorde in de negentiende eeuw van jhr. Diderik Strick van Linschoten. Bron: HUA, 32. Bezitting ingetekend van hofsteden die bij de buitenplaats de Arenberg behoorde in de negentiende eeuw van jhr. Diderik Strick van Linschoten. Bron: HUA, 32.


Verkoopbrochure (fragment) van het buitengoed ,,Arenberg” te De Bilt ten overstaan van notarissen Droogleever en Onnen te Utrecht op 22 april 1921. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022, 369. Verkoopbrochure (fragment) van het buitengoed ,,Arenberg” te De Bilt ten overstaan van notarissen Droogleever en Onnen te Utrecht op 22 april 1921. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022, 369.


Verkoopbrochure (fragment) van het buitengoed ,,Arenberg” te De Bilt ten overstaan van notarissen Droogleever en Onnen te Utrecht op 22 april 1921. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022, 369. Verkoopbrochure (fragment) van het buitengoed ,,Arenberg” te De Bilt ten overstaan van notarissen Droogleever en Onnen te Utrecht op 22 april 1921. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022, 369.


         

Portret van Sebilla Antoinetta van Renesse van Wilp (1777-1830). Echtgenote van jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten (1776-1854) gehuwd in 1801. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van Sebilla Antoinetta van Renesse van Wilp (1777-1830). Echtgenote van jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten (1776-1854) gehuwd in 1801. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


Portret van jkvr. Cornelia Sara Wilhelmina Antoinette Strick van Linschoten-Taets van Amerongen (1806-1855). Dochter van Sebilla Antoinetta van Renesse van Wilp (1777-1830) en jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten (1776-1854). Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van jkvr. Cornelia Sara Wilhelmina Antoinette Strick van Linschoten-Taets van Amerongen (1806-1855). Dochter van Sebilla Antoinetta van Renesse van Wilp (1777-1830) en jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten (1776-1854). Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


      

Luchtfoto van de gemeente De Bilt met de villawijk Park Arenberg in 2016 gezien vanuit het westen met rechtsboven de Utrechtseweg. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto van de gemeente De Bilt met de villawijk Park Arenberg in 2016 gezien vanuit het westen met rechtsboven de Utrechtseweg. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..


             


Periode

Naam

1.

circa. 1587

Van Ravenswaaij

2.

1605 - 1619

Michiel Gerritsz Sem

3.

1619

Arnoud van Aelwijn, heer van Ruwiel en Portengen

4.

.... - 1664

Cornelis van Deuverden Fransz.

5.

1664 - 1665

Nicola Both

6.

1665 - 1667

Theodorus van den Parre, heer van der Aa

7.

1667

Louis Arskine

8.

.... - 1676

Wilhelmina Egmond, weduwe van Louis Arskine

9.

1676 - 1689

Jhr. Nicolaas Vivien, heer van Mullier

10.

1689 - 1709


Anna Helena Gerards (vererving, nicht van voorgaande)

11.

1709 - 1731

Michiel Jan Ram

12.

1731 - ....

Johan Wittert (vererving)

13.

1731 - ....

Cornelis Wittert

14.

1731 - 1740

Jan van Wickevoort Crommelin

15.

1740 - 1741

Elisabeth Pannebakkers, weduwe van voorgaande

16.

1741 - 1766

Catharina de Wilde

17.

1766 - ....

Jacob Adriaan van den Heuvel

18.

.... - 1823

Henrietta Hermina van den Heuvel

19.

1823 - 1855

Jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten

20.

1855 - 1889

Theodoor Muller Massis

21.

1889 - ....

Dr. Karel Ferdinand Gustaaf van Woerden

22.

1889 - 1895

Johan Petrus Wieling

23.

1895 - 1907

Mr. Willem Herman Johan Royaards

24.

1907 - 1922

Jhr. Mr. Christiaan Matthias Reinier Radermacher Schorer

25.

1922 - 1925

Exploitatie Mij NV De Nieuwe Weg

        

Inschreven burgers op het buitenplaatsterrein van de Arenberg in de periode 1850-1860 in huisnr. 100b, later nr. 108 Jonkheer Daniel (Diderik) Willem Jacob Strick van Linschoten (1775, Rhijnauwen, Johannes Kraayenbrink (20 juni 1828, Velp), Johanna Timmerman (1814, Zeist), Geradina Hendrika Kraayenbrink (13 november 1855, De Bilt), Johanna Kraayenbrink (6 mei 1860, De Bilt). Bron: Regionaal Historisch Centrum Vecht en Venen. Inschreven burgers op het buitenplaatsterrein van de Arenberg in de periode 1850-1860 in huisnr. 100b, later nr. 108 Jonkheer Daniel (Diderik) Willem Jacob Strick van Linschoten (1775, Rhijnauwen, Johannes Kraayenbrink (20 juni 1828, Velp), Johanna Timmerman (1814, Zeist), Geradina Hendrika Kraayenbrink (13 november 1855, De Bilt), Johanna Kraayenbrink (6 mei 1860, De Bilt). Bron: Regionaal Historisch Centrum Vecht en Venen.


Luchtfoto van de gemeente De Bilt met Park Arenberg i 2016 vanuit het oosten gezien. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto van de gemeente De Bilt met Park Arenberg i 2016 vanuit het oosten gezien. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..


Inschreven burgers op het buitenplaatsterrein van de Arenberg in de periode 1850-1860 in huisnr. 97, later nr. 106 Jacob Marinus van Eck (15 december 1807, Nieuwekerk aan de IJssel), Maria van Syll (1801, Rhenen), Johannes Schimmel (1822, Ede), Johanna Margaretha Scholten (1818, Utrecht), Albert Marten Schimmel, (17 februari 1855, De Bilt), jhr. Willem Strick van Linschoten (11 november 1824, Rhijnauwen), Dido Cecilia Agatha Delbeek (1832, Utrecht), jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten (12 april 1858, De Bilt),Sophia Letski (3 juni 1858), jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten (11 juni 1859), Elisabeth van der Beek, G.H. Tilleman (1784, Amsterdam). Bron: Regionaal Historisch Centrum Vecht en Venen, 1202, 112, 113. Inschreven burgers op het buitenplaatsterrein van de Arenberg in de periode 1850-1860 in huisnr. 97, later nr. 106 Jacob Marinus van Eck (15 december 1807, Nieuwekerk aan de IJssel), Maria van Syll (1801, Rhenen), Johannes Schimmel (1822, Ede), Johanna Margaretha Scholten (1818, Utrecht), Albert Marten Schimmel, (17 februari 1855, De Bilt), jhr. Willem Strick van Linschoten (11 november 1824, Rhijnauwen), Dido Cecilia Agatha Delbeek (1832, Utrecht), jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten (12 april 1858, De Bilt),Sophia Letski (3 juni 1858), jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten (11 juni 1859), Elisabeth van der Beek, G.H. Tilleman (1784, Amsterdam). Bron: Regionaal Historisch Centrum Vecht en Venen, 1202, 112, 113.


Luchtfoto van gemeente De Bilt van Park Arenberg vanuit het noordwesten gezien. Foto: Slagboom en Peeters luchtfotografie B.V.. Luchtfoto van gemeente De Bilt van Park Arenberg vanuit het noordwesten gezien. Foto: Slagboom en Peeters luchtfotografie B.V..


Inschreven burgers op het buitenplaatsterrein van de Arenberg in de periode 1850-1860 in huisnr. 100, later nr. 107 Cornelia Saca Wilhemina Antionette Taets van Ameromgen (1806, Utrecht), Joost Theodoor Taets van Amerongen ( 1832, Maartensdijk), Arnoud Gerard Joost Teats van Amerongen (1838, Maartensdijk), Saca Antionnette Sillia Teats van Amerongen (31 juni 1823, de Bilt), Henrietta Dorethea Arnoudina Teats van Amerongen (16 mei 1829, De Bilt), Maria Agatha Geradina Teats van Amerongen (13 augustus 1830), Tamina Carolina Maria Felicie Taets van Amerongen Geboren 29 december 1836, Maartensdijk), Eleonore Taets van Amerongen (1881, Utrecht), Theodoor Muller Marris (september 1810, Kampen), Catharina Maria Justina van Dam (oktober 1804, Leiden), Dirk Gerard Willem Mulbrecht (25 januari 1839, Leiden), IJsbrand Dirk Mulbrecht ( 2 januari 1846, Leiden), Elisabeth Adriana Lucia Mulbrecht (27 februari 1848, Leiden), Catharina Marina Theodora Mulbrecht ( 2 maart 1844, Leiden). Bron: Regionaal Historisch Centrum Vecht en Venen 1202, 112, 113. Inschreven burgers op het buitenplaatsterrein van de Arenberg in de periode 1850-1860 in huisnr. 100, later nr. 107 Cornelia Saca Wilhemina Antionette Taets van Ameromgen (1806, Utrecht), Joost Theodoor Taets van Amerongen ( 1832, Maartensdijk), Arnoud Gerard Joost Teats van Amerongen (1838, Maartensdijk), Saca Antionnette Sillia Teats van Amerongen (31 juni 1823, de Bilt), Henrietta Dorethea Arnoudina Teats van Amerongen (16 mei 1829, De Bilt), Maria Agatha Geradina Teats van Amerongen (13 augustus 1830), Tamina Carolina Maria Felicie Taets van Amerongen Geboren 29 december 1836, Maartensdijk), Eleonore Taets van Amerongen (1881, Utrecht), Theodoor Muller Marris (september 1810, Kampen), Catharina Maria Justina van Dam (oktober 1804, Leiden), Dirk Gerard Willem Mulbrecht (25 januari 1839, Leiden), IJsbrand Dirk Mulbrecht ( 2 januari 1846, Leiden), Elisabeth Adriana Lucia Mulbrecht (27 februari 1848, Leiden), Catharina Marina Theodora Mulbrecht ( 2 maart 1844, Leiden). Bron: Regionaal Historisch Centrum Vecht en Venen 1202, 112, 113.


   

Op zaterdag 22 september 1855 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de buitenplaats de Arenberg in De Bilt plaats door de familieleden Taets van Amerongen nadat een jaar eerder vader jhr. Diderik Jacob Willem Strick van Linschoten was overleden in maart 1854. Hierbij de ondertekende machtiging door dochter Cornelia Sara Wilhelmina Antoinetta Strick van Linschoten voor de verkoop van de buitenplaats de Arenberg. Begin van de vaststellingsakte voor verkoop. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3467 1855 aug.-1855 okt. za. 22-09-1855. Op zaterdag 22 september 1855 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de buitenplaats de Arenberg in De Bilt plaats door de familieleden Taets van Amerongen nadat een jaar eerder vader jhr. Diderik Jacob Willem Strick van Linschoten was overleden in maart 1854. Hierbij de ondertekende machtiging door dochter Cornelia Sara Wilhelmina Antoinetta Strick van Linschoten voor de verkoop van de buitenplaats de Arenberg. Begin van de vaststellingsakte voor verkoop. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3467 1855 aug.-1855 okt. za. 22-09-1855.


Op zaterdag 22 september 1855 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de buitenplaats de Arenberg in De Bilt plaats door de familieleden Taets van Amerongen nadat een jaar eerder vader jhr. Diderik Jacob Willem Strick van Linschoten was overleden in maart 1854. Hierbij de ondertekende machtiging door dochter Cornelia Sara Wilhelmina Antoinetta Strick van LInschoten voor de verkoop van de buitenplaats de Arenberg. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3467 1855 aug.-1855 okt. za. 22-09-1855. Op zaterdag 22 september 1855 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de buitenplaats de Arenberg in De Bilt plaats door de familieleden Taets van Amerongen nadat een jaar eerder vader jhr. Diderik Jacob Willem Strick van Linschoten was overleden in maart 1854. Hierbij de ondertekende machtiging door dochter Cornelia Sara Wilhelmina Antoinetta Strick van LInschoten voor de verkoop van de buitenplaats de Arenberg. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3467 1855 aug.-1855 okt. za. 22-09-1855.


Straatnaambord 'Park Arenberg' bij het kruispunt met de Utrechtseweg in februari 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. Straatnaambord 'Park Arenberg' bij het kruispunt met de Utrechtseweg in februari 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Op zaterdag 22 september 1855 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de buitenplaats de Arenberg in De Bilt plaats door de familieleden Taets van Amerongen nadat een jaar eerder vader jhr. Diderik Jacob Willem Strick van Linschoten was overleden in maart 1854. Ondertekening onder de verkoopakte door J.A.J. Taets van Amerongen, H.D.A. Taets van Amerongen, MA.G.R. Taets van Amerongen, Z. Terlingen en A.H. van der Poel. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3467 1855 aug.-1855 okt. za. 22-09-1855. Op zaterdag 22 september 1855 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de buitenplaats de Arenberg in De Bilt plaats door de familieleden Taets van Amerongen nadat een jaar eerder vader jhr. Diderik Jacob Willem Strick van Linschoten was overleden in maart 1854. Ondertekening onder de verkoopakte door J.A.J. Taets van Amerongen, H.D.A. Taets van Amerongen, MA.G.R. Taets van Amerongen, Z. Terlingen en A.H. van der Poel. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3467 1855 aug.-1855 okt. za. 22-09-1855.


Op zaterdag 22 september 1855 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de buitenplaats de Arenberg in De Bilt plaats door de familieleden Taets van Amerongen nadat een jaar eerder vader jhr. Diderik Jacob Willem Strick van Linschoten was overleden in maart 1854. Beschrijving van het eerste perceel van de buitenplaats de Arenberg. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3467 1855 aug.-1855 okt. za. 22-09-1855. Op zaterdag 22 september 1855 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de buitenplaats de Arenberg in De Bilt plaats door de familieleden Taets van Amerongen nadat een jaar eerder vader jhr. Diderik Jacob Willem Strick van Linschoten was overleden in maart 1854. Beschrijving van het eerste perceel van de buitenplaats de Arenberg. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3467 1855 aug.-1855 okt. za. 22-09-1855.


Op zaterdag 22 september 1855 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de buitenplaats de Arenberg in De Bilt plaats door de familieleden Taets van Amerongen nadat een jaar eerder vader jhr. Diderik Jacob Willem Strick van Linschoten was overleden in maart 1854. Bieding op de buitenplaats door de Utrechtse notaris Borret voor een bedrag van f. 27.000-, gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3467 1855 aug.-1855 okt. za. 22-09-1855. Op zaterdag 22 september 1855 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de buitenplaats de Arenberg in De Bilt plaats door de familieleden Taets van Amerongen nadat een jaar eerder vader jhr. Diderik Jacob Willem Strick van Linschoten was overleden in maart 1854. Bieding op de buitenplaats door de Utrechtse notaris Borret voor een bedrag van f. 27.000-, gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3467 1855 aug.-1855 okt. za. 22-09-1855.


Op zaterdag 22 september 1855 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de buitenplaats de Arenberg in De Bilt plaats door de familieleden Taets van Amerongen nadat een jaar eerder vader jhr. Diderik Jacob Willem Strick van Linschoten was overleden in maart 1854. Einde ondertekening van akte door familieleden Taets van Amerongen. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3467 1855 aug.-1855 okt. za. 22-09-1855. Op zaterdag 22 september 1855 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de buitenplaats de Arenberg in De Bilt plaats door de familieleden Taets van Amerongen nadat een jaar eerder vader jhr. Diderik Jacob Willem Strick van Linschoten was overleden in maart 1854. Einde ondertekening van akte door familieleden Taets van Amerongen. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3467 1855 aug.-1855 okt. za. 22-09-1855.


           

Duiventoren, bij Kerklaan nr.40 - De Bilt in augustus 1968. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed te Amersfoort, beeldbank - Wikimedia Commons. Duiventoren, bij Kerklaan nr.40 - De Bilt in augustus 1968. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed te Amersfoort, beeldbank - Wikimedia Commons.



Aan de Kerklaan in De Bilt staat een huis voor duiven. Volgens de gedenksteen van de toren, die bij toeval in een sloot is gevonden, is hij in 1832 neergezet door jonkheer D.W.J. Strick van Linschoten, die van 1823 tot 1854 de bewoner was van het landgoed Arenberg. Toen het landgoed na zijn dood werd opgesplitst, werd de duiventil met de grond waarop hij stond bij het landgoed Sandwijck gevoegd. Die grond werd een onderdeel van het Dr. Carel van Boetzelaerpark.


De steenlegging door jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten in de duiventoren in 1832. Bron: Vrienden van het Van Boetzelaerpark. De steenlegging door jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten in de duiventoren in 1832. Bron: Vrienden van het Van Boetzelaerpark.



Technisch is het gebouwtje een duiventil en geen duiventoren omdat hij op poten staat en niet massief is tot aan de grond. Dat deed men omdat duiven niet alleen werden gefokt als postduif en voor de consumptie, maar ook voor de mest. Als de onderkant open was, kon men die mest makkelijk op een kar vegen.


Gezicht op de duiventil in het Van Boetzelaerpark aan de Kerklaan te De Bilt, oorspronkelijk de overtuin van het huis Sandwijck (Utrechtseweg 305) met het rechts de duiventoren van jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten. Naar een tekening van Chris Schut. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 206522. Gezicht op de duiventil in het Van Boetzelaerpark aan de Kerklaan te De Bilt, oorspronkelijk de overtuin van het huis Sandwijck (Utrechtseweg 305) met het rechts de duiventoren van jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten. Naar een tekening van Chris Schut. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 206522.



Niet iedereen mocht vroeger een duiventuil of een duiventoren bezitten. In de middeleeuwen was dat een van de heerlijke rechten van de adel en de geestelijkheid; later mochten ook burgers een duiventoren hebben als ze voldoende grond bezaten. Daardoor werd het bezit van een duivenhuis een statussymbool. In de negentiende eeuw was toestemming van de koning vereist en moest men voor het recht betalen.


Duiventoren, bij Kerklaan nr.40 - De Bilt in augustus 1968. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed te Amersfoort, beeldbank - Wikimedia Commons. Duiventoren, bij Kerklaan nr.40 - De Bilt in augustus 1968. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed te Amersfoort, beeldbank - Wikimedia Commons.



Literatuur:
S. Broekhoven en S. Barends, De Bilt, Geschiedenis en architectuur, Zeist 1995 p. 190-192.

Bron: Online Museum De Bilt DE DUIVENTOREN IN HET VAN BOETZELAERPARK


Gezicht op de duiventil bij de boerderij aan de Kerklaan te De Bilt. Ooit behorende bij het landgoed de Arenberg te De Bilt in 1947-1950. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92257. Gezicht op de duiventil bij de boerderij aan de Kerklaan te De Bilt. Ooit behorende bij het landgoed de Arenberg te De Bilt in 1947-1950. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92257.



Land aan de IJsselveld over de vaart aan de
Mastwijkerdijk in Linschoten

Kadastrale kaart uit 1832 van de omgeving van de gemeente Montfoort en Linschoten de drie percelen (in geel gearceerd) ten noorden van Montfoort waren in het bezit van Jan Balthasar Strick van Linschoten en oudste zoon Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten. Bron: HISGIS Utrecht. Kadastrale kaart uit 1832 van de omgeving van de gemeente Montfoort en Linschoten de drie percelen (in geel gearceerd) ten noorden van Montfoort waren in het bezit van Jan Balthasar Strick van Linschoten en oudste zoon Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten. Bron: HISGIS Utrecht.



Diverse landerijen in de ontginning IJsselveld aan de Vaart in Linschoten waren in de loop van de 18e eeuw in bezit gekomen van familie Strick van Linschoten (Rhijnawen tak).

Onderaan op de bovenste kaart de stad Montfoort met in geel gearceerd de percelen stadsgracht en de Hollandsche IJssel in het bezit van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten.

De drie gegroepeerde percelen in geel gearceerde ten noorden van de Hollandsche IJssel en de Mastwijkerdijk waren vanaf 1832 in bezit van jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten.

Het breedste perceel 1 (links) ten noorden van Montfoort was op zaterdag 23 februari 1723 ten overstaan van de Utrechtse notaris J. Wantenaar in het bezit gekomen van een familielid Strick van Linschoten. Hierbij werd 'zeven morgen en 36 roeden wey- en bouwland aangekocht. Met als belendingen: westwaarts: voorheen Cornelis Cornelissen de Hoogh; oostwaarts 't capittel van den Dom, gelegen in het gerecht: Lintschoten, buyten Montfoort, Isselvelt, genaamd: Den Ouden Steenhoven. De vorige eigenaar de Fundatie van Evert van de Pol.

Bron: Het Utrechts Archiekf, 34-4, 921, aktenummer: 4-1.
In 1761 bij de verdeling van het vast- en onroerend goed van Jan Hendrik

Strick van Linschoten ten overstaan van de Utrechtse notaris J.T. Blekman kom het perceel 'de Oude Steenoven toe aan Jan Balthasar Strick van Linschoten.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 1706, aktenummer: 13.

Na het overlijden van jhr. Jan Balthazar Strick van Linschoten in 1820 komt het perceel aan zijn oudste zoon uit zijn eerste huwelijk jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten.

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Het tweede perceel 2 (midden) liggend aan net voor de knik van de Mastwijkerdijk kocht Jan Hendrik Strick van Linschoten op zaterdag 25 oktober 1721 ten overstaan van de Utrechtse notaris J. Both van Johanna Breyer, Hendrik Nahuys en  Maria Velsenaar ruim 'mtien mergen wey, hoy en bouwlant, gelegen aan de Hogen Ysseldyk, gelegen in het gerecht van IJsseveld.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 1085, aktenummer: 90-1.

Bij de boedelscheiding in 1761 kwam het perceel toe aan Jan Balthasar Strick van Linschoten. Waarop na zijn overlijden in 1820 het perceel toekwam aan zijn oudste zoon uit zijn eerste huwelijk Diderik Jacob Willem Strick van Linschoten.
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Het derde perceel 3 (rechts) liggende op de plaats van een boerderij aan de Mastwijkerdijk 15 is niet bekend wanneer deze in het bezit van de familie Strick van Linschoten is gekomen. Pas bij de invoering van het kadaster in 1832 is bekend dat Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten de bezitter van dit perceel.



Boerderij aan de Cattenbroekerdijk nr. 26a en nr. 36
te Kattenbroek Linschoten

Perceel linksboven in geel gearceerd aan de Cattenbroekerdijk 26aen in het midden aan de Cattenbroekerdijk 36 waren in 1832 in het bezit van Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten. Bron: HISGIS Utrecht. Perceel linksboven in geel gearceerd aan de Cattenbroekerdijk 26aen in het midden aan de Cattenbroekerdijk 36 waren in 1832 in het bezit van Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten. Bron: HISGIS Utrecht.



Het perceel linksboven op de kaart (in geel gearceerd) aan de Cattenbroekerdijk 26a was van oorsprong in het bezit van het Utrechtse Johanitterorde met een grote van ruim 8,5 morgen.

In het jaar 1779 is bekend dat Jan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen de bezitter. Na zijn overlijden komt het perceel in bezit van zijn oudste zoon Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten.


Perceel linksboven in geel transparant gearceerd aan de Cattenbroekerdijk 26aen in het midden aan de Cattenbroekerdijk 36 waren in 1832 in het bezit van Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten. Bron: HISGIS Utrecht. Perceel linksboven in geel transparant gearceerd aan de Cattenbroekerdijk 26aen in het midden aan de Cattenbroekerdijk 36 waren in 1832 in het bezit van Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten. Bron: HISGIS Utrecht.



Het perceel rechtsonder op de kaart (in geel gearceerd) aan de Cattenbroekerdijk 36 was van oorsprong in het bezit van het Utrechtse kapittel van St. Marie met een grote van ruim 8,74 morgen een kleine 7,5 tot 8 hectare. Het naast liggend perceel is 8,49 morgen groot.

Beide percelen waren in het jaar 1779 al in het bezit van Jan Balthasar Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen. Na zijn overlijden komt het perceel in bezit van zijn oudste zoon Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten.


Het ‘Kattenbroeck’, percelen land gelegen tussen Kattenbroekse wetering en de Haanwijkse kade (= Hollandse kade) onder Linschoten in 1633. Bron: Het Utrechts Archief, 221, 945, fol. 51v en 52. Het ‘Kattenbroeck’, percelen land gelegen tussen Kattenbroekse wetering en de Haanwijkse kade (= Hollandse kade) onder Linschoten in 1633. Bron: Het Utrechts Archief, 221, 945, fol. 51v en 52.


         

Kaart van het waterschap Woerden, met aanwijzing van de gedeelten behorende tot Holland en tot Utrecht in 1630. Bron: Het Utrechts Archief, 221, 945, fol. 45v en 46. Kaart van het waterschap Woerden, met aanwijzing van de gedeelten behorende tot Holland en tot Utrecht in 1630. Bron: Het Utrechts Archief, 221, 945, fol. 45v en 46.


Kaart van het waterschap Woerden, (uitsneden van het Kattenbroek) met aanwijzing van de gedeelten behorende tot Holland en tot Utrecht in 1630. Bron: Het Utrechts Archief, 221, 945, fol. 45v en 46. Kaart van het waterschap Woerden, (uitsneden van het Kattenbroek) met aanwijzing van de gedeelten behorende tot Holland en tot Utrecht in 1630. Bron: Het Utrechts Archief, 221, 945, fol. 45v en 46.



Landerijen en boerderij aan
Noord-Linschoterzandweg nr. 4 en ter hoogte van nr. 8

Perceel in geel gearceerd rechtsboven de boerderij aan de Noord-Linschoterzandweg nr. 8 gezien in 1832 op de kadasterkaart. Linksonder het land aan de Noord-Linschoterzandweg ter hoogte van nr. 8. Bron: HISGIS Utrecht. Perceel in geel gearceerd rechtsboven de boerderij aan de Noord-Linschoterzandweg nr. 8 gezien in 1832 op de kadasterkaart. Linksonder het land aan de Noord-Linschoterzandweg ter hoogte van nr. 8. Bron: HISGIS Utrecht.



De boerderij aan aan de Noord-Linschoterzandweg nr. 4 (15 morgen groot) en het land ter hoogte van de boerderij aan de Noord-Linschoterweg nr. 8 (9 morgen groot) is van bekend dat bij het kadaster in 1832 land en boerderij in bezit waren van jhr. Jan Carel Wendel Strick van Linschoten, heer van Rhijnauwen.

Van de voorgeschiedenis van verkrijging binnen de familie Strick van Linschoten is niet bekend wanneer en hoe zij dit bezit hebben verkregen.


Perceel in geel transparant gearceerd rechtsboven de boerderij aan de Noord-Linschoterzandweg nr. 8 gezien in 1832 op de kadasterkaart. Linksonder het land aan de Noord-Linschoterzandweg ter hoogte van nr. 8. Bron: HISGIS Utrecht. Perceel in geel transparant gearceerd rechtsboven de boerderij aan de Noord-Linschoterzandweg nr. 8 gezien in 1832 op de kadasterkaart. Linksonder het land aan de Noord-Linschoterzandweg ter hoogte van nr. 8. Bron: HISGIS Utrecht.



Joseph Loten en Christina Clara Strick van Linschoten aan de Drift 19 te Utrecht


Tekst en onderzoek afkomstig van Huizen aan het Janskerkhof.nl - Drift 19


           

Gezicht op de voorgevel van het pand Drift 19 (verenigingsgebouw van de Utrechtse Vrouwelijke Studenten Vereniging (U.V.S.V.) te Utrecht in april 1998. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 814980. Gezicht op de voorgevel van het pand Drift 19 (verenigingsgebouw van de Utrechtse Vrouwelijke Studenten Vereniging (U.V.S.V.) te Utrecht in april 1998. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 814980.



In 1727, enkele maanden voor zijn overlijden, verkocht en transporteerde Frederick Philip baron de Geuder genaamd Rabensteiner het huis aan de Nieuwegracht en twee woningen aan de Vuilesloot aan Joseph Loten, heer van Bunnik.

Joseph Loten (1680-1730) was in 1723, onder huwelijkse voorwaarden, getrouwd met Christina Clara Strick van Linschoten (1688-1780). Het was zijn derde huwelijk. Het echtpaar woonde tot dan toe op Achter Sint Pieter (zie begraafinschrijving kind, 1724).

Joseph Loten was in Oost-Indië geweest. In januari 1702 was hij als onder-koopman in dienst bij de Kamer Zeeland naar Batavia vertrokken. Van 1709-1720 was hij fiscaal independent in Bengalen. In augustus 1721 keerde hij terug in Nederland.

Joseph Loten overleed op 27 september 1730 aan de Nieuwegracht omtrent de Drift bij het Janskerkhof, nalatende zijn vrouw en een onmondig kind. Hij werd begraven in de Domkerk.


Gezicht over de Drift te Utrecht, met links de zijgevel van het pand Janskerkhof 12, in het midden de Stammetsbrug en rechts de toren van het pand Drift 19 (voormalig kantoorgebouw van Levensverzekeringsmaatschappij Piëtas) op 2 augustus 2011. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 807785. Gezicht over de Drift te Utrecht, met links de zijgevel van het pand Janskerkhof 12, in het midden de Stammetsbrug en rechts de toren van het pand Drift 19 (voormalig kantoorgebouw van Levensverzekeringsmaatschappij Piëtas) op 2 augustus 2011. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 807785.



Verbouwing

Christina Clara Strick van Linschoten, weduwe van Joseph Loten, sloot in 1745 een akkoord met haar buurman Gerlach Frederik van der Capellen (Drift 21) inzake de verbouwing van haar keuken.

In 1754 wees Christina Clara Strick van Linschoten bij testament haar dochter Constantia Johanna Loten als erfgename aan. Constantia Johanna Loten (1725-1762) was in 1742 getrouwd met Francois Doublet.

In 1763 maakte Christina Clara Strick van Linschoten een nieuw testament. In 1779 stelde Christina Clara Strick van Linschoten een codicil op, ter vermeerdering van het legaat voor Helena Rebecca Hageman, die bij haar inwoonde.

Op 5 mei 1780 werden een kabinetje en kabinet in het sterfhuis van Christina Clara Strick van Linschoten op de Drift verzegeld. Christina Clara Strick van Linschoten werd begraven in de Domkerk. Op 18 mei werden het kabinetje en kabinet weer ontzegeld.


Gezicht op de versierde voorgevel van de sociëteit van de U.V.S.V (Utrechtse Vrouwelijke Studenten Vereniging, Drift 19) te Utrecht ter gelegenheid van de viering van het 59e lustrum van de Utrechtse universiteit (295-jarig bestaan) met als thema Cortez. in de zomer van 1931. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 109496. Gezicht op de versierde voorgevel van de sociëteit van de U.V.S.V (Utrechtse Vrouwelijke Studenten Vereniging, Drift 19) te Utrecht ter gelegenheid van de viering van het 59e lustrum van de Utrechtse universiteit (295-jarig bestaan) met als thema Cortez. in de zomer van 1931. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 109496.



Jan Balthasar Strick van Linschoten

Het huis Achter Sint Pieter werd door de erfgenamen van Christina Clara Strick van Linschoten verkocht. Drift 19 kwam in handen van haar neef Jan Balthasar Strick van Linschoten (1734-1820), de oudste dan nog levende zoon van haar broer Jan Hendrik Strick van Linschoten en diens echtgenote Johanna Anthonia Bernard.

Jan Balthasar Strick van Linschoten was in 1768, onder huwelijkse voorwaarden, getrouwd met Charlotta Martha van Utenhove. In 1772 had Jan Balthazar Strick van Linschoten het huis Rhijnauwen gekocht en getransporteerd gekregen. Charlotta Martha van Utenhove overleed op 25 mei 1788 in Bunnik, nalatende haar man en zes onmondige kinderen. Zij werd begraven in de Domkerk.

In 1790 hertrouwde Jan Balthasar Strick van Linschoten, onder huwelijkse voorwaarden, met Petronella Johanna Godin (1753-1791), weduwe van Jelmer Hinlopen. Petronella Johanna Godin en Jelmer Hinlopen waren in 1778 te Lage Vuursche getrouwd. Jelmer Hinlopen, predikant, was in 1783 overleden in Zaltbommel.

In 1797 bepaalde Jan Balthasar Strick van Linschoten bij testament dat zijn ongetrouwde dochters de keuze kregen om het huis aan de Drift aan te nemen. In 1801 trouwde dochter Charlotta met Cypriaan Gerard van Hengst. Zij gingen in de Muntstraat wonen. Vanaf 1813 woonden zij in het buurhuis Drift 17. Dochter Christina Charlotta trouwde in 1802 met Gerard Johannes de Jonckheere. Zij woonden op Drift 9.

Tijdens de volkstelling van 1813 werd op Drift 19 Utrecht alleen de achternaam genoteerd.

In 1820 overleed Jan Balthasar Strick van Linschoten, weduwnaar van Petronella Johanna Godin, op 86-jarige leeftijd op zijn woonadres Drift H 616 (BS Utrecht 1820 O, aktenr. 71).


Gezicht op de voorgevel van het clubgebouw U.V.S.V. (Drift 19) te Utrecht, uit het zuidzuidwesten in 1988. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 56325. Gezicht op de voorgevel van het clubgebouw U.V.S.V. (Drift 19) te Utrecht, uit het zuidzuidwesten in 1988. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 56325.



Jhr. Diederik Willem Jacob Strick van Linschoten

In de OAT 1832 staat Diederik Willem Jacob Strick van Linschoten (1776-1854), zoon van Jan Balthasar en Charlotta Martha van Utenhove, als eigenaar van perceel A524 (huis, erf, tuin, stal en kelder) vermeld. Strick van Linschoten was ook eigenaar van het achterliggende percelen A521 (huis en erf) en A 522 (huis en erf). Het ook achter het huis liggende perceel A523 (huis en erf) was in handen van zijn buurvrouw en zuster Charlotta Strick van Linschoten, douairière van mr. Cypriaan Gerard van Hengst (Drift 17).

Diederik Willem Jacob Strick van Linschoten kocht in 1823 buitenplaats Arenberg in De Bilt.

Tijdens de volkstelling van 1824 werden Diederik Willem Jacob Strick van Linschoten, zijn echtgenote Sibilla Antoinette van Renesse van Wilp, hun 18-jarige dochter Cornelia Sara Strick van Linschoten, en zes personeelsleden op dit adres geregistreerd. Cornelia Sara trouwde in 1827.

Tijdens de volkstelling van 1830 werd Diederik Willem Jacob Strick van Linschoten met zijn echtgenote Sibilla Antoinette van Renesse van Wilp en vijf personeelsleden op dit adres geregistreerd. Sibilla Antoinette van Renesse van Wilp overleed op 31 juli 1830 (BS Utrecht 1830 O, aktenr. 747).

Na het overlijden van zijn echtgenote is Diederik Willem Jacob Strick van Linschoten naar De Bilt verhuisd. Drift 19 werd vanaf toen verhuurd.


          

OP zaterdag 22 september 1855 werd ten overstaan van de Utrechtse notaris Van Schermbeek het huis de Arenberg verkocht door familie Strick van Linschoten - Taets van Amerongen. Bron: Delpher.nl. OP zaterdag 22 september 1855 werd ten overstaan van de Utrechtse notaris Van Schermbeek het huis de Arenberg verkocht door familie Strick van Linschoten - Taets van Amerongen. Bron: Delpher.nl.



Bij de invoering van het kadaster in 1832 is bekend dat jhr. Diderik Willem Jacob Strick van Linschoten (l1812, l5119, l5145 Utrecht) nog twee panden in de binnenstad van Utrecht in bezit had.

Een pand aan de Keizerstraat 24 (Wijk G. nr. 447)

Een pand aan de Keizerstraat 30 en 32 (Wijk G nr. 448)


         

Portret van B.G. van Heijst (1821-1890), notaris te Wijk bij Duurstede. Bron: RAZU, 012. Portret van B.G. van Heijst (1821-1890), notaris te Wijk bij Duurstede. Bron: RAZU, 012.


               

Landgoed Oostbroek in De Bilt  

Op dinsdag 20 juni 1882 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst in Wijk bij Duurstede de veiling van de buitenplaats Oostbroek, David Bierens de Haan veilde het landgoed aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Op de veiling bood jhr. Jan Carel Strick van Linschoten ƒ. 81.000-,. Voorkant van veilingboekje. Bron: RAZU, 063 1958 63 2804 1882 jan.-juni, aktenummer: 3961. Op dinsdag 20 juni 1882 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst in Wijk bij Duurstede de veiling van de buitenplaats Oostbroek, David Bierens de Haan veilde het landgoed aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Op de veiling bood jhr. Jan Carel Strick van Linschoten ƒ. 81.000-,. Voorkant van veilingboekje. Bron: RAZU, 063 1958 63 2804 1882 jan.-juni, aktenummer: 3961.


Op dinsdag 20 juni 1882 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst in Wijk bij Duurstede de veiling van de buitenplaats Oostbroek, David Bierens de Haan veilde het landgoed aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Op de veiling bood jhr. Jan Carel Strick van Linschoten ƒ. 81.000-,. Bijbehorende veilingkaart bij de akte. Bron: RAZU, 063 1958 63 2804 1882 jan.-juni, aktenummer: 3961. Op dinsdag 20 juni 1882 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst in Wijk bij Duurstede de veiling van de buitenplaats Oostbroek, David Bierens de Haan veilde het landgoed aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Op de veiling bood jhr. Jan Carel Strick van Linschoten ƒ. 81.000-,. Bijbehorende veilingkaart bij de akte. Bron: RAZU, 063 1958 63 2804 1882 jan.-juni, aktenummer: 3961.


Op dinsdag 20 juni 1882 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst in Wijk bij Duurstede de veiling van de buitenplaats Oostbroek, David Bierens de Haan veilde het landgoed aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Op de veiling bood jhr. Jan Carel Strick van Linschoten ƒ. 81.000-,. Beschrijving van percelen in het veilingboekje. Bron: RAZU, 063 1958 63 2804 1882 jan.-juni, aktenummer: 3961. Op dinsdag 20 juni 1882 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst in Wijk bij Duurstede de veiling van de buitenplaats Oostbroek, David Bierens de Haan veilde het landgoed aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Op de veiling bood jhr. Jan Carel Strick van Linschoten ƒ. 81.000-,. Beschrijving van percelen in het veilingboekje. Bron: RAZU, 063 1958 63 2804 1882 jan.-juni, aktenummer: 3961.


Op dinsdag 20 juni 1882 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst in Wijk bij Duurstede de veiling van de buitenplaats Oostbroek, David Bierens de Haan veilde het landgoed aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Op de veiling bood jhr. Jan Carel Strick van Linschoten ƒ. 81.000-,. Beschrijving van percelen in het veilingboekje, beschrijving van de 1e perceel. Bron: RAZU, 063 1958 63 2804 1882 jan.-juni, aktenummer: 3961. Op dinsdag 20 juni 1882 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst in Wijk bij Duurstede de veiling van de buitenplaats Oostbroek, David Bierens de Haan veilde het landgoed aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Op de veiling bood jhr. Jan Carel Strick van Linschoten ƒ. 81.000-,. Beschrijving van percelen in het veilingboekje, beschrijving van de 1e perceel. Bron: RAZU, 063 1958 63 2804 1882 jan.-juni, aktenummer: 3961.


Op dinsdag 20 juni 1882 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst in Wijk bij Duurstede de veiling van de buitenplaats Oostbroek, David Bierens de Haan veilde het landgoed aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Op de veiling bood jhr. Jan Carel Strick van Linschoten ƒ. 81.000-,. Voorkant van veilingakte. Bron: RAZU, 063 1958 63 2804 1882 jan.-juni, aktenummer: 3961. Op dinsdag 20 juni 1882 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst in Wijk bij Duurstede de veiling van de buitenplaats Oostbroek, David Bierens de Haan veilde het landgoed aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Op de veiling bood jhr. Jan Carel Strick van Linschoten ƒ. 81.000-,. Voorkant van veilingakte. Bron: RAZU, 063 1958 63 2804 1882 jan.-juni, aktenummer: 3961.


Op dinsdag 20 juni 1882 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst in Wijk bij Duurstede de veiling van de buitenplaats Oostbroek, David Bierens de Haan veilde het landgoed aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Op de veiling bood jhr. Jan Carel Strick van Linschoten ƒ. 81.000-,. Beschrijving van 1e perceel bij de veiling. Bron: RAZU, 063 1958 63 2804 1882 jan.-juni, aktenummer: 3961. Op dinsdag 20 juni 1882 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst in Wijk bij Duurstede de veiling van de buitenplaats Oostbroek, David Bierens de Haan veilde het landgoed aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Op de veiling bood jhr. Jan Carel Strick van Linschoten ƒ. 81.000-,. Beschrijving van 1e perceel bij de veiling. Bron: RAZU, 063 1958 63 2804 1882 jan.-juni, aktenummer: 3961.


Op dinsdag 20 juni 1882 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst in Wijk bij Duurstede de veiling van de buitenplaats Oostbroek, David Bierens de Haan veilde het landgoed aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Op de veiling bood jhr. Jan Carel Strick van Linschoten ƒ. 81.000-,. Uitgeschreven akte kwitantie aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Bron: RAZU, 063 1958 63 2804 1882 jan.-juni, aktenummer: 3966. Op dinsdag 20 juni 1882 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst in Wijk bij Duurstede de veiling van de buitenplaats Oostbroek, David Bierens de Haan veilde het landgoed aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Op de veiling bood jhr. Jan Carel Strick van Linschoten ƒ. 81.000-,. Uitgeschreven akte kwitantie aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Bron: RAZU, 063 1958 63 2804 1882 jan.-juni, aktenummer: 3966.


Op dinsdag 20 juni 1882 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst in Wijk bij Duurstede de veiling van de buitenplaats Oostbroek, David Bierens de Haan veilde het landgoed aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Op de veiling bood jhr. Jan Carel Strick van Linschoten ƒ. 81.000-,. Beschrijving van akte met een bod door jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Bron: RAZU, 063 1958 63 2804 1882 jan.-juni, aktenummer: 3961. Op dinsdag 20 juni 1882 vond ten overstaan van notaris B.G. van Heijst in Wijk bij Duurstede de veiling van de buitenplaats Oostbroek, David Bierens de Haan veilde het landgoed aan Willem Jan Rooyaards van den Ham. Op de veiling bood jhr. Jan Carel Strick van Linschoten ƒ. 81.000-,. Beschrijving van akte met een bod door jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Bron: RAZU, 063 1958 63 2804 1882 jan.-juni, aktenummer: 3961.


Op zaterdag 20 december van het jaar 1902 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst, residerende te Wijk bij Duurstede het opschrijven van het testament van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Geboren donderdag 29 september 1831 en overleden op zaterdag 28 maart 1903 op 71 jarige leeftijd. Echtgenoot van Johanna Louise Tissot van Patot (1846-1903). Handtekeningen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2031, aktenummer: 2215. Op zaterdag 20 december van het jaar 1902 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst, residerende te Wijk bij Duurstede het opschrijven van het testament van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Geboren donderdag 29 september 1831 en overleden op zaterdag 28 maart 1903 op 71 jarige leeftijd. Echtgenoot van Johanna Louise Tissot van Patot (1846-1903). Handtekeningen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2031, aktenummer: 2215.


Op zaterdag 17 augustus 1901 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst, residerende te Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van een stuk grond van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten, kadastrale gemeente Bunnik, sectie, A, perceelnummer: 1025. Het perceel verkocht Jan Carel voor f. 2.030-, gulden voor de aanleg van een halte (station Bunnik) aan de gemeente Bunnik aan de burgemeester van die gemeente Hermanus Eizo Bunnik. Kadastrale verandering langs de spoor van de Rijnspoorweg Utrecht-Arnhem, Zevenaar,-Duitse grens. Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL). Op zaterdag 17 augustus 1901 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst, residerende te Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van een stuk grond van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten, kadastrale gemeente Bunnik, sectie, A, perceelnummer: 1025. Het perceel verkocht Jan Carel voor f. 2.030-, gulden voor de aanleg van een halte (station Bunnik) aan de gemeente Bunnik aan de burgemeester van die gemeente Hermanus Eizo Bunnik. Kadastrale verandering langs de spoor van de Rijnspoorweg Utrecht-Arnhem, Zevenaar,-Duitse grens. Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL).



Op zaterdag 17 augustus 1901 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst, residerende te Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van een stuk grond van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten, kadastrale gemeente Bunnik, sectie, A, perceelnummer: 1025. Het perceel verkocht Jan Carel voor f. 2.030-, gulden voor de aanleg van een halte (station Bunnik) aan de gemeente Bunnik aan de burgemeester van die gemeente Hermanus Eizo Bunnik. Begin beschrijving van de akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2029, aktenummer: 1934. Op zaterdag 17 augustus 1901 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst, residerende te Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van een stuk grond van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten, kadastrale gemeente Bunnik, sectie, A, perceelnummer: 1025. Het perceel verkocht Jan Carel voor f. 2.030-, gulden voor de aanleg van een halte (station Bunnik) aan de gemeente Bunnik aan de burgemeester van die gemeente Hermanus Eizo Bunnik. Begin beschrijving van de akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2029, aktenummer: 1934.


Op zaterdag 20 december van het jaar 1902 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst, residerende te Wijk bij Duurstede het opschrijven van het testament van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Geboren donderdag 29 september 1831 en overleden op zaterdag 28 maart 1903 op 71 jarige leeftijd. Echtgenoot van Johanna Louise Tissot van Patot (1846-1903). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2031, aktenummer: 2215. Op zaterdag 20 december van het jaar 1902 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst, residerende te Wijk bij Duurstede het opschrijven van het testament van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Geboren donderdag 29 september 1831 en overleden op zaterdag 28 maart 1903 op 71 jarige leeftijd. Echtgenoot van Johanna Louise Tissot van Patot (1846-1903). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2031, aktenummer: 2215.


Op zaterdag 20 juni 1903 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst, residerende te Wijk bij Duurstede de Inventaris nalatenschap plaats van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2032, aktenummer: 2308. Op zaterdag 20 juni 1903 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst, residerende te Wijk bij Duurstede de Inventaris nalatenschap plaats van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2032, aktenummer: 2308.


Op zaterdag 20 juni 1903 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst, residerende te Wijk bij Duurstede de Inventaris nalatenschap plaats van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Handtekeningen aan het einde van de akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2032, aktenummer: 2308. Op zaterdag 20 juni 1903 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst, residerende te Wijk bij Duurstede de Inventaris nalatenschap plaats van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Handtekeningen aan het einde van de akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2032, aktenummer: 2308.


Op zaterdag 17 augustus 1901 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst, residerende te Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van een stuk grond van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten, kadastrale gemeente Bunnik, sectie, A, perceelnummer: 1025. Het perceel verkocht Jan Carel voor f. 2.030-, gulden voor de aanleg van een halte (station Bunnik) aan de gemeente Bunnik aan de burgemeester van die gemeente Hermanus Eizo Bunnik. einde van de akte met handtekening. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2029, aktenummer: 1934. Op zaterdag 17 augustus 1901 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst, residerende te Wijk bij Duurstede de verkoop plaats van een stuk grond van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten, kadastrale gemeente Bunnik, sectie, A, perceelnummer: 1025. Het perceel verkocht Jan Carel voor f. 2.030-, gulden voor de aanleg van een halte (station Bunnik) aan de gemeente Bunnik aan de burgemeester van die gemeente Hermanus Eizo Bunnik. einde van de akte met handtekening. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2029, aktenummer: 1934.


Op vrijdag 22 mei 1903 ten overstaan van notaris H.J. van Heijst, residerende te Wijk bij Duurstede het opmaken van het Olografisch testament van Johanna Louise Tissot van Patot, weduwe van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Handtekeningen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2032, aktenummer: 2387. Op vrijdag 22 mei 1903 ten overstaan van notaris H.J. van Heijst, residerende te Wijk bij Duurstede het opmaken van het Olografisch testament van Johanna Louise Tissot van Patot, weduwe van jhr. Jan Carel Strick van Linschoten. Handtekeningen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 2032, aktenummer: 2387.


34-4 3418 1843 mrt.-1843 apr. 23-03-1843 verkoop Strick van Linschoten hofsteden landgoed Linschoten aktenummer: 5552 5553 iderik Strick


34-4 3418 1843 mrt.-1843 apr. 23-03-1843 verkoop Strick van Linschoten hofsteden landgoed Linschoten aktenummer: 5552 5553 iderik Strick


34-4 3418 1843 mrt.-1843 apr. 23-03-1843 verkoop Strick van Linschoten hofsteden landgoed Linschoten aktenummer: 5552 5553 iderik Strick


34-4 3418 1843 mrt.-1843 apr. 23-03-1843 verkoop Strick van Linschoten hofsteden landgoed Linschoten aktenummer: 5552 5553 iderik Strick



E-mailen
Info